| Koninklijk besluit tot aanpassing aan de welvaart van bepaalde uitkeringen in de regeling voor werknemers | Arrêté royal portant adaptation au bien-être de certaines prestations dans le régime des travailleurs salariés |
|---|---|
| FEDERALE OVERHEIDSDIENST SOCIALE ZEKERHEID | SERVICE PUBLIC FEDERAL SECURITE SOCIALE |
| 17 MEI 2019. - Koninklijk besluit tot aanpassing aan de welvaart van | 17 MAI 2019. - Arrêté royal portant adaptation au bien-être de |
| bepaalde uitkeringen in de regeling voor werknemers | certaines prestations dans le régime des travailleurs salariés |
| VERSLAG AAN DE KONING | RAPPORT AU ROI |
| Sire, | Sire, |
| Het ontwerp van koninklijk besluit dat ik de eer heb ter ondertekening | Le projet d'arrêté royal que j'ai l'honneur de soumettre à la |
| aan Uwe Majesteit voor te leggen, heeft als doel uitvoering te geven | signature de votre Majesté, a pour but d'exécuter certaines |
| aan bepaalde welvaartsaanpassingen voorzien in het interprofessioneel | adaptations au bien-être prévues dans l'accord interprofessionnel |
| akkoord 2019-2020. | 2019-2020. |
| 1. Opzet van het koninklijk besluit | 1. Objet de l'arrêté royal |
| Le présent projet d'arrêté royal apporte les modifications nécessaires | |
| Dit ontwerp van koninklijk besluit brengt de nodige wijzigingen aan in | à la réglementation du régime de pension des travailleurs salariés et |
| de reglementering van het pensioenstelsel voor werknemers en van de | de la garantie de revenus aux personnes âgées afin d'exécuter |
| inkomensgarantie voor ouderen teneinde bepaalde welvaartsaanpassingen | certaines adaptations au bien-être, notamment l'augmentation d'un |
| door te voeren, meer bepaald de verhoging van een aantal uitkeringen | certain nombre de prestations et plafonds de calcul. |
| en berekeningsplafonds. | |
| 2. Commentaar van de artikelen | 2. Commentaire des articles |
| Hoofdstuk 1. - Aanpassing van de loongrens | Chapitre 1er. - Adaptation du plafond salarial |
| Artikel 1 vermenigvuldigt het loonplafond met 1,017 voor de in | L'article 1er multiplie le plafond salarial par 1,017 pour les années |
| aanmerking te nemen jaren na 2019. | à prendre en considération après 2019. |
| Hoofdstuk 2. - Aanpassing van het gewaarborgd minimumpensioen voor een | Chapitre 2. - Adaptation de la pension minimum garantie pour une |
| volledige loopbaan | carrière complète |
| Artikel 2 verhoogt het gewaarborgd minimumrustpensioen op basis van | L'article 2 augmente la pension minimum garantie de retraite sur base |
| een volledige loopbaan met 1% met ingang van 1 juli 2019. Het stelt de | d'une carrière complète de 1% à partir du 1er juillet 2019. Il fixe |
| nieuwe basisbedragen voor het gewaarborgd minimumrustpensioen als | les nouveaux montants de base de la pension minimum garantie de |
| werknemer op basis van een volledige loopbaan vast op 13.283,04 euro | retraite de travailleur salarié sur base d'une carrière complète à |
| (gezinsbedrag) en 10.629,78 euro (bedrag alleenstaande). | 13.283,04 euros (taux ménage) et 10.629,78 euros (taux isolé). |
| Artikel 3 verhoogt het gewaarborgd minimumoverlevingspensioen op basis | L'article 3 augmente la pension minimum garantie de survie sur base |
| van een volledige loopbaan met 1% met ingang van 1 juli 2019. Het | d'une carrière complète de 1% à partir du 1er juillet 2019. Il fixe le |
| stelt het nieuwe basisbedrag voor het minimumoverlevingspensioen als | nouveau montant de base de la pension minimum garantie de survie de |
| werknemer op basis van een volledige loopbaan van de overleden | travailleur salarié sur base d'une carrière complète du conjoint |
| echtgenoot vast op 10.487,73 euro. | décédé à 10.487,73 euro. |
| Hoofdstuk 3. - Aanpassing van het minimumrecht per loopbaanjaar | Chapitre 3. - Adaptation du droit minimum par année de carrière |
| Artikel 4 verhoogt het referentieloon dat in aanmerking wordt genomen | L'article 4 augmente le salaire de référence pris en considération |
| in het minimumrecht per loopbaanjaar en het maximumpensioen dat in het | dans le droit minimum par année de carrière et le montant maximum de |
| kader van dit minimumrecht per loopbaanjaar kan toegekend worden met | la pension pouvant être allouée sur base de ce droit minimum par année |
| 2,4112%. | de carrière de 2,4112%. |
| Artikel 4, § 1, eerste lid legt het nieuwe referentieloon van het | L'article 4, § 1er, alinéa 1er fixe le nouveau salaire de référence du |
| minimumrecht per loopbaanjaar vast op 18.088,35 euro. Artikel 4, § 1, | droit minimum par année de carrière à 18.088,35 euros. L'article 4, § |
| tweede lid voorziet dat deze verhoging de pensioenen en de | 1er, alinéa 2 prévoit que cette augmentation vise les pensions et les |
| overgangsuitkeringen beoogt die daadwerkelijk en voor de eerste maal | allocations de transition qui prennent cours effectivement et pour la |
| ten vroegste ingaan op 1 januari 2020. | première fois au plus tôt le 1er janvier 2020. |
| Artikel 4, § 2, eerste lid legt de nieuwe bedragen van het | L'article 4, § 2, alinéa 1er fixe les nouveaux montants de la pension |
| maximumpensioen dat in het kader van dit minimumrecht per loopbaanjaar | maximum pouvant être allouée sur base de ce droit minimum par année de |
| kan toegekend worden vast op 14.384,32 euro (gezinsbedrag) en | carrière à 14.384,32 euros (taux ménage) et 11.507,45 euros (taux |
| 11.507,45 euro (bedrag alleenstaande). Artikel 4, § 2, tweede lid | isolé). L'article 4, § 2, alinéa 2 prévoit que cette augmentation vise |
| voorziet dat deze verhoging de pensioenen beoogt die daadwerkelijk en | les pensions qui prennent cours effectivement et pour la première fois |
| voor de eerste maal ten vroegste ingaan op 1 januari 2020. | au plus tôt le 1er janvier 2020. |
| Hoofdstuk 4. - Aanpassing van sommige pensioenen | Chapitre 4. - Adaptation de certaines pensions |
| Artikel 5 verhoogt de pensioenen, met uitzondering van de | L'article 5 augmente les pensions, à l'exception des pensions minima, |
| minimumpensioenen, die daadwerkelijk en voor de eerste maal ten | qui ont pris cours effectivement et pour la première fois au plus tard |
| laatste op 1 december 2009 zijn ingegaan met 0,785% op 1 augustus 2019. | le 1er décembre 2009 de 0,785% au 1er août 2019. |
| Hoofdstuk 5. - Aanpassing van het vakantiegeld | Chapitre 5. - Adaptation du pécule de vacances |
| Artikel 6 verhoogt het vakantiegeld en de aanvullende toeslag, met | L'article 6 augmente le pécule de vacances et le pécule |
| ingang van 1 mei 2020, om, rekening houdend met de verhoging | complémentaire, avec effet au 1er mai 2020, pour, compte tenu de la |
| doorgevoerd in mei 2019, een verhoging met 7,9 % ten opzichte van de | majoration intervenue en mai 2019, atteindre une augmentation de 7,9 % |
| basisbedragen van 2018 te bereiken. | par rapport aux montants de base de 2018. |
| Het artikel 6, eerste lid, stelt de nieuwe basisbedragen van het | L'article 6, alinéa 1er, fixe les nouveaux montants de base du pécule |
| vakantiegeld vast op 192,96 euro (gezinsbedrag) en 115,72 euro (bedrag | de vacances à 192,96 euros (taux ménage) et 115,72 euros (taux isolé |
| alleenstaande en overlevingspensioen) en van de aanvullende toeslag op | et pension de survie) et du pécule complémentaire à 756,31 euros (taux |
| 756,31 euro (gezinsbedrag) en 605,05 euro (bedrag alleenstaande en | ménage) et 605,05 euros (taux isolé et pension de survie). |
| overlevingspensioen). | |
| Het artikel 6, tweede lid, past de verhogingscoëfficiënt aan teneinde | L'article 6, alinéa 2, adapte le coefficient afin d'augmenter de |
| het tot het maandelijks pensioenbedrag beperkte vakantiegeld en de | manière identique le pécule de vacances et le pécule complémentaire au |
| aanvullende toeslag bij het vakantiegeld op een identieke wijze te | pécule de vacances, limités à la mensualité de pension, sans que le |
| verhogen, zonder dat het totaalbedrag de aangepaste maximum | montant total puisse excéder les montants de base maxima adaptés. |
| basisbedragen kan overschrijden. | |
| Hoofdstuk 6. - Aanpassing van de inkomensgarantie voor ouderen | Chapitre 6. - Adaptation de la garantie de revenus aux personnes âgées |
| Artikel 7 voorziet in een dubbele verhoging van het bedrag van de | L'article 7 prévoit une double augmentation du montant de la garantie |
| inkomensgarantie voor ouderen. | de revenus aux personnes âgées. |
| Artikel 7, 1° voorziet in een verhoging met 0,3 % met ingang van 1 | Article 7, 1° prévoit une augmentation de 0,3 % avec effet le 1er |
| juli 2019. Het stelt het nieuwe bedrag vast op 6.408,89 euro. | juillet 2019. Il fixe le nouveau montant à 6.408,89 euros. |
| Artikel 7, 2° voorziet in een verhoging met 0,8973 % met ingang van 1 | Article 7, 2° prévoit une augmentation de 0,8973 % avec effet le 1er |
| januari 2020. Het stelt het nieuwe bedrag vast op 6.466,40 euro. | janvier 2020. Il fixe le nouveau montant à 6.466,40 euros. |
| Hoofdstuk 7. - Gemeenschappelijke bepaling | Chapitre 7. - Disposition commune |
| Artikel 8 stelt dat het ingangsjaar van een overlevingspensioen | L'article 8 stipule que l'année de prise de cours d'une pension de |
| overeenstemt met het jaar tijdens hetwelk het rustpensioen van de | survie correspond à l'année au cours de laquelle la pension de |
| overleden echtgenoot daadwerkelijk en voor de eerste maal is ingegaan | retraite du conjoint décédé a pris cours effectivement et pour la |
| wanneer deze op het ogenblik van zijn overlijden dit pensioen genoot. | première fois si celui-ci bénéficiait de cette pension au moment de son décès. |
| Hoofdstuk 8. - Slotbepalingen | Chapitre 8. - Dispositions finales |
| Artikel 9 legt de datum van inwerkingtreding van het besluit vast op 1 | L'article 9 fixe la date d'entrée en vigueur de l'arrêté au 1er |
| juli 2019 met uitzondering van artikel 5 dat in werking treedt op 1 | juillet 2019 à l'exception de l'article 5 qui entre en vigueur le 1er |
| augustus 2019, van de artikelen 1, 4 en 7, 2° die in werking treden op | août 2019, des articles 1, 4 et 7, 2° qui entrent en vigueur le 1er |
| 1 januari 2020 en van artikel 6 dat in werking treedt op 1 mei 2020. | janvier 2020 et de l'article 6 qui entre en vigueur le 1er mai 2020. |
| Artikel 10 belast de Minister van Pensioenen met de uitvoering van het | L'article 10 charge le Ministre des Pensions de l'exécution de |
| besluit. | l'arrêté. |
| Ik heb de eer te zijn, | J'ai l'honneur d'être, |
| Sire, | Sire, |
| Van Uwe Majesteit, | de Votre Majesté |
| de zeer eerbiedige en zeer getrouwe dienaar, | le très respectueux et très fidèle serviteur, |
| De Minister van Pensioenen, | Le Ministre des Pensions, |
| D. BACQUELAINE | D. BACQUELAINE |
| 17 MEI 2019. - Koninklijk besluit tot aanpassing aan de welvaart van | 17 MAI 2019. - Arrêté royal portant adaptation au bien-être de |
| bepaalde uitkeringen in de regeling voor werknemers | certaines prestations dans le régime des travailleurs salariés |
| FILIP, Koning der Belgen, | PHILIPPE, Roi des Belges, |
| Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet. | A tous, présents et à venir, Salut. |
| Gelet op het koninklijk besluit nr. 50 van 24 oktober 1967 betreffende | Vu l'arrêté royal n° 50 du 24 octobre 1967 relatif à la pension de |
| het rust- en overlevingspensioen voor werknemers, artikel 7, tiende | retraite et de survie des travailleurs salariés, l'article 7, alinéa |
| lid, ingevoegd bij het koninklijk besluit van 23 december 1996, | 10, inséré par l'arrêté royal du 23 décembre 1996, l'article 22, |
| artikel 22, tweede lid, vervangen bij de wet van 30 maart 1994 en | alinéa 2, remplacé par la loi du 30 mars 1994 et l'article 29, § 4, |
| artikel 29, § 4, ingevoegd bij de wet van 28 maart 1973 en vervangen | inséré par la loi du 28 mars 1973 et remplacé par l'arrêté royal du 23 |
| bij het koninklijk besluit van 23 december 1996; | décembre 1996 ; |
| Gelet op de wet van 8 augustus 1980 betreffende de budgettaire | Vu la loi du 8 août 1980 relative aux propositions budgétaires |
| voorstellen 1979-1980, artikel 152, laatst gewijzigd bij het | 1979-1980, l'article 152, modifié en dernier lieu par l'arrêté royal |
| koninklijk besluit van 21 juli 2017 en artikel 153, laatst gewijzigd | du 21 juillet 2017 et l'article 153, modifié en dernier lieu par |
| bij het koninklijk besluit van 21 juli 2017; | l'arrêté royal du 21 juillet 2017 ; |
| Gelet op het koninklijk besluit van 23 december 1996 tot uitvoering | Vu l'arrêté royal du 23 décembre 1996 portant exécution des articles |
| van de artikelen 15, 16 en 17 van de wet van 26 juli 1996 tot | 15, 16 et 17 de la loi du 26 juillet 1996 portant modernisation de la |
| modernisering van de sociale zekerheid en tot vrijwaring van de | sécurité sociale et assurant la viabilité des régimes légaux des |
| leefbaarheid van de wettelijke pensioenstelsels, artikel 8, § 10, 1°, | |
| ingevoegd bij de wet van 23 december 2005 en gewijzigd bij de wet van | pensions, l'article 8, § 10, 1°, inséré par la loi du 23 décembre 2005 |
| 18 maart 2016; | et modifié par la loi du 18 mars 2016 ; |
| Gelet op de wet van 22 maart 2001 tot instelling van een | Vu la loi du 22 mars 2001 instituant la garantie de revenus aux |
| inkomensgarantie voor ouderen, artikel 6, § 5, vervangen bij de wet van 8 december 2013; | personnes âgées, l'article 6, § 5, remplacé par la loi du 8 décembre 2013 ; |
| Gelet op het koninklijk besluit van 21 december 1967 tot vaststelling | Vu l'arrêté royal du 21 décembre 1967 portant règlement général du |
| van het algemeen reglement betreffende het rust- en overlevingspensioen voor werknemers; | régime de pension de retraite et de survie des travailleurs salariés; |
| Overwegende de wet van 23 december 2005 betreffende het generatiepact, | Considérant la loi du 23 décembre 2005 relative au pacte de solidarité |
| artikel 72, gewijzigd bij de wetten van 27 december 2006 en 19 | entre les générations, l'article 72, modifié par les lois des 27 |
| december 2014, artikel 73, gewijzigd bij de wet van 19 december 2014 | décembre 2006 et 19 décembre 2014, l'article 73, modifié par la loi du |
| en artikel 73bis, ingevoegd bij de wet van 27 december 2006 en | 19 décembre 2014 et l'article 73bis, inséré par la loi du 27 décembre |
| gewijzigd bij de wet van 19 december 2014; | 2006 et modifié par la loi du 19 décembre 2014 ; |
| Gelet op het advies van de Nationale Arbeidsraad, gegeven op 23 april 2019; | Vu l'avis du Conseil national du Travail, donné le 23 avril 2019 ; |
| Gelet op het advies van de Inspecteur van Financiën, gegeven op 4 | Vu l'avis de l'Inspecteur des Finances, donné le 4 avril 2019 ; |
| april 2019; Gelet op de akkoordbevinding van de Minister van Begroting van 5 april 2019; | Vu l'accord du Ministre du Budget du 5 avril 2019 ; |
| Gezien de impactanalyse van de regelgeving, uitgevoerd overeenkomstig | Vu l'analyse d'impact de la réglementation réalisée conformément aux |
| artikelen 6 en 7 van de wet van 15 december 2013 houdende diverse | articles 6 et 7 de la loi du 15 décembre 2013 portant des dispositions |
| bepalingen inzake administratieve vereenvoudiging; | |
| Gelet op de adviesaanvraag binnen dertig dagen, die op 10 april 2019 | diverses en matière de simplification administrative ; |
| bij de Raad van State is ingediend, met toepassing van artikel 84, § | Vu la demande d'avis dans un délai de trente jours, adressée au |
| 1, eerste lid, 2°, van de wetten op de Raad van State, gecoördineerd | Conseil d'Etat le 10 avril 2019, en application de l'article 84 § 1er |
| op 12 januari 1973; | alinéa 1er, 2°, des lois sur le Conseil d'Etat, coordonnées le 12 |
| Overwegende dat het advies niet is meegedeeld binnen die termijn; | janvier 1973 ; Considérant l'absence de communication de l'avis dans ce délai ; |
| Gelet op artikel 84, § 4, tweede lid, van de wetten op de Raad van | Vu l'article 84, § 4, alinéa 2, des lois sur le Conseil d'Etat, |
| State, gecoördineerd op 12 januari 1973; | coordonnées le 12 janvier 1973 ; |
| Op de voordracht van de Minister van Pensioenen en op het advies van | Sur la proposition du Ministre des Pensions et de l'avis des Ministres |
| de in Raad vergaderde Ministers, | qui en ont délibéré en Conseil, |
| Hebben Wij besloten en besluiten Wij : | Nous avons arrêté et arrêtons : |
| HOOFDSTUK 1. - Aanpassing van de loongrens | CHAPITRE 1er. - Adaptation du plafond salarial |
Artikel 1.Het jaarbedrag bedoeld in artikel 7, derde lid, van het |
Article 1er.Le montant annuel visé à l'article 7, alinéa 3, de |
| koninklijk besluit nr. 50 van 24 oktober 1967 betreffende het rust- en | l'arrêté royal n° 50 du 24 octobre 1967 relatif à la pension de |
| overlevingspensioen voor werknemers wordt voor de jaren na 2019 vermenigvuldigd met 1,017. | retraite et de survie des travailleurs salariés est pour les années après 2019 multiplié par 1,017. |
| HOOFDSTUK 2. - Aanpassing van het gewaarborgd minimumpensioen voor een | CHAPITRE 2. - Adaptation de la pension minimum garantie pour une |
| volledige loopbaan | carrière complète |
Art. 2.De bedragen van 13.151,52 euro en van 10.524,53 euro bedoeld |
Art. 2.Les montants de 13.151,52 euros et de 10.524,53 euros visés à |
| in artikel 152 van de wet van 8 augustus 1980 betreffende de | l'article 152 de la loi du 8 août 1980 relative aux propositions |
| budgettaire voorstellen 1979-1980 worden met ingang van 1 juli 2019 | budgétaires 1979-1980 sont respectivement remplacés avec effet au 1er |
| respectievelijk vervangen door de bedragen van 13.283,04 euro en | juillet 2019 par les montants de 13.283,04 euros et de 10.629,78 |
| 10.629,78 euro. | euros. |
Art. 3.Het bedrag van 10.383,89 euro bedoeld in artikel 153 van |
Art. 3.Le montant de 10.383,89 euros visé à l'article 153 de la même |
| dezelfde wet wordt met ingang van 1 juli 2019 vervangen door het | loi est remplacé avec effet au 1er juillet 2019 par le montant de |
| bedrag van 10.487,73 euro. | 10.487,73 euros. |
| HOOFDSTUK 3. - Aanpassing van het minimumrecht per loopbaanjaar | CHAPITRE 3. - Adaptation du droit minimum par année de carrière |
Art. 4.§ 1. Het bedrag van 17.662,47 euro bedoeld in artikel 8, § 1, |
Art. 4.§ 1er. Le montant de 17.662,47 euros visé à l'article 8, § 1er, |
| eerste lid van het koninklijk besluit van 23 december 1996 tot | alinéa 1er, de l'arrêté royal du 23 décembre 1996 portant exécution |
| uitvoering van de artikelen 15, 16 en 17 van de wet van 26 juli 1996 | des articles 15, 16 et 17 de la loi du 26 juillet 1996 portant |
| tot modernisering van de sociale zekerheid en tot vrijwaring van de | modernisation de la sécurité sociale et assurant la viabilité des |
| leefbaarheid van de wettelijke pensioenstelsels wordt vervangen door | régimes légaux des pensions est remplacé par le montant de 18.088,35 |
| het bedrag van 18.088,35 euro. | euros. |
| De bepalingen van deze paragraaf zijn van toepassing op de pensioenen | Les dispositions du présent paragraphe s'appliquent aux pensions et |
| en de overgangsuitkeringen die daadwerkelijk en voor de eerste maal | allocations de transition qui prennent cours effectivement et pour la |
| ten vroegste op 1 januari 2020 ingaan. | première fois au plus tôt le 1er janvier 2020. |
| § 2. De bedragen van 14.045,65 euro en van 11.236,52 euro bedoeld in | § 2. Les montants de 14.045,65 euros et de 11.236,52 euros visés à |
| artikel 8, § 1, eerste lid, 2°, van hetzelfde besluit worden | l'article 8, § 1er, alinéa 1er, 2°, du même arrêté sont respectivement |
| respectievelijk vervangen door de bedragen van 14.384,32 euro en 11.507,45 euro. | remplacés par les montants de 14.384,32 euros et de 11.507,45 euros. |
| De bepalingen van deze paragraaf zijn van toepassing op de pensioenen | Les dispositions du présent paragraphe s'appliquent aux pensions qui |
| die daadwerkelijk en voor de eerste maal ten vroegste op 1 januari | prennent cours effectivement et pour la première fois au plus tôt le 1er |
| 2020 ingaan. | janvier 2020. |
| HOOFDSTUK 4. - Aanpassing van sommige pensioenen | CHAPITRE 4. - Adaptation de certaines pensions |
Art. 5.Met uitsluiting van de pensioenen bedoeld in de artikelen 152 |
Art. 5.A l'exclusion des pensions visées aux articles 152 et 153 de |
| en 153 van de wet van 8 augustus 1980 betreffende de budgettaire | la loi du 8 août 1980 relative aux propositions budgétaires 1979-1980, |
| voorstellen 1979-1980, van de pensioenen bedoeld in artikel 7, §§ 1 en | des pensions visées à l'article 7, §§ 1er et 2, de l'arrêté royal du |
| 2, van het koninklijk besluit van 14 februari 2003 tot vaststelling | 14 février 2003 portant détermination du montant minimum garanti de |
| van het gewaarborgd minimumpensioen voor werknemers, opgeheven bij het | |
| koninklijk besluit van 28 september 2006 tot uitvoering van de | pension pour travailleurs salariés, abrogé par l'arrêté royal du 28 |
| artikelen 33, 33bis, 34 en 34bis van de herstelwet van 10 februari | septembre 2006 portant exécution des articles 33, 33bis, 34 et 34bis |
| 1981 inzake pensioenen van de sociale sector, maar waarvan de | de la loi de redressement du 10 février 1981 relative aux pensions du |
| bepalingen van toepassing blijven op de pensioenen die daadwerkelijk | secteur social, mais dont les dispositions restent d'application pour |
| en voor de eerste maal ten laatste op 1 september 2006 zijn ingegaan | les pensions qui ont pris cours effectivement et pour la première fois |
| en van de pensioenen bedoeld in artikel 7, §§ 1 en 2, van het | au plus tard le 1er septembre 2006 et des pensions visées à l'article |
| koninklijk besluit van 28 september 2006 tot uitvoering van de | 7, §§ 1er et 2, de l'arrêté royal du 28 septembre 2006 portant |
| artikelen 33, 33bis, 34 en 34bis van de herstelwet van 10 februari | exécution des articles 33, 33bis, 34 et 34bis de la loi de |
| 1981 inzake pensioenen van de sociale sector, worden de pensioenen in | redressement du 10 février 1981 relative aux pensions du secteur |
| de werknemersregeling die daadwerkelijk en voor de eerste maal ten | social, les pensions dans le régime des travailleurs salariés qui ont |
| laatste op 1 december 2009 zijn ingegaan verhoogd met 0,785 % op 1 | pris cours effectivement au plus tard le 1er décembre 2009, sont |
| augustus 2019. | augmentées de 0,785 % au 1er août 2019. |
| HOOFDSTUK 5. - Aanpassing van het vakantiegeld | CHAPITRE 5. - Adaptation du pécule de vacances |
Art. 6.De bedragen van 185,45 euro, 111,22 euro, 726,87 euro en |
Art. 6.Les montants 185,45 euros, de 111,22 euros, de 726,87 euros et |
| 581,50 euro bedoeld in artikel 56, § 3, van het koninklijk besluit van | de 581,50 euros visés à l'article 56, § 3, de l'arrêté royal du 21 |
| 21 december 1967 tot vaststelling van het algemeen reglement | décembre 1967 portant règlement général du régime de pension de |
| betreffende het rust- en overlevingspensioen voor werknemers, worden | retraite et de survie des travailleurs salariés, sont respectivement |
| respectievelijk vervangen met ingang van 1 mei 2020 door de bedragen | remplacés avec effet au 1er mai 2020 par les montants de 192,96 euros, |
| van 192,96 euro, 115,72 euro, 756,31 euro en 605,05 euro. | de 115,72 euros, de 756,31 euros et de 605,05 euros. |
| De verhogingscoëfficiënt van 1,24621475 bedoeld in artikel 56, § 5, | Le coefficient de 1,24621475 visé à l'article 56, § 5, du même arrêté |
| van hetzelfde besluit wordt met ingang van 1 mei 2020 vervangen door | est remplacé avec effet au 1er mai 2020 par le coefficient de |
| de verhogingscoëfficiënt van 1,29668825. | 1,29668825. |
| HOOFDSTUK 6. - Aanpassing van de inkomensgarantie voor ouderen | CHAPITRE 6. - Adaptation de la garantie de revenus aux personnes âgées |
Art. 7.Het bedrag van 6.389,72 euro bedoeld in artikel 6, § 1, van de |
Art. 7.Le montant de 6.389,72 euros visé à l'article 6, § 1er, de la |
| wet van 22 maart 2001 tot instelling van een inkomensgarantie voor | loi du 22 mars 2001 instituant la garantie de revenus aux personnes |
| ouderen, wordt vervangen: | âgées est remplacé : |
| 1° door het bedrag van 6.408,89 euro op 1 juli 2019; | 1° au 1er juillet 2019 par le montant de 6.408,89 euros ; |
| 2° door het bedrag van 6.466,40 euro op 1 januari 2020. | 2° au 1er janvier 2020 par le montant de 6.466,40 euros. |
| HOOFDSTUK 7. - Gemeenschappelijke bepaling | CHAPITRE 7. - Disposition commune |
Art. 8.Wanneer het een overlevingspensioen betreft, is het in |
Art. 8.Lorsqu'il s'agit d'une pension de survie, l'année de prise de |
| aanmerking te nemen ingangsjaar het jaar tijdens welk het rustpensioen | cours à prendre en considération est l'année au cours de laquelle la |
| van de overleden echtgenoot daadwerkelijk en voor de eerste maal is | pension de retraite du conjoint décédé a pris cours effectivement et |
| ingegaan wanneer deze op het ogenblik van zijn overlijden dit pensioen | pour la première fois si celui-ci bénéficiait de cette pension au |
| genoot. | moment de son décès. |
| HOOFDSTUK 8. - Slotbepalingen | CHAPITRE 8. - Dispositions finales |
Art. 9.De bepalingen van dit besluit treden in werking op 1 juli 2019 |
Art. 9.Les dispositions du présent arrêté entrent en vigueur le 1er |
| met uitzondering van: | juillet 2019, à l'exception : |
| 1° artikel 5 dat in werking treedt op 1 augustus 2019; | 1° de l'article 5 qui entre en vigueur le 1er août 2019 ; |
| 2° artikelen 1, 4 en 7, 2° die in werking treden op 1 januari 2020; | 2° des articles 1er, 4 et 7, 2° qui entrent en vigueur le 1er janvier 2020 ; |
| 3° artikel 6 dat in werking treedt op 1 mei 2020. | 3° de l'article 6 qui entre en vigueur le 1er mai 2020. |
Art. 10.De minister bevoegd voor Pensioenen is belast met de |
Art. 10.Le ministre qui a les Pensions dans ses attributions est |
| uitvoering van dit besluit. | chargé de l'exécution du présent arrêté. |
| Gegeven te Brussel, 17 mei 2019. | Donné à Bruxelles, le 17 mai 2019. |
| FILIP | PHILIPPE |
| Van Koningswege : | Par le Roi : |
| De Minister van Pensioenen | Le Ministre des Pensions, |
| D. BACQUELAINE | D. BACQUELAINE |