gepubliceerd op 02 april 2020
Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 5 september 2019, gesloten in het Paritair Comité voor de voedingsnijverheid, betreffende de loon- en arbeidsvoorwaarden in de maalderijen en ondernemingen van roggebloem
6 MAART 2020. - Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 5 september 2019, gesloten in het Paritair Comité voor de voedingsnijverheid, betreffende de loon- en arbeidsvoorwaarden in de maalderijen en ondernemingen van roggebloem (1)
FILIP, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.
Gelet op de wet van 5 december 1968Relevante gevonden documenten type wet prom. 05/12/1968 pub. 22/05/2009 numac 2009000346 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Wet betreffende de collectieve arbeidsovereenkomsten en de paritaire comités. - Officieuze coördinatie in het Duits sluiten betreffende de collectieve arbeidsovereenkomsten en de paritaire comités, inzonderheid op artikel 28;
Gelet op het verzoek van het Paritair Comité voor de voedingsnijverheid;
Op de voordracht van de Minister van Werk, Hebben Wij besloten en besluiten Wij :
Artikel 1.Algemeen verbindend wordt verklaard de als bijlage overgenomen collectieve arbeidsovereenkomst van 5 september 2019, gesloten in het Paritair Comité voor de voedingsnijverheid, betreffende de loon- en arbeidsvoorwaarden in de maalderijen en ondernemingen van roggebloem.
Art. 2.De minister bevoegd voor Werk is belast met de uitvoering van dit besluit.
Gegeven te Brussel, 6 maart 2020.
FILIP Van Koningswege : De Minister van Werk, N. MUYLLE _______ Nota (1) Verwijzing naar het Belgisch Staatsblad : Wet van 5 december 1968Relevante gevonden documenten type wet prom. 05/12/1968 pub. 22/05/2009 numac 2009000346 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Wet betreffende de collectieve arbeidsovereenkomsten en de paritaire comités. - Officieuze coördinatie in het Duits sluiten, Belgisch Staatsblad van 15 januari 1969. Bijlage Paritair Comité voor de voedingsnijverheid Collectieve arbeidsovereenkomst van 5 september 2019 Loon- en arbeidsvoorwaarden in de maalderijen en ondernemingen van roggebloem (Overeenkomst geregistreerd op 14 november 2019 onder het nummer 155103/CO/118) HOOFDSTUK I. - Toepassingsgebied
Artikel 1.§ 1. Deze collectieve arbeidsovereenkomst is van toepassing op de werkgevers en de arbeiders van de maalderijen en ondernemingen van roggebloem. § 2. Met "arbeiders" worden de mannelijke en vrouwelijke arbeiders bedoeld. HOOFDSTUK II. - Indeling van de arbeiders
Art. 2.De arbeiders worden als volgt in vier categorieën ingedeeld : 1. Categorie A (hulparbeiders): - magazijnarbeider; - zakkenvuller en weger van korengrind en afval; - reiniger van ledige zakken; - zakkendrager; - nachtwaker; - steenkoolruier. 2. Categorie B (geoefende arbeiders): - geoefende graanlosser uit boten; - graanreiniger; - zifter; - builer; - geoefende zakkenvuller-bloemweger; - paardengeleider. 3. Categorie C (geschoolde arbeiders): - machinist; - ketelstoker; - bediener van de cylinder; - geoefende toezichter over de graanreiniger; - groevenmaker; - bestuurder van autovoertuigen. 4. Categorie D (vaklieden): - molenbestuurder (arbeider die verantwoordelijk is voor het besturen van een molen met een dagelijkse maximumcapaciteit van 150 zakken); - bankwerker; - elektricien; - smid; - metselaar; - schrijnwerker; - schilder, enz. HOOFDSTUK III. - Uurlonen
Art. 3.Op 1 juli 2019 gelden de volgende minimumuurlonen voor de arbeiders die geen zes maanden anciënniteit in de onderneming tellen, en dit ongeacht hun leeftijd:
38 uren/week (EUR)
37 uren/week (EUR)
38 heures/semaine (EUR)
37 heures/semaine (EUR)
Categorie A (hulparbeiders)
14,45
14,77
Catégorie A (ouvriers manoeuvres)
14,45
14,77
Categorie B (geoefende arbeiders)
14,89
15,28
Catégorie B (ouvriers spécialisés)
14,89
15,28
Categorie C (geschoolde arbeiders)
15,35
15,68
Catégorie C (ouvriers qualifiés)
15,35
15,68
Art. 4.Op 1 juli 2019 gelden volgende minimumuurlonen voor de arbeiders die zes maanden anciënniteit in de onderneming tellen, en dit ongeacht hun leeftijd:
38 uren/week (EUR)
37 uren/week (EUR)
38 heures/semaine (EUR)
37 heures/semaine (EUR)
Categorie A (hulparbeiders)
14,91
15,31
Catégorie A (ouvriers manoeuvres)
14,91
15,31
Categorie B (geoefende arbeiders)
15,40
15,74
Catégorie B (ouvriers spécialisés)
15,40
15,74
Categorie C (geschoolde arbeiders)
15,84
16,20
Catégorie C (ouvriers qualifiés)
15,84
16,20
Art. 5.Per 1 januari 2020 zullen deze sectorale minimumlonen verhogen met 0,04 EUR.
Art. 6.De voorwaarde van zes maanden anciënniteit is ingevuld op de dag dat de som van alle tewerkstellingsperiodes, al dan niet onderbroken, bij eenzelfde werkgever in de loop van de laatste twee jaar minstens zes maanden bedraagt.
Onder "tewerkstellingsperiodes" dient men te verstaan de periodes gedekt door: - alle arbeidsovereenkomsten, van welke aard ook, zelfs al wordt de uitvoering ervan geschorst; en/of - door een interimovereenkomst.
Commentaar bij artikel 6: De partijen komen overeen dat deze periode van zes maanden opgebouwd kan worden door al dan niet onderbroken tewerkstellingsperiodes bij dezelfde werkgever in een referentieperiode van twee jaar. Eens deze voorwaarde van zes maanden is gerealiseerd, is die verworven voor alle latere periodes van tewerkstelling bij deze werkgever.
Art. 7.Het minimumuurloon van de categorie D (vaklieden) wordt vastgesteld door overeenkomst tussen partijen volgens de plaatselijke gebruiken. Het mag evenwel niet lager zijn dan het minimumuurloon van de categorie C (geschoolde arbeiders).
Art. 8.In afwijking op artikel 3 van deze collectieve arbeidsovereenkomst gelden voor arbeiders tewerkgesteld met een overeenkomst voor tewerkstelling van studenten, zoals bepaald in titel VII van de wet van 3 juli 1978Relevante gevonden documenten type wet prom. 03/07/1978 pub. 03/07/2008 numac 2008000527 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Wet betreffende de arbeidsovereenkomsten type wet prom. 03/07/1978 pub. 12/03/2009 numac 2009000158 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Wet betreffende de arbeidsovereenkomsten sluiten betreffende de arbeidsovereenkomsten, volgende minimumlonen, uitgedrukt als een percentage van de in artikel 3 vermelde minimumlonen :
Leeftijd
Percentage
Age
Pourcentage
18 jaar en ouder
90
18 ans et plus
90
17 jaar
80
17 ans
80
16 jaar
70
16 ans
70
15 jaar
60
15 ans
60
Commentaar bij artikel 8 : Deze minimumuurlonen van de jongere werklieden, tewerkgesteld met een arbeidsovereenkomst voor studenten zoals bepaald in titel VII van de
wet van 3 juli 1978Relevante gevonden documenten
type
wet
prom.
03/07/1978
pub.
03/07/2008
numac
2008000527
bron
federale overheidsdienst binnenlandse zaken
Wet betreffende de arbeidsovereenkomsten
type
wet
prom.
03/07/1978
pub.
12/03/2009
numac
2009000158
bron
federale overheidsdienst binnenlandse zaken
Wet betreffende de arbeidsovereenkomsten
sluiten betreffende de arbeidsovereenkomsten, werden vastgelegd rekening houdend met de opleidingsperiode van toepassing op jonge arbeiders en het vergemakkelijken van de integratie van jongeren op de arbeidsmarkt. HOOFDSTUK IV. - Koppeling van de uurlonen aan het indexcijfer van de consumptieprijzen
Art. 9.. De bij deze collectieve arbeidsovereenkomst vastgestelde minimumuurlonen worden gekoppeld aan het indexcijfer van de consumptieprijzen, overeenkomstig de collectieve arbeidsovereenkomst van 20 juli 2011 tot koppeling van de lonen aan het indexcijfer der consumptieprijzen, gesloten in het Paritair Comité voor de voedingsnijverheid. HOOFDSTUK V. - Nachtarbeid en ploegenarbeid
Art. 10.Wordt als nachtarbeid aanzien, het werk verricht tussen 22 en 6 uur.
Nochtans wordt het werk door de morgenploeg of de namiddagploeg verricht tussen 5 en 6 uur of tussen 22 en 23 uur niet aanzien als nachtarbeid.
Art. 11.Arbeid in twee of drie ploegen geeft recht op volgende toeslagen op het uurloon :
Morgenploeg
7,5 pct.
Equipe du matin
7,5 p.c.
Namiddagploeg
7,5 pct.
Equipe de l'après-midi
7,5 p.c.
Nachtploeg
7,5 pct.
Equipe de nuit
7,5 p.c.
Art. 12.Nachtarbeid geeft recht op een loontoeslag van 20 pct. op het uurloon, onafgezien de eventuele 7,5 pct.-toeslag voor ploegenarbeid voorzien in artikel 11.
Deze 20 pct.-toeslag mag verleend worden hetzij in loon, hetzij in betaalde compensatierust.
Art. 13.Indien de toeslag voor de nachtarbeid in betaalde compensatierust verleend wordt, dan geschiedt dit op zulke wijze dat deze in de loop der daarop volgende kalendermaand vereffend is.
Ingeval de betaalde compensatierust waarop de arbeider recht heeft, lager is dan het aantal arbeidsuren van een normale arbeidsdag, dan wordt de toeslag voorzien bij artikel 12 in loon uitbetaald.
Is de betaalde compensatierust waarop de arbeider recht heeft gelijk aan het aantal uren van één of meer arbeidsdagen, dan wordt de toeslag voorzien bij artikel 12 in betaalde vergeldende rustdagen of in loon verleend.
Indien, na toepassing van de betaalde vergeldende rustdagen, een saldo in uren overblijft onvoldoende om een volledige dag betaalde compensatierust te verlenen, dan wordt het saldo in loon uitbetaald.
Art. 14.De toepassing van de artikelen 10 tot 13 mag geen vermindering van de globale gemiddelde bezoldiging (loon + toeslagen) of geen verhoging van de gemiddelde arbeidsduur tot gevolg hebben. HOOFDSTUK VI. - Geldigheid
Art. 15.Deze collectieve arbeidsovereenkomst vervangt deze van 11 oktober 2017, gesloten in het Paritair Comité voor de voedingsnijverheid, betreffende de loon- en arbeidsvoorwaarden van de arbeiders tewerkgesteld in de maalderijen en ondernemingen van roggebloem, geregistreerd onder het nummer 142894/CO/118.
Zij heeft uitwerking met ingang van 1 juli 2019 en houdt op van kracht te zijn op 31 december 2020. Nadien wordt zij stilzwijgend verlengd voor opeenvolgende periodes van één jaar, behoudens opzegging door één der partijen uiterlijk drie maanden vóór het verstrijken van de collectieve arbeidsovereenkomst bij een ter post aangetekende brief, gericht aan voorzitter van het Paritair Comité voor de voedingsnijverheid en aan de erin vertegenwoordigde organisaties.
Gunstigere regelingen die vóór de inwerkingtreding van deze collectieve arbeidsovereenkomst bestonden, blijven behouden.
Gezien om te worden gevoegd bij het koninklijk besluit van 6 maart 2020.
De Minister van Werk, N. MUYLLE