Huishoudelijk reglement van de jury voor de loopbaan van het wetenschappelijk personeel van het Koninklijk Instituut voor het Kunspatrimonium

Artikel 1.De jury vergadert op de zetel van de instelling en kan beslissen om occasioneel op een andere locatie te vergaderen. In spoedeisende gevallen kan de voorzitter die beslissing nemen op voorwaarde dat zij met redenen is omkleed.

Art. 2.De jury komt samen op initiatief van de voorzitter. De oproepingsbrief bevat datum, dag, uur en plaats van de vergadering alsook de agenda ervan.

Art. 3.De voorzitter stuurt samen met de uitnodiging de agenda en de dossiers betreffende de te bespreken punten aan de leden op, minstens tien werkdagen vóór de vergadering.

Art. 4.Het lid dat na ontvangst van de uitnodiging een punt aan de agenda wenst toe te voegen, deelt dat vóór de vergadering aan de voorzitter mee.

Op gemotiveerde aanvraag van een lid van de jury kan de voorzitter, in overleg met de verslaggever, beslissen het onderzoek van één of meerdere punten uit te stellen.

Art. 5.Met uitzondering van de officiële uitnodiging voor een vergadering, worden documenten tussen de voorzitter, de leden en de verslaggever bij voorkeur via elektronische weg uitgewisseld.

Art. 6.De voorzitter opent en sluit de vergadering, leidt de debatten, neemt deel aan de beraadslagingen en ziet tot op de naleving van de taalwetten, de statuten, het huishoudelijk reglement en het goede verloop van de vergaderingen.

Art. 7.Als bij een selectieprocedure beslist wordt over te gaan tot een schriftelijke raadpleging van de jury om het functieprofiel vast te leggen, bezorgt de verslaggever de leden van de jury een voorstel van profiel die binnen vijf werkdagen na de verzending hun opmerkingen of hun goedkeuring meedelen aan de voorzitter.

In geval van opmerkingen wordt het functieprofiel aangepast en aan de leden teruggestuurd, die over vijf werkdagen beschikken om het profiel goed te keuren. Een exemplaar van de definitieve tekst, ondertekend door de voorzitter en de verslaggever, wordt aan alle leden van de jury toegestuurd.

Art. 8.Zo er een geheime stemming plaatsvindt om kandidaten te rangschikken, stelt elk lid van de jury een rangschikking op beginnende bij 1 voor de beste kandidaat. De optelsom van de puntenrangschikking van alle leden vormt de eindrangschikking van de kandidaten. Diegene die onder hen de minste punten telt, is de best gerangschikte. Bij de telling van de punten wordt geen rekening gehouden met onthoudingen.

Art. 9.De verslaggever is belast met de voorbereiding van de vergadering, de opstelling van de notulen van de vergadering en van de passende adviezen.

Zo er na de discussie geen consensus is bereikt over een punt, bevatten de notulen alle meningen, ook die van de minderheid, uitgebracht door de leden.

Ingeval er wordt gestemd, wordt het resultaat ervan vermeld.

De adviezen bevatten de motieven die tot de beslissing bij consensus of bij meerderheid van stemmen hebben geleid. Bij staking van stemmen worden het ter stemming voorgelegde voorstel verworpen.

Art. 10.Het ontwerp van notulen wordt aan de aanwezige leden toegestuurd uiterlijk binnen tien werkdagen na de vergadering.

Zo binnen vijf werkdagen daarop geen enkele schriftelijke opmerking aan de voorzitter wordt toegestuurd, worden de notulen als goedgekeurd beschouwd.

In geval van opmerkingen worden de notulen eventueel aangepast bij beslissing van de voorzitter en aan de aanwezige leden teruggestuurd die over een termijn van drie werkdagen beschikken om de eventueel gewijzigde tekst goed te keuren. Een exemplaar van de definitieve tekst, ondertekend door de voorzitter en de verslaggever, wordt aan alle leden van de jury bezorgd.

Art. 11.De uitnodiging, de agenda en de notulen worden opgesteld in het Nederlands en in het Frans. De dossiers die aan de beraadslaging van de jury worden voorgelegd, zijn opgesteld in de taal van de auteur ervan, net als de passende adviezen en de ontwerpen van notulen als bedoeld hierboven.

Art. 12.De indicatieve lijst van de wetenschappelijke experts die niet behoren tot het Koninklijk Instituut voor het Kunstpatrimonium en die als leden van de jury kunnen worden aangewezen, wordt vastgelegd per opdracht en per wetenschappelijke activiteit als volgt : De heer B. Gilbert, professor aan de « Université de Liège »;

Mevr. M.-P. Delplancke, professor aan de « Université libre de Bruxelles »;

Mevr. D. Allart, professor aan de « Université de Liège »;

Mevr. C. Perier-d'Ieteren, professor aan de « Université libre de Bruxelles »;

De heer A. Streitberger, professor aan de « Université Catholique de Louvain »;

De heer R. Dekoninck, professor aan de « Université Catholique de Louvain »;

De heer M. Lefftz, professor aan de « Facultés universitaires Notre-Dame de la Paix » in Namen;

De heer J. Van der Stock, professor aan de Katholike Universiteit Leuven;

De heer A. Balis, professor aan de Vrije Universiteit Brussel;

Mevr. Cl. Van Damme, professor aan de Universiteit Gent;

De heer H. Terryn, professor aan de Vrije Universiteit Brussel;

De heer P. Vandenabeele, professor aan de Universiteit Gent;

De heer M. Martens, professor aan de Universiteit Gent;

Mevr. A. Hubin professor aan de Vrije Universiteit Brussel;

De heer L. De Ren, professor aan de Katholieke Universiteit Leuven.

Art. 13.De jury keurt op voorstel van de voorzitter een praktisch werkingsvademecum goed en regelt bij consensus alles wat niet is vermeld in dit huishoudelijk reglement of in het werkingsvademecum.

Art. 14.Dat huishoudelijk reglement heeft uitwerking met ingang van 2 november 2008.

Goedgekeurd door de jury tijdens zijn vergadering van 10 februari 2009, De voorzitter, M. BEUMIER De verslaggever, M. SERCK-DEWAIDE