← Terug naar "Wet houdende dringende bepalingen inzake Justitie "
| Wet houdende dringende bepalingen inzake Justitie | Loi portant des dispositions urgentes en matière de Justice |
|---|---|
| FEDERALE OVERHEIDSDIENST JUSTITIE 12 JULI 2021. - Wet houdende dringende bepalingen inzake Justitie FILIP, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet. De Kamers hebben aangenomen en Wij bekrachtigen hetgeen volgt : HOOFDSTUK
1. - Algemene bepaling Artikel 1.Deze wet regelt een aangelegenheid als bedoeld in artikel |
SERVICE PUBLIC FEDERAL JUSTICE 12 JUILLET 2021. - Loi portant des dispositions urgentes en matière de Justice PHILIPPE, Roi des Belges, A tous, présents et à venir, Salut. Les Chambres ont adopté et Nous sanctionnons ce qui suit : CHAPITRE 1er. - Disposition générale |
| 74 van de Grondwet. | Article 1er.La présente loi règle une matière visée à l'article 74 de |
| la Constitution. | |
| HOOFDSTUK 2. - Wijzigingen van het Wetboek van strafvordering | CHAPITRE 2. - Modifications du Code d'instruction criminelle |
Art. 2.Artikel 127, § 3, van het Wetboek van strafvordering, |
Art. 2.L'article 127, § 3, du Code d'instruction criminelle, remplacé |
| vervangen bij de wet van 31 mei 2005, wordt aangevuld met twee leden, | par la loi du 31 mai 2005, est complété par deux alinéas rédigés comme |
| luidende: | suit : |
| "De inverdenkinggestelde en de burgerlijke partij kunnen een verzoek | « L'inculpé et la partie civile peuvent introduire une demande auprès |
| overeenkomstig artikel 90septies, § 6, tweede lid aan de | du juge d'instruction conformément à l'article 90septies, § 6, alinéa |
| onderzoeksrechter richten. | 2. |
| De verzoeken vermeld in deze paragraaf dienen op straffe van niet | Les demandes mentionnées au présent paragraphe doivent, à peine |
| ontvankelijkheid toegezonden aan of neergelegd te worden op de griffie | d'irrecevabilité, être adressées ou déposées au greffe du tribunal de |
| van de rechtbank van eerste aanleg binnen de in paragraaf 2 bedoelde | première instance dans le délai visé au paragraphe 2. ». |
| termijn.". Art. 3.Artikel 216bis, § 1, zevende lid, van hetzelfde Wetboek, |
Art. 3.L'article 216bis, § 1er, alinéa 7, du même Code, inséré par la |
| ingevoegd bij de wet van 28 juni 1984 en laatstelijk gewijzigd bij de | loi du 28 juin 1984 et modifié en dernier lieu par la loi du 18 mars |
| wet van 18 maart 2018, wordt aangevuld met de volgende zin: | 2018, est complété par la phrase suivante: |
| "De door de overtreder verrichte betalingen worden eerst op deze | « Les paiements effectués par le contrevenant sont d'abord affectés à |
| administratieve toeslag toegerekend.". | cette redevance administrative. ». |
| HOOFDSTUK 3. - Wijziging van het Gerechtelijk Wetboek | CHAPITRE 3. - Modification du Code judiciaire |
Art. 4.Artikel 383 van het Gerechtelijk Wetboek, vervangen bij de wet |
Art. 4.L'article 383 du Code judiciaire, remplacé par la loi du 17 |
| van 17 juli 1984 en laatstelijk gewijzigd bij de wet van 10 mei 2021, | juillet 1984 et modifié en dernier lieu par la loi du 10 mai 2021, est |
| wordt aangevuld met een paragraaf 5, luidende: | complété par un paragraphe 5 rédigé comme suit: |
| " § 5. Op hun verzoek kunnen de magistraten die werden gemachtigd om | « § 5. A leur demande, les magistrats qui ont été autorisés à |
| hun ambt overeenkomstig artikel 383ter te blijven uitoefenen na het | continuer à exercer leur fonction conformément à l'article 383ter |
| verstrijken van deze machtiging worden aangewezen om het ambt van | peuvent, à l'expiration de cette autorisation, être désignés pour |
| plaatsvervangend magistraat uit te oefenen overeenkomstig paragraaf | exercer les fonctions de magistrat suppléant conformément au |
| 2.". | paragraphe 2. ». |
| HOOFDSTUK 4. - Wijziging van de wet van 30 juli 2013 betreffende de | CHAPITRE 4. - Modification de la loi du 30 juillet 2013 portant |
| invoering van een familie- en jeugdrechtbank | création d'un tribunal de la famille et de la jeunesse |
Art. 5.In artikel 273 van de wet van 30 juli 2013 betreffende de |
Art. 5.A l'article 273 de la loi du 30 juillet 2013 portant création |
| invoering van een familie- en jeugdrechtbank worden de volgende | d'un tribunal de la famille et de la jeunesse, les modifications |
| wijzigingen aangebracht: | suivantes sont apportées : |
| 1° in het eerste lid worden de woorden "en de minister bevoegd voor de | 1° dans l'alinéa 1er, les mots « et le ministre ayant les Familles |
| Gezinnen in het zesde jaar na dat van de inwerkingtreding ervan" | dans ses attributions au cours de la sixième année suivant celle de |
| opgeheven; | son entrée en vigueur » sont abrogés; |
| 2° het tweede lid wordt vervangen als volgt: | 2° l'alinéa 2 est remplacé par ce qui suit: |
| "De minister van Justitie zendt het verslag van deze evaluatie over | « Le ministre de la Justice transmet le rapport de cette évaluation à |
| aan de Kamer van volksvertegenwoordigers uiterlijk op 30 september 2023.". | la Chambre des représentants au plus tard le 30 septembre 2023. ». |
| HOOFDSTUK 5. - Wijziging van de wet van 5 mei 2019 tot wijziging van | CHAPITRE 5. - Modification de la loi du 5 mai 2019 modifiant le Code |
| het Wetboek van strafvordering en het Gerechtelijk Wetboek wat de | d'instruction criminelle et le Code judiciaire en ce qui concerne la |
| bekendmaking van de vonnissen en arresten betreft | publication des jugements et des arrêts |
Art. 6.In artikel 9 van de wet van 5 mei 2019 tot wijziging van het |
Art. 6.Dans l'article 9 de la loi du 5 mai 2019 modifiant le Code |
| Wetboek van strafvordering en het Gerechtelijk Wetboek wat de | d'instruction criminelle et le Code judiciaire en ce qui concerne la |
| bekendmaking van de vonnissen en arresten betreft, gewijzigd bij de | publication des jugements et des arrêts, modifié par la loi du 31 |
| wet van 31 juli 2020, worden de woorden "op 1 september 2021" | juillet 2020, les mots « le 1er septembre 2021 » sont remplacés par |
| vervangen door de woorden "op 1 september 2022". | les mots « le 1er septembre 2022 ». |
| HOOFDSTUK 6. - Kantoorvergoeding toegekend aan het gerechtspersoneel | CHAPITRE 6. - De l'indemnité de bureau accordée au personnel |
| voor telewerken in het kader van de gezondheidscrisis ten gevolge van | judiciaire pour le télétravail effectué lors de la crise sanitaire |
| het coronavirus COVID-19 | liée au coronavirus COVID-19 |
Art. 7.Voor de periode van 1 januari 2021 tot 31 augustus 2021 wordt |
Art. 7.Pour la période du 1er janvier 2021 au 31 août 2021 inclus, |
| aan het gerechtspersoneel dat telewerk verricht heeft of zal hebben | |
| een forfaitaire kantoorvergoeding van 20 euro per maand bovenop de | une indemnité forfaitaire de bureau de 20 euros par mois est accordée |
| maandelijkse vergoeding voor telewerkkosten toegekend. | au membre du personnel judiciaire qui a ou aura effectué du |
| télétravail en supplément de l'indemnité pour frais de télétravail mensuelle. | |
| Om recht te hebben op deze bijkomende vergoeding, dient het | Pour avoir droit à cette indemnité supplémentaire, le membre du |
| gerechtspersoneel ten minste vier dagen telewerk verricht te hebben in | personnel judiciaire doit avoir télétravaillé pendant au moins quatre |
| de desbetreffende maand binnen deze referentieperiode. | jours au cours du mois concerné dans cette période de référence. |
| HOOFDSTUK 7. - Wijziging van het Burgerlijk Wetboek | CHAPITRE 7. - Modification du Code civil |
Art. 8.Artikel 3.182 van het Burgerlijk Wetboek wordt aangevuld met |
Art. 8.L'article 3.182 du Code civil est complété par un alinéa |
| een lid, luidende: | rédigé comme suit: |
| "Wat het beslag en de hypotheek betreft, is het tweede lid niet van | « L'alinéa 2 ne s'applique pas en ce qui concerne la saisie et |
| toepassing indien het accessoir opstalrecht voortvloeit uit een | l'hypothèque lorsque le droit de superficie-conséquence découle d'un |
| administratief gebruiksrecht.". | droit d'usage administratif. ». |
| HOOFDSTUK 8. - Instelling van tijdelijke personeelsformaties met het | CHAPITRE 8. - Création de cadres temporaires en vue du procès |
| oog op het assisenproces over de aanslagen van 22 maart 2016 | d'assises des attentats du 22 mars 2016 |
Art. 9.Naast de personeelsformatie vastgesteld in de tabel bedoeld in |
Art. 9.Outre le cadre fixé dans le tableau visé à l'article 1er de la |
| artikel 1 van de wet van 3 april 1953 betreffende de rechterlijke | loi du 3 avril 1953 d'organisation judiciaire et le cadre temporaire |
| inrichting en de tijdelijke personeelsformatie vastgesteld in de tabel | |
| bedoeld in artikel 2 van de wet van 29 november 2001 tot vaststelling | fixé dans le tableau visé à l'article 2 de la loi du 29 novembre 2001 |
| van een tijdelijke personeelsformatie van raadsheren teneinde de | fixant un cadre temporaire de conseillers en vue de résorber l'arriéré |
| gerechtelijke achterstand bij de hoven van beroep weg te werken, | judiciaire dans les cours d'appel, il est créé, pour une période |
| wordt, voor een periode die ingaat op 1 januari 2022 en ten einde | prenant cours au 1er janvier 2022 et venant à expiration le 1er |
| loopt op 1 januari 2024, een tijdelijke personeelsformatie van vier | janvier 2024, un cadre temporaire de quatre conseillers à la cour |
| raadsheren ingesteld bij het hof van beroep te Brussel. | d'appel de Bruxelles. |
| De vier raadsheren bedoeld in het eerste lid worden voorgedragen door | Les quatre conseillers visés à l'alinéa 1er sont présentés par la |
| de Franstalige benoemings- en aanwijzingscommissie van de Hoge Raad | commission de nomination et de désignation francophone du Conseil |
| voor de Justitie. Zij worden niet in aanmerking genomen voor het | supérieur de la Justice. Ils n'entrent pas en compte pour le quota |
| quotum bedoeld in artikel 43bis, § 3, derde lid, van de wet van 15 | visé à l'article 43bis, § 3, alinéa 3, de la loi du 15 juin 1935 |
| juni 1935 op het gebruik der talen in gerechtszaken. | concernant l'emploi des langues en matière judiciaire. |
Art. 10.Naast de personeelsformatie vastgesteld in tabel III |
Art. 10.Outre le cadre fixé dans le tableau III « Tribunaux de |
| "Rechtbanken van eerste aanleg" die als bijlage gaat bij de wet van 3 | première instance » annexé à la loi du 3 avril 1953 d'organisation |
| april 1953 betreffende de rechterlijke inrichting, wordt voor de | judiciaire, il est créé pour le tribunal de première instance |
| Franstalige rechtbank van eerste aanleg te Brussel, voor een periode | francophone de Bruxelles, pour une période prenant cours au 1er |
| die ingaat op 1 januari 2022 en ten einde loopt op 1 januari 2024, een | janvier 2022 et venant à expiration le 1er janvier 2024, un cadre |
| tijdelijke personeelsformatie van vier rechters ingesteld. | temporaire de quatre juges. |
| De vier rechters bedoeld in het eerste lid worden niet in aanmerking | |
| genomen voor het quotum bedoeld in artikel 43, § 5, eerste lid, van de | Les quatre juges visés à l'alinéa 1er n'entrent pas en compte pour le |
| wet van 15 juni 1935 op het gebruik der talen in gerechtszaken. | quota visé à l'article 43, § 5, alinéa 1er, de la loi du 15 juin 1935 |
| concernant l'emploi des langues en matière judiciaire. | |
Art. 11.Naast de personeelsformatie vastgesteld in artikel 1 van de |
Art. 11.Outre le cadre fixé à l'article 1er de la loi du 2 juillet |
| wet van 2 juli 1975 tot vaststelling van de personeelsformatie van de | 1975 déterminant le cadre du personnel des tribunaux de première |
| rechtbanken van eerste aanleg, wordt voor de Franstalige rechtbank van | instance, il est créé pour le tribunal de première instance |
| eerste aanleg te Brussel, voor een periode die ingaat op 1 januari | francophone de Bruxelles, pour une période prenant cours au 1er |
| 2022 en ten einde loopt op 1 januari 2024, een tijdelijke | janvier 2022 et venant à expiration le 1er janvier 2024, un cadre |
| personeelsformatie van tien griffiers ingesteld. | temporaire de dix greffiers. |
| De tien griffiers bedoeld in het eerste lid worden niet in aanmerking | Les dix greffiers visés à l'alinéa 1er n'entrent pas en compte pour le |
| genomen voor het quotum bedoeld in artikel 53, § 3, tweede lid, van de | |
| wet van 15 juni 1935 op het gebruik der talen in gerechtszaken. | quota visé à l'article 53, § 3, alinéa 2, de la loi du 15 juin 1935 |
| concernant l'emploi des langues en matière judiciaire. | |
| HOOFDSTUK 9. - Inwerkingtreding | CHAPITRE 9. - Entrée en vigueur |
Art. 12.Artikel 7 heeft uitwerking met ingang van 1 januari 2021. |
Art. 12.L'article 7 produit ses effets le 1er janvier 2021. |
Art. 13.Artikel 8 heeft uitwerking met ingang van 1 september 2021. |
Art. 13.L'article 8 produit ses effets le 1er septembre 2021. |
| Kondigen deze wet af, bevelen dat zij met 's Lands zegel zal worden | Promulguons la présente loi, ordonnons qu'elle soit revêtue du sceau |
| bekleed en door het BELGISCH STAATSBLAD zal worden bekendgemaakt. | de l'Etat et publiée par le MONITEUR BELGE. |
| Gegeven te Brussel, 21 juli 2021. | Donné à Bruxelles, le 12 juillet 2021. |
| FILIP | PHILIPPE |
| Van Koningswege : | Par le Roi : |
| De Minister van Justitie, | Le Ministre de la Justice, |
| V. VAN QUICKENBORNE | V. VAN QUICKENBORNE |
| Met 's Lands zegel gezegeld : | Scellé du sceau de l'Etat : |
| De Minister van Justitie, | Le Ministre de la Justice, |
| V. VAN QUICKENBORNE | V. VAN QUICKENBORNE |
| _______ | _______ |
| Nota | Note |
| Kamer van volksvertegenwoordigers | Chambre des représentants |
| (www.dekamer.be): | (www.lachambre.be) |
| Stukken. 55-2084 | Documents. 55-2084 |
| Integraal verslag: 30 juni 2021 | Compte rendu intégral: 30 juin 2021 |