← Terug naar "Koninklijk besluit tot wijziging van het koninklijk besluit van 30 juni 2008 tot regeling van de kennis van de Engelse taal in de burgerluchtvaart "
Koninklijk besluit tot wijziging van het koninklijk besluit van 30 juni 2008 tot regeling van de kennis van de Engelse taal in de burgerluchtvaart | Arrêté royal modifiant l'arrêté royal du 30 juin 2008 réglementant la connaissance de la langue anglaise dans l'aviation civile |
---|---|
FEDERALE OVERHEIDSDIENST MOBILITEIT EN VERVOER 30 SEPTEMBER 2012. - Koninklijk besluit tot wijziging van het koninklijk besluit van 30 juni 2008 tot regeling van de kennis van de Engelse taal in de burgerluchtvaart ALBERT II, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet. | SERVICE PUBLIC FEDERAL MOBILITE ET TRANSPORTS 30 SEPTEMBRE 2012. - Arrêté royal modifiant l'arrêté royal du 30 juin 2008 réglementant la connaissance de la langue anglaise dans l'aviation civile ALBERT II, Roi des Belges, A tous, présents et à venir, Salut. |
Gelet op de wet van 27 juni 1937 houdende herziening van de wet van 16 | Vu la loi du 27 juin 1937 portant révision de la loi du 16 novembre |
november 1919 betreffende de regeling der luchtvaart, artikel 5, § 1; | 1919 relative à la réglementation de la navigation aérienne, l'article 5, § 1er; |
Gelet op het koninklijk besluit van 30 juni 2008 tot regeling van het | Vu l'arrêté royal du 30 juin 2008 réglementant la connaissance de la |
gebruik van de Engelse taal in de burgerluchtvaart; | langue anglaise dans l'aviation civile; |
Gelet op de omstandigheid dat de gewestregeringen bij het ontwerpen | Vu l'association des gouvernements de région à l'élaboration du |
van dit besluit betrokken zijn; | présent arrêté; |
Gelet op advies 51.337/4 van de Raad van State, gegeven op 6 juni | Vu l'avis 51.337/4 du Conseil d'Etat, donné le 6 juin 2012; |
2012; Overwegende het Verdrag inzake de internationale burgerlijke | Considérant la Convention relative à l'aviation civile internationale, |
luchtvaart, ondertekend te Chicago op 7 december 1944 en goedgekeurd | signée à Chicago le 7 décembre 1944, et approuvée par la loi du 30 |
bij de wet van 30 april 1947, bijlage I, artikel 1.2.9; | avril 1947, l'annexe Ire, l'article 1.2.9; |
Overwegende de Richtlijn 2006/23/EG van het Europees Parlement en de | Considérant la Directive 2006/23/CE du Parlement européen et du |
Raad van 5 april 2006 inzake een communautaire vergunning van | Conseil du 5 avril 2006 concernant une licence communautaire de |
luchtverkeersleider, de artikelen 1, 5, 8, 11 en de bijlage III; | contrôleur de la circulation aérienne, les articles 1er, 5, 8, 11 et |
Op de voordracht van de Minister van Binnenlandse Zaken en Gelijke | l'annexe III; Sur la proposition du Ministre de l'Intérieur et de l'Egalité des |
Kansen en de Staatssecretaris voor Mobiliteit, | chances et du Secrétaire d'Etat à la Mobilité, |
Hebben Wij besloten en besluiten Wij : | Nous avons arrêté et arrêtons : |
Artikel 1.In het koninklijk besluit van 30 juni 2008 tot regeling van |
Article 1er.Dans l'arrêté royal du 30 juin 2008 réglementant la |
de kennis van de Engelse taal in de burgerluchtvaart wordt de bijlage, | connaissance de la langue anglaise dans l'aviation civile l'annexe, |
ingevoegd bij koninklijk besluit van 26 oktober 2011, vervangen door | insérée par l'arrêté royal du 26 octobre 2010, est remplacée par |
de bijlage gevoegd bij dit besluit. | l'annexe jointe au présent arrêté. |
Art. 2.Onze minister bevoegd voor de Luchtvaart is belast met de |
Art. 2.Notre ministre qui a la Navigation aérienne dans ses |
uitvoering van dit besluit. | attributions est chargé de l'exécution du présent arrêté. |
Gegeven te Brussel, 30 september 2012. | Donné à Bruxelles, le 30 septembre 2012. |
ALBERT | ALBERT |
Van Koningswege : | Par le Roi : |
De Minister van Binnenlandse Zaken en Gelijke Kansen, | Le Ministre de l'Intérieur et de l'Egalité des chances, |
Mevr. J. MILQUET | Mme J. MILQUET |
De Staatssecretaris voor Mobiliteit, | Le Secrétaire d'Etat à la Mobilité, |
M. WATHELET | M. WATHELET |
« Bijlage bij het koninklijk besluit van 30 september 2012 tot | « Annexe à l'arrêté royal du 30 septembre 2012 modifiant l'arrêté |
wijziging van het koninklijk besluit van 30 juni 2008 tot regeling van | royal du 30 juin 2008 réglementant la connaissance de la langue |
de kennis van de Engelse taal in de burgerluchtvaart | anglaise dans l'aviation civile |
Bijlage bij het koninklijk besluit van 30 juni 2008 tot regeling van | Annexe à l'arrêté royal du 30 juin 2008 réglementant la connaissance |
de kennis van de Engelse taal in de burgerluchtvaart | de la langue anglaise dans l'aviation civile |
Taalkennisniveaus 6 (uitstekend), 5 (zeer goed) en 4 (operationeel) | Niveaux de connaissance de langue 6 (expert), 5 (avancé) et 4 |
voor de Engelse taal | (fonctionnel) pour la langue anglaise |
NIVEAU UITSPRAAK Veronderstelt taalvarianten en/of accenten die verstaanbaar zijn voor de luchtvaartgemeenschap STRUCTUUR De relevante grammaticale structuren en zinspatronen worden bepaald door op de taken afgestemde taalfuncties WOORDENSCHAT VLOTHEID BEGRIP INTERACTIES Uitstekend | NIVEAU PRONONCIATION Suppose un parler ou un accent intelligible pour la communauté aéronautique STRUCTURE Les structures grammaticales et phrastiques applicables sont déterminées par des fonctions linguistiques appro priées à la tâche VOCABULAIRE AISANCE COMPREHENSION INTERACTION Expert |
6 Uitspraak, klemtoon, ritme en intonatie worden misschien beïnvloed door de eerste taal of regionale taalvariant van de spreker, maar brengen nooit de verstaanbaarheid in het gedrang. Constante goede beheersing van zowel eenvoudige als complexe grammaticale structuren en zinspatronen. De spreker beschikt over een voldoende grote en accurate woordenschat om doeltreffend te communiceren over een breed gamma van bekende en onbekende thema's. De woordenschat is idiomatisch, genuanceerd en registergevoelig. De spreker is in staat om op een vlotte en natuurlijke wijze een uitgebreid gesprek te voeren en om stilistische effecten te creëren (bijvoorbeeld om iets te benadrukken) door middel van variaties in zijn taalgebruik. De spreker maakt spontaan gebruik van passende partikels en connectoren. De spreker geeft blijk van een constant goed begrip in bijna alle contexten, inclusief begrip van taalkundige en culturele subtiliteiten. De spreker interageert gemakkelijk in bijna alle situaties. Hij is gevoelig voor verbale en niet-verbale signalen en weet gepast op deze signalen te reageren. Zeer goed | 6 Même s'il est possible qu'ils soient influencés par la langue première ou par une variante régionale, la prononciation, l'accent tonique, le rythme et l'intonation ne nuisent presque jamais à la facilité de compréhension. Les structures grammaticales et phrastiques de base ainsi que les structures complexes sont toujours bien maîtrisées. Possède un répertoire lexical suffisamment riche et précis pour s'exprimer efficacement sur un grand nombre de sujets familiers ou peu connus. Le vocabulaire est idiomatique, nuancé et adapté au registre. Peut parler longuement de façon naturelle et sans effort. Varie le débit pour obtenir un effet stylistique, par exemple, pour insister sur un point. Utilise spontanément et correctement les marqueurs et les connecteurs du discours. Comprend toujours bien dans presque tous les contextes et saisit les subtilités linguistiques et culturelles. Interagit avec aisance dans presque toutes les situations. Saisit les indices verbaux et non verbaux et y répond adéquatement. Avancé |
5 Uitspraak, klemtoon, ritme en intonatie worden weliswaar beïnvloed door de eerste taal of regionale taalvariant van de spreker, maar brengen zelden de verstaanbaarheid in het gedrang. Constante goede beheersing van eenvoudige grammaticale structuren en zinspatronen. De spreker waagt zich ook aan complexe structuren, maar maakt hierbij nog fouten die soms de betekenis in het gedrang brengen. De spreker beschikt over een voldoende grote en accurate woordenschat om doeltreffend te communiceren over gewone, concrete en werkgerelateerde thema's. De spreker maakt consistent en succesvol gebruik van parafrases. Zijn woordenschat is soms idiomatisch. De spreker is in staat om betrekkelijk vlot een uitgebreid gesprek te voeren over bekende thema's. Hij is nog niet in staat stilistische effecten te creëren door variaties in zijn taalgebruik. Hij maakt wel al gebruik van passende partikels of connectoren. De spreker geeft blijk van een goed begrip van gewone, concrete en werkgerelateerde thema's en een veelal goed begrip wanneer hij geconfronteerd wordt met een taalkundige complicatie of een onverwachte omstandigheid. Hij is in staat een breed gamma aan spraakvariëteiten (dialecten en/of accenten) of taalregisters te begrijpen. De spreker reageert onmiddellijk, gepast en informatief. Hij weet de spreker/luisteraar-verhouding doeltreffend te beheren. Operationeel 4 Uitspraak, klemtoon, ritme en intonatie worden beïnvloed door de eerste taal of regionale taalvariant van de spreker, maar brengen zelden de verstaanbaarheid in het gedrang. De spreker maakt creatief gebruik van eenvoudige grammaticale structuren en zinspatronen. Hij beheerst deze over het algemeen goed. Hij maakt nog fouten, met name in ongewone of onverwachte omstandigheden, maar de betekenis heeft zelden te lijden onder deze fouten. De spreker beschikt in de meeste gevallen over een voldoende grote en accurate woordenschat om doeltreffend te communiceren over gewone, concrete en werkgerelateerde thema's. Wanneer de spreker in onbekende of onverwachte omstandigheden niet over de nodige woordenschat beschikt, maakt hij vaak succesvol gebruik van parafrases. De spreker produceert taaluitingen in een passend tempo. De overgangen van ingestudeerde of formulaire taaluitingen naar spontane interactie verloopt soms minder vlot, maar dit belemmert de effectieve communicatie niet. De spreker maakt reeds in beperkte mate gebruik van partikels of connectoren. Eventuele stopwoorden leiden de aandacht niet af. De spreker geeft in de meeste gevallen blijk van een goed begrip van gewone, concrete en werkgerelateerde thema's, wanneer het gebruikte accent of de gebruikte taalvariëteit voldoende begrijpelijk is voor een internationale gemeenschap van taalgebruikers. Wanneer de spreker wordt geconfronteerd met een taalkundige complicatie of een onverwachte omstandigheid, duurt het soms langer alvorens hij de taaluiting begrijpt of heeft hij verduidelijkingsstrategieën nodig. De spreker reageert veelal onmiddellijk, gepast en informatief. Hij kan gesprekken aanknopen en deze op gang houden, zelfs als hij met onverwachte omstandigheden wordt geconfronteerd. Hij gaat op passende wijze om met duidelijke misverstanden door te verifiëren, te bevestigen of te verduidelijken. » Gezien om gevoegd te worden bij ons besluit van 30 september 2012 tot wijziging van het koninklijk besluit van 30 juni 2008 tot regeling van de kennis van de Engelse taal in de Burgerluchtvaart. ALBERT Van Koningswege : De Minister van Binnenlandse Zaken en Gelijke Kansen, Mevr. J. MILQUET De Staatssecretaris voor Mobiliteit, | 5 Même s'ils sont influencés par la langue première ou par une variante régionale, la prononciation, l'accent tonique, le rythme et l'intonation nuisent rarement à la facilité de compréhension. Les structures grammaticales et phrastiques de base sont toujours bien maîtrisées. Les structures complexes sont utilisées mais présentent des erreurs qui altèrent parfois le sens de l'information. Possède un répertoire lexical suffisamment riche et précis pour s'exprimer efficacement sur des sujets courants, concrets ou professionnels. Utilise des paraphrases régulièrement et efficacement. Le vocabulaire est parfois idiomatique. Peut parler avec une relative aisance sur des sujets familiers, mais n'utilise pas nécessairement la variation du débit comme procédé stylistique. Peut utiliser les marqueurs et les connecteurs appropriés. Comprend bien les énoncés portant sur des sujets courants, concrets ou professionnels; la compréhension est presque toujours bonne devant une difficulté linguistique, une complication ou un événement imprévu. Comprend plusieurs variétés linguistiques (parlers ou accents) ou registres. Les réponses sont immédiates, appropriées et informatives. Gère efficacement la relation locuteur-auditeur. Fonctionnel 4 La prononciation, l'accent tonique, le rythme et l'intonation sont influencés par la langue première ou par une variante régionale, mais ne nuisent que parfois à la facilité de compréhension. Les structures grammaticales et phrastiques de base sont utilisées de façon créative et sont habituellement bien maîtrisées. Des erreurs peuvent se produire, particulièrement dans des situations inhabituelles ou imprévues, mais elles altèrent rarement le sens de l'information. Possède un répertoire lexical généralement assez riche et précis pour s'exprimer efficacement sur des sujets courants, concrets ou professionnels. Peut souvent utiliser des paraphrases dans des situations inhabituelles ou imprévues pour combler les lacunes lexicales. Peut parler relativement longtemps avec un débit approprié. Peut parfois perdre la fluidité d'expression en passant des formules apprises à l'interaction spontanée, mais sans nuire à l'efficacité de la communication. Peut utiliser les marqueurs et les connecteurs de façon limitée. Les mots de remplissage ne distraient pas l'attention. Comprend bien la plupart des énoncés portant sur des sujets courants, concrets ou professionnels lorsque l'accent ou le parler utilisés sont suffisamment intelligibles pour une communauté internationale d'usagers. Devant une difficulté linguistique, une complication ou un événement imprévu, peut comprendre plus lentement ou avoir à demander des éclaircissements. Les réponses sont habituellement immédiates, appropriées et informatives. Amorce et soutient une conversation même dans des situations imprévues. Réagit correctement lorsqu'il semble y avoir un malentendu en vérifiant, en confirmant ou en clarifiant l'information. » Vu pour être annexé à Notre arrêté du 30 septembre 2012 modifiant l'arrêté royal du 30 juin 2008 réglementant la connaissance de la langue anglaise dans l'aviation civile. ALBERT Par le Roi : Le Ministre de l'Intérieur et de l'Egalité des chances, Mme J. MILQUET Le Secrétaire d'Etat à la Mobilité, |
M. WATHELET | M. WATHELET |