← Terug naar "Vergunning tot het organiseren van een interne bewakingsdienst in toepassing van de wet van 10 april
1990 op de bewakingsondernemingen, de beveiligingsondernemingen en de interne bewakingsdiensten Bij
ministerieel besluit van 23 juni 2001 wordt De
vergunning heeft betrekking op de activiteiten van toezicht op en bescherming van roerende of on(...)"
Vergunning tot het organiseren van een interne bewakingsdienst in toepassing van de wet van 10 april 1990 op de bewakingsondernemingen, de beveiligingsondernemingen en de interne bewakingsdiensten Bij ministerieel besluit van 23 juni 2001 wordt De vergunning heeft betrekking op de activiteiten van toezicht op en bescherming van roerende of on(...) | Autorisation d'organiser un service interne de gardiennage en application de la loi du 10 april 1990 sur les entreprises de gardiennage, sur les entreprises de sécurité et sur les services internes de gardiennage Par arrêté ministériel du 23 juin 2001, l'autorisation d'organiser un service interne de gardiennag(...) |
---|---|
MINISTERIE VAN BINNENLANDSE ZAKEN | MINISTERE DE L'INTERIEUR |
Vergunning tot het organiseren van een interne bewakingsdienst in | Autorisation d'organiser un service interne de gardiennage en |
toepassing van de wet van 10 april 1990 op de bewakingsondernemingen, de beveiligingsondernemingen en de interne bewakingsdiensten Bij ministerieel besluit van 23 juni 2001 wordt de vergunning tot het organiseren van een interne bewakingsdienst verleend aan de Nationale Maatschappij der Belgische Spoorwegen, kortweg N.M.B.S., gevestigd te 1060 Brussel, Frankrijkstraat 85, voor een periode van vijf jaar, vanaf 1 maart 1999, onder het nummer 18.1007.02. De vergunning heeft betrekking op de activiteiten van toezicht op en bescherming van roerende of onroerende goederen en van toezicht op en controle van personen met het oog op het verzekeren van de veiligheid op voor het publiek toegankelijke plaatsen. De activiteiten van toezicht op en bescherming van roerende of onroerende goederen worden zonder hond uitgeoefend. Behoudens in de treinstellen zelf, kunnen activiteiten die als risicovol worden beschouwd met hond worden uitgeoefend, op voorwaarde dat de hond te allen tijde aan de leiband wordt gehouden en gemuilkorfd is wanneer andere personen geacht worden aanwezig te zijn. Deze activiteiten worden ongewapend uitgeoefend. De activiteiten van toezicht op en controle van personen met het oog op het verzekeren van de veiligheid op voor het publiek toegankelijke plaatsen worden zonder wapen en zonder hond uitgeoefend. De vergunning met de activiteiten van toezicht op en controle van personen met het oog op het verzekeren van de veiligheid op voor het publiek toegankelijke plaatsen wordt verleend onder de opschortende voorwaarde dat de onderneming binnen de zes maanden na de inwerkingtreding van onderhavig ministerieel besluit het bewijs levert aan de Algemene Directie van de Algemene Rijkspolitie dat minstens 1 persoon binnen de onderneming, geslaagd is in de opleidingen voorzien in artikel 18 van het koninklijk besluit van 30 december 1999. | application de la loi du 10 april 1990 sur les entreprises de gardiennage, sur les entreprises de sécurité et sur les services internes de gardiennage Par arrêté ministériel du 23 juin 2001, l'autorisation d'organiser un service interne de gardiennage est accordée à la Société nationale des Chemins de Fer belges, en abrégé S.N.C.B., établie Rue de France 85, à 1060 Bruxelles, sous le numéro 18.1007.02 pour une période de 5 ans à dater du 1er mars 1999. L'autorisation porte sur les activités de surveillance et protection de biens mobiliers ou immobiliers et de surveillance et contrôle de personnes dans le cadre du maintien de la sécurité dans des lieux accessibles au public. Les activités surveillance et protection de biens mobiliers ou immobiliers et de surveillance doivent s'effectuer sans chien. Sauf dans les rames mêmes, lorsque les activités sont considérées comme activités à risques, elles peuvent s'effectuer avec chien à condition que le chien soit tenu en laisse en permanence et soit pourvu d'une muselière si d'autres personnes sont supposées être présentes. Ces activités s'effectuent sans arme. Les activités de surveillance et contrôle de personnes dans le cadre du maintien de la sécurité sans des lieux accessibles au public s'effectuent sans arme et sans chien. L'autorisation portant les activités de surveillance et contrôle de personnes dans le cadre du maintien de la sécurité dans des lieux accessibles au public est accordée sous la condition suspensive que l'entreprise ait transmis, à la Direction générale de la Police générale du Royaume, endéans les six mois de l'entrée en vigueur du présent arrêté ministériel, la preuve qu'au moins une personne dans l'entreprise ait réussi les formations conformément à l'article 18 de l'arrêté royal du 30 décembre 1999. |
Het ministerieel besluit van 4 mei 1999 wordt opgeheven. | L'arrêté ministériel du 4 mai 1999 est abrogé. |