gepubliceerd op 23 juni 1998
Koninklijk besluit tot wijziging van het koninklijk besluit van 23 oktober 1978 tot oprichting van een Hoge Raad voor penitentiair beleid
2 JUNI 1998. - Koninklijk besluit tot wijziging van het koninklijk besluit van 23 oktober 1978 tot oprichting van een Hoge Raad voor penitentiair beleid
ALBERT II, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.
Gelet op de artikelen 37 en 108 van de Grondwet;
Gelet op het koninklijk besluit van 23 oktober 1978 tot oprichting van een Hoge Raad voor penitentiair beleid, gewijzigd bij koninklijk besluit van 15 februari 1984, en inzonderheid op de artikelen 1 en 4;
Op de voordracht van Onze Minister van Justitie, Hebben Wij besloten en besluiten Wij :
Artikel 1.In artikel 1 van het koninklijk besluit van 23 oktober 1978 tot oprichting van een Hoge Raad voor penitentiair beleid, gewijzigd bij koninklijk besluit van 15 februari 1984, wordt na het derde lid het volgende lid ingevoegd : « Na instemming van de Minister van Justitie kan het advies openbaargemaakt worden. »
Art. 2.In artikel 4 van het voornoemd koninklijk besluit wordt na het eerste lid het volgende lid ingevoegd : « Het mandaat van de leden die driemaal zonder geldige reden afwezig zijn op de vergaderingen, wordt van rechtswege opgeheven. »
Art. 3.Onze Minister van Justitie is belast met de uitvoering van dit besluit.
Gegeven te Brussel, 2 juni 1998.
ALBERT Van Koningswege : De Minister van Justitie, T. VAN PARYS