Etaamb.openjustice.be
Koninklijk Besluit van 12 januari 2011
gepubliceerd op 11 februari 2011

Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 6 september 2010, gesloten in het Paritair Comité voor de Vlaamse welzijns- en gezondheidssector, betreffende het opleidingsluik van de jongerenbanen in de buitenschoolse kinderopvang in het kader van het Generatiepact

bron
federale overheidsdienst werkgelegenheid, arbeid en sociaal overleg
numac
2010206560
pub.
11/02/2011
prom.
12/01/2011
staatsblad
https://www.ejustice.just.fgov.be/cgi/article_body(...)
Document Qrcode

12 JANUARI 2011. - Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 6 september 2010, gesloten in het Paritair Comité voor de Vlaamse welzijns- en gezondheidssector, betreffende het opleidingsluik van de jongerenbanen in de buitenschoolse kinderopvang in het kader van het Generatiepact (1)


ALBERT II, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.

Gelet op de wet van 5 december 1968Relevante gevonden documenten type wet prom. 05/12/1968 pub. 22/05/2009 numac 2009000346 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Wet betreffende de collectieve arbeidsovereenkomsten en de paritaire comités. - Officieuze coördinatie in het Duits sluiten betreffende de collectieve arbeidsovereenkomsten en de paritaire comités, inzonderheid op artikel 28;

Gelet op het verzoek van het Paritair Comité voor de Vlaamse welzijns- en gezondheidssector;

Op de voordracht van de Minister van Werk, Hebben Wij besloten en besluiten Wij :

Artikel 1.Algemeen verbindend wordt verklaard de als bijlage overgenomen collectieve arbeidsovereenkomst van 6 september 2010, gesloten in het Paritair Comité voor de Vlaamse welzijns- en gezondheidssector, betreffende het opleidings-luik van de jongerenbanen in de buitenschoolse kinderopvang in het kader van het Generatiepact.

Art. 2.De Minister bevoegd voor Werk is belast met de uitvoering van dit besluit.

Gegeven te Brussel, 12 januari 2011.

ALBERT Van Koningswege : De Vice-Eerste Minister en Minister van Werk en Gelijke Kansen, belast met het Migratie- en asielbeleid, Mevr. J. MILQUET _______ Nota (1) Verwijzing naar het Belgisch Staatsblad : Wet van 5 december 1968Relevante gevonden documenten type wet prom. 05/12/1968 pub. 22/05/2009 numac 2009000346 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Wet betreffende de collectieve arbeidsovereenkomsten en de paritaire comités. - Officieuze coördinatie in het Duits sluiten, Belgisch Staatsblad van 15 januari 1969. Bijlage Paritair Comité voor de Vlaamse welzijns- en gezondheidssector Collectieve arbeidsovereenkomst van 6 september 2010 Opleidingsluik van de jongerenbanen in de buitenschoolse kinderopvang in het kader van het Generatiepact (Overeenkomst geregistreerd op 27 september 2010 onder het nummer 101770/CO/331)

Artikel 1.Deze collectieve arbeidsovereenkomst is van toepassing op de werkgevers en de werknemers van de buitenschoolse kinderopvang en die ressorteren onder het toepassingsgebied van het Paritair Comité voor de Vlaamse welzijns- en gezondheidssector.

Onder "werknemers" wordt verstaan : het mannelijk en vrouwelijk werklieden- en bediendepersoneel.

Art. 2.Context Deze collectieve arbeidsovereenkomst regelt het kader van het opleidingsluik van de jongerenbanen die gecreëerd worden in het kader van de uitvoeringsbesluiten van het Generatiepact.

De bepalingen van het project werden voorgedragen door het "Sociaal Fonds voor de Vlaamse welzijns- en gezondheidssector" en werden goedgekeurd door het Paritair Comité voor de Vlaamse welzijns- en gezondheidssector op maandag 1 februari 2010.

In uitvoering van artikel 14, § 2, 2°, van het koninklijk besluit van 27 april 2007Relevante gevonden documenten type koninklijk besluit prom. 27/04/2007 pub. 12/06/2007 numac 2007022686 bron federale overheidsdienst sociale zekerheid en federale overheidsdienst werkgelegenheid, arbeid en sociaal overleg Koninklijk besluit houdende de algemene uitvoeringsbepalingen van de maatregelen ten gunste van de tewerkstelling van jongeren in social profitsector voortspruitend uit de wet van 23 december 2005 betreffende het generatiepact sluiten houdende de algemene uitvoeringsbepalingen van de maatregelen ten gunste van de tewerkstelling van jongeren in sociaal profitsector voortspruitend uit de wet van 23 december 2005 betreffende het Generatiepact, omvat het project een opleidingsluik dat aan de tewerkstelling moet verbonden zijn.

Art. 3.§ 1. De werkgever is verplicht de in dit kader aangeworven jongeren opleidingen aan te bieden en kiest in overleg met de jongere de gepaste opleiding.

Het voorgestelde opleidingsluik moet ervoor zorgen dat de jongeren in een systeem van permanente vorming terecht komt. Hierbij gaat de voorkeur aan jongeren die niet beschikken over een diploma en die via deze startbanen de mogelijkheid krijgen om competenties te verwerven.

Dit kan : - hetzij via het bereiken van een kwalificatiebewijs in een erkende opleiding met het oog op tewerkstelling in de buitenschoolse opvang; - hetzij via het bemachtigen van het ervaringsbewijs begeleider buitenschoolse opvang. § 2. Voor de jongeren die reeds beschikken over een erkend diploma of ervaringsbewijs dient de werkgever een competentieplan op te stellen waaruit blijft dat ook hier competentieversterkende acties zullen worden opgezet die jongeren in staat zullen stellen hun competenties op te bouwen inclusief een vooropleiding. § 3. Het is mogelijk om de jongeren op te leiden tot begeleider of tot logistieke of ondersteunende functie in de buitenschoolse opvang. § 4. De opleidingstijd wordt beschouwd als arbeidstijd.

Art. 4.De werkgever heeft de opdracht erover te waken dat de opleidingen kwaliteitsvol zijn en met regelmaat worden aangeboden. De werkgever duidt een opleidingsverantwoordelijke aan die de jongere begeleidt. Er zal in een tussentijdse regelmatige evaluatie moeten worden voorzien.

Er moet worden gewezen op de verplichtingen en de verantwoordelijkheden langs beide kanten. De nodige documenten zullen tijdig worden opgesteld tussen het Vlaams Instituut voor Vorming en Opleiding in de social profit (VIVO) VZW, de jongere en de werkgever; waarbij van de jongere ook de verbintenis verwacht wordt met betrekking tot een actieve deelname aan de opleidingen en de werkgever ervoor zorgt dat opleidingen aangeboden worden.

Het opleidingsproject voorziet dat indien er een sociaal overlegorgaan in de instelling is, de werkgever in overleg met dat orgaan het project moet indienen. De opvolging van de uitvoering van het opleidingsluik zal ook voorwerp zijn van het overleg tussen de werkgever en de werknemersvertegenwoordigers in het sociaal overlegorgaan.

Art. 5.Deze collectieve arbeidsovereenkomst treedt in werking op 1 maart 2010. Zij is gesloten voor onbepaalde duur.

Deze collectieve arbeidsovereenkomst vervangt de collectieve arbeidsovereenkomst van 1 februari 2010 betreffende het opleidingsluik van de jongerenbanen in de buitenschoolse opvang in het kader van het Generatiepact, gesloten in het Paritair Comité voor de Vlaamse welzijns- en gezondheidssector.

Zij kan worden opgezegd door elk der partijen, mits een opzeggingstermijn van drie maanden, gericht bij een ter post aangetekende brief aan de voorzitter van het Paritair Comité voor de Vlaamse welzijns- en gezondheidssector.

Gezien om te worden gevoegd bij het koninklijk besluit van 12 januari 2011.

De Vice-Eerste Minister en Minister van Werk en Gelijke Kansen, belast met het Migratie- en asielbeleid, Mevr. J. MILQUET

^