8 MAART 2021. - Koninklijk besluit houdende ontslag en benoeming van zes leden voor de Commissie van advies voor de niet-verspreiding van kernwapens

FILIP, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.

Gelet op de wet van 9 februari 1981 houdende de voorwaarden voor export van kernmaterialen en kernuitrustingen, alsmede van technologische gegevens, artikel 1;

Gelet op het koninklijk besluit van 12 mei 1989 betreffende de overdracht aan niet-kernwapenstaten van kernmaterialen, kernuitrustingen, technologische kerngegevens en hun afgeleiden, artikel 6, § 4, tweede lid;

Overwegende het koninklijk besluit van 7 april 2019Relevante gevonden documenten type koninklijk besluit prom. 07/04/2019 pub. 23/04/2019 numac 2019011858 bron federale overheidsdienst economie, k.m.o., middenstand en energie Koninklijk besluit houdende benoeming van de voorzitter, de ondervoorzitter, de werkende leden en de plaatsvervangende leden van de Commissie van advies voor de niet-verspreiding van kernwapens sluiten houdende benoeming van de voorzitter, de ondervoorzitter, de werkende leden en de plaatsvervangende leden van de Commissie van advies voor de niet-verspreiding van kernwapens;

Op de voordracht van de Minister van Energie, Hebben Wij besloten en besluiten Wij :

Artikel 1.Eervol ontslag wordt verleend uit zijn functie van werkend lid van de Commissie van advies voor de niet-verspreiding van kernwapens aan de heer K. CHEYNS, aangeduid door de Minister van Defensie.

Art. 2.Eervol ontslag wordt verleend uit zijn functie van plaatsvervangend lid van de Commissie van advies voor de niet-verspreiding van kernwapens aan de heer O. GREGOIRE, aangeduid door de Minister van Defensie.

Art. 3.Eervol ontslag wordt verleend uit zijn functie van plaatsvervangend lid van de Commissie van advies voor de niet-verspreiding van kernwapens aan de heer G. CROONENBORGHS, aangeduid door de Minister van Binnenlandse Zaken.

Art. 4.Eervol ontslag wordt verleend uit haar functie van plaatsvervangend lid van de Commissie van advies voor de niet-verspreiding van kernwapens aan mevrouw I. HENDRICKX, aangeduid door de Minister van Economie.

Art. 5.Eervol ontslag wordt verleend uit haar functie van werkend lid van de Commissie van advies voor de niet-verspreiding van kernwapens aan mevrouw S. PEDOUX, aangeduid door de Minister van Energie.

Art. 6.Eervol ontslag wordt verleend uit haar functie van plaatsvervangend lid van de Commissie van advies voor de niet-verspreiding van kernwapens aan mevrouw C. USLU, aangeduid door de Minister van Energie.

Art. 7.De heer W. KERSBERGEN, aangeduid door de Minister van Defensie, wordt benoemd tot werkend lid van de Commissie van advies voor de niet-verspreiding van kernwapens om het driejarige mandaat van de heer K. CHEYNS te voltooien.

Art. 8.De heer L. SACCO, aangeduid door de Minister van Defensie, wordt benoemd tot plaatsvervangend lid van de Commissie van advies voor de niet-verspreiding van kernwapens om het driejarige mandaat van de heer O. GREGOIRE te voltooien.

Art. 9.De heer O. GREGOIRE, aangeduid door de Minister van Binnenlandse Zaken, wordt benoemd tot plaatsvervangend lid van de Commissie van advies voor de niet-verspreiding van kernwapens om het driejarige mandaat van de heer G. CROONENBORGHS te voltooien.

Art. 10.Mevrouw A. WAEM, aangeduid door de Minister van Economie, wordt benoemd tot plaatsvervangend lid van de Commissie van advies voor de niet-verspreiding van kernwapens om het driejarige mandaat van mevrouw I. HENDRICKX te voltooien.

Art. 11.Mevrouw C. USLU, aangeduid door de Minister van Energie, wordt benoemd tot werkend lid van de Commissie van advies voor de niet-verspreiding van kernwapens om het driejarige mandaat van mevrouw S. PEDOUX te voltooien.

Art. 12.De heer B. VANSPAUWEN, aangeduid door de Minister van Energie, wordt benoemd tot plaatsvervangend lid van de Commissie van advies voor de niet-verspreiding van kernwapens om het driejarige mandaat van mevrouw C. USLU te voltooien.

Art. 13.Dit besluit treedt in werking de dag waarop het in het Belgisch Staatsblad wordt bekendgemaakt.

Art. 14.De minister bevoegd voor Energie is belast met de uitvoering van dit besluit.

Gegeven te Brussel, 8 maart 2021.

FILIP Van Koningswege : De Minister van Energie, T. VAN DER STRAETEN