| Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 30 april 1999, gesloten in het Paritair Comité voor het tuinbouwbedrijf, betreffende het conventioneel sectoraal brugpensioen voor het tuinbouwbedrijf | Arrêté royal rendant obligatoire la convention collective de travail du 30 avril 1999, conclue au sein de la Commission paritaire pour les entreprises horticoles, relative à la prépension conventionnelle sectorielle pour les entreprises horticoles |
|---|---|
| MINISTERIE VAN TEWERKSTELLING EN ARBEID | MINISTERE DE L'EMPLOI ET DU TRAVAIL |
| 17 MEI 2001. - Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt | 17 MAI 2001. - Arrêté royal rendant obligatoire la convention |
| verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 30 april 1999, | collective de travail du 30 avril 1999, conclue au sein de la |
| gesloten in het Paritair Comité voor het tuinbouwbedrijf, betreffende | Commission paritaire pour les entreprises horticoles, relative à la |
| het conventioneel sectoraal brugpensioen voor het tuinbouwbedrijf (1) | prépension conventionnelle sectorielle pour les entreprises horticoles (1) |
| ALBERT II, Koning der Belgen, | ALBERT II, Roi des Belges, |
| Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet. | A tous, présents et à venir, Salut. |
| Gelet op de wet van 5 december 1968 betreffende de collectieve | Vu la loi du 5 décembre 1968 sur les conventions collectives de |
| arbeidsovereenkomsten en de paritaire comités, inzonderheid op artikel | travail et les commissions paritaires, notamment l'article 28; |
| 28; Gelet op het koninklijk besluit van 7 december 1992 betreffende de | Vu l'arrêté royal du 7 décembre 1992 relatif à l'octroi d'allocations |
| toekenning van werkloosheidsuitkeringen in geval van conventioneel | de chômage en cas de prépension conventionnelle; |
| brugpensioen; | |
| Gelet op de collectieve arbeidsovereenkomst nr. 17 van 19 december | Vu la convention collective de travail n° 17 du 19 décembre 1974, |
| 1974, gesloten in de Nationale Arbeidsraad tot invoering van een | |
| regeling van aanvullende vergoeding ten gunste van sommige bejaarde | conclue au sein du Conseil national du travail instituant un régime |
| werknemers indien zij worden ontslagen, algemeen verbindend verklaard | d'indemnité complémentaire pour certains travailleurs âgés, en cas de |
| bij koninklijk besluit van 16 januari 1975; | licenciement, rendue obligatoire par arrêté royal du 16 janvier 1975; |
| Gelet op het verzoek van het Paritair Comité voor het tuinbouwbedrijf; | Vu la demande de la Commission paritaire pour les entreprises horticoles; |
| Op de voordracht van Onze Minister van Werkgelegenheid, | Sur la proposition de Notre Ministre de l'Emploi, |
| Hebben Wij besloten en besluiten Wij : | Nous avons arrêté et arrêtons : |
Artikel 1.Algemeen verbindend wordt verklaard de als bijlage |
Article 1er.Est rendue obligatoire la convention collective de |
| overgenomen collectieve arbeidsovereenkomst van 30 april 1999, | travail du 30 avril 1999, reprise en annexe, conclue au sein de la |
| gesloten in het Paritair Comité voor het tuinbouwbedrijf, betreffende | Commission paritaire pour les entreprises horticoles, relative à la |
| het conventioneel sectoraal brugpensioen voor het tuinbouwbedrijf, met | prépension conventionnelle sectorielle pour les entreprises |
| uitzondering van de bepalingen die in strijd zijn met artikel 4, | horticoles, à l'exception des dispositions contraires à l'article 4, |
| tweede lid van de collectieve arbeidsovereenkomst nr. 17 van 19 | alinéa 2 de la convention collective de travail n° 17 du 19 décembre |
| december 1974, gesloten in de Nationale Arbeidsraad, tot invoering van | 1974, conclue au sein du Conseil national du travail, instituant un |
| een regeling van aanvullende vergoeding ten gunste van sommige | régime d'indemnité complémentaire pour certains travailleurs âgés en |
| bejaarde werknemers indien zij worden ontslagen. | cas de licenciement. |
Art. 2.Onze Minister van Werkgelegenheid is belast met de uitvoering |
Art. 2.Notre Ministre de l'Emploi est chargé de l'exécution du |
| van dit besluit. | présent arrêté. |
| Gegeven te Brussel, 17 mei 2001. | Donné à Bruxelles, le 17 mai 2001. |
| ALBERT | ALBERT |
| Van Koningswege : | Par le Roi : |
| De Minister van Werkgelegenheid, | La Ministre de l'Emploi, |
| Mevr. L. ONKELINX | Mme L. ONKELINX |
| _______ | _______ |
| Nota | Note |
| (1) Verwijzingen naar het Belgisch Staatsblad : | (1) Références au Moniteur belge : |
| Wet van 5 december 1968, Belgisch Staatsblad van 15 januari 1969. | Loi du 5 décembre 1968, Moniteur belge du 15 janvier 1969. |
| Koninklijk besluit van 16 januari 1975, Belgisch Staatsblad van 31 januari 1975. | Arrêté royal du 16 janvier 1975, Moniteur belge du 31 janvier 1975. |
| Koninklijk besluit van 7 december 1992, Belgisch Staatsblad van 11 | Arrêté royal du 7 décembre 1992, Moniteur belge du 11 décembre 1992. |
| december 1992. | |
| Bijlage | Annexe |
| Paritair Comité voor het tuinbouwbedrijf | Commission paritaire pour les entreprises horticoles |
| Collectieve arbeidsovereenkomst van 30 april 1999 | Convention collective de travail du 30 avril 1999 |
| Conventioneel sectoraal brugpensioen voor het tuinbouwbedrijf | Prépension conventionnelle sectorielle pour les entreprises horticoles |
| (Overeenkomst geregistreerd op 9 juli 1999 onder het nummer 51374/CO/145) | (Convention enregistrée le 9 juillet 1999 sous le numéro 51374/CO/145) |
| HOOFDSTUK I. - Toepassingsgebied | CHAPITRE Ier. - Champ d'application |
Artikel 1.Deze collectieve arbeidsovereenkomst is van toepassing op |
Article 1er.La présente convention collective de travail s'applique |
| de werkgevers en de werklieden en werksters van de ondernemingen die | aux employeurs et aux ouvriers et ouvrières des entreprises |
| ressorteren onder het Paritair Comité voor het tuinbouwbedrijf met | ressortissant à la Commission paritaire pour les entreprises |
| uitzondering van de ondernemingen waarvan de hoofdactiviteit bestaat | horticoles à l'exception des entreprises dont l'activité principale |
| in het inplanten en onderhouden van parken en tuinen. | consiste en l'implantation et l'entretien de parcs et jardins. |
| HOOFDSTUK II. - Rechthebbenden | CHAPITRE II. - Bénéficiaires |
Art. 2.Om te kunnen genieten van de bepalingen van deze collectieve |
Art. 2.Pour pouvoir bénéficier des dispositions de la présente |
| arbeidsovereenkomst, dienen de werknemers te voldoen aan de | convention collective de travail, les travailleurs doivent satisfaire |
| voorwaarden vastgelegd in het koninklijk besluit van 7 december 1992 | aux conditions fixées par l'arrêté royal du 7 décembre 1992 relatif à |
| betreffende de toekenning van werkloosheidsuitkeringen in geval van | l'octroi d'allocations de chômage en cas de prépension conventionnelle |
| conventioneel brugpensioen en dienen zij op het ogenblik waarop de | et, au moment où le contrat de travail prend effectivement fin, avoir |
| arbeidsovereenkomst werkelijk wordt beëindigd, de leeftijd van 58 jaar | atteint l'âge de 58 ans. |
| te hebben bereikt. | |
| HOOFDSTUK III. - Aanvullende vergoeding | CHAPITRE III. - Indemnité complémentaire |
Art. 3.De werknemers bedoeld in artikel 2 hebben na ontslag recht op |
Art. 3.Les travailleurs visés à l'article 2 ont droit à une indemnité |
| een aanvullende vergoeding ten laste van hun werkgever. Die | complémentaire à charge de leur employeur après licenciement. Cette |
| aanvullende vergoeding wordt toegekend vanaf het einde van de | indemnité complémentaire est octroyée à partir du moment où le délai |
| wettelijke opzeggingstermijn tot aan de pensioengerechtigde leeftijd. | de préavis légal vient à expiration et elle s'applique jusqu'à l'âge légal de la pension. |
Art. 4.De aanvullende vergoeding is gelijk aan de helft van het |
Art. 4.L'indemnité complémentaire est égale à la moitié de la |
| verschil tussen het netto refertemaandloon en de | différence entre le salaire net mensuel de référence et l'allocation |
| werkloosheidsuitkering en wordt berekend en aangepast overeenkomstig | de chômage et est calculée et adaptée conformément aux dispositions de |
| de bepalingen van de collectieve arbeidsovereenkomst nr. 17 van 19 | la convention collective de travail n° 17 du 19 décembre 1974, conclue |
| december 1974, gesloten in de Nationale Arbeidsraad, tot invoering van | |
| een regeling van aanvullende vergoeding ten gunste van sommige | au sein du Conseil national du travail instituant un régime |
| bejaarde werknemers indien zij worden ontslagen, algemeen verbindend | d'indemnité complémentaire pour certains travailleurs âgés, en cas de |
| verklaard bij koninklijk besluit van 16 januari 1975. | licenciement, rendue obligatoire par arrêté royal du 16 janvier 1975. |
| HOOFDSTUK IV. - Tussenkomst van het Waarborg- en Sociaal Fonds voor | CHAPITRE IV. - Intervention du Fonds social et de garantie pour les |
| het tuinbouwbedrijf in de aanvullende vergoeding | entreprises horticoles dans l'indemnité complémentaire |
Art. 5.Het Waarborg- en Sociaal Fonds voor het tuinbouwbedrijf, |
Art. 5.Le Fonds social et de garantie pour les entreprises |
| opgericht bij collectieve arbeidsovereenkomst van 7 juni 1991, tot | horticoles, institué par la convention collective de travail du 7 juin |
| oprichting van een fonds voor bestaanszekerheid en vaststelling van | 1991, instituant un fonds de sécurité d'existence et fixant ses |
| zijn statuten, algemeen verbindend verklaard bij koninklijk besluit | statuts, rendue obligatoire par arrêté royal du 3 octobre 1991, |
| van 3 oktober 1991, betaalt aan de werkgever de in artikel 3 bedoelde | rembourse à l'employeur l'indemnité complémentaire visée à l'article |
| aanvullende vergoeding, met inbegrip van de bijzondere maandelijkse | 3, y compris les cotisations spéciales mensuelles à charge de |
| werkgeversbijdragen, terug tot een door het Paritair Comité voor het | l'employeur, à concurrence d'un montant maximum par prépensionné, à |
| tuinbouwbedrijf te bepalen maximumbedrag per bruggepensioneerde. | fixer par la Commission paritaire pour les entreprises horticoles. |
Art. 6.Alleen de werkgevers waarvan bruggepensioneerde werknemers |
Art. 6.Seuls les employeurs desquels les travailleurs prépensionnés |
| gedurende de twee jaren voorafgaand aan hun brugpensioen onafgebroken | ont été liés sans interruption pendant les deux ans précédant leur |
| door een arbeidsovereenkomst verbonden zijn geweest met een werkgever | prépension par un contrat de travail à un employeur ressortissant à la |
| die onder het Paritair Comité voor het tuinbouwbedrijf ressorteert, | Commission paritaire pour les entreprises horticoles, pourront |
| kunnen genieten van de in artikel 5 bedoelde tussenkomst. | bénéficier de l'intervention visée à l'article 5. |
Art. 7.Onverminderd artikel 4 van deze collectieve |
Art. 7.Sans préjudice de l'article 4 de la présente convention |
| arbeidsovereenkomst, wordt de tussenkomst door het Waarborg- en | collective de travail, l'intervention par le Fonds social et de |
| Sociaal Fonds voor het tuinbouwbedrijf berekend op basis van het | garantie pour les entreprises horticoles sera calculée sur la base de |
| gemiddelde van de lonen die de werknemer heeft ontvangen gedurende de | la moyenne des rémunérations perçues par le travailleur pendant les |
| twaalf maanden voorafgaand aan zijn brugpensioen en niet op basis van | douze mois précédant sa prépension, et non pas sur base de la |
| het loon van de refertemaand. | rémunération du mois de référence. |
Art. 8.De raad van beheer van het Waarborg- en Sociaal Fonds voor het |
Art. 8.Le conseil d'administration du Fonds social et de garantie |
| tuinbouwbedrijf stelt de praktische modaliteiten vast met betrekking | pour les entreprises horticoles fixe les modalités pratiques |
| tot de uitvoering van dit hoofdstuk. | concernant l'exécution du présent chapitre. |
| HOOFDSTUK V. - Vervanging | CHAPITRE V. - Remplacement |
Art. 9.De bruggepensioneerden dienen vervangen te worden |
Art. 9.Les prépensionnés doivent être remplacés conformément à |
| overeenkomstig artikel 4 van bovenvermeld koninklijk besluit van 7 december 1992. De sancties die voortvloeien uit het niet-eerbiedigen door de werkgevers van de wettelijke verplichtingen inzake brugpensioen, vallen geheel ten laste van de individuele werkgevers. HOOFDSTUK VI. - Geldigheid
Art. 10.Deze collectieve arbeidsovereenkomst treedt in werking op 1 januari 2000 en houdt op van kracht te zijn op 1 januari 2003. Gezien om te worden gevoegd bij het koninklijk besluit van 17 mei 2001. De Minister van Werkgelegenheid, |
l'article 4 de l'arrêté royal du 7 décembre 1992 mentionné ci-dessus. Les sanctions qui découlent du non-respect par l'employeur des obligations en matière de prépension restent entièrement à charge des employeurs individuels. CHAPITRE VI. - Validité
Art. 10.La présente convention collective de travail entre en vigueur le 1er janvier 2000 et cesse d'être en vigueur le 1er janvier 2003. Vu pour être annexé à l'arrêté royal du 17 mai 2001. La Ministre de l'Emploi, |
| Mevr. L. ONKELINX | Mme L. ONKELINX |