Etaamb.openjustice.be
Koninklijk Besluit van 14 september 2001
gepubliceerd op 26 oktober 2001

Koninklijk besluit tot wijziging van het koninklijk besluit van 16 juni 1999 houdende vaststelling van het maximum aantal plaatsen van beschut wonen dat in gebruik mag worden genomen alsmede van de regelen inzake de gelijkwaardige vermindering van een aantal ziekenhuisbedden zoals bedoeld in artikel 35 van de wet op de ziekenhuizen, gecoördineerd op 7 augustus 1987

bron
ministerie van sociale zaken, volksgezondheid en leefmilieu
numac
2001022737
pub.
26/10/2001
prom.
14/09/2001
ELI
eli/besluit/2001/09/14/2001022737/staatsblad
staatsblad
https://www.ejustice.just.fgov.be/cgi/article_body(...)
Document Qrcode

14 SEPTEMBER 2001. - Koninklijk besluit tot wijziging van het koninklijk besluit van 16 juni 1999 houdende vaststelling van het maximum aantal plaatsen van beschut wonen dat in gebruik mag worden genomen alsmede van de regelen inzake de gelijkwaardige vermindering van een aantal ziekenhuisbedden zoals bedoeld in artikel 35 van de wet op de ziekenhuizen, gecoördineerd op 7 augustus 1987


ALBERT II, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.

Gelet op de wet op de ziekenhuizen, gecoördineerd op 7 augustus 1987, inzonderheid op artikel 35, gewijzigd door de wet van 22 december 1989 en 29 april 1996;

Gelet op het koninklijk besluit van 16 juni 1999 houdende vaststelling van het maximum aantal plaatsen van beschut wonen dat in gebruik mag worden genomen alsmede van de regelen inzake de gelijkwaardigde vermindering van een aantal ziekenhuisbedden zoals bedoeld in artikel 35 van de wet op de ziekenhuizen, gecoördineerd op 7 augustus 1987, gewijzigd door de koninklijke besluiten van 18 februari 2000 en 5 juni 2000;

Gelet op de wetten op de Raad van State gecoördineerd op 12 januari 1973, inzonderheid op artikel 3, § 1, gewijzigd bij de wetten van 9 augustus 1980, 16 juni 1989 en 4 juli 1989;

Gelet op de dringende noodzakelijkheid;

Overwegende dat vastgesteld wordt dat de instellingen in de onmogelijkheid verkeren om de desbetreffende reconversies binnen de vastgestelde termijn te realiseren;

Overwegende dat voornoemde onmogelijkheid te wijten is aan het feit dat de tijd nodig om de vereiste architectonische aanpassingen uit te voeren, de tijdsduur voorzien voor de realisatie van de reconversie overschrijdt;

Overwegende dat teneinde de reconversiebeweging hierdoor niet te hypothekeren, een verlenging van de termijn voor de realisatie van de reconversie, meer in het bijzonder een algemene verlenging en een mogelijkheid tot individuele verlenging toe te staan door de bevoegde gemeenschapsminster, noodzakelijk is;

Overwegende dat het derhalve dringend geboden is de instellingen onmiddellijk op de hoogte te brengen van de wijziging van de termijn waarbinnen de desbetreffende reconversies dienen gerealiseerd te zijn;

Op voordracht van Onze Minister van Volksgezondheid en Onze Minister van Sociale Zaken, Hebben Wij besloten en besluiten Wij :

Artikel 1.In artikel 7 van het koninklijk besluit van 16 juni 1999 houdende vaststelling van het maximum aantal plaatsen van beschut wonen dat in gebruik mag worden genomen alsmede van de regelen inzake de gelijkwaardige vermindering van een aantal ziekenhuisbedden zoals bedoeld in artikel 35 van de wet op de ziekenhuizen, gecoördineerd op 7 augustus 1987, gewijzigd door de koninklijk besluiten van 18 februari 2000 en 5 juni 2000, worden volgende wijzigingen aangebracht : 1° in het tweede lid worden de woorden « op 31 december 2000 » vervangen door de woorden « op 31 december 2001;2° een derde lid wordt toegevoegd, luidend als volgt : « In afwijking op het tweede lid kan de bevoegde gemeenschapsminister die de Volksgezondheid onder zijn bevoegdheid heeft, na 31 december 2001, de desbetreffende inrichtende macht een uitstel op het vlak van de realisatie van de reconversie toestaan.In elk geval dient de reconversie gerealiseerd te zijn op 1 januari 2004.

Art. 2.Dit besluit heeft uitwerking met ingang van 31 december 2000.

Art. 3.Onze Minister van Volksgezondheid en Onze Minister van Sociale Zaken zijn, ieder wat hem betreft, belast met uitvoering van dit besluit.

Gegeven te Brussel, 14 september 2001.

ALBERT Van Koningswege : De Minister van Volksgezondheid, Mevr. M. AELVOET De Minister van Sociale Zaken, F. VANDENBROUCKE

^