gepubliceerd op 31 maart 2017
Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 8 december 2015, gesloten in het Paritair Comité voor de voedingsnijverheid, betreffende de loon- en arbeidsvoorwaarden van de arbeiders tewerkgesteld in de kandijfabrieken
12 MAART 2017. - Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 8 december 2015, gesloten in het Paritair Comité voor de voedingsnijverheid, betreffende de loon- en arbeidsvoorwaarden van de arbeiders tewerkgesteld in de kandijfabrieken (1)
FILIP, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.
Gelet op de wet van 5 december 1968Relevante gevonden documenten type wet prom. 05/12/1968 pub. 22/05/2009 numac 2009000346 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Wet betreffende de collectieve arbeidsovereenkomsten en de paritaire comités. - Officieuze coördinatie in het Duits sluiten betreffende de collectieve arbeidsovereenkomsten en de paritaire comités, inzonderheid op artikel 28;
Gelet op het verzoek van het Paritair Comité voor de voedingsnijverheid;
Op de voordracht van de Minister van Werk, Hebben Wij besloten en besluiten Wij :
Artikel 1.Algemeen verbindend wordt verklaard de als bijlage overgenomen collectieve arbeidsovereenkomst van 8 december 2015, gesloten in het Paritair Comité voor de voedingsnijverheid, betreffende de loon- en arbeidsvoorwaarden van de arbeiders tewerkgesteld in de kandijfabrieken.
Art. 2.De minister bevoegd voor Werk is belast met de uitvoering van dit besluit.
Gegeven te Brussel, 12 maart 2017.
FILIP Van Koningswege : De Minister van Werk, K. PEETERS _______ Nota (1) Verwijzing naar het Belgisch Staatsblad : Wet van 5 december 1968Relevante gevonden documenten type wet prom. 05/12/1968 pub. 22/05/2009 numac 2009000346 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Wet betreffende de collectieve arbeidsovereenkomsten en de paritaire comités. - Officieuze coördinatie in het Duits sluiten, Belgisch Staatsblad van 15 januari 1969. Bijlage Paritair Comité voor de voedingsnijverheid Collectieve arbeidsovereenkomst van 8 december 2015 Loon- en arbeidsvoorwaarden van de arbeiders tewerkgesteld in de kandijfabrieken (Overeenkomst geregistreerd op 22 februari 2016 onder het nummer 131567/CO/118) HOOFDSTUK I. - Toepassingsgebied
Artikel 1.§ 1. Deze collectieve arbeidsovereenkomst is van toepassing op de werkgevers en op de arbeiders tewerkgesteld in de kandijfabrieken. § 2. Met "arbeiders" worden de mannelijke en vrouwelijke arbeiders bedoeld. HOOFDSTUK II. - Uurlonen
Art. 2.Op 1 januari 2016 gelden de volgende minimumuurlonen (alle premies en voordelen in natura inbegrepen in de mate en voor zover die aan gans het personeel worden toegekend) voor de arbeiders die geen zes maanden anciënniteit in de onderneming hebben, en dit ongeacht hun leeftijd :
38 uren/week (EUR)
37 uren/week (EUR)
38 heures/semaine (EUR)
37 heures/semaine (EUR)
Categorie I
13,27
13,58
Catégorie I
13,27
13,58
Categorie II
13,99
14,32
Catégorie II
13,99
14,32
Categorie III
14,72
15,04
Catégorie III
14,72
15,04
Art. 3.Op 1 januari 2016 gelden de volgende minimumuurlonen voor de arbeiders die zes maanden anciënniteit in de onderneming tellen, en dit ongeacht hun leeftijd :
38 uren/week (EUR)
37 uren/week (EUR)
38 heures/semaine (EUR)
37 heurees/semaine (EUR)
Categorie I
13,71
14,03
Catégorie I
13,71
14,03
Categorie II
14,46
14,78
Catégorie II
14,46
14,78
Categorie III
15,20
15,55
Catégorie III
15,20
15,55
Art. 4.De voorwaarde van zes maanden anciënniteit is ingevuld op de dag dat de som van alle tewerkstellingsperiodes, al dan niet onderbroken, bij eenzelfde werkgever in de loop van de laatste twee jaar minstens zes maanden bedraagt.
Onder "tewerkstellingsperiodes" dient men te verstaan de periodes gedekt door : - alle arbeidsovereenkomsten, van welke aard ook, zelfs al wordt de uitvoering ervan geschorst; en/of - door een interimovereenkomst.
Commentaar bij artikel 4 : De partijen komen overeen dat deze periode van zes maanden opgebouwd kan worden door al dan niet onderbroken tewerkstellingsperiodes bij dezelfde werkgever in een referentieperiode van twee jaar. Eens deze voorwaarde van zes maanden is gerealiseerd, is die verworven voor alle latere periodes van tewerkstelling bij deze werkgever.
Art. 5.In afwijking op artikel 2 van deze collectieve arbeidsovereenkomst gelden voor arbeiders tewerkgesteld met een overeenkomst voor tewerkstelling van studenten, zoals bepaald in titel VII van de wet van 3 juli 1978Relevante gevonden documenten type wet prom. 03/07/1978 pub. 03/07/2008 numac 2008000527 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Wet betreffende de arbeidsovereenkomsten type wet prom. 03/07/1978 pub. 12/03/2009 numac 2009000158 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Wet betreffende de arbeidsovereenkomsten sluiten betreffende de arbeidsovereenkomsten, volgende minimumlonen, uitgedrukt als een percentage van de in artikel 2 vermelde minimumlonen :
Leeftijd
Percentage
Age
Pourcentage
18 jaar en ouder
90
18 ans et plus
90
17 jaar
80
17 ans
80
16 jaar
70
16 ans
70
15 jaar
60
15 ans
60
Commentaar bij artikel 5 : Deze minimumuurlonen van de jongere werklieden, tewerkgesteld met een arbeidsovereenkomst voor studenten zoals bepaald in titel VII van de
wet van 3 juli 1978Relevante gevonden documenten
type
wet
prom.
03/07/1978
pub.
03/07/2008
numac
2008000527
bron
federale overheidsdienst binnenlandse zaken
Wet betreffende de arbeidsovereenkomsten
type
wet
prom.
03/07/1978
pub.
12/03/2009
numac
2009000158
bron
federale overheidsdienst binnenlandse zaken
Wet betreffende de arbeidsovereenkomsten
sluiten betreffende de arbeidsovereenkomsten, werden vastgelegd rekening houdend met de opleidingsperiode van toepassing op jonge arbeiders en het vergemakkelijken van de integratie van jongeren op de arbeidsmarkt. HOOFDSTUK III. - Koppeling van de lonen aan het indexcijfer van de consumptieprijzen
Art. 6.De bij deze collectieve arbeidsovereenkomst vastgestelde minimumuurlonen worden gekoppeld aan het indexcijfer van de consumptieprijzen, overeenkomstig de collectieve arbeidsovereenkomst van 20 juli 2011 tot koppeling van de lonen aan het indexcijfer der consumptieprijzen, gesloten in het Paritair Comité voor de voedingsnijverheid. HOOFDSTUK IV. - Premie voor nachtarbeid
Art. 7.Een premie gelijk aan een uurtoeslag van 20 pct. wordt toegekend voor nachtarbeid.
Art. 8.De nacht omvat een periode van 8 uren die, behalve wanneer het anders voorzien wordt in het arbeidsreglement, loopt van 22 tot 6 uur. HOOFDSTUK V. - Premie voor ploegenarbeid
Art. 9.Een premie gelijk aan een minimumuurtoeslag van : - 0,48 EUR wordt toegekend voor de arbeid geleverd in de morgenploeg; - 0,54 EUR wordt toegekend voor de arbeid geleverd in de namiddagploeg.
Deze toeslagen kunnen niet met de toeslag voorzien voor nachtarbeid gecumuleerd worden.
Behalve wanneer het anders wordt voorzien in het arbeidsreglement, zijn de arbeidsuren van de ploegen als volgt vastgesteld : - voor de morgenploeg : van 6 tot 14 uur; - voor de namiddagploeg : van 14 tot 22 uur. HOOFDSTUK VI. - Gemeenschappelijke bepalingen voor de nacht- en ploegenarbeid
Art. 10.Deze collectieve arbeidsovereenkomst is niet van toepassing in de ondernemingen waar reeds soortgelijke en gelijkwaardige voordelen onder een andere vorm worden toegekend. HOOFDSTUK VII. - Geldigheid
Art. 11.Deze collectieve arbeidsovereenkomst vervangt deze van 18 december 2013, gesloten in het Paritair Comité voor de voedingsnijverheid, betreffende de loon- en arbeidsvoorwaarden van de arbeiders tewerkgesteld in de kandijfabrieken, geregistreerd onder nummer 119841/CO/118.
Zij heeft uitwerking met ingang van 1 januari 2016 en houdt op van kracht te zijn op 31 december 2016. Nadien wordt zij stilzwijgend verlengd voor opeenvolgende periodes van één jaar, behoudens opzegging door één der partijen uiterlijk drie maanden vóór het verstrijken van de collectieve arbeidsovereenkomst bij een ter post aangetekende brief, gericht aan de voorzitter van het Paritair Comité voor de voedingsnijverheid en aan de erin vertegenwoordigde organisaties.
Gunstiger regelingen die vóór de inwerkingtreding van deze collectieve arbeidsovereenkomst bestonden, blijven behouden.
Gezien om te worden gevoegd bij het koninklijk besluit van 12 maart 2017.
De Minister van Werk, K. PEETERS