Ministerieel besluit tot wijziging van de bijlage bij het ministerieel besluit van 23 juli 2002, tot vaststelling van de lijst van ongezonde, hinderlijke of lastige werken of werken die gevoelens van onveiligheid, vrees en onzekerheid oproepen bij de personeelsleden die ermee belast zijn, die de toekenning van een vaste uurtoelage aan de ambtenaren van het Ministerie van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest rechtvaardigen | Arrêté ministériel modifiant l'annexe de l'arrêté ministériel du 23 juillet 2002 fixant la liste des travaux insalubres, incommodes, pénibles ou pouvant provoquer des sentiments d'insécurité, d'appréhension et d'inquiétude chez les agents qui en sont chargés, qui justifient l'octroi d'une allocation horaire forfaitaire aux agents du Ministère de la Région de Bruxelles-Capitale |
---|---|
GEWESTELIJKE OVERHEIDSDIENST BRUSSEL OPENBAAR AMBT 22 JANUARI 2021. - Ministerieel besluit tot wijziging van de bijlage bij het ministerieel besluit van 23 juli 2002, tot vaststelling van de lijst van ongezonde, hinderlijke of lastige werken of werken die gevoelens van onveiligheid, vrees en onzekerheid oproepen bij de personeelsleden die ermee belast zijn, die de toekenning van een vaste uurtoelage aan de ambtenaren van het Ministerie van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest rechtvaardigen De Minister van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering, belast met het Openbaar ambt, Gelet op de bijzondere wet van 8 augustus 1980 tot hervorming der instellingen, gewijzigd door de wet 16 juli 1993, artikel 87 § 1; | SERVICE PUBLIC REGIONAL BRUXELLES FONCTION PUBLIQUE 22 JANVIER 2021. - Arrêté ministériel modifiant l'annexe de l'arrêté ministériel du 23 juillet 2002 fixant la liste des travaux insalubres, incommodes, pénibles ou pouvant provoquer des sentiments d'insécurité, d'appréhension et d'inquiétude chez les agents qui en sont chargés, qui justifient l'octroi d'une allocation horaire forfaitaire aux agents du Ministère de la Région de Bruxelles-Capitale Le Ministre du Gouvernement de la Région de Bruxelles-Capitale, chargé de la Fonction publique, Vu la loi spéciale du 8 août 1980 de réformes institutionnelles, modifiée par la loi 16 juillet 1993, l'article 87, § 1er ; |
Gelet op de bijzondere wet van 12 januari 1989 met betrekking tot de | Vu la loi spéciale du 12 janvier 1989 relative aux institutions |
Brusselse instellingen,, artikel 40, § 1; | bruxelloises, l'article 40, § 1er; |
Gelet op het besluit van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering van 21 | Vu l'arrêté du gouvernement de la Région de Bruxelles-Capitale du 21 |
maart 2018 houdende het administratief statuut en de bezoldigingsregeling van de ambtenaren van de gewestelijke | mars 2018 portant le statut administratif et pécuniaire des agents des |
overheidsdiensten van Brussel, artikel 370, lid 2 ; | services publics régionaux de Bruxelles, l'article 370, alinéa 2 ; |
Gelet op het ministerieel besluit van 23 juli 2002, tot vaststelling | Vu l'Arrêté ministériel du 23 juillet 2002 fixant la liste des travaux |
van de lijst van ongezonde, hinderlijke of lastige werken of werken | insalubres, incommodes, pénibles ou pouvant provoquer des sentiments |
die gevoelens van onveiligheid, vrees en onzekerheid oproepen bij de | d'insécurité, d'appréhension et d'inquiétude chez les agents qui en |
personeelsleden die ermee belast zijn, die de toekenning van een vaste | sont chargés, qui justifient l'octroi d'une allocation horaire |
uurtoelage aan de ambtenaren van het Ministerie van het Brussels | forfaitaire aux agents du Ministère de la Région de |
Hoofdstedelijk Gewest rechtvaardigen; | Bruxelles-Capitale; |
Gelet op adviezen van de Interne Dienst voor Preventie en Bescherming | Vu les avis du Service interne de Prévention et de Protection au |
op het Werk, gegeven op 28 augustus 2020 en op 23 oktober 2020; | travail, donnés le 28 août 2020 et le 23 octobre 2020 ; |
Gelet op de "gelijkekansentest" uitgevoerd op 26 oktober 2020 met | Vu le test " égalité des chances " effectué le 26 octobre 2020 en |
toepassing van artikel 2 van ordonnantie van 4 oktober 2018 tot | application de l'article 2 de l'ordonnance du 4 octobre 2018 tendant à |
invoering van de gelijkekansentest; | l'introduction du test égalité des chances ; |
Gelet op het advies van de Inspectie van Financiën, gegeven op 4 november 2020; | Vu l'avis de l'Inspection des Finances, donné le 4 novembre 2020; |
Gelet op het protocolakkoord van het Comité Sector XV nr. 20/27 van 8 | Vu le protocole d'accord du Comité de Secteur XV n° 20/27 du 8 |
december 2020; | décembre 2020 |
Gelet op de akkoordbevinding van de Minister van Begroting, gegeven op 14 december 2020; | Vu l'accord du Ministre du Budget, donné le 14 décembre 2020 ; |
Gelet op het advies nr 68.522/4 van de Raad van State, gegeven op 13 | Vu l'avis n° 68.522/4 du Conseil d'Etat, donné le 13 janvier 2021 en |
januari 2021, met toepassing van artikel 84, § 1, eerste lid, 2°, van | application de l'article 84, § 1, alinéa 1er, 2°, des lois sur le |
de wetten op de Raad van State, gecoördineerd op 12 januari 1973, | Conseil d'Etat, coordonnées le 12 janvier 1973, |
Besluit : | Arrête : |
Artikel 1.Artikel 1 van het ministerieel besluit van 23 juli 2002, |
Article 1er.L'article 1er de l'arrêté ministériel du 23 juillet 2002 |
tot vaststelling van de lijst van ongezonde, hinderlijke of lastige | fixant la liste des travaux insalubres, incommodes, pénibles ou |
werken of werken die gevoelens van onveiligheid, vrees en onzekerheid | pouvant provoquer des sentiments d'insécurité, d'appréhension et |
oproepen bij de personeelsleden die ermee belast zijn, die de | d'inquiétude chez les agents qui en sont chargés, qui justifient |
toekenning van een vaste uurtoelage aan de ambtenaren van het | l'octroi d'une allocation horaire forfaitaire aux agents du Ministère |
Ministerie van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest rechtvaardigen wordt | de la Région de Bruxelles-Capitale est remplacé par ce qui suit : |
vervangen als volgt: " Artikel 1. De lijst van werken die recht geven op de uurtoelage | « Article 1er.La liste des travaux qui donnent droit à l'allocation |
voorzien in het artikel 370, tweede lid, van het besluit van de | horaire prévue à l'article 370, alinéa 2, de l'arrêté du Gouvernement |
Brusselse Hoofdstedelijke Regering van 21 maart 2018 houdende het | de la Région de Bruxelles-Capitale du 21 mars 2018 portant le statut |
administratief statuut en de bezoldigingsregeling van de ambtenaren | administratif et pécuniaire des agents des services publics régionaux |
van de gewestelijke overheidsdiensten van Brussel, bevindt zich in de | de Bruxelles est annexée au présent arrêté ». |
bijlage van dit besluit ". Art. 2.Het volgende punt wordt ingevoegd aan de bijlage bij het |
Art. 2.Le point suivant est inséré à l'annexe de l'arrêté ministériel |
ministerieel besluit van 23 juli 2002, tot vaststelling van de lijst | du 23 juillet 2002 fixant la liste des travaux insalubres, incommodes, |
van ongezonde, hinderlijke of lastige werken of werken die gevoelens | pénibles ou pouvant provoquer des sentiments d'insécurité, |
van onveiligheid, vrees en onzekerheid oproepen bij de personeelsleden | d'appréhension et d'inquiétude chez les agents qui en sont chargés, |
die ermee belast zijn, die de toekenning van een vaste uurtoelage aan | qui justifient l'octroi d'une allocation horaire forfaitaire aux |
de ambtenaren van het Ministerie van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest rechtvaardigen : | agents du Ministère de la Région de Bruxelles-Capitale : |
« 29. Risicovolle interactie in de openbare ruimte voor taxistewards | « 29. Interactions à risques dans l'espace public des stewards taxis |
en toezichthouders free-floating van de directie Personenvervoer bij | et des contrôleurs free-floating de la Direction Transport de |
Brussel Mobiliteit; ». | personnes de Bruxelles Mobilité; ». |
Art. 3.Artikel 3 van het ministerieel besluit van 23 juli 2002, tot |
Art. 3.L'article 3 de l'arrêté ministériel du 23 juillet 2002 fixant |
vaststelling van de lijst van ongezonde, hinderlijke of lastige werken | la liste des travaux insalubres, incommodes, pénibles ou pouvant |
of werken die gevoelens van onveiligheid, vrees en onzekerheid | provoquer des sentiments d'insécurité, d'appréhension et d'inquiétude |
oproepen bij de personeelsleden die ermee belast zijn, die de | chez les agents qui en sont chargés, qui justifient l'octroi d'une |
toekenning van een vaste uurtoelage aan de ambtenaren van het | allocation horaire forfaitaire aux agents du Ministère de la Région de |
Ministerie van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest rechtvaardigen wordt | Bruxelles-Capitale est remplacé par ce qui suit : |
vervangen als volgt: | |
"De taxistewards bedoeld in 29° van de bijlage bij het ministeriële | « Les stewards taxis visés au 29° de l'annexe de l'arrêté ministériel |
besluit van 23 juli 2002 tot vaststelling van de lijst van de | du 23 juillet 2002 fixant la liste des travaux insalubres, incommodes, |
ongezonde, hinderlijke of lastige werken of werken die gevoelens van | pénibles ou pouvant provoquer des sentiments d'insécurité, |
onveiligheid, vrees en onzekerheid oproepen bij de personeelsleden die | d'appréhension et d'inquiétude chez les agents qui en sont chargés, |
ermee belast zijn, die de toekenning van een vaste uurtoelage aan de | qui justifient l'octroi d'une allocation horaire forfaitaire aux |
ambtenaren van het Ministerie van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest rechtvaardigen, worden gemachtigd de toekenning van de forfaitaire uurtoelage aan te vragen, en dit vanaf de dag waarop ze de activiteiten vermeld in 29° zijn beginnen uitoefenen. De toepassing van artikel 1 is slecht aanvaardbaar indien, voor iedere betrokken ambtenaar, de gepresteerde uren die recht geven op de retroactieve toekenning van de premie, op objectieve wijze kunnen worden bewezen." Art. 4.Artikel 3 van het ministerieel besluit van 23 juli 2002, tot vaststelling van de lijst van ongezonde, hinderlijke of lastige werken of werken die gevoelens van onveiligheid, vrees en onzekerheid oproepen bij de personeelsleden die ermee belast zijn, die de toekenning van een vaste uurtoelage aan de ambtenaren van het Ministerie van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest rechtvaardigen wordt artikel 4. Art. 5.Het voorliggend besluit treedt in werking de eerste dag van de eerste maand volgens op die gedurende dewelke het in het Belgisch Staatsblad is bekendgemaakt. Brussel, 22 januari 2021. De Minister van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering, belast met het Openbaar ambt, |
agents du Ministère de la Région de Bruxelles-Capitale sont autorisés à solliciter l'octroi de l'allocation horaire forfaitaire et ce, à partir du jour où ils ont débuté l'exercice des activités reprises au 29°. L'applicabilité de l'article 1er n'est admissible que pour autant qu'il soit possible d'identifier de manière objective, pour chaque agent concerné, les heures prestées donnant droit à l'octroi rétroactif de la prime. » Art. 4.L'article 3 de l'arrêté ministériel du 23 juillet 2002 fixant la liste des travaux insalubres, incommodes, pénibles ou pouvant provoquer des sentiments d'insécurité, d'appréhension et d'inquiétude chez les agents qui en sont chargés, qui justifient l'octroi d'une allocation horaire forfaitaire aux agents du Ministère de la Région de Bruxelles-Capitale devient l'article 4. Art. 5.Le présent arrêté entre en vigueur le premier jour du premier mois qui suit celui au cours duquel il aura été publié au Moniteur belge Bruxelles, le 22 janvier 2021. Le Ministre du Gouvernement de la Région de Bruxelles-Capitale, chargé de la Fonction publique, |
S. GATZ | S. GATZ |