Etaamb.openjustice.be
Koninklijk Besluit van 01 december 1999
gepubliceerd op 26 februari 2000

Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 15 mei 1997, gesloten in het Paritair Comité voor het vervoer, betreffende de beroepsopleiding tijdens de arbeidsuren in de subsector voor de goederenbehandeling voor rekening van derden en voor het niet rijdend personeel van de subsector voor het goederenvervoer te land voor rekening van derden

bron
ministerie van tewerkstelling en arbeid
numac
1999012856
pub.
26/02/2000
prom.
01/12/1999
ELI
eli/besluit/1999/12/01/1999012856/staatsblad
staatsblad
https://www.ejustice.just.fgov.be/cgi/article_body(...)
Document Qrcode

1 DECEMBER 1999. - Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 15 mei 1997, gesloten in het Paritair Comité voor het vervoer, betreffende de beroepsopleiding tijdens de arbeidsuren in de subsector voor de goederenbehandeling voor rekening van derden en voor het niet rijdend personeel van de subsector voor het goederenvervoer te land voor rekening van derden (1)


ALBERT II, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.

Gelet op de wet van 5 december 1968 betreffende de collectieve arbeidsovereenkomsten en de paritaire comités, inzonderheid op artikel 28;

Gelet op het verzoek van het Paritair Comité voor het vervoer;

Op de voordracht van Onze Minister van Werkgelegenheid, Hebben Wij besloten en besluiten Wij :

Artikel 1.Algemeen verbindend wordt verklaard de als bijlage overgenomen collectieve arbeidsovereenkomst van 15 mei 1997, gesloten in het Paritair Comité voor het vervoer, betreffende de beroepsopleiding tijdens de arbeidsuren in de subsector voor de goederenbehandeling voor rekening van derden en voor het niet rijdend personeel van de subsector voor het goederenvervoer te land voor rekening van derden.

Art. 2.Onze Minister van Werkgelegenheid is belast met de uitvoering van dit besluit.

Gegeven te Brussel, 1 december 1999.

ALBERT Van Koningswege : De Minister van Werkgelegenheid, Mevr. L. ONKELINX _______ Nota (1) Verwijzing naar het Belgisch Staatsblad : Wet van 5 december 1968, Belgisch Staatsblad van 15 januari 1969. Bijlage Paritair Comité voor het vervoer Collectieve arbeidsovereenkomst van 15 mei 1997 Beroepsopleiding tijdens de arbeidsuren in de subsector voor de goederenbehandeling voor rekening van derden en voor het niet rijdend personeel van de subsector voor het goederenvervoer te land voor rekening van derden (Overeenkomst geregistreerd op 15 september 1997 onder het nummer 44898/CO/140.09) HOOFDSTUK I. - Toepassingsgebied Artikel. 1. § 1. Deze collectieve arbeidsovereenkomst is van toepassing op de werkgevers die ressorteren onder het Paritair Comité voor het vervoer en die behoren tot de subsector van de goederenbehandeling voor rekening van derden alsook op hun werklieden. § 2. Onder "subsector voor de goederenbehandeling voor rekening van derden" wordt bedoeld de werkgevers die ressorteren onder het Paritair Comité voor het vervoer en die, buiten de havenzones, zich inlaten met : 1° alle behandeling van goederen voor rekening van derden ter voorbereiding van het vervoer en/of ter afwerking van het vervoer, onafgezien het gebruikt vervoermiddel;2° en/of alle logistieke diensten ter voorbereiding van het vervoer van goederen voor rekening van derden en/of ter afwerking van dit vervoer, onafgezien het gebruikt vervoermiddel. § 3. Onder "subsector voor het goederenvervoer te land voor rekening van derden", wordt bedoeld de werkgevers ressorteren onder het Paritair Comité voor het vervoer en die zich inlaten met : 1° het goederenvervoer voor rekening van derden door middel van een voertuig met of zonder motor voor hetwelk een vervoervergunning vereist is welke door de bevoegde overheid afgeleverd werd;2° het goederenvervoer voor rekening van derden door middel van een voertuig met of zonder motor voor hetwelk geen vervoervergunning vereist is;3° de verhuur met chauffeur van voertuigen met of zonder motor bestemd voor het goederenvervoer te land, voertuigen voor dewelke een vervoervergunning vereist is welke door de bevoegde overheid afgeleverd wordt;4° de verhuur met chauffeur van voertuigen met of zonder motor bestemd voor het goederenvervoer te land, voertuigen voor dewelke geen vervoervergunning vereist is. Voor de toepassing van de collectieve arbeidsovereenkomsten worden de taxibestelwagen, met name de voertuigen waarvan het laadvermogen gelijk of kleiner is dan 500 kilogram en uitgerust met een taximeter, beschouwd als voertuigen voor dewelke geen vervoervergunning vereist is. § 4. Onder werklieden wordt bedoeld de werklieden en werksters. § 5. Onder "niet rijdend personeel van de ondernemingen van goederenvervoer te land voor rekening van derden" wordt bedoeld de werklieden tewerkgesteld in de magazijnen of aan kaaien van die ondernemingen. HOOFDSTUK II. - Juridisch kader

Art. 2.Deze collectieve arbeidsovereenkomst wordt gesloten in uitvoering van hoofdstuk IV van titel III van de wet van 26 juli 1996 tot bevordering van de werkgelegenheid en tot preventieve vrijwaring van het concurrentievermogen en van het koninklijk besluit van 24 februari 1997 houdende nadere voorwaarden met betrekking tot de tewerkstellingsakkoorden in toepassing van de artikelen 7, § 2, 30, § 2 en 33 van de wet van 26 juli 1996 tot bevordering van de werkgelegenheid en tot preventieve vrijwaring van het concurrentievermogen.

Zij voert de artikelen 9 en 10 uit van de collectieve arbeidsovereenkomst van 15 mei 1997 houdende een tewerkstellingsakkoord in de subsector voor de goederenbehandeling voor rekening van derden en ten aanzien van het niet rijdend personeel van de ondernemingen van goederenvervoer te land voor rekening van derden. HOOFDSTUK III. - Algemene bepalingen

Art. 3.Zowel de werkgever als de werkman hebben de mogelijkheid gebruik te maken van een in de subsector uitgewerkte opleidingsmodule.

Art. 4.De opleidingsmodules uitgewerkt door de subsector overeenkomstig de bepalingen van hoofdstuk IV van deze collectieve arbeidsovereenkomst zullen zowel basisopleidingen als opleidingen gericht naar de specifieke behoeften van de ondernemingen bevatten.

Art. 5.Indien de vorming binnen de onderneming gegeven wordt zal haar organisatie het voorwerp uitmaken van overleg in de ondernemingsraad of, bij ontstentenis van ondernemingsraad, met de syndicale afvaardiging of, bij ontstentenis van ondernemingsraad en van syndicale afvaardiging, in de schoot van het beperkt comité bevoegd voor de subsector en opgericht in de schoot van het Paritair Comité voor het vervoer. HOOFDSTUK VI. - Rol van het beperkt comité en van de "opleidingscel" van het sociaal fonds

Art. 6.Voor de toepassing van deze overeenkomst wordt bedoeld onder : - "sociaal fonds" : het "Sociaal fonds voor het goederenvervoer en aanverwante activiteiten voor rekening van derden" waarvan de statuten gewijzigd werden door de collectieve arbeidsovereenkomst van 15 mei 1997 houdende wijziging van de benaming van het "Sociaal fonds voor het vervoer van goederen met motorvoertuigen" in "Sociaal fonds voor het goederenvervoer en aanverwante activiteiten voor rekening van derden" en wijziging van zijn statuten; - "beperkt comité" : het beperkt comité bedoeld in artikel 5 van deze collectieve arbeidsovereenkomst; - "opleidingscel" : de instantie opgericht op het vlak van het sociaal fonds om de beroepsopleiding en de risicogroepen ten laste te nemen.

Art. 7.De voorzitter van het beperkt comité is ertoe gehouden de dossiers, bedoeld in artikel 5 van deze collectieve arbeidsovereenkomst, aan de agenda van het comité te plaatsen.

Het comité zal binnen de maand zijn advies verstrekken.

Art. 8.Het beperkt comité functioneert als stuurgroep ten aanzien van de opleidingscel van het sociaal fonds.

Het stelt de prioriteiten vast, geeft de doelgroepen aan en volgt de genomen initiatieven op.

Het beperkt comité laat zich bijstaan door de opleidingscel ten einde : - een databank samen te stellen van het opleidingsaanbod; - de kostprijs van elke opleiding vast te stellen alsook de financiële inbreng van overheids- en andere instanties nauwkeurig in kaart te brengen; - de opleidingsmodules uit te werken.

Art. 9.De werkgevers worden uitgenodigd aan de voorzitter van het paritair comité de volgende inlichtingen mede te delen : - de lijst en de inhoud van de opleidingsprogramma's die zij nu op ondernemingsvlak organiseren; - de huidige behoeften inzake opleiding binnen hun onderneming; - eventueel, voorstellen inzake opleiding. HOOFDSTUK V. - Geldigheidsduur

Art. 10.Deze collectieve arbeidsovereenkomst heeft uitwerking met ingang van 15 mei 1997 en is voor een duur van twee jaar gesloten.

Gezien om te worden gevoegd bij het koninklijk besluit van 1 december 1999.

De Minister van Werkgelegenheid, Mevr. L. ONKELINX

^