Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 26 februari 2001, gesloten in het Paritair Comité voor gewoon pottengoed in potaarde, betreffende de bestaanszekerheidsuitkering | Arrêté royal rendant obligatoire la convention collective de travail du 26 février 2001, conclue au sein de la Commission paritaire de la poterie ordinaire en terre commune, relative à l'allocation de sécurité d'existence |
---|---|
MINISTERIE VAN TEWERKSTELLING EN ARBEID | MINISTERE DE L'EMPLOI ET DU TRAVAIL |
17 FEBRUARI 2002. - Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend | 17 FEVRIER 2002. - Arrêté royal rendant obligatoire la convention |
wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 26 februari | collective de travail du 26 février 2001, conclue au sein de la |
2001, gesloten in het Paritair Comité voor gewoon pottengoed in | Commission paritaire de la poterie ordinaire en terre commune, |
potaarde, betreffende de bestaanszekerheidsuitkering (1) | relative à l'allocation de sécurité d'existence (1) |
ALBERT II, Koning der Belgen, | ALBERT II, Roi des Belges, |
Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet. | A tous, présents et à venir, Salut. |
Gelet op de wet van 5 december 1968 betreffende de collectieve | Vu la loi du 5 décembre 1968 sur les conventions collectives de |
travail et les commissions paritaires, notamment l'article 28; | |
arbeidsovereenkomsten en de paritaire comités, inzonderheid op artikel 28; | Vu la demande de la Commission paritaire de la poterie ordinaire en |
Gelet op het verzoek van het Paritair Comité voor gewoon pottengoed in | |
potaarde; | terre commune; |
Op de voordracht van Onze Minister van Werkgelegenheid, | Sur la proposition de Notre Ministre de l'Emploi, |
Hebben Wij besloten en besluiten Wij : | Nous avons arrêté et arrêtons : |
Artikel 1.Algemeen verbindend wordt verklaard de als bijlage |
Article 1er.Est rendue obligatoire la convention collective de |
overgenomen collectieve arbeidsovereenkomst van 26 februari 2001, | travail du 26 février 2001, reprise en annexe, conclue au sein de la |
gesloten in het Paritair Comité voor gewoon pottengoed in potaarde, | Commission paritaire de la poterie en terre commune, relative à |
betreffende de bestaanszekerheidsuitkering. | l'allocation de sécurité d'existence. |
Art. 2.Onze Minister van Werkgelegenheid is belast met de uitvoering |
Art. 2.Notre Ministre de l'Emploi est chargé de l'exécution du |
van dit besluit. | présent arrêté. |
Gegeven te Brussel, 17 februari 2002. | Donné à Bruxelles, le 17 février 2002. |
ALBERT | ALBERT |
Van Koningswege : | Par le Roi : |
De Minister van Werkgelegenheid, | La Ministre de l'Emploi, |
Mevr. L. ONKELINX | Mme L. ONKELINX |
_______ | _______ |
Nota | Note |
(1) Verwijzing naar het Belgisch Staatsblad : | (1) Référence au Moniteur belge : |
Wet van 5 december 1968, Belgisch Staatsblad van 15 januari 1969. | Loi du 5 décembre 1968, Moniteur belge du 15 janvier 1969. |
Bijlage | Annexe |
Paritair Comité voor gewoon pottengoed in potaarde | Commission paritaire de la poterie ordinaire en terre commune |
Collectieve arbeidsovereenkomst van 26 februari 2001 | Convention collective de travail du 26 février 2001 |
Bestaanszekerheidsuitkering | Allocation de sécurité d'existence |
(Overeenkomst geregistreerd op 19 maart 2001 onder het nummer 56800/CO/150) | (Convention enregistrée le 19 mars 2001 sous le numéro 56800/CO/150) |
Artikel 1.Deze collectieve arbeidsovereenkomst is van toepassing op |
Article 1er.La présente convention collective de travail s'applique |
de werkgevers en op de werklieden en werksters van de ondernemingen | aux employeurs et aux ouvriers et ouvrières des entreprises |
welke onder het Paritair Comité voor gewoon pottengoed in potaarde | ressortissant à la Commission paritaire de la poterie ordinaire en |
ressorteren. | terre commune. |
Onder "werklieden" wordt verstaan : de werklieden en de werksters. | Par "ouvriers" on entend : les ouvriers et les ouvrières. |
Art. 2.De werklieden en werksters kunnen aanspraak maken op een |
Art. 2.Les ouvriers et ouvrières peuvent prétendre à une allocation |
dagelijkse uitkering voor bestaanszekerheid, wanneer zij werkloos | journalière de sécurité d'existence, quand ils sont mis en chômage par |
worden gesteld wegens gebrek aan werk, op voorwaarde dat zij recht | manque de travail, à la condition qu'ils aient droit aux allocations |
hebben op de werkloosheidsuitkeringen en voor zover zij drie maanden | de chômage et pour autant qu'ils comptent trois mois d'ancienneté dans |
anciënniteit in dezelfde onderneming tellen. | la même entreprise. |
Art. 3.De bestaanszekerheidsuitkering wordt toegekend aan de in |
Art. 3.L'indemnité de sécurité d'existence est octroyée aux ouvriers |
artikel 1 bedoelde werklieden en werksters voor maximum 60 dagen per | et ouvrières visés à l'article 1er pendant 60 jours maximum par année |
kalenderjaar. | civile. |
Art. 4.De bestaanszekerheidsuitkering wordt uitbetaald vanaf de |
Art.4. L'allocation de sécurité d'existence est payée à partir du |
eerste werkloosheidsdag. | premier jour de chômage. |
Art. 5.De wettelijke gerechtvaardigde afwezige dagen worden met |
Art. 5.Les jours d'absence justifiée légalement sont assimilés à des |
gewerkte dagen gelijkgesteld. | jours travaillés. |
Art. 6.Het bedrag van de dagelijkse bestaanszekerheidsuitkering in |
Art. 6.Le montant de l'allocation journalière de sécurité d'existence |
het raam van de vijfdagenweek wordt vastgesteld op 7,44 EUR. | est fixé à 7,44 EUR dans le cadre de la semaine de cinq jours. |
Art. 7.Het recht op bestaanszekerheidsuitkering vervalt : |
Art. 7.Le droit à l'allocation de sécurité d'existence expire : |
a) bij vrijwillige onderbreking van de arbeidsovereenkomst door de | a) par la rupture volontaire du contrat de travail par l'ouvrier ou |
werkman of werkster en bij het sluiten van een nieuwe overeenkomst met | l'ouvrière et par la conclusion d'un nouveau contrat avec une |
een onderneming welke niet ressorteert onder het Paritair Comité voor | entreprise qui ne ressortit pas à la Commission paritaire de la |
gewoon pottengoed in potaarde; | poterie ordinaire en terre commune; |
b) bij doorzending wegens overtreding van het arbeidsreglement. | b) par le licenciement pour infraction au règlement de travail. |
Art. 8.De uitbetaling moet worden gedaan op de normale datum van de |
Art. 8.Le paiement doit être effectué à la date normale du paiement |
loonuitbetaling, op vertoon van een door de werkgever bij de | |
werkloosstelling verstrekt formulier, waarop het uitbetalingsorganisme | des salaires au vu d'un formulaire délivré par l'employeur au moment |
van de Rijksdienst voor arbeidsvoorziening de vergoede | de la mise en chômage, sur lequel l'organisme de paiement de l'Office |
werkloosheidsdagen aangeeft en waarop melding wordt gemaakt van het | national de l'emploi indique les journées de chômage indemnisées et |
bedrag van de bestaanszekerheidsuitkering. | qui mentionne le montant de l'allocation de sécurité d'existence. |
Art. 9.Op verzoek van de werkgever, zijn de werklieden en werksters |
Art. 9.A la demande de l'employeur, les ouvriers et ouvrières qui |
die de voordelen van de bestaanszekerheid genieten, er toe gehouden | bénéficient des avantages de sécurité d'existence sont tenus de |
onmiddellijk het werk te hervatten met inachtneming nochtans van de | reprendre immédiatement le travail, compte tenu cependant du délai de |
wettelijke opzeggingstermijn ingeval zij door een andere | préavis légal, s'ils sont liés par un autre contrat de travail avec un |
arbeidsovereenkomst met een andere werkgever zijn gebonden. | autre employeur. |
Art. 10.Alle onvoorziene of twijfelachtige gevallen kunnen vooraf aan |
Art. 10.Tous les cas non prévus ou douteux peuvent être soumis |
de directie der onderneming en, desgevallend, voor onderzoek aan het | préalablement à la direction de l'entreprise et, le cas échéant, à |
Paritair Comité voor gewoon pottengoed in potaarde worden voorgelegd. | l'examen de la Commission paritaire de la poterie ordinaire en terre commune. |
Art. 11.Deze collectieve arbeidsovereenkomst heeft uitwerking met |
Art. 11.La présente convention collective de travail produit ses |
ingang van 1 januari 2001 en treedt buiten werking op 31 december | effets le 1er janvier 2001 et cesse d'être en vigueur le 31 décembre |
2002. | 2002. |
Gezien om te worden gevoegd bij het koninklijk besluit van 17 februari 2002. | Vu pour être annexé à l'arrêté royal du 17 février 2002. |
De Minister van Werkgelegenheid, | La Ministre de l'Emploi, |
Mevr. L. ONKELINX | Mme L. ONKELINX |
Bijlage bij de collectieve arbeidsovereenkomst van 26 februari 2001, | Annexe à la convention collective de travail du 26 février 2001, |
gesloten in het Paritair Comité voor het gewoon pottengoed in | conclue au sein de la Commission paritaire de la poterie en terre |
potaarde, betreffende de bestaanszekerheidsuitkering | commune, relative à l'allocation de sécurité d'existence |
Het bedrag van 7,44 EUR voorzien in artikel 6 van de collectieve | Le montant de 7,44 EUR prévu à l'article 6 de la convention collective |
arbeidsovereenkomst stemt overeen met 300 BEF. | de travail correspond à 300 BEF. |
Gezien om te worden gevoegd bij het koninklijk besluit van 17 februari 2002. | Vu pour être annexé à l'arrêté royal du 17 février 2002. |
De Minister van Werkgelegenheid, | La Ministre de l'Emploi, |
Mevr. L. ONKELINX | Mme L. ONKELINX |