gepubliceerd op 17 januari 2003
Koninklijk besluit tot wijziging van het koninklijk besluit van 22 november 1996 houdende vaststelling van de personeelsformatie van de bijzondere graden bij de griffies en de parketten van de hoven en rechtbanken
3 DECEMBER 2002. - Koninklijk besluit tot wijziging van het koninklijk besluit van 22 november 1996 houdende vaststelling van de personeelsformatie van de bijzondere graden bij de griffies en de parketten van de hoven en rechtbanken
ALBERT II, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.
Gelet op het Gerechtelijk Wetboek, inzonderheid op artikel 185, eerste lid, gewijzigd bij de wetten van 15 juli 1970 en 17 februari 1997;
Gelet op het koninklijk besluit van 22 november 1996 houdende vaststelling van de personeelsformatie van de bijzondere graden bij de griffies en de parketten van de hoven en rechtbanken, gewijzigd bij de koninklijke besluiten van 30 december 1999 en 20 december 2000;
Gelet op het advies van de Inspecteur van Financiën, gegeven op 21 november 2001;
Gelet op het met redenen omkleed advies van het Hoog Overlegcomité, gegeven op 10 december 2001;
Gelet op de akkoordbevinding van de Minister van Ambtenarenzaken van 28 januari 2002;
Gelet op de akkoordbevinding van de Minister van Begroting van 8 april 2002;
Op de voordracht van Onze Minister van Begroting en van Onze Minister van Justitie, Hebben Wij besloten en besluiten Wij :
Artikel 1.In de tabel die voorkomt in artikel 1 van het koninklijk besluit van 22 november 1996 houdende vaststelling van de personeelsformatie van de bijzondere graden bij de griffies en de parketten van de hoven en rechtbanken, gewijzigd bij het koninklijk besluit van 30 december 1999, wordt het cijfer « 38 » dat voorkomt tegenover de graad van gerechtelijk technisch assistent, vervangen door het cijfer « 43 ».
Art. 2.Dit besluit treedt in werking op de eerste dag van de maand na die waarin het is bekendgemaakt in het Belgisch Staatsblad .
Art. 3.Onze Minister van Begroting en Onze Minister van Justitie zijn, ieder wat hem betreft, belast met de uitvoering van dit besluit.
Gegeven te Brussel, 3 december 2002.
ALBERT Van Koningswege : De Minister van Begroting, J. VANDE LANOTTE De Minister van Justitie, M. VERWILGHEN