17 NOVEMBER 2000. - Koninklijk besluit houdende gedeeltelijke verdeling van het provisioneel krediet ingeschreven in het programma 18-60-1 van de Algemene uitgavenbegroting voor het begrotingsjaar 2000 en bestemd tot het dekken van allerhande uitgaven verbonden aan het asielbeleid

ALBERT II, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.

Gelet op de wet van 24 december 1999 houdende de Algemene uitgavenbegroting voor het begrotingsjaar 2000, inzonderheid op artikel 2.18.11;

Gelet op de wet van 10 juli 2000 houdende eerste aanpassing van de Algemene uitgavenbegroting van het begrotingsjaar 2000;

Overwegende dat op het programma 18-60-1 van de Algemene uitgavenbegroting voor het begrotingsjaar 2000 een niet-gesplitst provisioneel krediet is ingeschreven ten belope van 1 199,2 miljoen frank, bestemd tot het dekken van allerhande uitgaven verbonden aan het asielbeleid;

Overwegende dat dit krediet tot 112 miljoen frank is teruggebracht, rekening houdend met de voorafneming van bedragen van 493,7, van 267,1, van 240,0, van 43,9 en van 42,5 miljoen frank door de koninklijke besluiten van 1 maart 2000, van 7 mei 2000, van 17 september 2000, van 20 september 2000 en van 6 oktober 2000 houdende gedeeltelijke verdeling van het provisioneel krediet ingeschreven in het programma 18-60-1 van de Algemene uitgavenbegroting voor het begrotingsjaar 2000 en bestemd tot het dekken van allerhande uitgaven verbonden aan het asielbeleid;

Op de voordracht van Onze Minister van Begroting en van Onze Minister van Financiën, Hebben Wij besloten en besluiten Wij :

Artikel 1.Er wordt een bedrag van 1,6 miljoen frank overgedragen van het niet-gesplitst krediet op het programma 18-60-1 van de Algemene uitgavenbegroting voor het begrotingsjaar 2000 onder de basisallocatie 60.10.01.17 en bestemd tot het dekken van allerlei uitgaven verbonden aan het asielbeleid, naar het programma 56-1 - Centrum voor gelijkheid van kansen en racismebestrijding - van de sectie 11 - Diensten van de Eerste Minister.

Art. 2.Dit bedrag wordt gevoegd bij de kredieten die voor het begrotingsjaar 2000 op het betrokken programma zijn uitgetrokken onder de basisallocatie 11/56.10.41.02.

Art. 3.Onze Minister van Begroting en Onze Minister van Financiën zijn, ieder wat hem betreft, belast met de uitvoering van dit besluit.

Gegeven te Brussel, 17 november 2000.

ALBERT Van Koningswege : De Minister van Begroting, J. VANDE LANOTTE De Minister van Financiën, D. REYNDERS