Etaamb.openjustice.be
Meertalige weergave van Koninklijk Besluit van 15/10/1997
← Terug naar "Koninklijk besluit tot vaststelling van de officiële Duitse vertaling van het koninklijk besluit van 2 april 1979 tot vaststelling van de voorwaarden en de wijze van benoeming van de gewestelijke ontvangers en van het koninklijk besluit van 28 januari 1997 tot wijziging van dit besluit "
Koninklijk besluit tot vaststelling van de officiële Duitse vertaling van het koninklijk besluit van 2 april 1979 tot vaststelling van de voorwaarden en de wijze van benoeming van de gewestelijke ontvangers en van het koninklijk besluit van 28 januari 1997 tot wijziging van dit besluit Arrêté royal établissant la traduction officielle en langue allemande de l'arrêté royal du 2 avril 1979 fixant les conditions et modalités de nomination des receveurs régionaux et de l'arrêté royal du 28 janvier 1997 modifiant cet arrêté
MINISTERIE VAN BINNENLANDSE ZAKEN MINISTERE DE L'INTERIEUR
15 OKTOBER 1997. Koninklijk besluit tot vaststelling van de officiële 15 OCTOBRE 1997. Arrêté royal établissant la traduction officielle en
Duitse vertaling van het koninklijk besluit van 2 april 1979 tot langue allemande de l'arrêté royal du 2 avril 1979 fixant les
vaststelling van de voorwaarden en de wijze van benoeming van de conditions et modalités de nomination des receveurs régionaux et de
gewestelijke ontvangers en van het koninklijk besluit van 28 januari
1997 tot wijziging van dit besluit l'arrêté royal du 28 janvier 1997 modifiant cet arrêté
ALBERT II, Koning der Belgen, ALBERT II, Roi des Belges,
Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet. A tous, présents et à venir, Salut.
Gelet op de wet van 31 december 1983 tot hervorming der instellingen Vu la loi du 31 décembre 1983 de réformes institutionnelles pour la
voor de Duitstalige Gemeenschap, inzonderheid op artikel 76, § 1, 1° Communauté germanophone, notamment l'article 76, § 1er, 1° et § 3,
en § 3, vervangen door de wet van 18 juli 1990; remplacé par la loi du 18 juillet 1990;
Gelet op de ontwerpen van officiële Duitse vertaling Vu les projets de traduction officielle en langue allemande
- van het koninklijk besluit van 2 april 1979 tot vaststelling van de - de l'arrêté royal du 2 avril 1979 fixant les conditions et modalités
voorwaarden en de wijze van benoeming van de gewestelijke ontvangers, de nomination des receveurs régionaux,
- van het koninklijk besluit van 28 januari 1997 tot wijziging van het - de l'arrêté royal du 28 janvier 1997 modifiant l'arrêté royal du 2
koninklijk besluit van 2 april 1979 tot vaststelling van de avril 1979 fixant les conditions et modalités de nomination des
voorwaarden en de wijze van benoeming van de gewestelijke ontvangers, receveurs régionaux,
opgemaakt door de Centrale dienst voor Duitse vertaling van het établis par le Service central de traduction allemande du Commissariat
Adjunct-arrondissementscommissariaat in Malmedy; d'Arrondissement adjoint à Malmedy;
Op de voordracht van Onze Minister van Binnenlandse Zaken, Sur la proposition de Notre Ministre de l'Intérieur,
Hebben Wij besloten en besluiten Wij : Nous avons arrêté et arrêtons :

Artikel 1.De bij dit besluit respectievelijk in bijlagen 1 en 2

Article 1er.Les textes figurant respectivement aux annexes 1 et 2 du
gevoegde teksten zijn de officiële Duitse vertaling présent arrêté constituent la traduction officielle en langue
- van het koninklijk besluit van 2 april 1979 tot vaststelling van de allemande - de l'arrêté royal du 2 avril 1979 fixant les conditions et modalités
voorwaarden en de wijze van benoeming van de gewestelijke ontvangers, de nomination des receveurs régionaux,
- van het koninklijk besluit van 28 januari 1997 tot wijziging van het - de l'arrêté royal du 28 janvier 1997 modifiant l'arrêté royal du 2
koninklijk besluit van 2 april 1979 tot vaststelling van de avril 1979 fixant les conditions et modalités de nomination des
voorwaarden en de wijze van benoeming van de gewestelijke ontvangers. receveurs régionaux.

Art. 2.Onze Minister van Binnenlandse Zaken is belast met de

Art. 2.Notre Ministre de l'Intérieur est chargé de l'exécution du
uitvoering van dit besluit. présent arrêté.
Gegeven te Brussel, 15 oktober 1997. Donné à Bruxelles, le 15 octobre 1997.
ALBERT ALBERT
Van Koningswege : Par le Roi :
De Minister van Binnenlandse Zaken, Le Ministre de l'Intérieur,
J. VANDE LANOTTE J. VANDE LANOTTE
Bijlage 1 Annexe 1
MINISTERIUM DES INNERN
2. APRIL 1979 - Königlicher Erlass zur Festlegung der Bedingungen und 2. APRIL 1979 - Königlicher Erlass zur Festlegung der Bedingungen und
Modalitäten für die Ernennung der Bezirkseinnehmer Modalitäten für die Ernennung der Bezirkseinnehmer
BALDUIN, König der Belgier, BALDUIN, König der Belgier
Allen Gegenwärtigen und Zukünftigen, Unser Gruss! Allen Gegenwärtigen und Zukünftigen, Unser Gruss.
Aufgrund des Gemeindegesetzes, insbesondere des Artikels 114 letzter Aufgrund des Gemeindegesetzes, insbesondere des Artikels 114 letzter
Absatz; Absatz;
Aufgrund der Stellungnahme des Gewerkschaftlichen Aufgrund der Stellungnahme des Gewerkschaftlichen
Beratungsausschusses; Beratungsausschusses;
Aufgrund des Gutachtens des Staatsrates; Aufgrund des Gutachtens des Staatsrates;
Auf Vorschlag Unseres Ministers des Innern, Auf Vorschlag Unseres Ministers des Innern,
Haben Wir beschlossen und erlassen Wir : Haben Wir beschlossen und erlassen Wir:

Artikel 1.Niemand darf zum Bezirkseinnehmer ernannt werden, wenn er

 Artikel 1. Niemand darf zum Bezirkseinnehmer ernannt werden, wenn er
die nachstehenden allgemeinen Bedingungen nicht erfüllt: die nachstehenden allgemeinen Bedingungen nicht erfüllt:
1. Belgier sein, 1. Belgier sein,
2. im Besitz der zivilen und politischen Rechte sein, 2. im Besitz der zivilen und politischen Rechte sein,
3. von tadelloser Führung sein, 3. von tadelloser Führung sein,
4. den Milizgesetzen oder dem Gesetz vom 3. Juni 1964 zur Festlegung 4. den Milizgesetzen oder dem Gesetz vom 3. Juni 1964 zur Festlegung
des Statuts der Dienstverweigerer aus Gewissensgründen genügen, des Statuts der Dienstverweigerer aus Gewissensgründen genügen,
5. am Tag des Antritts der Probezeit mindestens 24 Jahre alt sein und 5. am Tag des Antritts der Probezeit mindestens 24 Jahre alt sein und
das Lebensalter von 50 Jahren nicht überschritten haben, das Lebensalter von 50 Jahren nicht überschritten haben,
6. im Besitz der vom Staatlichen Sozialmedizinischen Amt 6. im Besitz der vom Staatlichen Sozialmedizinischen Amt
festgestellten körperlichen Eignung sein, die für das auszuübende Amt festgestellten körperlichen Eignung sein, die für das auszuübende Amt
erforderlich ist, erforderlich ist,
7. eine vor dem in Artikel 6 vorgesehenen Prüfungsausschuss abgelegte 7. eine vor dem in Artikel 6 vorgesehenen Prüfungsausschuss abgelegte
Anwerbungsprüfung bestanden haben. Anwerbungsprüfung bestanden haben.

Art. 2.Unser Minister des Innern legt das Prüfungsprogramm fest. Es

Art. 2.Unser Minister des Innern legt das Prüfungsprogramm fest. Es
umfasst schriftliche Prüfungen, darunter eine Prüfung in umfasst schriftliche Prüfungen, darunter eine Prüfung in
Allgemeinbildung, die das Thema eines Vortrags zum Gegenstand hat, und Allgemeinbildung, die das Thema eines Vortrags zum Gegenstand hat, und
eine mündliche Prüfung. Die Prüfungen werden für jede Provinz vom eine mündliche Prüfung. Die Prüfungen werden für jede Provinz vom
Gouverneur organisiert. Gouverneur organisiert.

Art. 3.An der Anwerbungsprüfung dürfen Bewerber teilnehmen, die

Art. 3.An der Anwerbungsprüfung dürfen Bewerber teilnehmen, die
Inhaber eines Diploms oder eines Studienzeugnisses sind, das zur Inhaber eines Diploms oder eines Studienzeugnisses sind, das zur
Anwerbung für Stellen der Stufe 1 in den Staatsverwaltungen Anwerbung für Stellen der Stufe 1 in den Staatsverwaltungen
berücksichtigt wird. berücksichtigt wird.
Zur Prüfung werden ebenfalls Staatsbedienstete, Bedienstete der Zur Prüfung werden ebenfalls Staatsbedienstete, Bedienstete der
Provinzen, der Gemeinden, der Gemeindeagglomerationen und Provinzen, der Gemeinden, der Gemeindeagglomerationen und
-föderationen und der öffentlichen Sozialhilfezentren zugelassen, die -föderationen und der öffentlichen Sozialhilfezentren zugelassen, die
folgende Bedingungen erfüllen: folgende Bedingungen erfüllen:
- ein Stufenalter von mindestens sechs Jahren in einem Dienstgrad der - ein Stufenalter von mindestens sechs Jahren in einem Dienstgrad der
Stufe 2 aufweisen oder Inhaber eines Dienstgrades sein, der mindestens Stufe 2 aufweisen oder Inhaber eines Dienstgrades sein, der mindestens
mit dem eines Bürochefs (Rang 10) gleichwertig ist; mit dem eines Bürochefs (Rang 10) gleichwertig ist;
- Inhaber des Diploms oder des Zeugnisses sein, das nach Abschluss - Inhaber des Diploms oder des Zeugnisses sein, das nach Abschluss
eines kompletten Lehrgangs in Verwaltungswissenschaften gemäss dem von eines kompletten Lehrgangs in Verwaltungswissenschaften gemäss dem von
Uns festgelegten Mindestprogramm ausgestellt wird. Uns festgelegten Mindestprogramm ausgestellt wird.

Art. 4.Die Prüfungen werden im Belgischen Staatsblatt sowie in den

Art. 4.Die Prüfungen werden im Belgischen Staatsblatt sowie in den
wichtigsten regionalen Zeitungen, die vom Gouverneur bestimmt werden, wichtigsten regionalen Zeitungen, die vom Gouverneur bestimmt werden,
angekündigt. angekündigt.
In den Ankündigungen werden die Sprache und der Zweck der Prüfung, die In den Ankündigungen werden die Sprache und der Zweck der Prüfung, die
Fristen und Modalitäten für die Anmeldung zur Prüfung sowie die Fristen und Modalitäten für die Anmeldung zur Prüfung sowie die
Bedingungen für den Zugang zu den zu vergebenden Stellen und die damit Bedingungen für den Zugang zu den zu vergebenden Stellen und die damit
verbundenen Gehälter angegeben. verbundenen Gehälter angegeben.

Art. 5.Die Bewerber senden dem Provinzgouverneur, der die Prüfung

Art. 5.Die Bewerber senden dem Provinzgouverneur, der die Prüfung
organisiert, ihren Antrag auf Teilnahme an der Prüfung zu. organisiert, ihren Antrag auf Teilnahme an der Prüfung zu.
Dem Antrag muss eine Abschrift oder eine Photokopie der Diplome oder Dem Antrag muss eine Abschrift oder eine Photokopie der Diplome oder
Studienzeugnisse, die für die Teilnahme an der Prüfung erforderlich Studienzeugnisse, die für die Teilnahme an der Prüfung erforderlich
sind, beigelegt werden; diese Abschriften und Photokopien müssen von sind, beigelegt werden; diese Abschriften und Photokopien müssen von
der Gemeindeverwaltung beglaubigt werden. der Gemeindeverwaltung beglaubigt werden.
Am Tag des Anmeldeschlusses legt der Vorsitzende die Bewerberliste Am Tag des Anmeldeschlusses legt der Vorsitzende die Bewerberliste
fest. fest.

Art. 6.Der Prüfungsausschuss setzt sich aus fünf Mitgliedern

Art. 6.Der Prüfungsausschuss setzt sich aus fünf Mitgliedern
zusammen: zusammen:
1. dem Provinzialsekretär, Mitglied von Rechts wegen, Vorsitzender; 1. dem Provinzialsekretär, Mitglied von Rechts wegen, Vorsitzender;
2. zwei Staatsbeamten im aktiven Dienst, die einen Dienstgrad 2. zwei Staatsbeamten im aktiven Dienst, die einen Dienstgrad
innehaben, der mindestens Rang 13 angehört, und zwei Hochschullehrern innehaben, der mindestens Rang 13 angehört, und zwei Hochschullehrern
im aktiven Dienst oder im Ruhestand, Beisitzer. im aktiven Dienst oder im Ruhestand, Beisitzer.
Die Beisitzer und Ersatzmitglieder werden von Unserem Minister des Die Beisitzer und Ersatzmitglieder werden von Unserem Minister des
Innern bestimmt. Innern bestimmt.
Dem Prüfungsausschuss steht ein Sekretär bei, der vom Vorsitzenden Dem Prüfungsausschuss steht ein Sekretär bei, der vom Vorsitzenden
bestimmt wird. bestimmt wird.

Art. 7.Kein Mitglied des Prüfungsausschusses darf eine Beurteilung

Art. 7.Kein Mitglied des Prüfungsausschusses darf eine Beurteilung
abgeben oder an der Prüfungsbesprechung teilnehmen, wenn der Bewerber abgeben oder an der Prüfungsbesprechung teilnehmen, wenn der Bewerber
sein Ehegatte ist oder mit ihm bis zum vierten Grad einschliesslich sein Ehegatte ist oder mit ihm bis zum vierten Grad einschliesslich
verwandt oder verschwägert ist. verwandt oder verschwägert ist.

Art. 8.Die Geschäftsordnung über die Arbeitsweise des

Art. 8.Die Geschäftsordnung über die Arbeitsweise des
Prüfungsausschusses sowie den Verlauf und die Verbesserung der Prüfungsausschusses sowie den Verlauf und die Verbesserung der
Prüfungen wird von Unserem Minister des Innern festgelegt. Prüfungen wird von Unserem Minister des Innern festgelegt.

Art. 9.Der oder die betreffenden Bezirkskommissare schlagen dem

Art. 9.Der oder die betreffenden Bezirkskommissare schlagen dem
Gouverneur mehrere unter den erfolgreichen Prüfungsteilnehmern Gouverneur mehrere unter den erfolgreichen Prüfungsteilnehmern
ausgewählte Bewerber für die Zulassung zur Probezeit vor. ausgewählte Bewerber für die Zulassung zur Probezeit vor.

Art. 10.Nach einem Jahr Probezeit senden der oder die

Art. 10.Nach einem Jahr Probezeit senden der oder die
Bezirkskommissare dem Gouverneur einen mit Gründen versehenen Bericht Bezirkskommissare dem Gouverneur einen mit Gründen versehenen Bericht
mit einer günstigen oder ungünstigen Stellungnahme bezüglich der mit einer günstigen oder ungünstigen Stellungnahme bezüglich der
definitiven Ernennung zu. definitiven Ernennung zu.
Der Bericht und die Stellungnahme werden dem Personalmitglied auf Der Bericht und die Stellungnahme werden dem Personalmitglied auf
Probe mitgeteilt und zu seiner Personalakte gelegt. Probe mitgeteilt und zu seiner Personalakte gelegt.
Im Falle einer ungünstigen Stellungnahme muss das Personalmitglied auf Im Falle einer ungünstigen Stellungnahme muss das Personalmitglied auf
Probe angehört werden. Probe angehört werden.
Einer Entlassung infolge eines Beschlusses, die definitive Ernennung Einer Entlassung infolge eines Beschlusses, die definitive Ernennung
zu verweigern, muss eine dreimonatige Kündigungsfrist vorangehen, die zu verweigern, muss eine dreimonatige Kündigungsfrist vorangehen, die
am Ersten des Monats nach demjenigen, in dem sie per Einschreibebrief am Ersten des Monats nach demjenigen, in dem sie per Einschreibebrief
notifiziert wurde, einsetzt. notifiziert wurde, einsetzt.

Art. 11.Bevor der Bezirkseinnehmer sein Amt antritt, legt er den in

Art. 11.Bevor der Bezirkseinnehmer sein Amt antritt, legt er den in
Artikel 2 des Dekrets vom 20. Juli 1831 vorgeschriebenen Eid vor dem Artikel 2 des Dekrets vom 20. Juli 1831 vorgeschriebenen Eid vor dem
Gouverneur ab. Gouverneur ab.

Art. 12.Unser Minister des Innern ist mit der Ausführung des

Art. 12.Unser Minister des Innern ist mit der Ausführung des
vorliegenden Erlasses beauftragt. vorliegenden Erlasses beauftragt.
Gegeben zu Brüssel, den 2. April 1979 Gegeben zu Brüssel, den 2. April 1979
BALDUIN BALDUIN
Von Königs wegen: Von Königs wegen:
Der Minister des Innern Der Minister des Innern
H. BOEL H. BOEL
Gezien om te worden gevoegd bij Ons besluit van 15 oktober 1997. Vu pour être annexé à Notre arrêté du 15 octobre 1997.
ALBERT ALBERT
Van Koningswege : Par le Roi :
De Minister van Binnenlandse Zaken, Le Ministre de l'Intérieur,
J. VANDE LANOTTE J. VANDE LANOTTE
Bijlage 2 Annexe 2
28. JANUAR 1997 - Königlicher Erlass zur Abänderung des Königlichen 28. JANUAR 1997 - Königlicher Erlass zur Abänderung des Königlichen
Erlasses vom 2. April 1979 zur Festlegung der Bedingungen und Erlasses vom 2. April 1979 zur Festlegung der Bedingungen und
Modalitäten für die Ernennung der Bezirkseinnehmer Modalitäten für die Ernennung der Bezirkseinnehmer
ALBERT II., König der Belgier, ALBERT II., König der Belgier,
Allen Gegenwärtigen und Zukünftigen, Unser Gruss! Allen Gegenwärtigen und Zukünftigen, Unser Gruss.
Aufgrund des neuen Gemeindegesetzes, insbesondere des Artikels 54 § 1, Aufgrund des neuen Gemeindegesetzes, insbesondere des Artikels 54 § 1,
ersetzt durch das Gesetz vom 17. Oktober 1990; ersetzt durch das Gesetz vom 17. Oktober 1990;
Aufgrund des Königlichen Erlasses vom 2. April 1979 zur Festlegung der Aufgrund des Königlichen Erlasses vom 2. April 1979 zur Festlegung der
Bedingungen und Modalitäten für die Ernennung der Bezirkseinnehmer, Bedingungen und Modalitäten für die Ernennung der Bezirkseinnehmer,
insbesondere des Artikels 9; insbesondere des Artikels 9;
Aufgrund des Protokolls der Verhandlungen des Sektorenausschusses I Aufgrund des Protokolls der Verhandlungen des Sektorenausschusses I
vom 9. Juli 1996; vom 9. Juli 1996;
Aufgrund des Gutachtens des Staatsrates; Aufgrund des Gutachtens des Staatsrates;
Auf Vorschlag Unseres Ministers des Innern Auf Vorschlag Unseres Ministers des Innern
Haben Wir beschlossen und erlassen Wir : Haben Wir beschlossen und erlassen Wir:

Artikel 1.Artikel 9 des Königlichen Erlasses vom 2. April 1979 zur

 Artikel 1. Artikel 9 des Königlichen Erlasses vom 2. April 1979 zur
Festlegung der Bedingungen und Modalitäten für die Ernennung der Festlegung der Bedingungen und Modalitäten für die Ernennung der
Bezirkseinnehmer wird durch folgenden Absatz ergänzt: Bezirkseinnehmer wird durch folgenden Absatz ergänzt:
« In Ermangelung erfolgreicher Prüfungsteilnehmer nach der in Absatz 1 « In Ermangelung erfolgreicher Prüfungsteilnehmer nach der in Absatz 1
erwähnten Prüfung dürfen erfolgreiche Prüfungsteilnehmer nach einer erwähnten Prüfung dürfen erfolgreiche Prüfungsteilnehmer nach einer
Prüfung, die in einer anderen Provinz organisiert wurde, mit dem Prüfung, die in einer anderen Provinz organisiert wurde, mit dem
Einverständnis des Betreffenden und des Provinzgouverneurs, der die Einverständnis des Betreffenden und des Provinzgouverneurs, der die
vom Betreffenden bestandene Prüfung organisiert hat, ebenfalls als vom Betreffenden bestandene Prüfung organisiert hat, ebenfalls als
Bewerber vorgeschlagen werden. » Bewerber vorgeschlagen werden. »

Art. 2.Unser Minister des Innern ist mit der Ausführung des

Art. 2.Unser Minister des Innern ist mit der Ausführung des
vorliegenden Erlasses beauftragt. vorliegenden Erlasses beauftragt.
Gegeben zu Brüssel, den 28. Januar 1997 Gegeben zu Brüssel, den 28. Januar 1997
ALBERT ALBERT
Von Königs wegen: Von Königs wegen:
Der Minister des Innern Der Minister des Innern
J. VANDE LANOTTE J. VANDE LANOTTE
Gezien om te worden gevoegd bij Ons besluit van 15 oktober 1997. Vu pour être annexé à Notre arrêté du 15 octobre 1997.
ALBERT ALBERT
Van Koningswege : Par le Roi :
De Minister van Binnenlandse Zaken, Le Ministre de l'Intérieur,
J. VANDE LANOTTE J. VANDE LANOTTE
^