Etaamb.openjustice.be
Koninklijk Besluit van 13 juni 2010
gepubliceerd op 04 augustus 2010

Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 18 juni 2009, gesloten in het Paritair Subcomité voor het koetswerk, betreffende het brugpensioen vanaf 56 jaar

bron
federale overheidsdienst werkgelegenheid, arbeid en sociaal overleg
numac
2010202717
pub.
04/08/2010
prom.
13/06/2010
staatsblad
https://www.ejustice.just.fgov.be/cgi/article_body(...)
Document Qrcode

13 JUNI 2010. - Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 18 juni 2009, gesloten in het Paritair Subcomité voor het koetswerk, betreffende het brugpensioen vanaf 56 jaar (1)


ALBERT II, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.

Gelet op de wet van 5 december 1968Relevante gevonden documenten type wet prom. 05/12/1968 pub. 22/05/2009 numac 2009000346 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Wet betreffende de collectieve arbeidsovereenkomsten en de paritaire comités. - Officieuze coördinatie in het Duits sluiten betreffende de collectieve arbeidsovereenkomsten en de paritaire comités, inzonderheid op artikel 28;

Gelet op het verzoek van het Paritair Subcomité voor het koetswerk;

Op de voordracht van de Minister van Werk, Hebben Wij besloten en besluiten Wij :

Artikel 1.Algemeen verbindend wordt verklaard de als bijlage overgenomen collectieve arbeidsovereenkomst van 18 juni 2009, gesloten in het Paritair Subcomité voor het koetswerk, betreffende het brugpensioen vanaf 56 jaar.

Art. 2.De Minister bevoegd voor Werk is belast met de uitvoering van dit besluit.

Gegeven te Brussel, 13 juni 2010.

ALBERT Van Koningswege : De Vice-Eerste Minister en Minister van Werk en Gelijke Kansen, belast met het Migratie- en asielbeleid, Mevr. J. MILQUET _______ Nota (1) Verwijzing naar het Belgisch Staatsblad : Wet van 5 december 1968Relevante gevonden documenten type wet prom. 05/12/1968 pub. 22/05/2009 numac 2009000346 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Wet betreffende de collectieve arbeidsovereenkomsten en de paritaire comités. - Officieuze coördinatie in het Duits sluiten, Belgisch Staatsblad van 15 januari 1969. Bijlage Paritair Subcomité voor het koetswerk Collectieve arbeidsovereenkomst van 18 juni 2009 Brugpensioen vanaf 56 jaar (Overeenkomst geregistreerd op 14 september 2009 onder het nummer 94270/CO/149.02) HOOFDSTUK I. - Toepassingsgebied

Artikel 1.Deze collectieve arbeidsovereenkomst is van toepassing op de werkgevers, de arbeiders en arbeidsters van de ondernemingen die ressorteren onder het Paritair Subcomité voor het koetswerk.

Voor de toepassing van deze collectieve arbeidsovereenkomst wordt onder "arbeiders" verstaan : de mannelijke en vrouwelijke werklieden. HOOFDSTUK II. - Algemene beschikkingen

Art. 2.Deze collectieve arbeidsovereenkomst wordt gesloten overeenkomstig en in uitvoering van : - de bepalingen opgenomen in de collectieve arbeidsovereenkomst nummer 96 van 20 februari 2009 gesloten in de Nationale Arbeidsraad en tot invoering van een regeling van aanvullende vergoeding voor sommige oudere werknemers die worden ontslagen, ter uitvoering van het interprofessioneel akkoord van 22 december 2008; - de bepalingen opgenomen in het advies nummer 1 627 van 20 december 2007 gesloten in de Nationale Arbeidsraad; - hoofdstuk III van de wet betreffende de uitvoering van het interprofessioneel akkoord 2007-2008 van 21 december 2007 (Belgisch Staatsblad van 31 december 2007). HOOFDSTUK III. - Rechthebbenden op de aanvullende vergoeding

Art. 3.Deze brugpensioenregeling geldt voor arbeiders die worden ontslagen, en die 56 jaar of ouder zijn gedurende de periode van 1 januari 2010 tot 31 december 2010 en die op het ogenblik van de beëindiging van de arbeidsovereenkomst een beroepsverleden van ten minste 40 jaar als loontrekkende kunnen laten gelden.

Bovendien moeten deze arbeiders het bewijs leveren dat vóór de leeftijd van 17 jaar tenminste 78 dagen arbeidsprestaties zijn geleverd waarvoor sociale zekerheidsbijdragen zijn betaald of tenminste 78 dagen arbeidsprestaties zijn geleverd in het kader van leerlingenwezen welke zich situeren vóór 1 september 1983. HOOFDSTUK IV. - Toepassingsregels

Art. 4.Voor de bepalingen die niet zijn geregeld via deze collectieve arbeidsovereenkomst, zijn de bepalingen van collectieve arbeidsovereenkomst nummer 17 van 19 december 1974 tot invoering van een regeling van aanvullende vergoeding ten gunste van sommige bejaarde werknemers indien zij worden ontslagen, van toepassing. HOOFDSTUK V. - Betaling van de aanvullende vergoeding

Art. 5.De betaalplicht van de aanvullende vergoeding van de werkgever wordt overgedragen aan het "Fonds voor bestaanszekerheid voor de sector van het koetswerk".

Het "Fonds voor bestaanszekerheid voor de sector van het koetswerk" zal hiertoe de nodige modaliteiten uitwerken. HOOFDSTUK VI. - Geldigheid

Art. 6.Deze collectieve arbeidsovereenkomst treedt in werking op 1 januari 2010 en treedt buiten werking op 31 december 2010.

Gezien om te worden gevoegd bij het koninklijk besluit van 13 juni 2010.

De Vice-Eerste Minister en Minister van Werk en Gelijke Kansen, belast met het Migratie- en asielbeleid, Mevr. J. MILQUET

^