gepubliceerd op 23 juli 2002
Koninklijk besluit tot wijziging van het koninklijk besluit van 13 maart 2000 tot vaststelling van de maximumgehalten aan residuen van bestrijdingsmiddelen toegelaten in en op voedingsmiddelen
14 APRIL 2002. - Koninklijk besluit tot wijziging van het koninklijk besluit van 13 maart 2000 tot vaststelling van de maximumgehalten aan residuen van bestrijdingsmiddelen toegelaten in en op voedingsmiddelen
ALBERT II, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.
Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Economische Gemeenschap, ondertekend te Rome op 25 maart 1957 en goedgekeurd door de wet van 2 december 1957;
Gelet op de Richtlijn nr. 86/362/EEG van de Raad van 24 juli 1986 tot vaststelling van maximumgehalten aan residuen van bestrijdingsmiddelen in en op granen, gewijzigd bij de Richtlijnen nr. 88/298/EEG van de Raad van 16 mei 1988, nr. 93/57/EEG van de Raad van 29 juni 1993, nr. 94/29/EG van de Raad van 23 juni 1994, nr. 95/39/EG van de Raad van 17 juli 1995, nr. 96/33/EG van de Raad van 21 mei 1996, nr. 97/41/EG van de Raad van 25 juni 1997, nr. 97/71/EG van de Commissie van 15 december 1997, nr. 98/82/EG van de Commissie van 27 oktober 1998, nr. 1999/65/EG van de Commissie van 24 juni 1999, nr. 1999/71/EG van de Commissie van 14 juli 1999, nr. 2000/24/EG van de Commissie van 28 april 2000, nr. 2000/42/EG van de Commissie van 22 juni 2000, nr. 2000/48/EG van de Commissie van 25 juli 2000, nr. 2000/58/EG van de Commissie van 22 september 2000, nr. 2000/81/EG van de Commissie van 18 december 2000, nr. 2000/82/EG van de Commissie van 20 december 2000, nr. 2001/39/EG van de Commissie van 23 mei 2001, nr. 2001/48/EG van de Commissie van 28 juni 2001, nr. 2001/57/EG van de Commissie van 25 juli 2001 en nr. 2002/23/EG van de Commissie van 26 februari 2002;
Gelet op de Richtlijn nr. 86/363/EEG van de Raad van 24 juli 1986 tot vaststelling van maximumgehalten aan residuen van bestrijdingsmiddelen in en op levensmiddelen van dierlijke oorsprong, gewijzigd bij de Richtlijnen nr. 93/57/EEG van de Raad van 29 juni 1993, nr. 94/29/EG van de Raad van 23 juni 1994, nr. 95/39/EG van de Raad van 17 juli 1995, nr. 96/33/EG van de Raad van 21 mei 1996, nr. 97/41/EG van de Raad van 25 juni 1997, nr. 97/71/EG van de Commissie van 15 december 1997, nr. 98/82/EG van de Commissie van 27 oktober 1998, nr. 1999/71/EG van de Commissie van 14 juli 1999, nr. 2000/24/EG van de Commissie van 28 april 2000, nr. 2000/42/EG van de Commissie van 22 juni 2000, nr. 2000/58/EG van de Commissie van 22 september 2000, nr. 2000/81/EG van de Commissie van 18 december 2000, nr. 2000/82/EG van de Commissie van 20 december 2000, nr. 2001/39/EG van de Commissie van 23 mei 2001, nr. 2001/57/EG van de Commissie van 25 juli 2001 en nr. 2002/23/EG van de Commissie van 26 februari 2002;
Gelet op de Richtlijn nr. 90/642/EEG van de Raad van 27 november 1990 tot vaststelling van maximumgehalten aan residuen van bestrijdingsmiddelen in en op bepaalde producten van plantaardige oorsprong, met inbegrip van groenten en fruit, gewijzigd bij de Richtlijnen nr. 93/58/EEG van de Raad van 29 juni 1993, nr. 94/30/EG van de Raad van 23 juni 1994, nr. 95/38/EG van de Raad van 17 juli 1995, nr. 95/61/EG van de Raad van 29 november 1995, nr. 96/32/EG van de Raad van 21 mei 1996, nr. 97/41/EG van de Raad van 25 juni 1997, nr. 97/71/EG van de Commissie van 15 december 1997, nr. 98/82/EG van de Commissie van 27 oktober 1998, nr. 1999/65/EG van de Commissie van 24 juni 1999, nr. 1999/71/EG van de Commissie van 14 juli 1999, nr. 2000/24/EG van de Commissie van 28 april 2000, nr. 2000/42/EG van de Commissie van 22 juni 2000, nr. 2000/48/EG van de Commissie van 25 juli 2000, nr. 2000/57/EG van de Commissie van 22 september 2000, nr. 2000/58/EG van de Commissie van 22 september 2000, nr. 2000/81/EG van de Commissie van 18 december 2000, nr. 2000/82/EG van de Commissie van 20 december 2000, nr. 2001/35/CE van de Commissie van 11 mei 2001, nr. 2001/39/EG van de Commissie van 23 mei 2001, nr. 2001/48/EG van de Commissie van 28 juni 2001, nr. 2001/57/EG van de Commissie van 25 juli 2001, nr. 2002/5/EG van de Commissie van 30 januari 2002 en nr. 2002/23/EG van de Commissie van 26 februari 2002;
Gelet op de wet van 11 juli 1969 betreffende de bestrijdingsmiddelen en grondstoffen voor de landbouw, tuinbouw, bosbouw en veeteelt, inzonderheid op artikel 5, § 1, 3°, gewijzigd bij de wetten van 21 december 1998 en 5 februari 1999;
Gelet op de wet van 24 januari 1977 betreffende de bescherming van de verbruikers op het stuk van de voedingsmiddelen en andere producten, inzonderheid op artikel 5, gewijzigd bij de wetten van 22 maart 1989 en van 9 februari 1994;
Gelet op de wet van 4 februari 2000 houdende oprichting van het Federaal Agentschap voor de Veiligheid van de Voedselketen;
Gelet op het koninklijk besluit van 13 maart 2000 tot vaststelling van de maximumgehalten aan residuen van bestrijdingsmiddelen toegelaten in en op voedingsmiddelen, gewijzigd bij de koninklijke besluiten van 26 juni 2000, van 3 september 2000, van 23 januari 2001, 5 april 2001, 4 juli 2001, 26 oktober 2001 en 4 februari 2002;
Gelet op de wetten op de Raad van State, gecoördineerd op 12 januari 1973, inzonderheid op artikel 3, § 1, vervangen door de wet van 4 juli 1989 en gewijzigd door de wet van 4 augustus 1996;
Gelet op de dringende noodzakelijkheid;
Overwegende dat de noodzaak om onverwijld zekere maximumgehalten aan residuen van bestrijdingsmiddelen toegelaten in en op voedingsmiddelen vast te stellen, voortvloeit uit de verplichting zich binnen de voorgeschreven termijnen te schikken naar de Richtlijnen 2002/5/EG en 2002/23/EG;
Op de voordracht van Onze Minister van Consumentenzaken, Volksgezondheid en Leefmilieu, Hebben Wij besloten en besluiten Wij :
Artikel 1.In de bijlage bij het koninklijk besluit van 13 maart 2000 tot vaststelling van de maximumgehalten aan residuen van bestrijdingsmiddelen toegelaten in en op voedingsmiddelen worden de volgende wijzigingen aangebracht : 1° in punt 3 worden de bepalingen met betrekking tot de bestrijdingsmiddelen AMITRAZ, AZOXYSTROBIN, LAMBDA-CYHALOTHRIN en METALAXYL vervangen door de bepalingen in bijlage I bij dit besluit; 2° in punt 3 wordt voor ACEFAAT tussen de maximale gehalten "pitvruchten 1" en "pruimen 2" het maximale gehalte "perziken 0.2" ingevoegd; 3° in punt 3 wordt voor CHLOORTHALONIL het maximale gehalte "knolselder 0.5" door het maximale gehalte "knolselder 1" vervangen; 4° in punt 3 wordt voor CYPERMETHRIN tussen de maximale gehalten "erwten (met peul) 0.5" en "artisjokken 2" het maximale gehalte "asperges 0.1" ingevoegd; 5° in punt 3 wordt voor ETHEFON tussen de maximale gehalten "aalbessen 5" en "uien 0.5" het maximale gehalte "ananassen 2" ingevoegd; 6° in punt 3 wordt voor FENBUTATIN-OXIDE tussen de maximale gehalten "tomaten 1" en "aubergines 1" het maximale gehalte "pepers-paprika's 1" ingevoegd; 7° in punt 3 wordt voor KRESOXIM-METHYL tussen de maximale gehalten "druiven 1" en "aalbessen 1" het maximale gehalte "aardbeien 0.2" ingevoegd; 8° punt 3 wordt aangevuld met de bepalingen met betrekking tot de bestrijdingsmiddelen FLUPYRSULFURON-METHYL en PYMETROZIN in bijlage I bij dit besluit; 9° punt 4.B wordt aangevuld met de bepalingen met betrekking tot het bestrijdingsmiddel PYMETROZIN in bijlage II bij dit besluit.
Art. 2.Dit besluit treedt in werking op 1 september 2002.
Art. 3.Onze Minister van Consumentenzaken, Volksgezondheid en Leefmilieu is belast met de uitvoering van dit besluit.
Gegeven te Brussel, 14 april 2002.
ALBERT Van Koningswege : De Minister van Consumentenzaken, Volksgezondheid en Leefmilieu, Mevr. M. AELVOET
Bijlage I Voor de raadpleging van de tabel, zie beeld Gezien om te worden gevoegd bij Ons besluit van 14 april 2002 tot wijziging van het koninklijk besluit van 13 maart 2000 tot vaststelling van de maximumgehalten aan residuen van bestrijdingsmiddelen toegelaten in en op voedingsmiddelen.
ALBERT Van Koningswege : De Minister van Consumentenzaken, Volksgezondheid en Leefmilieu, Mevr. M. AELVOET
Bijlage II Voor de raadpleging van de tabel, zie beeld Gezien om te worden gevoegd bij Ons besluit van 14 april 2002 tot wijziging van het koninklijk besluit van 13 maart 2000 tot vaststelling van de maximumgehalten aan residuen van bestrijdingsmiddelen toegelaten in en op voedingsmiddelen.
ALBERT Van Koningswege : De Minister van Consumentenzaken, Volksgezondheid en Leefmilieu, Mevr. M. AELVOET