Etaamb.openjustice.be
Koninklijk Besluit van 04 maart 2012
gepubliceerd op 03 juni 2013

Koninklijk besluit houdende toekenning van de waardigheid van Eredeken van de Arbeid. - Welzijn op het werk

bron
federale overheidsdienst werkgelegenheid, arbeid en sociaal overleg en federale overheidsdienst economie, k.m.o., middenstand en energie
numac
2013012201
pub.
03/06/2013
prom.
04/03/2012
staatsblad
https://www.ejustice.just.fgov.be/cgi/article_body(...)
Document Qrcode

4 MAART 2012. - Koninklijk besluit houdende toekenning van de waardigheid van Eredeken van de Arbeid. - Welzijn op het werk


ALBERT II, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.

Gelet op het besluit van de Regent van 12 maart 1948, betreffende het Commissariaat-generaal der Regering bij de Nationale Arbeidstentoonstellingen;

Gelet op het besluit van de Regent van 12 november 1948, houdende nadere omschrijving van de officiële modellen der erekentekens van de Arbeid;

Gelet op het koninklijk besluit van 31 juli 1954, houdende goedkeuring der statuten van de Instelling van openbaar nut genoemd "Koninklijk Instituut der Eliten van de Arbeid van België, Albert I - Nationale Arbeidstentoonstellingen";

Gelet op het advies van het bevoegd Nationaal Organiserend Comité, gegeven op 20 oktober 2011;

Gelet op het gunstig advies van de Commissaris-generaal der Regering bij het Koninklijk Instituut der Eliten van de Arbeid van België, gegeven op 19 december 2011;

Op de voordracht van de Vice-Eerste Minister en Minister van Economie en van de Minister van Werk, Hebben Wij besloten en besluiten Wij :

Artikel 1.De waardigheid van Eredeken van de Arbeid wordt toegekend aan de hieronder vermelde personen, die geacht worden de nodige hoedanigheden te bezitten om de tradities, alsmede het moreel en het sociaal aanzien van hun beroep of functie te verpersoonlijken : Carron Lieven P.G., Ranst Woiche Christian L.P.G., Silly

Art. 2.Deze opdracht wordt hen gegeven voor een termijn van vijf jaar. Zij kan een einde nemen vóór het verstrijken van die termijn, indien de titularis ophoudt zijn beroepsactiviteiten uit te oefenen.

Art. 3.De minister bevoegd voor Economie en de minister bevoegd voor Werk zijn, ieder wat hem betreft, belast met de uitvoering van dit besluit.

Gegeven te Brussel, 4 maart 2012.

ALBERT Van Koningswege : De Vice-Eerste Minister en Minister van Economie, Consumenten en Noordzee, J. VANDE LANOTTE De Minister van Werk, Mevr. M. DE CONINCK

^