gepubliceerd op 02 maart 2002
Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 26 februari 2001, gesloten in het Paritair Comité voor gewoon pottengoed in potaarde, betreffende de forfaitaire vormingspremie
10 NOVEMBER 2001. - Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 26 februari 2001, gesloten in het Paritair Comité voor gewoon pottengoed in potaarde, betreffende de forfaitaire vormingspremie (1)
ALBERT II, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.
Gelet op de wet van 5 december 1968 betreffende de collectieve arbeidsovereenkomsten en de paritaire comités, inzonderheid op artikel 28;
Gelet op het verzoek van het Paritair Comité voor gewoon pottengoed in potaarde;
Op de voordracht van Onze Minister van Werkgelegenheid, Hebben Wij besloten en besluiten Wij :
Artikel 1.Algemeen verbindend wordt verklaard de als bijlage overgenomen collectieve arbeidsovereenkomst van 26 februari 2001, gesloten in het Paritair Comité voor gewoon pottengoed in potaarde, betreffende de forfaitaire vormingspremie.
Art. 2.Onze Minister van Werkgelegenheid is belast met de uitvoering van dit besluit.
Gegeven te Brussel, 10 november 2001 ALBERT Van Koningswege : De Minister van Werkgelegenheid, Mevr. L. ONKELINX _______ Nota (1) Verwijzing naar het Belgisch Staatsblad : Wet van 5 december 1968, Belgisch Staatsblad van 15 januari 1969. Bijlage Paritair Comité voor gewoon pottengoed in potaarde Collectieve arbeidsovereenkomst van 26 februari 2001 Forfaitaire vormingspremie (Overeenkomst geregistreerd op 19 maart 2001 onder het nummer 56809/CO/150)
Artikel 1.Deze collectieve arbeidsovereenkomst is van toepassing op de werkgevers en op de werklieden en werksters van de ondernemingen welke onder het Paritair Comité voor gewoon pottengoed in potaarde ressorteren.
Onder "werklieden" wordt verstaan de werklieden en de werksters.
Art. 2.Een forfaitaire premie waarvan het bedrag wordt vastgesteld op 49,58 EUR per rechthebbende werkman of werkster wordt door de werkgever gestort aan het "Fonds voor bestaanszekerheid voor gewoon pottengoed in potaarde" voor 1 september van het lopende kalenderjaar.
Art. 3.De in artikel 1 bedoelde werklieden en werksters hebben recht op de forfaitaire vormingspremie wanneer zij op 1 september van het lopende kalenderjaar, datum van uitbetaling van de premie, ingeschreven zijn op de personeelslijst van een onderneming die ressorteert onder de bevoegdheid van het Paritair Comité voor gewoon pottengoed in potaarde en tenminste in dienst zijn getreden in de loop van het voorgaande kalenderjaar.
Art. 4.De verdere toepassingsmodaliteiten inzake de uitvoering van deze collectieve arbeidsovereenkomst worden vastgelegd in de raad van bestuur van het "Fonds voor bestaanszekerheid voor gewoon pottengoed in potaarde".
Art. 5.Deze collectieve arbeidsovereenkomst heeft uitwerking met ingang van 1 januari 2001 en treedt buiten werking op 31 december 2002.
Gezien om te worden gevoegd bij het koninklijk besluit van 10 november 2001.
De Minister van Werkgelegenheid, Mevr. L. ONKELINX
Bijlage bij de collectieve arbeidsovereenkomst van 26 februari 2001, gesloten in het Paritair Comité voor gewoon pottengoed in potaarde, betreffende de foraitaire vormingspremie Het bedrag van 49,58 EUR voorzien in artikel 2 van de collectieve arbeidsovereenkomst stemt overeen met 2 000 BEF. Gezien om te worden gevoegd bij het koninklijk besluit van 10 november 2001.
De Minister van Werkgelegenheid, Mevr. L. ONKELINX