Etaamb.openjustice.be
Meertalige weergave van Ministériele Beslissing van --
← Terug naar "Beslissing van de Minister van Landbouw. - Verklaring van "periode van verhoogd risico" met betrekking tot het risico op insleep van aviaire influenza in België Sinds begin oktober 2021 werden talrijke gevallen van hoogpathogene aviaire influenza van het type (...)"
Beslissing van de Minister van Landbouw. - Verklaring van "periode van verhoogd risico" met betrekking tot het risico op insleep van aviaire influenza in België Sinds begin oktober 2021 werden talrijke gevallen van hoogpathogene aviaire influenza van het type (...) Décision du Ministre de l'Agriculture. - Déclaration de « période à risque accru » concernant le risque d'introduction d'influenza aviaire en Belgique Depuis le début du mois d'octobre 2021, de nombreux cas d'influenza aviaire hautement pathogèn Une nouvelle vague de grippe aviaire était attendue en Europe avec la migration automnale des oisea(...)
FEDERAAL AGENTSCHAP VOOR DE VEILIGHEID VAN DE VOEDSELKETEN Beslissing van de Minister van Landbouw. - Verklaring van "periode van verhoogd risico" met betrekking tot het risico op insleep van aviaire influenza in België Sinds begin oktober 2021 werden talrijke gevallen van hoogpathogene aviaire influenza van het type H5 geïdentificeerd bij wilde vogels en pluimvee zowel in Noord-, Zuid- als in Zuidoost-Europa (Denemarken, Estland, Finland, Duitsland, Ierland, Italië, Kosovo, Nederland, Polen, Rusland, Tsjechië, Zweden en het Verenigd Koninkrijk). Een nieuwe golf van vogelgriep werd in Europa verwacht met de herfstmigratie van watervogels. Er werd immers een verhoogde virusactiviteit bij wilde vogels en pluimvee vastgesteld tijdens de zomermaanden van 2021 op plaatsen waar veel Europese watervogels broeden namelijk in Rusland en Kazachstan. De geografische verspreiding van de gevallen van aviaire influenza in de laatste weken toont aan dat de belangrijkste migratieroutes naar Europa daadwerkelijk besmet zijn. Aangezien de betrokken vogeltrekroutes via België passeren, is het risico zeer groot dat het hoog pathogene aviaire influenzavirus wilde vogels en pluimveebedrijven in België besmet. Bovendien bleef het vogelgriepvirus dat tijdens de winterperiode 2020-2021 vastgesteld werd op laag niveau circuleren in lokale Europese vogelpopulaties. Deze ononderbroken viruscirculatie draagt bij tot deze nieuwe golf van vogelgriep, terwijl gewoonlijk de vorige golf uit de Europese vogelpopulaties verdwijnt zodra de grote zwermen watervogels in het voorjaar terug in hun broedgebieden in Azië zijn aangekomen. Op 10 november 2021 werd de aanwezigheid van het hoog pathogene H5N1-virus in België bevestigd bij een wilde vogel (brandgans) die in de provincie Antwerpen werd aangetroffen. Dit wijst erop dat het virus in België circuleert en dat het hele land het risico loopt te worden getroffen. De verschillende sectoren die nauw betrokken zijn bij deze problematiek zijn op de hoogte gebracht van de huidige situatie en van de reeds bestaande maatregelen die moeten worden toegepast. Deze maatregelen zijn preventieve maatregelen met betrekking tot verzamelingen, het transport, de melding van de ziekte en de bioveiligheid (contacten met wilde fauna,...). Deze maatregelen zijn vastgelegd in het koninklijk besluit van 5 mei 2008 betreffende de bestrijding van aviaire influenza en in het ministerieel besluit van 6 juni 2019 houdende dringende maatregelen om de verspreiding van het influenzavirus type H3 tegen te gaan. Bovenop deze maatregelen die altijd van toepassing zijn, hoofdzakelijk gebaseerd op bioveiligheid, en waarvan bepaalde specifiek zijn voor gevoelige natuurgebieden, kan de minister in een periode van verhoogd risico op het volledige grondgebied bijkomende maatregelen opleggen (artikel 3/5 van het KB). De periode van verhoogd risico moet ook worden bepaald door de Minister (punt 61° van de definities van het KB). Deze bijkomende maatregelen kunnen geheel of gedeeltelijk worden genomen ("à la carte") en het betreft de volgende maatregelen: - Pluimvee van geregistreerde pluimveebedrijven moet worden opgehokt of op zodanige wijze worden afgeschermd dat contact met wilde vogels vermeden wordt; - Pluimvee en andere in gevangenschap levende vogels moeten worden opgehokt of op zodanige wijze worden afgeschermd dat contact met wilde vogels vermeden wordt; - Het voederen en drenken van pluimvee en andere in gevangenschap levende vogels moet binnen gebeuren of op een zodanige wijze dat contact met wilde vogels onmogelijk is; - Het is verboden om pluimvee en andere in gevangenschap levende vogels te drenken met water dat afkomstig is van oppervlaktewatervoorraden of regenwater waartoe wilde vogels toegang hebben, tenzij dat water werd behandeld om eventueel aanwezige virussen te inactiveren; - Verzamelingen van pluimvee en andere in gevangenschap levende vogels, andere dan markten, zijn verboden, uitgezonderd tentoonstellingen en prijskampen van pluimvee gehouden door particulieren en van andere in gevangenschap levende vogels, waarbij de dieren niet van verantwoordelijke veranderen en op voorwaarde dat het aanwezige pluimvee of andere in gevangenschap levende vogels gedurende de tien dagen voorafgaand aan de verzameling opgesloten werden of beschermd werden waarbij het contact met wilde vogels onmogelijk was; - Alle slachtkippen, die afkomstig zijn van eenzelfde toom, moeten worden weggehaald binnen de twee werkdagen volgend op de eerste dag van laden met als bestemming het slachthuis. Op basis van de risicoanalyse heeft de Minister de periode van verhoogd risico vastgesteld voor een onbepaalde termijn vanaf 15 november 2021 en de 4 volgende maatregelen uit bovenstaande lijst opgelegd: - Pluimvee van geregistreerde (professionele) pluimveebedrijven en pluimvee gehouden door particulieren (privé) moeten worden opgehokt of op zodanige wijze worden afgeschermd dat elk contact met wilde vogels vermeden wordt. Deze maatregel is niet van toepassing op loopvogels; - Het voederen en drenken van pluimvee en in gevangenschap levende vogels moet binnen gebeuren of op zodanige wijze dat elk contact met wilde vogels onmogelijk is; - Het is verboden om pluimvee en andere in gevangenschap levende vogels te drenken met water dat afkomstig is van oppervlaktewatervoorraden of regenwater waartoe wilde vogels toegang hebben, tenzij dat water werd behandeld om eventueel aanwezige virussen te inactiveren. - Het uitladen van pluimvee kan enkel gebeuren onder de voorwaarden bepaald door het FAVV. Afhankelijk van de evolutie van de situatie kan deze lijst met maatregelen in voorkomend geval worden aangepast of kan de periode van verhoogd risico worden stopgezet via een nieuwe beslissing. 17 november 2021. AGENCE FEDERALE POUR LA SECURITE DE LA CHAINE ALIMENTAIRE Décision du Ministre de l'Agriculture. - Déclaration de « période à risque accru » concernant le risque d'introduction d'influenza aviaire en Belgique Depuis le début du mois d'octobre 2021, de nombreux cas d'influenza aviaire hautement pathogène de type H5 ont été identifiés chez des oiseaux sauvages et des volailles tant au nord, qu'au sud et au sud-est de l'Europe (Danemark, Estonie, Finlande, Allemagne, Irlande, Italie, Kosovo, Pays-Bas, Pologne, Russie, République tchèque, Suède et Royaume-Uni). Une nouvelle vague de grippe aviaire était attendue en Europe avec la migration automnale des oiseaux aquatiques. En effet, une activité accrue du virus chez les oiseaux sauvages et les volailles a été observée pendant les mois d'été 2021, en Russie et au Kazakhstan, qui sont des lieux où de nombreux oiseaux aquatiques européens se reproduisent. La répartition géographique des cas d'influenza aviaire de ces dernières semaines montre que les principales routes migratoires vers l'Europe sont effectivement infectées. Les couloirs de migration concernés étant ceux passant par la Belgique, le risque que le virus d'influenza aviaire hautement pathogène infecte les oiseaux sauvages et les exploitations de volailles en Belgique est donc très élevé. De plus, le virus de la grippe aviaire identifié durant la période hivernale de 2020-2021 a continué à circuler à de faibles niveaux dans les populations locales d'oiseaux européens. Cette circulation ininterrompue de virus vient s'ajouter à cette nouvelle vague de grippe aviaire, alors que traditionnellement, la précédente vague aurait dû disparaître des populations d'oiseaux européens dès que les grands groupes d'oiseaux aquatiques auraient regagné leurs lieux de reproduction en Asie au printemps. Le 10 novembre 2021, la présence du virus hautement pathogène H5N1 a été confirmée en Belgique chez un oiseau sauvage (Bernache nonnette) retrouvé en province d'Anvers. Cela indique que le virus a atteint la Belgique et que tout le pays risque d'être touché. Les différents secteurs étroitement concernés par cette problématique ont été informés de la situation actuelle ainsi que des mesures déjà existantes qui doivent être appliquées. Les mesures sont des mesures préventives concernant les rassemblements, les transports, la notification de la maladie et les règles de biosécurité (contacts avec la faune sauvage,...). Ces mesures sont établies dans l'arrêté royal du 5 mai 2008 relatif à la lutte contre l'influenza aviaire et dans l'arrêté ministériel du 6 juin 2019 portant des mesures d'urgence pour empêcher la dispersion du virus de l'influenza de type H3. En plus de ces mesures applicables en tout temps, basées essentiellement sur la biosécurité, et dont certaines sont spécifiques pour les zones naturelles sensibles, des mesures complémentaires peuvent être imposées par le Ministre (article 3/5 de l'AR) en période à risque accru sur tout le territoire. La période à risque accru doit également être déterminée par Monsieur le Ministre (point 61° des définitions de l'AR). Ces mesures supplémentaires peuvent être prises en tout ou partie (« à la carte ») et sont les suivantes : - Les volailles d'exploitations avicoles enregistrées doivent être confinées ou protégées de façon à éviter les contacts avec les oiseaux sauvages ; - Les volailles et les autres oiseaux captifs doivent être confinés ou protégés de façon à éviter les contacts avec les oiseaux sauvages ; - Le nourrissage et l'abreuvement des volailles et des autres oiseaux captifs doit se faire à l'intérieur ou de façon à rendre impossible le contact avec les oiseaux sauvages ; - Il est interdit d'abreuver les volailles et les autres oiseaux captifs avec l'eau de réservoirs d'eaux de surface ou l'eau de pluie accessibles aux oiseaux sauvages, à moins que cette eau ne soit traitée pour inactiver d'éventuels virus présents ; - Les rassemblements de volailles et d'autres oiseaux captifs, autres que les marchés, sont interdits, à l'exception des expositions et concours de volailles de détenteurs particuliers et d'autres oiseaux captifs sans changement de responsable, à condition que les volailles ou autres oiseaux captifs présents aient été confinés ou protégés de façon à rendre impossible le contact avec des oiseaux sauvages pendant les dix jours qui précèdent la venue au rassemblement ; - Tous les poulets de chair provenant d'une même bande doivent être enlevés dans les deux jours ouvrables qui suivent le jour du premier chargement destiné à l'abattoir. Sur base de l'analyse de risque, le Ministre a déterminé la période à risque accru pour une durée indéterminée à partir du 15 novembre 2021 et imposé les 4 mesures suivantes issues de la liste ci-dessus : - Les volailles d'exploitations avicoles enregistrées (professionnelles) et les volailles détenues par des particuliers (privé) doivent être confinées ou protégées de façon à éviter tout contact avec les oiseaux sauvages. Cette mesure ne s'applique pas aux ratites ; - Le nourrissage et l'abreuvement des volailles et des autres oiseaux captifs doit se faire à l'intérieur ou de façon à rendre impossible tout contact avec les oiseaux sauvages ; - Il est interdit d'abreuver les volailles et les autres oiseaux captifs avec de l'eau provenant de réservoirs d'eaux de surface ou l'eau de pluie accessibles aux oiseaux sauvages, à moins que cette eau ne soit traitée pour inactiver d'éventuels virus présents. - Le desserrage des volailles ne peut avoir lieu que dans les conditions déterminées par l'AFSCA. En fonction de l'évolution de la situation, cette liste de mesures pourra, le cas échéant, être adaptée ou la période à risque accru arrêtée via une nouvelle décision. Le 17 novembre 2021.
D. CLARINVAL D. CLARINVAL
^