gepubliceerd op 05 februari 1999
Gewestplan Roeselare-Tielt. - Definitieve vaststelling van het plan tot gedeeltelijke wijziging van het gewestplan op het grondgebied van de gemeente Wielsbeke Een besluit van de Vlaamse regering van 15 december 1998 bepaalt : Artikel 1. Het Art. 2. De kaart met de bestaande fysische en juridische toestand behorende tot de niet-normatieve (...)
Gewestplan Roeselare-Tielt. - Definitieve vaststelling van het plan tot gedeeltelijke wijziging van het gewestplan op het grondgebied van de gemeente Wielsbeke Een besluit van de Vlaamse regering van 15 december 1998 bepaalt :
Artikel 1.Het plan tot gedeeltelijke wijziging van het koninklijk besluit van 17 december 1979 houdende vaststelling van het gewestplan Roeselare-Tielt, gewijzigd bij besluiten van de Vlaamse regering van 23 november 1994, 25 januari 1995, 19 april 1995 en 12 december 1995 wordt definitief vastgesteld voor een deel van het kaartblad 21/6 zoals vervat in bijlage 1 bij dit besluit.
Art. 2.De kaart met de bestaande fysische en juridische toestand behorende tot de niet-normatieve delen van voormeld gewestplan, is vervat in bijlage 2 bij dit besluit.
Art. 3.De Vlaamse minister bevoegd voor de ruimtelijke ordening is belast met de uitvoering van dit besluit.
Uittreksel uit het verslag van de Regionale Commissie d.d. 14 augustus 1998 Advies gedeeltelijke herziening gewestplan Roeselare-Tielt op het grondgebied van de gemeente Wielsbeke Gewestplan Roeselare-Tielt Advies van de streekcommissie van advies voor de ruimtelijke ordening en de stedenbouw in West-Vlaanderen De Regionale Commissie van Advies in haar zitting van 14 augustus 1998, Gelet op het decreet betreffende de ruimtelijke ordening gecoördineerd op 22 oktober 1996, inzonderheid de artikelen 9, 10 en 11;
Gelet op het decreeet van 24 juli 1996 houdende de ruimtelijke planning, inzonderheid op de artikelen 6, 7, 8 en 9;
Gelet op het koninklijk besluit van 28 december 1972 betreffende de inrichting en de toepassing van de ontwerp-gewestplannen en de gewestplannen, gewijzigd bij koninklijk besluit van 13 december 1978 en bij besluiten van de Vlaamse regering van 3 oktober 1984, 15 en 29 september 1993;
Gelet op het koninklijk besluit van 17 december 1979 houdende vaststelling van het gewestplan Roeselare-Tielt en de besluiten van de Vlaamse regering van 23 november 1994, 25 januari 1995, 19 april 1995 en 12 december 1995 houdende vaststelling van een gedeelte van het gewestplan voor respectievelijk de gemeenten Izegem, Wielsbeke, Wingene, Ardooie, Hooglede, Lichtervelde, Oostrozebeke, Moorslede, Staden en Tielt, de gemeente Lichtervelde, de gemeenten Dentergem, Oostrozebeke, Ruiselede, Wielsbeke en Wingene, en tenslotte de gemeente Hooglede;
Gelet op het besluit van de Vlaamse regering van 14 oktober 1992 tot wijziging van het koninklijk besluit van 20 april 1967 houdende aanwijzing van een gewest (Roeselare-Tielt) waarvoor een plan van aanleg moet worden opgemaakt;
Overwegende dat bij besluit van de Vlaamse regering van 19 april 1995 het gewestplan Roeselare-Tielt werd gewijzigd voor het grondgebied van de gemeenten Dentergem, Oostrozebeke, Ruiselede, Wielsbeke en Wingene, en dat daarbij gebruik werd gemaakt van aanvullende stedenbouwkundige voorschriften die echter niet aan de Raad van State, afdeling wetgeving, voor advies werden voorgelegd;
Overwegende dat in de aanhef van het genoemde besluit van 19 april 1995 wordt verwezen naar de wetten op de Raad van State, gecoördineerd op 12 januari 1973, inzonderheid het artikel 3, § 1, gewijzigd bij de wet van 4 juli 1989, en dat de dringende noodzakelijkheid wordt ingeroepen zonder dat deze echter met redenen omkleed wordt;
Overwegende dat het genoemde besluit van 19 april 1995 derhalve met een schending van een substantiële vormvereiste is bezwaard;
Overwegende dat de Raad van State, afdeling administratie in een aantal recente arresten houdende schorsing van gewestplanwijzigingen, trouwens heeft geoordeeld dat het niet voorleggen voor advies aan de Raad van State, afdeling wetgeving, van aanvullende stedenbouwkundige voorschriften, zonder daarbij de dringende noodzakelijkheid met redenen te omkleden, als een ernstig middel moet worden beschouwd dat de vernietiging van de betrokken besluiten tot gewestplanwijzigng kan verantwoorden;
Overwegende dat geen efficiënt bestuursoptreden mogelijk is wanneer de toepassing van een verordenend voorschrift in een individueel geval op ieder ogenblik kan betwist worden op grond van wettigheidsbezwaren ingeroepen tegen het verordenend voorschrift, dat het om die redenen aangewezen en verantwoord is het voornoemd besluit van 19 april 1995 in te trekken voor het deel van het kaartblad 21/6 op het grondgebied van de gemeente Wielsbeke, dat betrekking heeft op gronden gelegen ten oosten van de Breestraat, en de vaststellingsprocedure te hernemen;
Overwegende dat de Vlaamse regering bij beslissing van 5 april 1995, zoals bijgesteld met de beslissing van 31 januari 1996 en bevestigd bij beslissing van 2 april 1996, het voorontwerp-ruimtelijk structuurplan Vlaanderen aannam als toetskader voor wijzigingen van de bestemmingen in de plannen van aanleg;
Overwegende dat de Vlaamse regering op 23 september 1997 het besluit van definitieve vaststelling van het Ruimtelijk Structuurplan Vlaanderen heeft goedgekeurd;
Overwegende dat het Vlaams parlement op 19 november 1997 de bindende bepalingen van het definitief vastgestelde Ruimtelijk Structuurplan Vlaanderen heeft bekrachtigd;
Gelet op het besluit d.d. 19 december 1997 van de Vlaamse regering houdende enerzijds de intrekking van het besluit van de Vlaamse regering van 19 april 1995 houdende vaststelling van een gedeelte van het gewestplan Roeselare-Tielt op het grondgebied van de gemeenten Dentergem, Oostrozebeke, Ruiselede, Wielsbeke en Wingene, voor een gedeelte op het grondgebied van de gemeente Wielsbeke, en anderzijds de voorlopige vaststelling van het ontwerpplan tot gedeeltelijke wijziging van het gewestplan Roeselare-Tielt op het grondgebied van de gemeente Wielsbeke;
Gelet op de brief d.d. 19 maart 1998 van de Gouverneur van de provincies West-Vlaanderen aan het College van burgemeester en schepenen van de in het gewestplan Roeselare-Tielt gelegen gemeenten, waarbij het openbaar onderzoek betreffende de gedeeltelijke herziening van het ontwerp-gewestplan Roeselare-Tielt wordt bevolen van 20 april tot en met 18 juni 1998;
Gelet op de brief d.d. 30 juli 1998 van de Gouverneur van de provincie West-Vlaanderen waarbij het ontwerp-plan werd overgemaakt aan de Regionale Commissie van Advies en aan de Vlaamse regering;
Gelet op de adviezen van de gemeenteraden van Dentergem, Hooglede, Ingelmunster, Ledegem, Lichtervelde, Pittem, Staden, Tielt, Wielsbeke en Wingene uitgebracht tijdens de periode van 60 dagen (19 juni tot en met 17 augustus 1998) volgend op het openbaar ondezoek;
Gelet op het advies van de Bestandige Deputatie d.d. 2 juli 1998;
Overwegende dat tijdens het openbaar onderzoek van 20 april tot en met 18 juni 1998, één bezwaarschrift werd ingediend.
I. Onderzoek van de adviezen, bezwaren en opmerkingen Standpunt van de Commissie m.b.t. de adviezen van de gemeenteraden Er werd formeel gunstig advies uitgebracht door de gemeenteraden van Dentergem, Hooglede, Ingelmunster, Ledegem, Lichtervelde, Pittem, Staden, Wielsbeke en Wingene. Deze adviezen worden ontvankelijk verklaard.
Er werd geen advies uitgebracht door de gemeenteraden van Ardooie, Izegem, Meulebeke, Moorslede, Oostrozebeke, Roeselare, Ruiselede en Tielt. Deze gemeenten worden geacht een gunstig advies te hebben uitgebracht.
De Commissie adviseert kennis te nemen van de formeel gunstige en de gunstig-geachte adviezen.
Standpunt van de Commissie m.b.t. het advies van de Bestendige Deputatie van de Provincieraad van West-Vlaanderen Door de Bestendige Deputatie van de Provincieraad van West-Vlaanderen werd voor het ontwerp gewestplan tot gedeeltelijke wijziging van het gewestplan Roeselare-Tielt op het grondgebied van de gemeente Wielsbeke, gunstig geadviseerd. Dit advies wordt ontvankelijk verklaard.
De Commissie adviseert kennis te nemen van dit gunstig advies.
Bezwaren en opmerkingen Boerenbond West-Vlaanderen, Arrondissementsraad Tielt.
Het betrokken bezwaar is een onderdeel van het algemeen bezwaar van klagers tegen de gewestplanwijziging Roeselare-Tielt : Stellen dat : - de inkleuring van dit 16 ha industrieterrein niet aanvaardbaar is; - de uitbreiding te ruim is; - er een bedrijfszetel van een leefbaar landbouwbedrijf in opgenomen is;
In de bedenking vooraf stellen klagers dat : - volgens de RSV het quotum aan bedrijventerreinen volgens de ruimtebalans van de regio Roeselare-Tielt reeds opgebruikt is; - geen bijkomende gronden meer kunnen voorzien worden voor uitbreiding van bedrijven.
De Commissie stelt dat de motivatie voor deze ontwerp-gewestplanwijziging vervat is in het besluit en de toelichting van de Vlaamse regering meer bepaald : « dat in het Ruimtelijk Structuurplan Vlaanderen de principes werden vastgesteld met betrekking tot de wijze waarop in de toekomst met het ruimtegebruik in Vlaanderen zal worden omgegaan en in het bijzonder ten aanzien van de ontwikkeling van bestaande bedrijven; en dat de uitvoering van de inhoudelijke opties van het Ruimtelijk Structuurplan Vlaanderen ondermeer door de herziening van de gewestplannen worden uitgevoerd; ».
De Commissie adviseert het bezwaar ongegrond. Eén lid onthoudt zich.
Standpunt van de Commissie m.b.t. de gedeeltelijke wijziging van het gewestplan Roeselare-Tielt De Commissie stelt vast dat : - de adviezen van de gemeenteraden en de Bestendige Deputatie alsmede het ingediend bezwaarschrift geen aanleiding geven tot gegronde voorstellen tot aanpassing van het ontwerp-gewestplan; en adviseert het ontwerp-plan tot gedeeltelijke herziening van het gewestplan Roeselare-Tielt, dat tot voorwerp heeft de uitbreiding van het regionaal bedrijventerrein op het grondgebied van de gemeente Wielsbeke betreffende een deel van kaartblad 21/6 : Gunstig.
De Secretaris, E. Mares De Gouverneur-voorzitter, P. Breyne