← Terug naar "Ministerieel besluit tot aanneming van het bestek voor het rollend materieel "
Ministerieel besluit tot aanneming van het bestek voor het rollend materieel | Arrêté ministériel portant adoption du cahier des charges du matériel roulant |
---|---|
FEDERALE OVERHEIDSDIENST MOBILITEIT EN VERVOER | SERVICE PUBLIC FEDERAL MOBILITE ET TRANSPORTS |
20 JUNI 2008. - Ministerieel besluit tot aanneming van het bestek voor | 20 JUIN 2008. - Arrêté ministériel portant adoption du cahier des |
het rollend materieel | charges du matériel roulant |
De Eerste Minister en de Staatssecretaris voor Mobiliteit, | Le Premier Ministre et le Secrétaire d'Etat à la Mobilité, |
Gelet op de wet van 19 december 2006 betreffende de | Vu la loi du 19 décembre 2006 relative à la sécurité d'exploitation |
exploitatieveiligheid van de spoorwegen, inzonderheid op artikel 6, § 2; | ferroviaire, notamment l'article 6, § 2; |
Gelet op het koninklijk besluit van 16 januari 2007 houdende | Vu l'arrêté royal du 16 janvier 2007 portant des exigences et |
veiligheidsvereisten en -procedures van toepassing op de | |
spoorweginfrastructuurbeheerder en de spoorwegondernemingen, | procédures de sécurité applicables au gestionnaire de l'infrastructure |
inzonderheid op artikel 15, eerste lid; | ferroviaire et aux entreprises ferroviaires, notamment l'article 15, alinéa 1er; |
Gelet op het gemotiveerd, uitvoerig en gunstig advies van de | Vu l'avis circonstancié, motivé et favorable du gestionnaire de |
spoorweginfrastructuurbeheerder; | l'infraeendestructure ferroviaire; |
Gelet op de omstandigheid dat de Gewestregeringen bij het ontwerpen | Vu l'association des Gouvernements de Région à l'élaboration du |
van dit besluit betrokken zijn; | présent arrêté; |
Gelet op het advies 43.926/4 van de Raad van State, gegeven op 8 | Vu l'avis 43.926/4 du Conseil d'Etat, donné le 8 janvier 2008, en |
januari 2008 met toepassing van artikel 84, § 1, eerste lid, 1° van de | application de l'article 84, § 1er, alinéa 1er, 1° des lois |
gecoördineerde wetten op de Raad van State; | coordonnées sur le Conseil d'Etat; |
Overwegende dat ingevolge een algemene opmerking van de Afdeling | Considérant suite à une observation générale de la Section de |
Wetgeving van de Raad van State, de projectauteur bevestigt dat het | Législation du Conseil d'Etat, que l'auteur du projet confirme que |
koninklijk besluit van 16 januari 2007 houdende veiligheidsvereisten | l'arrêté royal du 16 janvier 2007 portant des exigences et procédures |
en-procedures van toepassing op de spoorweginfrastructuur-beheerder en spoorwegondenemingen, aan de Minister bevoegdheid geeft voor het aannemen van dit project; Dat het dus niet verantwoord is de niet-naleving door de projectauteur van het beginsel van de normenhiërarchie in vraag te stellen; Overwegende dat de projectauteur bevestigt dat het verantwoord is de bijlage bij dit project dat het bestek van het rollend materieel inhoudt, aan te nemen, zelfs indien deze bijlage het bestek slechts gedeeltelijk actualiseert; Wat dat betreft, is er hoogdringendheid voor de implementatie van de GSM-R en ETCS opgelegd door de recentelijk gepubliceerde beslisssingen van de Europese Commissie; Dat de toepassing van het uitvoeringsplan op het Belgisch spoorwegnet noodzakelijk is; Dat het bestek in bijlage de kalender voor dit uitvoeringsplan bevat; Dat de technische specificaties voor interoperabiliteit in de komende | de sécurité applicables au gestionnaire de l'infrastructure ferroviaire et aux entreprises ferroviaires donne compétence au Ministre pour l'adoption du présent projet; Qu'il n'est des lors pas justifié de soulever le non-respect par l'auteur du projet du principe de la hiérarchie des normes; Considérant que l'auteur du projet confirme qu'il est justifié d'adopter l'annexe au présent projet, représentant le cahier des charges du matériel roulant, même si celle-ci ne met ce cahier que partiellement à jour; Qu'en l'espèce, il y a urgence à l'implémentation du GSM-R et de l'ETCS imposés par des décisions récemment publiées par la Commission européenne; Que la mise en oeuvre du plan de déploiement sur le réseau ferroviaire belge est nécessaire; Que le cahier en annexe au présent projet reprend le calendrier de mise en oeuvre; Que les spécifications techniques d'interopérabilité seront publiées dans les mois et les années à venir et les accords en matière de |
maanden en jaren zullen worden gepubliceerd en dat de akkoorden | reconnaissance mutuelle sont en phase de finalisation, ce qui justifie |
betreffende wederzijdse erkenning zich in een eindfase bevinden wat | que la révision des autres parties du cahier en annexe au présent |
rechtvaardigt dat de herziening van de andere delen van het bestek in | projet ne peut actuellement être utilement réalisée; |
bijlage momenteel niet nuttig is; | Que rien ne s'oppose à l'adoption d'un cahier des charges partiel, |
Dat niets in de weg staat voor de aanneming van een gedeeltelijk | même si l'arrêté royal précité fait état de l'ensemble de ce cahier; |
bestek, zelfs indien voorvermeld koninklijk besluit rekening houdt met | Considérant pour une question de lisibilité, que l'auteur du projet |
gans het bestek; Overwegende dat om redenen van leesbaarheid, de projectauteur | souligne que la partie « Dispositif d'assistance et de surveillance de |
onderstreept dat het deel « Hulp- en bewakingsinrichtingen voor de | la conduite » fait partie intégrante de l'annexe au projet; |
besturing » integraal deel uitmaakt van de bijlage bij het project; | Considérant suite à une observation particulière de la Section de |
Overwegende dat ingevolge een bijzondere opmerking van de Afdeling | Législation du Conseil d'Etat, que l'auteur du projet modifie |
Wetgeving van de Raad van State, de projectauteur het artikel 3 van | l'article 3 de ce projet, en omettant les mots « par extrait », |
dit project wijzigt door het weglaten van de woorden « door uittreksel », | |
Besluiten : | Arrêtent : |
Artikel 1.Aangenomen worden de als Bijlage bij dit besluit gaande |
Article 1er.Sont adoptées les règles nationales de sécurité, |
nationale veiligheidsvoorschriften, met inbegrip van hun eigen bijlage. | comprenant leur propre annexe, figurant à l'Annexe au présent arrêté. |
Art. 2.De bepalingen vervat in de punten 5.3.3.2.1 en 5.3.3.2.2 van |
Art. 2.Les dispositions reprises aux points 5.3.3.2.1 et 5.3.3.2.2 du |
bundel 2.1.1 van het Algemeen Reglement voor het Gebruik van de | fascicule 2.1.1 du Règlement général pour l'Utilisation de |
Spoorweginfrastructuur, betreffende het materieel van de gebruikers | l'Infrastructure Ferroviaire, relatif au cahier des charges du |
van de Belgische spoorweginfrastructuur, worden opgeheven. | matériel de l'utilisateur de l'infrastructure ferroviaire belge, sont abrogées. |
Art. 3.Dit besluit treedt in werking de dag waarop het wordt |
Art. 3.Le présent arrêté entre en vigueur le jour de sa publication |
bekendgemaakt in het Belgisch Staatsblad. | au Moniteur belge. |
Brussel, 20 juni 2008. | Bruxelles, le 20 juin 2008. |
Y. LETERME | Y. LETERME |
E. SCHOUPPE | E. SCHOUPPE |
Bijlage bij het ministerieel besluit van 20 juni 2008 tot aanneming | Annexe à l'arrêté ministériel du 20 juin 2008 portant l'adoption d'un |
van het bestek voor het rollend materieel | cahier des charges du matériel roulant |
BESTEK VAN HET ROLLEND MATERIEEL BESTEMD VOOR HET GEBRUIK VAN DE RIJPADEN | CAHIER DES CHARGES DU MATERIEL ROULANT POUR L'UTILISATION DES SILLONS |
INHOUDSTAFFEL | TABLE DES MATIERES |
1Dynamica van het voertuig/beveiliging tegen ontsporen | 1Comportement dynamique/sécurité contre le déraillement |
2 Voertuigkast | 2 Caisse de véhicule |
3 Trek- en stootorganen | 3 Organes de choc et de traction |
4 Draaistellen | 4 Bogies |
5 Wielstellen/lagering | 5 Essieux montés/support |
6 Remming | 6 Freinage |
7 Systemen die opvolging vergen | 7 Systèmes nécessitants un suivi |
8 Stroomafnemers | 8 Pantographes |
9 Frontruiten/zijruiten | 9 Baies frontales et latérales |
10 Toegangsdeuren | 10 Portes d'accès |
11 Overgangsinrichtingen | 11 Dispositifs d'intercirculation |
12 Energievoorziening en elektromagnetische compatibiliteit | 12 Energie et compatibilité électromagnétique |
13 Software | 13 Logiciels |
14 Brandbeveiliging | 14 Sécurité contre l'incendie |
15 Bescherming van het milieu | 15 Protection de l'environnement |
16 Drinkwatersytemen en afvalwaterbeheer | 16 Systèmes d'eau potable et traitement des eaux usées |
17 Veiligheid op het werk | 17 Bien-être au travail |
18 Doorgangsprofiel | 18 Gabarit |
19 Beveiligingssystemen | 19 Systèmes de sécurité |
19.5 Communicatie-uitrustingen radio grond-trein (RGT) en GSM-R | 19.5 Equipements de communication Radio Sol-Train (RST) et GSM-R |
19.6 Seinherhalingssystemen en cabinesignalisatie van het materieel in | 19.6 Equipements des systèmes de répétition des signaux et de |
functie van de bereden lijnen alsook de bijbehorende | signalisation de cabine du matériel en fonction des lignes parcourues |
registratiesystemen | ainsi que les systèmes d'enregistrement appropriés |
20 Ketelwagens | 20 Wagons citernes |
21 Containerwagens | 21 Wagon porte conteneurs |
22 Verzekering van lading | 22 Fixation des chargements |
23 Markering | 23 Marquage |
Van toepassing blijvende bepalingen van het Algemeen Reglement voor | Dispositions du Règlement général pour l'Utilisation de |
het Gebruik van de Spoorweginfrastructuur, betreffende het bestek voor | l'Infrastructure Ferroviaire, relatif au cahier des charges du |
het materieel van de infrastructuurgebruiker (ARGSI 2.1.1) | matériel de l'utilisateur de l'infrastructure (RGUIF 2.1.1) qui |
Algemene bemerking : Indien een niet afgeschafte beschikking van het | restent d'application. Remarque générale : Dans le cas où une disposition non abrogée du |
ARGSI 2.1.1, opgenomen in onderstaande lijst in tegenspraak is met een | RGUIF 2.1.1, reprise dans la liste ci-dessous, devrait s'avérer être |
TSI, heeft de TSI de bovenhand ten opzicht van het ARGSI 2.1.1. | en contradiction avec une STI, la STI prévaudrait sur le RGUIF 2.1.1 |
Voor de raadpleging van de tabel, zie beeld | Pour la consultation du tableau, voir image |
_______ | _______ |
Nota's | Nota's |
(1) De functionele beschrijving van de systemen TBL1, TBL1+ en TBL2 | (1) La description fonctionnelle des systèmes TBL1, TBL1+ et TBL2 est |
kan bekomen worden bij de IB evenals de functionele beschrijving van | disponible auprès du GI. Il en va de même pour le système TVM de la |
het systeem TVM 430 voor de lijn L1. | ligne L1. |
(2) N.B. : De hierboven vermelde NID_STM nummers zijn overgenomen uit | (2) N.b. : les numéros NID_STM mentionnés ci-dessus sont extraits de |
de lijst die officieel door de ERA wordt gepubliceerd.maBALjmsguheyu | la liste officielle publiée par l'ERA. |
Hulp- en bewakingsinrichtingen voor de besturing « MEMOR » | Dispositifs d'assistance et de surveillance de la conduite « MEMOR » |
Functionele generieke bepaling | Spécification fonctionnelle générique |
(SPFMT_FODMV_SPEC_MEMOR_001_N) | (SPFMT_FODMV_SPEC_MEMOR_001_F) |
INHOUDSOPGAVE | TABLE DES MATIERES |
1 Doel | 1 BUT |
2 Aangewende middelen | 2 Moyens mis en oeuvre : |
3 Veiligheidsdoelstelling 4 | 3 Objectif de sécurité |
4 Functionele definitie van de herhaling van de seinbeelden van de | 4 Définition fonctionnelle de la répétition des aspects de la |
laterale seingeving en van de hulp- en bewakingsfuncties voor de | signalisation latérale et des fonctions d'aide et de surveillance de |
besturing van het « MEMOR »-systeem | la conduite du dispositif « MEMOR » |
4.1 Inleiding | 4.1 Introduction |
4.2 Herhaling van de seinen spoor vrij' | 4.2 Répétition des signaux à voie libre |
4.2.1 Algemene bepalingen | 4.2.1 Généralités |
4.2.2 Normale werking | 4.2.2 Comportement attendu |
4.3 Herhaling en opslag van het beperkende seinbeeld dat door de | 4.3 Répétition et mémorisation de l'aspect restrictif présenté par les |
laterale seingeving wordt getoond | signaux latéraux |
4.3.1 Algemene bepalingen | 4.3.1 Généralités |
4.3.2 Dit heeft tot gevolg dat : | 4.3.2 Comportement attendu |
4.3.3 Controle van de « waakzaamheid » van de bestuurder bij het | 4.3.3 Contrôle de la « vigilance » du conducteur lors du |
overschrijden van seinen die een beperkend seinbeeld tonen | franchissement de signaux présentant un aspect restrictif |
4.3.4 Verzoek om de noodremming uit te voeren | 4.3.4 Demande d'application du freinage d'urgence |
4.3.5 Buitendienststelling en/of uitschakeling van de « MEMOR » | 4.3.5 Mise hors service et/ou élimination de l'équipement « MEMOR » |
uitrusting 5 Beschrijving van de ingangen en de uitgangen | 5 Définition des entrées et des sorties du dispositif « MEMOR » |
5.1 INGANGEN | 5.1 ENTREES : |
5.1.1 Ingangen »handelingen van de bestuurder » | 5.1.1 Entrées "actions du conducteur" |
5.1.2 Ingangen "BORSTEL/KROKODIL" | 5.1.2 Entrées "BROSSE/CROCODILE" |
5.2 UITGANGEN | 5.2 SORTIES : |
5.2.1 Uitgangen "stuurtafel » | 5.2.1 sorties « pupitre de conduite » |
HET « MEMOR »-SYSTEEM | LE SYSTEME « MEMOR » |
1 Doel | 1 BUT |
Door de plaatsing in de trein van een hulp- en bewakingsinrichting | Obtenir, par la présence à bord d'un dispositif d'assistance et de |
voor de besturing,de gevaren verminderen,als gevolg van een eventuele | surveillance de la conduite, une réduction des risques liés à un |
vermindering van de waakzaamheid van de bestuurder van een | éventuel relâchement de la vigilance du conducteur d'un véhicule |
spoorvoertuig m.b.t. het naleven van de consignes die hij van de | ferroviaire vis à vis du respect des consignes qui lui sont transmises |
laterale seininrichting krijgt. | par la signalisation latérale. |
2 Aangewende middelen | 2 Moyens mis en oeuvre : |
Als een stuurpost « in dienst » is, m.a.w. als de « sleutelkast » | Lorsque un poste de conduite est « en service », c'est-à-dire lorsque |
ontgrendeld is, moet het « MEMOR »-systeem : | la « boîte à clef » est déverrouillée, le dispositif « MEMOR » doit |
a. controleren of de bestuurder met een drukknop bevestigt dat hij | procurer : a. Un contrôle, par acquittement au moyen d'un bouton-poussoir, de la |
bepaalde beperkende seinbeelden heeft gezien die door de laterale | perception par le conducteur de certains aspects restrictifs présentés |
seingeving worden getoond; | par la signalisation latérale; |
b. in de stuurpost bepaalde seinbeelden herhalen die door de laterale | b. Une répétition en cabine de conduite de certains aspects présentés |
seingeving worden getoond. | par la signalisation latérale |
3 Veiligheidsdoelstelling | 3 Objectif de sécurité |
Als er door de infrastructuurbeheerders geen beperkender voorschrift | En absence de prescription plus restrictive imposées par le |
wordt opgelegd, wordt een percentage storingen in strijd met de | gestionnaire d'infrastructure, un taux de panne contraire à la |
veiligheid van minder dan 10 E- 4 per uur als aanvaardbaar beschouwd. | sécurité inférieur à 10 E- 4 par heure sera considéré comme acceptable. |
Voor het « MEMOR »-systeem is een storing in strijd met de veiligheid | Pour le dispositif « MEMOR », une panne est contraire à la sécurité |
als er geen noodremming gevraagd wordt, hoewel de omstandigheden het | s'il y a absence de demande de freinage d'urgence alors que les |
vereisen. | circonstances l'exigent. |
4 Functionele definitie van de herhaling van de seinbeelden van de | 4 Définition fonctionnelle de la répétition des aspects de la |
laterale seingeving en van de hulp- en bewakingsfuncties voor de | signalisation latérale et des fonctions d'aide et de surveillance de |
besturing van het « MEMOR »-systeem | la conduite du dispositif « MEMOR » |
4.1 Inleiding | 4.1 Introduction |
De informatie die vereist is voor het herhalen, in de stuurpost, van | Les informations nécessaires à la répétition, en cabine de conduite, |
de seinbeelden van de laterale seingeving en voor de hulp- en | des aspects de la signalisation latérale ainsi qu'aux fonctions d'aide |
bewakingsfuncties voor de besturing (opslaan van het beperkende | et de surveillance de la conduite (mémorisation de l'aspect restrictif |
seinbeeld van de laterale seingeving en controle van de bevestiging | de la signalisation latérale et contrôle de l'action d'acquittement |
door de bestuurder) die erop betrekking hebben, wordt verkregen door | par le conducteur) qui y sont associés sont obtenues en exploitant |
de binaire informatie te gebruiken afkomstig van de | l'information binaire obtenue par la détection de polarité de la |
polariteitsdetectie van de elektrische spanning die door de « | tension électrique délivrée par les « crocodiles » du système « BROSSE |
krokodillen » van het systeem « BORSTEL - KROKODIL » wordt geleverd. | - CROCODILE ». |
4.2 Herhaling van de seinen spoor vrij' | 4.2 Répétition des signaux à voie libre |
4.2.1 Algemene bepalingen | 4.2.1 Généralités |
Heeft de betekenis « seinen spoor vrij' », de informatie die wordt | Doit être considéré comme ayant la signification « signal à voie libre |
gegeven door detectie van een negatieve polariteit van de elektrische | » l'information obtenue par la détection d'une polarité négative de la |
spanning die door een « krokodil » wordt geleverd. | tension électrique délivrée par un « crocodile » |
4.2.2 Normale werking | 4.2.2 Comportement attendu |
4.2.2.1 Door een sein spoor vrij' te overschrijden : a. weerklinkt het geluid van de « gong spoor vrij' » in de stuurpost; b. dooft de geheugenlamp LGLJM (op de stuurtafel) als ze vast brandde; c. wordt de informatie « sein spoor vrij'« naar het registreertoestel voor voorvallen gezonden. 4.2.2.2Opmerking Bij het achtereenvolgens overschrijden van verscheidene seinen 'spoor vrij' moet : a. het geluid van de « gong spoor vrij' » bij elk sein weerklinken; b. de informatie « sein spoor vrij' » naar het registreertoestel voor | 4.2.2.1 Le franchissement d'un signal à voie libre devra provoquer : a. l'émission du son « gong de voie libre » (dans le poste de conduite), b. l'extinction de l'indicateur lumineux de mémorisation de l'aspect restrictif présenté par un signal c. (« lampe jaune » située sur la table de bord) si il était allumé fixe, d. l'envoi à l'enregistreur d'événements de l'information « signal à voie libre ». 4.2.2.2 Remarque Lors du franchissement successif de plusieurs signaux présentant l'aspect « voie libre », à chaque franchissement de signal : a. le son « gong de voie libre » devra retentir; b. l'information « signal à voie libre » devra être envoyée à |
voorvallen worden gezonden. | l'enregistreur d'événements. |
4.3 Herhaling en opslag van het beperkende seinbeeld dat door de | 4.3 Répétition et mémorisation de l'aspect restrictif présenté par les |
laterale seingeving wordt getoond | signaux latéraux |
4.3.1 Algemene bepalingen | 4.3.1 Généralités |
Heeft de betekenis « sein dat een beperkend seinbeeld toont », de | Doit être considéré comme ayant la signification « signal présentant |
informatie die wordt gegeven door detectie van een positieve | un aspect restrictif » l'information obtenue par la détection d'une |
polariteit van de elektrische spanning die door een « krokodil » wordt | polarité positive de la tension électrique délivrée par un « crocodile |
geleverd. | ». |
4.3.2 Dit heeft tot gevolg dat : | 4.3.2 Comportement attendu |
4.3.2.1Algemene bepalingen | 4.3.2.1 Généralités |
De overschrijding van een « sein dat een beperkend seinbeeld toont » | Le franchissement d'un signal présentant un aspect restrictif se |
heeft als gevolg : | traduit par : |
a. een meldlampje LGLJM op de stuurtafel verscheidene keren na elkaar | a. différentes séquences d'allumage et d'extinction de l'indicateur |
oplicht en dooft (volgens de bediening door de treinbestuurders, zie | lumineux de mémorisation de l'aspect restrictif présenté par un |
signal, situé sur la table de bord (selon la manière dont la desserte | |
hierna); | est effectuée par le personnel de conduite, voir ci-dessous); |
b. de informatie « sein dat een beperkend seinbeeld toont » naar het | b. l'envoie à l'enregistreur d'événement de l'information « signal |
registreertoestel voor voorvallen wordt gezonden; | présentant un aspect restrictif »; |
c. er een verzoek tot noodremming is als de informatie « sein dat een | c. une demande d'application du freinage d'urgence en cas de non |
beperkend seinbeeld toont » niet behoorlijk door de bestuurder wordt | acquittement convenable de l'information « signal présentant un aspect |
bevestigd. | restrictif » par le conducteur. |
4.3.2.2 Opmerkingen 4.3.2.2.1 Bij het opstarten van het « MEMOR »-systeem, als de stuurpost in dienst wordt gesteld, gaat de gele LGLJM-lamp (vast) branden. 4.3.2.2.2 Als die lamp vast brandt, kan ze worden gedoofd met de drukknop BPGLJM (die met de lamp een geheel vormt of zich eronder bevindt). 4.3.2.2.3 Als hij dat wenst, kan de bestuurder op ieder moment de gele lamp LGLJM (vast) laten branden door de kwiteerdrukknop BPVG te activeren (in te drukken). 4.3.3 Controle van de « waakzaamheid » van de bestuurder bij het | 4.3.2.2 Remarques 4.3.2.2.1 A l'initialisation du dispositif « MEMOR », lors de la mise en service du poste de conduite, l'indicateur lumineux de mémorisation de l'aspect restrictif présenté par un signal (« lampe jaune ») s'allume (à l'état fixe). 4.3.2.2.2 Lorsque cet indicateur lumineux de mémorisation de l'aspect restrictif est allumée à l'état fixe, il peut être éteint par appui sur le bouton-poussoir d'extinction de cet indicateur lumineux (intégré à celui-ci ou situé en dessous). 4.3.2.2.3 A tout moment, le conducteur peut, s'il le souhaite allumer (à l'état fixe) l'indicateur lumineux de mémorisation de l'aspect restrictif en actionnant (enfonçant) le bouton-poussoir d'acquittement. 4.3.3 Contrôle de la « vigilance » du conducteur lors du |
overschrijden van seinen die een beperkend seinbeeld tonen | franchissement de signaux présentant un aspect restrictif |
4.3.3.1 Algemene bepalingen | 4.3.3.1 Généralités |
Bij het naderen van een sein dat een beperkend seinbeeld toont, | A l'approche d'un signal présentant un aspect restrictif, le |
bewijst de bestuurder zijn « waakzaamheid » door de drukknop BPVG in | conducteur manifeste sa « vigilance » en appuyant sur le |
te drukken. | bouton-poussoir d'acquittement. |
4.3.3.2 Geanticipeerde bediening | 4.3.3.2 Desserte anticipée |
4.3.3.2.1 Bij het naderen van een sein dat een beperkend seinbeeld | 4.3.3.2.1 A l'approche d'un signal présentant un aspect restrictif, le |
conducteur manifeste sa vigilance en appuyant sur le bouton-poussoir | |
toont, laat de bestuurder zijn waakzaamheid blijken door de | d'acquittement avant le passage au droit du signal, cette manoeuvre |
kwiteerdrukknop BPVG in te drukken voordat hij het sein voorbijrijdt. | provoque l'allumage au fixe de l'indicateur lumineux de mémorisation |
Daardoor gaat de gele lamp LGLJM vast branden. | de l'aspect restrictif. |
4.3.3.2.2 Als de informatie « beperkend seinbeeld » wordt opgevangen : | 4.3.3.2.2 Lorsque l'information « aspect restrictif » est captée : |
a. dooft de gele lamp LGLJM; | a. l'indicateur lumineux de mémorisation de l'aspect restrictif |
b. wordt die informatie naar het registreertoestel voor voorvallen | s'éteint; b. l'information « aspect restrictif » est envoyée à l'enregistreur |
gezonden. | d'événements. |
4.3.3.2.3 Le conducteur doit alors relâcher le bouton-poussoir | |
4.3.3.2.3 De bestuurder moet dan de drukknop binnen 4(+ 0,2; - 0,8) | d'acquittement dans un délai de 4 (+ 0,2; - 0,8) secondes. |
seconden loslaten. 4.3.3.2.4 Als men de knop BPVG loslaat : | 4.3.3.2.4 Au relâchement du bouton-poussoir d'acquittement : |
a. gaat de gele lamp opnieuw (vast) branden; | a. l'indicateur lumineux de mémorisation de l'aspect restrictif se |
rallume (fixe); | |
b. de informatie « bevestiging door de bestuurder » wordt naar het | b. l'information « acquittement par le conducteur » est envoyée à |
registreertoestel voor voorvallen gezonden. | l'enregistreur d'événements |
4.3.3.3 Uitgestelde bediening | 4.3.3.3 Desserte différée |
4.3.3.3.1 De bestuurder drukt de drukknop BPVG niet in bij nadering | 4.3.3.3.1 Le conducteur n'agit pas sur le bouton-poussoir |
van het sein dat een beperkend seinbeeld toont. | d'acquittement avant d'aborder le signal présentant un aspect |
4.3.3.3.2 Als de informatie « beperkend seinbeeld » wordt opgevangen : | restrictif. 4.3.3.3.2 Lorsque l'information "signal restrictif" est captée : |
a. gaat de LGLJM-lamp knipperen; | a. l'indicateur lumineux de mémorisation de l'aspect restrictif se met à clignoter; |
b. wordt die informatie naar het registreertoestel voor voorvallen | b. l'information « aspect restrictif » est envoyée à l'enregistreur |
gezonden. | d'événements |
4.3.3.3.3 De bestuurder moet dan binnen 4(+0,2; -0,8) seconden de | 4.3.3.3.3 Le conducteur doit alors enfoncer le bouton-poussoir |
drukknop BPVG indrukken : | d'acquittement dans un délai de 4 (+ 0,2; - 0,8) secondes. |
4.3.3.3.4 Door het indrukken van de drukknop BPVG : | 4.3.3.3.4 A l'enfoncement du bouton-poussoir d'acquittement : |
a. gaat de LGLJM-lamp gaat vast branden | a. l'indicateur lumineux de mémorisation de l'aspect restrictif passe |
alors à l'état fixe | |
b. wordt de informatie « bevestiging door de bestuurder » naar het | b. l'information « acquittement par le conducteur » est envoyée à |
registreertoestel voor voorvallen gezonden. | l'enregistreur d'événements. |
4.3.3.4 Foute bediening of geen bediening | 4.3.3.4 Desserte incorrecte ou absence de desserte |
4.3.3.4.1 Als de bestuurder een sein tegenkomt dat een beperkend | 4.3.3.4.1 Si, lors de la rencontre d'un signal présentant un aspect |
restrictif, le conducteur n'agit pas sur le bouton-poussoir | |
seinbeeld toont en als hij de drukknop BPVG niet of pas na 4 (+0,2; | d'acquittement ou seulement après que le délai de 4 (+ 0,2; - 0,8) |
-0,8) seconden indrukt blijft : | secondes ait été dépassé : |
a. de gele LGLJM-lamp knipperen | a. l'indicateur lumineux de mémorisation de l'aspect restrictif |
continue à clignoter; | |
b. wordt na 4 seconden een verzoek tot noodremming gelanceerd. | b. une demande de freinage d'urgence est provoquée dès l'échéance du délai de 4 secondes. |
4.3.3.4.2 Bij een foute bediening of als er geen bediening is, wordt | 4.3.3.4.2 Dans les cas de desserte incorrecte ou d'absence de |
enkel de informatie « beperkend seinbeeld » (zodra ze wordt | desserte, seule l'information « aspect restrictif » est envoyée (dès |
opgevangen) naar het registreertoestel voor voorvallen gezonden. | qu'elle est captée) à l'enregistreur d'événements. |
4.3.3.4.3 Het verzoek tot noodremming wordt dan via de drukknop BPVG | 4.3.3.4.3 L'annulation de la demande de freinage d'urgence s'effectue |
geannuleerd met een volledige cyclus indrukken/lossen van die knop, op | alors au moyen du bouton-poussoir d'acquittement par un cycle complet |
enfoncement/relâchement de ce bouton pour autant que ce cycle | |
voorwaarde dat die cyclus na 20 seconden wordt uitgevoerd (te rekenen | intervienne après un délai de 20 secondes (à compter à partir de |
vanaf het ogenblik waarop het verzoek tot noodremming verschijnt). | l'instant d'apparition de la demande de freinage d'urgence). |
4.3.3.4.4 Die volledige cyclus indrukken/lossen van die knop : | 4.3.3.4.4 Ce cycle complet enfoncement/relâchement de ce bouton-poussoir d'acquittement : |
a. zorgt ervoor dat de LGLJM-lamp stopt met knipperen en vast gaat | a. provoque l'arrêt du clignotement de l'indicateur lumineux de |
mémorisation de l'aspect restrictif et provoque son allumage fixe; | |
b. autorise le desserrage des freins (par réalimentation de | |
branden; | l'électrovanne inverse); |
b. geeft de toestemming om de remmen te lossen (door de omgekeerde | c. autorise l'extinction de l'indicateur lumineux de mémorisation de |
elektropneumatische klep opnieuw te voeden); | l'aspect restrictif (allumé fixe) par appui sur le bouton-poussoir |
c. geeft de toestemming om de LGLJM-lamp te doven (brandt vast) door | d'extinction de cet indicateur lumineux de mémorisation de l'aspect |
de drukknop BP GLJM in te drukken (die met de lamp een geheel vormt of | restrictif (intégré au voyant de la table de bord ou situé sous |
zich eronder bevindt). | celui-ci). |
4.3.3.4.5 Na annulatie van het verzoek tot noodremming blijft de | 4.3.3.4.5 Après l'annulation de la demande de freinage d'urgence, |
LGLJM-lamp vast branden (het doven ervan kan dan worden bevolen door | l'indicateur lumineux de mémorisation de l'aspect restrictif reste |
de drukknop BP LRLM in te drukken). | allumé à l'état fixe (son extinction peut, alors, être commandée par |
4.3.4 Verzoek om de noodremming uit te voeren | appui sur le bouton-poussoir d'extinction de cet indicateur lumineux |
Het verzoek om de noodremming uit te voeren, geschiedt door de | de mémorisation de l'aspect restrictif). 4.3.4 Demande d'application du freinage d'urgence |
elektrische voeding van de (omgekeerde) elektropneumatische klep van | La demande d'application du freinage d'urgence se fait par coupure de |
de pneumatische sturing van de rem te verbreken. | l'alimentation électrique de la valve (inverse) électropneumatique de |
commande pneumatique du frein. | |
4.3.5 Buitendienststelling en/of uitschakeling van de « MEMOR » uitrusting | 4.3.5 Mise hors service et/ou élimination de l'équipement « MEMOR » |
4.3.5.1 Uitschakeling ten gevolge van storing/beschadiging | 4.3.5.1 Elimination en cas d'avarie : |
4.3.5.1.1 Als het « MEMOR »-systeem beschadigd is (defecte | 4.3.5.1.1 En cas d'avarie du dispositif « MEMOR » (panne de |
elektronische uitrusting en/of elektropneumatische klep van de | l'équipement électronique et/ou de la valve électropneumatique de |
remsturing die een ontijdige remming veroorzaken), kunnen de « MEMOR »-functies met elektrische en/of pneumatische afzonderingsuitrustingen geblokkeerd worden. Die afzondering wordt tot stand gebracht met een verloodbare schakelaar (in de stand « Normaal ») wat het elektrische gedeelte betreft, en met een afzonderingskraan wat het pneumatische gedeelte betreft. 4.3.5.1.2 Om te melden dat eventueel enkel het pneumatische gedeelte is afgezonderd (m.a.w. als het elektrische gedeelte niet is afgezonderd), moet men er in een dergelijke situatie voor zorgen dat de « buzzer » van de automatische waakinrichting in de stuurpost permanent gevoed wordt. | commande du frein conduisant à une application intempestive des freins), il sera possible d'inhiber les fonctions « MEMOR » au moyen de dispositifs d'isolement électrique et/ou pneumatique. Cet isolement sera effectué par l'intermédiaire d'un interrupteur plombable (en position « Normale ») pour les aspects électriques et par un robinet d'isolement pour la partie pneumatique. 4.3.5.1.2 Afin de signaler la présence éventuelle d'un isolement de la seule partie pneumatique (c. à d. en absence d'un isolement de la partie électrique), on fera en sorte que, dans une telle situation, un dispositif sonore d'alarme (« buzzer », installé dans le poste de conduite) soit alimenté aussi longtemps que cette situation persiste. |
4.3.5.2 Buitendienststelling bij dubbele tractie | 4.3.5.2 Mise hors service en cas de double traction : |
4.3.5.2.1 In de stuurpost in dienst van een locomotief die bij dubbele | 4.3.5.2.1 Dans la cabine de conduite en service d'une locomotive |
tractie de tweede plaats inneemt, moet het seinherhalingssysteem « | placée seconde en double traction, l'équipement de répétition des |
MEMOR » buiten dienst worden gesteld. Dat systeem wordt buiten dienst | signaux « MEMOR » doit être mis hors service. Cet équipement est mis |
gesteld als de rembedieningskraan in de stand "NEUTRAAL" staat (die | hors service lorsque le robinet de commande du frein est placé sur la |
stand wordt aan het « MEMOR »-systeem gemeld als een contact van de | position "NEUTRE" (cette position est signalée au dispositif « MEMOR » |
schakelaar "DIENST/NEUTRAAL" sluit. Schakelaar die wordt gestuurd door een nok van de remkraan). | par la fermeture d'un contact de l'interrupteur "SERVICE/NEUTRE"). |
4.3.5.2.2 Het systeem wordt opnieuw in dienst gesteld als het contact | 4.3.5.2.2 Il est remis en service lorsque le contact de l'interrupteur |
van de schakelaar "DIENST/NEUTRAAL" opnieuw open is, d.w.z. als de | "SERVICE/NEUTRE" est de nouveau ouvert, c. à d. lorsque la commande du |
remsturing in de stand "DIENST" staat. | frein est placée sur la position "SERVICE". |
5 Beschrijving van de ingangen en de uitgangen | 5 Définition des entrées et des sorties du dispositif « MEMOR » |
5.1 INGANGEN | 5.1 ENTREES : |
5.1.1 Ingangen »handelingen van de bestuurder » | 5.1.1 Entrées "actions du conducteur" |
5.1.1.1 Ingang « Tijdelijke buitendienststelling bij « dubbele tractie | 5.1.1.1 Entrée « Mise hors service temporaire en cas de "double |
»« (MHSDT) | traction"« (MHSDT). |
Het verzoek tot tijdelijke buitendienststelling wegens « dubbele | La demande de mise hors service temporaire pour cause de « double |
tractie » geschiedt zoals hiervoor vermeld. | traction » s'effectue comme indiqué ci-dessus. |
5.1.1.2 Ingang « Drukknop "TEST MEMOR"« (BP DTJ) | 5.1.1.2 Entrée « Bouton-poussoir "TEST MEMOR"« (BP DTJ). |
Via die ingang kan de bestuurder de testcyclus sturen met de drukknop | Cette entrée permet au conducteur de commander la séquence de test au |
BP DTJ in een stabiele stand. Opmerking | moyen du bouton-poussoir, à une position stable, BP DTJ. |
Die ingang « TEST » mag slechts actief zijn als er geen enkele | Remarque : Cette entrée « TEST » ne peut être active que lorsqu'aucun |
rijrichting gekozen is. Bovendien moet de testprocedure worden | sens de marche n'est sélectionné. De plus, la procédure de test doit |
onderbroken zodra er een rijrichting verschijnt. In dat geval moet het | être interrompue dès l'apparition d'un sens de marche. Dans ce cas, |
« MEMOR »-systeem in staat zijn om onmiddellijk al zijn functies uit | l'équipement « MEMOR » doit être capable d'assurer immédiatement |
te voeren. | l'ensemble de ses fonctionnalités. |
5.1.1.3 Ingang « Kwiteerdrukknop » (BPVG) | 5.1.1.3 Entrée « Bouton-poussoir d'acquittement » (BPVG). |
Met die ingang kan de bestuurder zijn waakzaamheid bewijzen op het | Cette entrée permettra au conducteur de manifester sa vigilance au |
ogenblik dat hij de seinen voorbijrijdt die een beperkend seinbeeld | passage des signaux présentant un aspect restrictif et de réarmer le |
tonen en de door het « MEMOR »-systeem bevolen noodremming opnieuw | freinage d'urgence commandé par le « MEMOR ». Le bouton-poussoir BPVG |
activeren. | est à une position stable. |
5.1.1.4 Ingang « Drukknop om de gele lamp te doven » (BPGLJM) | 5.1.1.4 Entrée « Bouton-poussoir d'extinction de l'indicateur lumineux |
Met die ingang kan de bestuurder de gele LGLJM-lamp doven als ze vast | de mémorisation de l'aspect restrictif » (BPGLJM). |
Cette entrée permettra au conducteur d'éteindre l'indicateur lumineux | |
brandt. In zijn standaarduitvoering wordt de drukknop BPGLJM, | de mémorisation de l'aspect restrictif (« lampe jaune » LGLJM) |
lorsqu'il est allumé à l'état fixe. Dans son exécution standard, le | |
geactiveerd door op het kapje van de LGLJM te drukken. | bouton-poussoir, à une position stable, BPGLJM est actionné en |
appuyant sur le cabochon du voyant LGLJM. | |
5.1.2 Ingangen "BORSTEL/KROKODIL" | 5.1.2 Entrées "BROSSE/CROCODILE" |
Met een klem van de « MEMOR »-uitrusting kan de verbinding met de | Une borne de l'équipement « MEMOR » permettra de réaliser la liaison |
"opneemborstel" voor polariteitsdetectie van de "krokodillen" tot | vers la "brosse" de captage de la polarité des crocodiles. |
stand worden gebracht. | |
Via een tweede klem kan de verbinding met de massa (het onderstel) van | Une seconde borne permettra la liaison avec la masse (le châssis) du |
het voertuig worden gemaakt. | |
Opmerking | véhicule. |
Op de locomotieven kan met een contact van de sturing van de | Remarque : Sur les locomotives, un contact de la commande de sélection |
rijrichtingkeuze de borstel worden gekozen die op de gekozen | du sens de marche permettra de sélectionner la brosse relative au sens |
rijrichting betrekking heeft. | de marche choisi. |
5.2 UITGANGEN | 5.2 SORTIES : |
5.2.1 Uitgangen "stuurtafel" | 5.2.1 oesorties « pupitre de conduite |
5.2.1.1"Gele" geheugenlamp van het beperkende seinbeeld van de seinen | 5.2.1.1 Sortie Indicateur lumineux (« lampe jaune ») de mémorisation |
(LGLJM). | de l'aspect restrictif des signaux (LGLJM). |
Die lamp knippert of brandt vast al naar het verloop van de voorvallen | Cet indicateur lumineux (implanté sur la "table de bord") peut |
(de verschillende mogelijkheden zijn hiervoor beschreven). | clignoter ou être allumé fixe selon le déroulement des événements (les |
différentes séquences sont décrites ci-dessus). | |
5.2.1.2Uitgang akoestische informatie « DING » (gong spoor vrij') | 5.2.1.2Sortie information sonore « gong de voie libre » (ou « DING ») |
Het betreft een uitgang die de « DING »-toon kan genereren in de | Il s agit d'une sortie permettant de générer (en cabine de conduite) |
le son « gong de voie libre ». | |
Il s'agit d'un timbre (ou « gong ») dont la fréquence fondamentale est | |
stuurpost waarvan de grondfrequentie begrepen is tussen 600 en 1300 Hz | comprise entre 600 Hz et 1.300 Hz et dont la constante de temps de |
en waarvan de tijdsconstante van de afname van de amplitude begrepen | décroissance de l'amplitude du son est comprise entre 0,2 sec. et 1,3 |
is tussen 0,2 sec en 1,3 sec. | sec. |
5.2.1.3Verbindingen met het registreertoestel | 5.2.1.3 Liaisons avec l'enregistreur |
Via die verbindingen kan het registreertoestel voor voorvallen correct | Ces liaisons permettent la commande correcte de l'enregistreur |
worden gestuurd. | d'événements. |
De volgende informatie wordt geregistreerd : | Les informations à enregistrer sont : |
- « sein spoor vrij' »; | - « signal à voie libre » |
- « sein dat een beperkend seinbeeld toont »; | - « signal présentant un aspect restrictif » |
- « bevestiging door de bestuurder ». | - « acquittement par le conducteur » |
5.2.1.4 Uitgang « automatische rem » | 5.2.1.4 Sortie "commande du frein automatique" |
Die uitgang beveelt de uitschakeling van de noodremming door de | Cette sortie commande le déclenchement du freinage d'urgence par |
voeding van de omgekeerde elektro-pneumatische 2klep te verbreken. | coupure de l'alimentation de l'électrovanne inverse. |
Opmerkingen | Remarques : |
Om veiligheidsredenen en bij het ontbreken van voedingsspanning van de | Pour des raisons de sécurité, en absence de tension d'alimentation de |
« MEMOR »-uitrusting, moeten de contacten van alle uitgangsrelais open | l'équipement « MEMOR », les contacts de tous les relais de sortie |
zijn (met name de « werkcontacten »). | doivent être ouverts (c. à d. des contacts « N.O. »). |
Gezien om te worden gevoegd bij het ministerieel besluit van 20 juni | Vu pour être annexé à l'arrêté ministériel du 20 juin 2008 portant |
2008 tot aanneming van het bestek voor het rollend materieel. | adoption d'un cahier des charges du matériel roulant. |
De Eerste Minister, | Le Premier Ministre, |
Y. LETERME | Y. LETERME |
De Staatssecretaris voor Mobiliteit, | Le Secrétaire d'Etat de la Mobilité, |
E. SCHOUPPE | E. SCHOUPPE |