Etaamb.openjustice.be
Meertalige weergave van Koninklijk Besluit van 29/02/2004
← Terug naar "Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 18 oktober 2001, gesloten in het Paritair Comité voor de bedienden uit de voedingsnijverheid, betreffende de opdrachten van het Instituut voor Professionele Vorming in het raam van de bevordering van de werkgelegenheid en van de vorming van de bedienden in de voedingsnijverheid "
Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 18 oktober 2001, gesloten in het Paritair Comité voor de bedienden uit de voedingsnijverheid, betreffende de opdrachten van het Instituut voor Professionele Vorming in het raam van de bevordering van de werkgelegenheid en van de vorming van de bedienden in de voedingsnijverheid Arrêté royal rendant obligatoire la convention collective de travail du 18 octobre 2001, conclue au sein de la Commission paritaire pour les employés de l'industrie alimentaire, relative aux missions de l'Institut de Formation professionnelle dans le cadre de la promotion de l'emploi et de la formation des employés dans l'industrie alimentaire
FEDERALE OVERHEIDSDIENST WERKGELEGENHEID, ARBEID EN SOCIAAL OVERLEG SERVICE PUBLIC FEDERAL EMPLOI, TRAVAIL ET CONCERTATION SOCIALE
29 FEBRUARI 2004. - Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend 29 FEVRIER 2004. - Arrêté royal rendant obligatoire la convention
wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 18 oktober collective de travail du 18 octobre 2001, conclue au sein de la
2001, gesloten in het Paritair Comité voor de bedienden uit de
voedingsnijverheid, betreffende de opdrachten van het Instituut voor Commission paritaire pour les employés de l'industrie alimentaire,
Professionele Vorming in het raam van de bevordering van de relative aux missions de l'Institut de Formation professionnelle dans
werkgelegenheid en van de vorming van de bedienden in de le cadre de la promotion de l'emploi et de la formation des employés
voedingsnijverheid (1) dans l'industrie alimentaire (1)
ALBERT II, Koning der Belgen, ALBERT II, Roi des Belges,
Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet. A tous, présents et à venir, Salut.
Gelet op de wet van 5 december 1968 betreffende de collectieve Vu la loi du 5 décembre 1968 sur les conventions collectives de
arbeidsovereenkomsten en de paritaire comités, inzonderheid op artikel 28; travail et les commissions paritaires, notamment l'article 28;
Gelet op het verzoek van het Paritair Comité voor de bedienden uit de Vu la demande de la Commission paritaire pour les employés de
voedingsnijverheid; l'industrie alimentaire;
Op de voordracht van Onze Minister van Werk, Sur la proposition de Notre Ministre de l'Emploi,
Hebben Wij besloten en besluiten Wij : Nous avons arrêté et arrêtons :

Artikel 1.Algemeen verbindend wordt verklaard de als bijlage

Article 1er.Est rendue obligatoire la convention collective de

overgenomen collectieve arbeidsovereenkomst van 18 oktober 2001, travail du 18 octobre 2001, reprise en annexe, conclue au sein de la
gesloten in het Paritair Comité voor de bedienden uit de
voedingsnijverheid, betreffende de opdrachten van het Instituut voor Commission paritaire pour les employés de l'industrie alimentaire,
Professionele Vorming in het raam van de bevordering van de relative aux missions de l'Institut de Formation professionnelle dans
werkgelegenheid en van de vorming van de bedienden in de le cadre de la promotion de l'emploi et de la formation des employés
voedingsnijverheid. dans l'industrie alimentaire.

Art. 2.Onze Minister van Werk is belast met de uitvoering van dit

Art. 2.Notre Ministre de l'Emploi est chargé de l'exécution du

besluit. présent arrêté.
Gegeven te Brussel, 29 februari 2004. Donné à Bruxelles, le 29 février 2004.
ALBERT ALBERT
Van Koningswege : Par le Roi :
De Minister van Werk, Le Ministre de l'Emploi,
F. VANDENBROUCKE F. VANDENBROUCKE
_______ _______
Nota Note
(1) Verwijzing naar het Belgisch Staatsblad : (1) Référence au Moniteur belge :
Wet van 5 december 1968, Belgisch Staatsblad van 15 januari 1969. Loi du 5 décembre 1968, Moniteur belge du 15 janvier 1969.
Bijlage Annexe
Paritair Comité voor de bedienden uit de voedingsnijverheid Commission paritaire pour les employés de l'industrie alimentaire
Collectieve arbeidsovereenkomst van 18 oktober 2001 Convention collective de travail du 18 octobre 2001
Opdrachten van het Instituut voor Professionele Vorming in het kader Missions de l'Institut de Formation Professionnelle dans le cadre de
van de bevordering van de werkgelegenheid en van de vorming van de la promotion de l'emploi et de la formation des employés dans
bedienden in de voedingsnijverheid (Overeenkomst geregistreerd op 23 l'industrie alimentaire (Convention enregistrée le 23 novembre 2001
november 2001 onder het nummer 59870/CO/220) sous le numéro 59870/CO/220)
HOOFDSTUK I. - Toepassingsgebied CHAPITRE Ier. - Champ d'application

Artikel 1.Deze collectieve arbeidsovereenkomst is van toepassing op

Article 1er.La présente convention collective de travail est

de werkgevers en op de bedienden van de ondernemingen die ressorteren applicable aux employeurs et aux employés des entreprises
onder de bevoegdheid van het Paritair Comité voor de bedienden uit de ressortissant à la compétence de la Commission paritaire pour les
voedingsnijverheid. employés de l'industrie alimentaire.
HOOFDSTUK II. - Kader CHAPITRE II. - Cadre

Art. 2.In uitvoering van hoofdstuk II van de wet van 5 september 2001

Art. 2.En exécution du chapitre II de la loi du 5 septembre 2001

tot de verbetering van de werkgelegenheidsgraad van de werknemers visant à améliorer le taux d'emploi des travailleurs (Moniteur belge
(Belgisch Staatsblad van 15 september 2001) en als gevolg van de du 15 septembre 2001) et en vertu de l'appel dans les accords
oproep in de interprofessionele akkoorden 1999-2000 en 2001-2002, interprofessionnels 1999-2000 et 2001-2002, les parties signataires
vertrouwen de ondertekende partijen de paritaire vormingsopdrachten confient les missions de formation paritaires à la société sans but
toe aan de vereniging zonder winstoogmerk Instituut voor Professionele lucratif Institut de Formation Professionnelle pour les employés de
Vorming voor de bedienden van de voedingsnijverheid, hierna "IPV" genoemd. l'industrie alimentaire, ci-après dénommé "IFP".
HOOFDSTUK III. - Opdrachten CHAPITRE III. - Missions

Art. 3.De ondertekenende partijen omschrijven de opdrachten van het

Art. 3.Les parties signataires décrivent les missions de l'IFP comme

IPV als volgt : suit :
§ 1. Het IPV heeft als opdracht het creëren van evenwichten op de § 1er. L'IFP a pour mission la création d'équilibres sur le marché du
arbeidsmarkt via het aanbieden van vorming/begeleiding aan werklozen, travail via l'offre de formation/encadrement aux chômeurs, aux jeunes
aan jongeren en aan werknemers met een bijzondere aandacht voor de et aux travailleurs avec une attention particulière aux groupes à
risicogroepen. risque.
§ 2. Deze missie bestaat er concreter in om : § 2. Cette mission consiste plus concrètement en :
- het uitbouwen van de vorming/begeleiding van werklozen en jongeren - l'intensification de la formation/encadrement de chômeurs et de
zodat zij in staat zijn werk te vinden binnen de sector; jeunes de sorte qu'ils soient en mesure de trouver du travail dans le
- het aanzwengelen van levenslange vorming van werknemers zodat : secteur; - la mise sur pied de la formation à vie des travailleurs de sorte :
- er snel kan ingespeeld worden op hun behoeften; - à pouvoir anticiper rapidement leurs besoins;
- zij efficiënter hun werk kunnen uitoefenen; - qu'ils puissent effectuer leur travail de manière plus efficace;
- zij langer hun werk behouden; - qu'ils conservent leur emploi plus longtemps;
- zij hun waarde voor de arbeidsmarkt tenminste kunnen behouden; - qu'ils conservent leur valeur sur le marché de l'emploi;
- zij beter geschoolde werknemers worden. - qu'ils deviennent des travailleurs plus qualifiés.

Art. 4.§ 1. In uitvoering van artikelen 2 en 3 ontwikkelt het IPV in

Art. 4.§ 1er. En exécution des articles 2 et 3, l'IFP développe en

het bijzonder vormings- en tewerkstellingsinitiatieven voor particulier des initiatives de formation et d'emploi pour les "groupes
"risicogroepen". à risque".
§ 2. Worden als "risicogroepen" beschouwd : § 2. Sont considérés comme "groupes à risque" :
a. werklozen en jongeren die in aanmerking kunnen komen voor a. les chômeurs et les jeunes pouvant être des candidats potentiels à
aanwerving in de sector; embaucher dans le secteur;
b. werknemers in dienst als : b. les travailleurs en service en tant que :
- laaggeschoolde werknemers; - travailleurs peu qualifiés;
- werknemers ouder dan 50 jaar; - travailleurs âgés de plus de 50 ans;
- werknemers bedreigd door herstructurering, ontslag of sluiting; - travailleurs menacés de restructuration, licenciement ou fermeture;
- gehandicapten. - moins valides.
HOOFDSTUK IV. - Financiële middelen CHAPITRE IV. - Moyens financiers

Art. 5.Het IPV beschikt onder andere over werkgeversbijdragen bepaald

Art. 5.L'IFP dispose notamment des cotisations patronales fixées dans

in de statuten van de volgende sectorale fondsen voor de bedienden uit les statuts des fonds sectoriels pour les employés de l'industrie
de voedingsnijverheid om zijn opdrachten te vervullen : alimentaire suivants pour remplir ses missions :
- het "Waarborg- en Sociaal Fonds van de bedienden van de - le "Fonds social et de garantie des employés de l'industrie
voedingsnijverheid" opgericht door de collectieve arbeidsovereenkomst
van 29 maart 1976, algemeen verbindend verklaard door het koninklijk alimentaire" institué par la convention collective de travail du 29
besluit van 7 juli 1977 (Belgisch Staatsblad van 2 september 1977); mars 1976, rendue obligatoire par l'arrêté royal du 7 juillet 1977 (Moniteur belge du 2 septembre 1977);
- het "Waarborg- en Sociaal Fonds der bedienden van de - le "Fonds social et de garantie des employés de l'industrie du sucre
suikernijverheid en haar bijproducten", opgericht door de collectieve et de ses dérivés", institué par la convention collective de travail
arbeidsovereenkomst van 29 maart 1976, algemeen verbindend verklaard du 29 mars 1976, rendue obligatoire par l'arrêté royal du 7 juillet
door het koninklijk besluit van 7 juli 1977 (Belgisch Staatsblad van 2 september 1977); 1977 (Moniteur belge du 2 septembre 1977);
- het "Waarborg- en Sociaal Fonds van de bedienden van de - le "Fonds social et de garantie des employés de l'industrie des
groenteconservennijverheid", opgericht door de collectieve conserves de légumes", institué par la convention collective de
arbeidsovereenkomst van 16 december 1999, algemeen verbindend travail du 16 décembre 1999, rendue obligatoire par l'arrêté royal du
verklaard door het koninklijk besluit van 30 april 2001 (Belgisch
Staatsblad van 23 mei 2001). 30 avril 2001 (Moniteur belge du 23 mai 2001).
HOOFDSTUK V. - Jaarlijks verslag CHAPITRE V. - Rapport annuel

Art. 6.Om het jaar brengt het IPV een financieel verslag en een

Art. 6.Chaque année, l'IFP produit un rapport financier et un rapport

gedetailleerd activiteitenverslag uit aan het Paritair Comité voor de d'activités détaillé à la Commission paritaire pour les employés de
bedienden van de voedingsnijverheid. Een afschrift van dit verslag wordt aan de Minister van Werkgelegenheid. HOOFDSTUK VI. - Geldigheidsduur

Art. 7.Deze collectieve arbeidsovereenkomst is gesloten voor een onbepaalde tijd. Zij heeft uitwerking met ingang van 1 januari 2001 en kan opgezegd worden door één der partijen per aangetekend schrijven gericht aan de voorzitter van het paritair comité, mits naleving van een opzeggingstermijn van één jaar. Gezien om te worden gevoegd bij het koninklijk besluit van 29 februari 2004. De Minister van Werk,

l'industrie alimentaire. Une copie de ce rapport est adressée à la Ministre de l'Emploi. CHAPITRE VI. - Durée de validité

Art. 7.La présente convention collective de travail est conclue pour une durée indéterminée. Elle produit ses effets le 1er janvier 2001 et peut être dénoncée par une des parties signataires par lettre recommandée adressée au président de la commission paritaire, moyennant le respect d'un délai de préavis d'une année. Vu pour être annexé à l'arrêté royal du 29 février 2004. Le Ministre de l'Emploi,

F. VANDENBROUCKE F. VANDENBROUCKE
^