Etaamb.openjustice.be
Koninklijk Besluit van 02 mei 2001
gepubliceerd op 31 mei 2001

Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 11 mei 1999, gesloten in het Paritair Subcomité voor de zadelmakerij, de vervaardiging van riemen en industriële artikelen in leder, betreffende de loon- en arbeidsvoorwaarden

bron
ministerie van tewerkstelling en arbeid
numac
2001012317
pub.
31/05/2001
prom.
02/05/2001
ELI
eli/besluit/2001/05/02/2001012317/staatsblad
staatsblad
https://www.ejustice.just.fgov.be/cgi/article_body(...)
Document Qrcode

2 MEI 2001. - Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 11 mei 1999, gesloten in het Paritair Subcomité voor de zadelmakerij, de vervaardiging van riemen en industriële artikelen in leder, betreffende de loon- en arbeidsvoorwaarden (1)


ALBERT II, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.

Gelet op de wet van 5 december 1968 betreffende de collectieve arbeidsovereenkomsten en de paritaire comités, inzonderheid op artikel 28;

Gelet op het verzoek van het Paritair Subcomité voor de zadelmakerij, de vervaardiging van riemen en industriële artikelen in leder;

Op de voordracht van Onze Minister van Werkgelegenheid, Hebben Wij besloten en besluiten Wij :

Artikel 1.Algemeen verbindend wordt verklaard de als bijlage overgenomen collectieve arbeidsovereenkomst van 11 mei 1999, gesloten in het Paritair Subcomité voor de zadelmakerij, de vervaardiging van riemen en industriële artikelen in leder, betreffende de loon- en arbeidsvoorwaarden.

Art. 2.Onze Minister van Werkgelegenheid is belast met de uitvoering van dit besluit.

Gegeven te Brussel, 2 mei 2001.

ALBERT Van Koningswege : De Minister van Werkgelegenheid, Mevr. L. ONKELINX _______ Nota (1) Verwijzing naar het Belgisch Staatsblad : Wet van 5 december 1968, Belgisch Staatsblad van 15 januari 1969. Bijlage Paritair Subcomité voor de zadelmakerij, de vervaardiging van riemen en industriële artikelen in leder Collectieve arbeidsovereenkomst van 11 mei 1999 Loon- en arbeidsvoorwaarden (Overeenkomst geregistreerd op 2 december 1999 onder het nummer 53146/CO/128.05) HOOFDSTUK I. - Toepassingsgebied

Artikel 1.Deze collectieve arbeidsovereenkomst is van toepassing op de werkgevers en op de werklieden en werksters van de ondernemingen waar zadels, lederen riemen, sportartikelen in leder en in vel en industriële artikelen in leder worden vervaardigd. HOOFDSTUK II. - Lonen

Art. 2.§ 1. De minimumuurlonen van de werklieden en werksters worden als volgt vastgesteld op 1 april 1999, in een regeling van de 38-urige werkweek : Categorie 1 : 278,45 BEF Categorie 2 : 272,50 BEF Categorie 3 : 263,45 BEF. § 2. De minimumuurlonen en de werkelijk uitbetaalde uurlonen van de werklieden en werksters worden verhoogd met 2 BEF per uur op 1 juli 1999 en met 2 BEF per uur op 1 juli 2000. HOOFDSTUK III. - Koppeling van de lonen aan het indexcijfer van de consumptieprijzen

Art. 3.De bij de artikelen 2 en 5 vastgestelde lonen en bestaanszekerheidsuitkeringen zijn gekoppeld aan het indexcijfer van de consumptieprijzen (gezondheidsindex) maandelijks vastgesteld door het Ministerie van Economische Zaken en gepubliceerd in het Belgisch Staatsblad.

Art. 4.Hun aanpassing geschiedt volgens de bepalingen vervat in hoofdstuk III, artikelen 8, 9 en 10 van de collectieve arbeidsovereenkomst van 9 april 1986, gesloten in het Paritair Subcomité voor de zadelmakerij, de vervaardiging van riemen en industriële artikelen in leder, betreffende de loon- en arbeidsvoorwaarden voor de ondernemingen waar zadels, lederen riemen, sportartikelen in leder en in vel en industriële artikelen in leder worden vervaardigd, algemeen verbindend verklaard bij koninklijk besluit van 10 december 1986 (Belgisch Staatsblad van 22 januari 1987). HOOFDSTUK IV. - Bestaanszekerheid

Art. 5.Het dagelijks bedrag van de bestaanszekerheidsuitkering is op 1 april 1999 vastgesteld op 175,10 BEF.

Art. 6.Individueel beschikt iedere werkman over 60 kredietdagen per kalenderjaar. Nochtans wordt per jaar en per onderneming een "pool" van kredietdagen gevormd door het aantal werklieden op 1 januari te vermenigvuldigen met 60. Deze "pool" kan uitgeput worden door de werklieden die meer dan 60 dagen per kalenderjaar tijdelijk werkloos zijn. Het saldo van de kredietdagen wordt niet overgedragen naar een volgend kalenderjaar. HOOFDSTUK V. - Syndicale premie

Art. 7.Het bedrag van de jaarlijkse syndicale premie wordt gehandhaafd op 3 500 BEF. HOOFDSTUK VI. - Tewerkstelling

Art. 8.De werkgevers verbinden zich ertoe op het vlak van de ondernemingen alle maatregelen te treffen om de tewerkstelling te handhaven.

Art. 9.Wanneer het onmogelijk is om werkloosheid te voorkomen, voeren de werkgevers een beurt- of groepswerkloosheidsregeling in. HOOFDSTUK VII. - Geldigheid

Art. 10.Deze collectieve arbeidsovereenkomst treedt in werking op 1 januari 1999 en houdt op van kracht te zijn op 31 december 2000.

Voor zover deze collectieve arbeidsovereenkomst de bestaande collectieve arbeidsovereenkomsten niet wijzigt blijven deze behouden.

De sociale vrede wordt gewaarborgd voor de ganse duur van deze collectieve arbeidsovereenkomst.

Gezien om te worden gevoegd bij het koninklijk besluit van 2 mai 2001.

De Minister van Werkgelegenheid, Mevr. L. ONKELINX

^