Etaamb.openjustice.be
Meertalige weergave van Koninklijk Besluit van 12/01/2006
← Terug naar "Koninklijk besluit tot vaststelling van de officiële Duitse vertaling van wettelijke bepalingen van het tweede semester van het jaar 2004 tot wijziging van het Wetboek van de inkomstenbelastingen 1992 "
Koninklijk besluit tot vaststelling van de officiële Duitse vertaling van wettelijke bepalingen van het tweede semester van het jaar 2004 tot wijziging van het Wetboek van de inkomstenbelastingen 1992 Arrêté royal établissant la traduction officielle en langue allemande de dispositions légales du deuxième semestre de l'année 2004 modifiant le Code des impôts sur les revenus 1992
FEDERALE OVERHEIDSDIENST BINNENLANDSE ZAKEN 12 JANUARI 2006. - Koninklijk besluit tot vaststelling van de officiële Duitse vertaling van wettelijke bepalingen van het tweede semester van het jaar 2004 tot wijziging van het Wetboek van de inkomstenbelastingen 1992 SERVICE PUBLIC FEDERAL INTERIEUR 12 JANVIER 2006. - Arrêté royal établissant la traduction officielle en langue allemande de dispositions légales du deuxième semestre de l'année 2004 modifiant le Code des impôts sur les revenus 1992
ALBERT II, Koning der Belgen, ALBERT II, Roi des Belges,
Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet. A tous, présents et à venir, Salut.
Gelet op de wet van 31 december 1983 tot hervorming der instellingen Vu la loi du 31 décembre 1983 de réformes institutionnelles pour la
voor de Duitstalige Gemeenschap, inzonderheid op artikel 76, § 1, 1°, Communauté germanophone, notamment l'article 76, § 1er, 1°, et § 3,
en § 3, vervangen bij de wet van 18 juli 1990; remplacé par la loi du 18 juillet 1990;
Gelet op de ontwerpen van officiële Duitse vertaling Vu les projets de traduction officielle en langue allemande
- van de wet van 6 juli 2004 tot wijziging van artikel 113 van het - de la loi du 6 juillet 2004 modifiant l'article 113 du Code des
Wetboek van de inkomstenbelastingen 1992 inzake de aftrek van impôts sur les revenus 1992 en matière de déduction des frais de garde
opvangkosten van kinderen die de leeftijd van 12 jaar niet hebben, pour les enfants qui n'ont pas atteint l'âge de 12 ans,
- van de wet van 6 juli 2004 tot wijziging van de artikelen 132 en 143 - de la loi du 6 juillet 2004 portant modification des articles 132 et
van het Wetboek van de inkomstenbelastingen 1992 inzake de 143 du Code des impôts sur les revenus 1992 en matière de prise en
tenlasteneming van bepaalde personen ouder dan 65 jaar, charge de certaines personnes âgées de plus de 65 ans,
- van de wet van 6 juli 2004 tot wijziging van artikel 138 van het - de la loi du 6 juillet 2004 modifiant l'article 138 du Code des
Wetboek van de inkomstenbelastingen 1992 teneinde rekening te houden impôts sur les revenus 1992 pour tenir compte des enfants mort-nés
met doodgeboren kinderen bij de vaststelling van de personen ten laste, pour la détermination des personnes à charge,
- van titel II, hoofdstuk VII en IX tot XI, van de programmawet van 9 - du titre II, chapitre VII et IX à XI, de la loi-programme du 9
juli 2004, juillet 2004,
- van de wet van 31 juli 2004 tot wijziging van artikel 14524 van het - de la loi du 31 juillet 2004 modifiant l'article 14524 du Code des
Wetboek van de inkomstenbelastingen 1992 teneinde het rationeel impôts sur les revenus 1992 pour encourager davantage l'utilisation
energieverbruik in woningen nog meer aan te moedigen, plus rationnelle de l'énergie dans les habitations,
- van de wet van 16 november 2004 tot wijziging van verscheidene - de la loi du 16 novembre 2004 modifiant diverses dispositions du
bepalingen van het Wetboek van de inkomstenbelastingen 1992 teneinde Code des impôts sur les revenus 1992 afin de permettre la
de giften in geld aan erkende instellingen voor duurzame ontwikkeling déductibilité des libéralités faites en argent aux institutions de
fiscaal aftrekbaar te maken, développement durable agréées,
opgemaakt door de Centrale dienst voor Duitse vertaling bij het établis par le Service central de traduction allemande auprès du
Adjunct-arrondissementscommissariaat in Malmedy; Commissariat d'arrondissement adjoint à Malmedy;
Op de voordracht van Onze Minister van Binnenlandse Zaken, Sur la proposition de Notre Ministre de l'Intérieur,
Hebben Wij besloten en besluiten Wij : Nous avons arrêté et arrêtons :

Artikel 1.De bij dit besluit respectievelijk in bijlagen 1 tot 6

Article 1er.Les textes figurant respectivement aux annexes 1 à 6 du
gevoegde teksten zijn de officiële Duitse vertaling : présent arrêté constituent la traduction officielle en langue allemande :
- van de wet van 6 juli 2004 tot wijziging van artikel 113 van het - de la loi du 6 juillet 2004 modifiant l'article 113 du Code des
Wetboek van de inkomstenbelastingen 1992 inzake de aftrek van impôts sur les revenus 1992 en matière de déduction des frais de garde
opvangkosten van kinderen die de leeftijd van 12 jaar niet hebben; pour les enfants qui n'ont pas atteint l'âge de 12 ans;
- van de wet van 6 juli 2004 tot wijziging van de artikelen 132 en 143 - de la loi du 6 juillet 2004 portant modification des articles 132 et
van het Wetboek van de inkomstenbelastingen 1992 inzake de 143 du Code des impôts sur les revenus 1992 en matière de prise en
tenlasteneming van bepaalde personen ouder dan 65 jaar; charge de certaines personnes âgées de plus de 65 ans;
- van de wet van 6 juli 2004 tot wijziging van artikel 138 van het - de la loi du 6 juillet 2004 modifiant l'article 138 du Code des
Wetboek van de inkomstenbelastingen 1992 teneinde rekening te houden impôts sur les revenus 1992 pour tenir compte des enfants mort-nés
met doodgeboren kinderen bij de vaststelling van de personen ten laste; pour la détermination des personnes à charge;
- van titel II, hoofdstuk VII en IX tot XI, van de programmawet van 9 - du titre II, chapitre VII et IX à XI, de la loi-programme du 9
juli 2004; juillet 2004;
- van de wet van 31 juli 2004 tot wijziging van artikel 14524 van het - de la loi du 31 juillet 2004 modifiant l'article 14524 du Code des
Wetboek van de inkomstenbelastingen 1992 teneinde het rationeel impôts sur les revenus 1992 pour encourager davantage l'utilisation
energieverbruik in woningen nog meer aan te moedigen; plus rationnelle de l'énergie dans les habitations;
- van de wet van 16 november 2004 tot wijziging van verscheidene - de la loi du 16 novembre 2004 modifiant diverses dispositions du
bepalingen van het Wetboek van de inkomstenbelastingen 1992 teneinde Code des impôts sur les revenus 1992 afin de permettre la
de giften in geld aan erkende instellingen voor duurzame ontwikkeling déductibilité des libéralités faites en argent aux institutions de
fiscaal aftrekbaar te maken. développement durable agréées.

Art. 2.Onze Minister van Binnenlandse Zaken is belast met de

Art. 2.Notre Ministre de l'Intérieur est chargé de l'exécution du
uitvoering van dit besluit. présent arrêté.
Gegeven te Brussel, 12 januari 2006. Donné à Bruxelles, le 12 janvier 2006.
ALBERT ALBERT
Van Koningswege : Par le Roi :
De Minister van Binnenlandse Zaken, Le Ministre de l'Intérieur,
P. DEWAEL P. DEWAEL
Bijlage 1 Annexe 1
FÖDERALER ÖFFENTLICHER DIENST FINANZEN FÖDERALER ÖFFENTLICHER DIENST FINANZEN
6. JULI 2004 - Gesetz zur Abänderung von Artikel 113 des 6. JULI 2004 - Gesetz zur Abänderung von Artikel 113 des
Einkommensteuergesetzbuches 1992 Einkommensteuergesetzbuches 1992
in Bezug auf den Abzug der Betreuungskosten für Kinder, die jünger als in Bezug auf den Abzug der Betreuungskosten für Kinder, die jünger als
zwölf Jahre sind zwölf Jahre sind
ALBERT II., König der Belgier, ALBERT II., König der Belgier,
Allen Gegenwärtigen und Zukünftigen, Unser Gruss! Allen Gegenwärtigen und Zukünftigen, Unser Gruss!
Die Kammern haben das Folgende angenommen und Wir sanktionieren es: Die Kammern haben das Folgende angenommen und Wir sanktionieren es:
Artikel 1 - Vorliegendes Gesetz regelt eine in Artikel 78 der Artikel 1 - Vorliegendes Gesetz regelt eine in Artikel 78 der
Verfassung erwähnte Angelegenheit. Verfassung erwähnte Angelegenheit.
Art. 2 - Artikel 113 § 1 des Einkommensteuergesetzbuches 1992, Art. 2 - Artikel 113 § 1 des Einkommensteuergesetzbuches 1992,
abgeändert durch das Gesetz vom 6. Juli 1994, wird wie folgt abgeändert durch das Gesetz vom 6. Juli 1994, wird wie folgt
abgeändert: abgeändert:
1. Nr. 1 wird durch folgende Bestimmung ersetzt: 1. Nr. 1 wird durch folgende Bestimmung ersetzt:
« 1. Die Ausgaben werden für Kinder getätigt, die jünger als zwölf « 1. Die Ausgaben werden für Kinder getätigt, die jünger als zwölf
Jahre sind. » Jahre sind. »
2. Nr. 3 wird durch folgende Bestimmung ersetzt: 2. Nr. 3 wird durch folgende Bestimmung ersetzt:
« 3. Die Ausgaben werden gezahlt: « 3. Die Ausgaben werden gezahlt:
- entweder an die von der Exekutive der Deutschsprachigen - entweder an die von der Exekutive der Deutschsprachigen
Gemeinschaft, dem « Office de la Naissance et de l'Enfance » oder « Gemeinschaft, dem « Office de la Naissance et de l'Enfance » oder «
Kind en Gezin » anerkannten, bezuschussten oder kontrollierten Kind en Gezin » anerkannten, bezuschussten oder kontrollierten
Einrichtungen Einrichtungen
- oder an selbständige Aufnahmefamilien oder an Kindertagesstätten, - oder an selbständige Aufnahmefamilien oder an Kindertagesstätten,
die von vorerwähnten Stellen beaufsichtigt werden die von vorerwähnten Stellen beaufsichtigt werden
- oder an Kindergärten oder Primarschulen. » - oder an Kindergärten oder Primarschulen. »
Art. 3 - Artikel 2 ist ab dem Steuerjahr 2006 anwendbar. Art. 3 - Artikel 2 ist ab dem Steuerjahr 2006 anwendbar.
Wir fertigen das vorliegende Gesetz aus und ordnen an, dass es mit dem Wir fertigen das vorliegende Gesetz aus und ordnen an, dass es mit dem
Staatssiegel versehen und durch das Belgische Staatsblatt Staatssiegel versehen und durch das Belgische Staatsblatt
veröffentlicht wird. veröffentlicht wird.
Gegeben zu Brüssel, den 6. Juli 2004 Gegeben zu Brüssel, den 6. Juli 2004
ALBERT ALBERT
Von Königs wegen: Von Königs wegen:
Der Minister der Finanzen Der Minister der Finanzen
D. REYNDERS D. REYNDERS
Mit dem Staatssiegel versehen: Mit dem Staatssiegel versehen:
Die Ministerin der Justiz Die Ministerin der Justiz
Frau L. ONKELINX Frau L. ONKELINX
Gezien om te worden gevoegd bij Ons besluit van 12 januari 2006. Vu pour être annexé à Notre arrêté du 12 janvier 2006.
ALBERT ALBERT
Van Koningswege : Par le Roi :
De Minister van Binnenlandse Zaken, Le Ministre de l'Intérieur,
P. DEWAEL P. DEWAEL
Bijlage 2 Annexe 2
FÖDERALER ÖFFENTLICHER DIENST FINANZEN FÖDERALER ÖFFENTLICHER DIENST FINANZEN
6. JULI 2004 - Gesetz zur Abänderung der Artikel 132 und 143 des 6. JULI 2004 - Gesetz zur Abänderung der Artikel 132 und 143 des
Einkommensteuergesetzbuches 1992 Einkommensteuergesetzbuches 1992
in Bezug auf bestimmte Personen zu Lasten über fünfundsechzig Jahre in Bezug auf bestimmte Personen zu Lasten über fünfundsechzig Jahre
ALBERT II., König der Belgier, ALBERT II., König der Belgier,
Allen Gegenwärtigen und Zukünftigen, Unser Gruss! Allen Gegenwärtigen und Zukünftigen, Unser Gruss!
Die Kammern haben das Folgende angenommen und Wir sanktionieren es: Die Kammern haben das Folgende angenommen und Wir sanktionieren es:
Artikel 1 - Vorliegendes Gesetz regelt eine in Artikel 78 der Artikel 1 - Vorliegendes Gesetz regelt eine in Artikel 78 der
Verfassung erwähnte Angelegenheit. Verfassung erwähnte Angelegenheit.
Art. 2 - In Artikel 132 Absatz 1 des Einkommensteuergesetzbuches 1992, Art. 2 - In Artikel 132 Absatz 1 des Einkommensteuergesetzbuches 1992,
abgeändert durch die Gesetze vom 6. Juli 1994 und 24. Dezember 1999, abgeändert durch die Gesetze vom 6. Juli 1994 und 24. Dezember 1999,
die Königlichen Erlasse vom 20. Juli 2000 und 13. Juli 2001 und das die Königlichen Erlasse vom 20. Juli 2000 und 13. Juli 2001 und das
Gesetz vom 10. August 2001, dessen Nr. 7 Nr. 8 wird, wird eine Nr. 7 Gesetz vom 10. August 2001, dessen Nr. 7 Nr. 8 wird, wird eine Nr. 7
mit folgendem Wortlaut eingefügt: mit folgendem Wortlaut eingefügt:
« 7. für jede Person zu Lasten, die in Artikel 136 Nr. 2 und 3 erwähnt « 7. für jede Person zu Lasten, die in Artikel 136 Nr. 2 und 3 erwähnt
ist und die das Alter von fünfundsechzig Jahren erreicht hat: 1.740 ist und die das Alter von fünfundsechzig Jahren erreicht hat: 1.740
EUR, ». EUR, ».
Art. 3 - Artikel 143 Nr. 3 desselben Gesetzbuches, aufgehoben durch Art. 3 - Artikel 143 Nr. 3 desselben Gesetzbuches, aufgehoben durch
das Gesetz vom 22. Dezember 1998, wird mit folgendem Wortlaut wieder das Gesetz vom 22. Dezember 1998, wird mit folgendem Wortlaut wieder
aufgenommen: aufgenommen:
« 3. in Artikel 34 erwähnte Pensionen, Renten und als solche geltende « 3. in Artikel 34 erwähnte Pensionen, Renten und als solche geltende
Zulagen, die von Personen erwähnt in Artikel 132 Absatz 1 Nr. 7 Zulagen, die von Personen erwähnt in Artikel 132 Absatz 1 Nr. 7
bezogen werden, bis zu 14.500 EUR pro Jahr, ». bezogen werden, bis zu 14.500 EUR pro Jahr, ».
Art. 4 - Die Artikel 2 und 3 sind ab dem Steuerjahr 2006 anwendbar. Art. 4 - Die Artikel 2 und 3 sind ab dem Steuerjahr 2006 anwendbar.
Wir fertigen das vorliegende Gesetz aus und ordnen an, dass es mit dem Wir fertigen das vorliegende Gesetz aus und ordnen an, dass es mit dem
Staatssiegel versehen und durch das Belgische Staatsblatt Staatssiegel versehen und durch das Belgische Staatsblatt
veröffentlicht wird. veröffentlicht wird.
Gegeben zu Brüssel, den 6. Juli 2004 Gegeben zu Brüssel, den 6. Juli 2004
ALBERT ALBERT
Von Königs wegen: Von Königs wegen:
Der Minister der Finanzen Der Minister der Finanzen
D. REYNDERS D. REYNDERS
Mit dem Staatssiegel versehen: Mit dem Staatssiegel versehen:
Die Ministerin der Justiz Die Ministerin der Justiz
Frau L. ONKELINX Frau L. ONKELINX
Gezien om te worden gevoegd bij Ons besluit van 12 januari 2006. Vu pour être annexé à Notre arrêté du 12 janvier 2006.
ALBERT ALBERT
Van Koningswege : Par le Roi :
De Minister van Binnenlandse Zaken, Le Ministre de l'Intérieur,
P. DEWAEL P. DEWAEL
Bijlage 3 Annexe 3
FÖDERALER ÖFFENTLICHER DIENST FINANZEN FÖDERALER ÖFFENTLICHER DIENST FINANZEN
6. JULI 2004 - Gesetz zur Abänderung von Artikel 138 des 6. JULI 2004 - Gesetz zur Abänderung von Artikel 138 des
Einkommensteuergesetzbuches 1992 Einkommensteuergesetzbuches 1992
zur Berücksichtigung tot geborener Kinder bei der Bestimmung der zur Berücksichtigung tot geborener Kinder bei der Bestimmung der
Personen zu Lasten Personen zu Lasten
ALBERT II., König der Belgier, ALBERT II., König der Belgier,
Allen Gegenwärtigen und Zukünftigen, Unser Gruss! Allen Gegenwärtigen und Zukünftigen, Unser Gruss!
Die Kammern haben das Folgende angenommen und Wir sanktionieren es: Die Kammern haben das Folgende angenommen und Wir sanktionieren es:
Artikel 1 - Vorliegendes Gesetz regelt eine in Artikel 78 der Artikel 1 - Vorliegendes Gesetz regelt eine in Artikel 78 der
Verfassung erwähnte Angelegenheit. Verfassung erwähnte Angelegenheit.
Art. 2 - Artikel 138 des Einkommensteuergesetzbuches 1992 wird durch Art. 2 - Artikel 138 des Einkommensteuergesetzbuches 1992 wird durch
folgenden Absatz ergänzt: folgenden Absatz ergänzt:
« Ein tot geborenes Kind oder ein durch eine Fehlgeburt nach « Ein tot geborenes Kind oder ein durch eine Fehlgeburt nach
mindestens 180 Tagen Schwangerschaft verlorenes Kind gilt ebenfalls mindestens 180 Tagen Schwangerschaft verlorenes Kind gilt ebenfalls
als Mitglied des Haushalts des Steuerpflichtigen am 1. Januar des als Mitglied des Haushalts des Steuerpflichtigen am 1. Januar des
Steuerjahres unter der Bedingung, dass das Ereignis im Steuerjahres unter der Bedingung, dass das Ereignis im
Besteuerungszeitraum eingetreten ist. » Besteuerungszeitraum eingetreten ist. »
Art. 3 - Artikel 2 ist ab dem Steuerjahr 2006 anwendbar. Art. 3 - Artikel 2 ist ab dem Steuerjahr 2006 anwendbar.
Wir fertigen das vorliegende Gesetz aus und ordnen an, dass es mit dem Wir fertigen das vorliegende Gesetz aus und ordnen an, dass es mit dem
Staatssiegel versehen und durch das Belgische Staatsblatt Staatssiegel versehen und durch das Belgische Staatsblatt
veröffentlicht wird. veröffentlicht wird.
Gegeben zu Brüssel, den 6. Juli 2004 Gegeben zu Brüssel, den 6. Juli 2004
ALBERT ALBERT
Von Königs wegen: Von Königs wegen:
Der Minister der Finanzen Der Minister der Finanzen
D. REYNDERS D. REYNDERS
Mit dem Staatssiegel versehen: Mit dem Staatssiegel versehen:
Die Ministerin der Justiz Die Ministerin der Justiz
Frau L. ONKELINX Frau L. ONKELINX
Gezien om te worden gevoegd bij Ons besluit van 12 januari 2006. Vu pour être annexé à Notre arrêté du 12 janvier 2006.
ALBERT ALBERT
Van Koningswege : Par le Roi :
De Minister van Binnenlandse Zaken, Le Ministre de l'Intérieur,
P. DEWAEL P. DEWAEL
Bijlage 4 Annexe 4
FÖDERALER ÖFFENTLICHER DIENST KANZLEI DES PREMIERMINISTERS FÖDERALER ÖFFENTLICHER DIENST KANZLEI DES PREMIERMINISTERS
9. JULI 2004 - Programmgesetz 9. JULI 2004 - Programmgesetz
ALBERT II., König der Belgier, ALBERT II., König der Belgier,
Allen Gegenwärtigen und Zukünftigen, Unser Gruss! Allen Gegenwärtigen und Zukünftigen, Unser Gruss!
Die Kammern haben das Folgende angenommen und Wir sanktionieren es: Die Kammern haben das Folgende angenommen und Wir sanktionieren es:
(...) (...)
TITEL II - Finanzen TITEL II - Finanzen
(...) (...)
KAPITEL VII - Mobiliensteuervorabzug: mit einem « STRIP-EV KAPITEL VII - Mobiliensteuervorabzug: mit einem « STRIP-EV
»-Kuponbogen ausgegebene Aktien oder Anteile »-Kuponbogen ausgegebene Aktien oder Anteile
Art. 35 - In Artikel 171 Nr. 2bis Buchstabe b) des Art. 35 - In Artikel 171 Nr. 2bis Buchstabe b) des
Einkommensteuergesetzbuches 1992, eingefügt durch das Gesetz vom 24. Einkommensteuergesetzbuches 1992, eingefügt durch das Gesetz vom 24.
Dezember 1993 und abgeändert durch die Gesetze vom 30. März 1994 und Dezember 1993 und abgeändert durch die Gesetze vom 30. März 1994 und
20. Dezember 1995, werden die Wörter « in Artikel 269 Absatz 2 Nr. 2 20. Dezember 1995, werden die Wörter « in Artikel 269 Absatz 2 Nr. 2
und Absatz 3 » durch die Wörter « in Artikel 269 Absatz 2 Nr. 2, und Absatz 3 » durch die Wörter « in Artikel 269 Absatz 2 Nr. 2,
Absatz 3 und Absatz 11 » ersetzt. Absatz 3 und Absatz 11 » ersetzt.
Art. 36 - Artikel 269 desselben Gesetzbuches, ersetzt durch das Gesetz Art. 36 - Artikel 269 desselben Gesetzbuches, ersetzt durch das Gesetz
vom 30. März 1994 und abgeändert durch die Gesetze vom 20. Dezember vom 30. März 1994 und abgeändert durch die Gesetze vom 20. Dezember
1995, 21. Februar 1998 [sic, zu lesen ist: 10. Februar 1998], 10. März 1995, 21. Februar 1998 [sic, zu lesen ist: 10. Februar 1998], 10. März
1999, 22. Mai 2001, 19. Juli 2001 und 24. Dezember 2002, wird durch 1999, 22. Mai 2001, 19. Juli 2001 und 24. Dezember 2002, wird durch
folgenden Absatz ergänzt: folgenden Absatz ergänzt:
« Im Falle einer Ausgabe von Aktien oder Anteilen, die aus einem « Im Falle einer Ausgabe von Aktien oder Anteilen, die aus einem
Mantel mit einem Kuponbogen, dessen Kupons den Dividendenanspruch Mantel mit einem Kuponbogen, dessen Kupons den Dividendenanspruch
verbriefen, und einem « STRIP-EV »-Kuponbogen bestehen, ist in verbriefen, und einem « STRIP-EV »-Kuponbogen bestehen, ist in
Abweichung von den Absätzen 2 und 3 Buchstabe a) der Satz von 15 Abweichung von den Absätzen 2 und 3 Buchstabe a) der Satz von 15
Prozent anwendbar, sofern die Dividenden gezahlt werden: Prozent anwendbar, sofern die Dividenden gezahlt werden:
1. bei gleichzeitiger Übergabe eines Kupons, der den 1. bei gleichzeitiger Übergabe eines Kupons, der den
Dividendenanspruch verbrieft, und eines « STRIP-EV »-Kupons, der Dividendenanspruch verbrieft, und eines « STRIP-EV »-Kupons, der
dieselbe laufende Nummer trägt, und dieselbe laufende Nummer trägt, und
2. innerhalb einer Frist von drei Jahren, die am 1. Januar des Jahres, 2. innerhalb einer Frist von drei Jahren, die am 1. Januar des Jahres,
in dem die Dividende zuerkannt wird, beginnt. » in dem die Dividende zuerkannt wird, beginnt. »
Art. 37 - Artikel 412 desselben Gesetzbuches, abgeändert durch die Art. 37 - Artikel 412 desselben Gesetzbuches, abgeändert durch die
Gesetze vom 28. Juli 1992 und 15. März 1999, die Königlichen Erlasse Gesetze vom 28. Juli 1992 und 15. März 1999, die Königlichen Erlasse
vom 20. Juli 2000 und 13. Juli 2001 und das Gesetz vom 22. Dezember vom 20. Juli 2000 und 13. Juli 2001 und das Gesetz vom 22. Dezember
2003, wird durch folgenden Absatz ergänzt: 2003, wird durch folgenden Absatz ergänzt:
« Wenn die Bedingungen zur Bewilligung des in Artikel 269 Absatz 11 « Wenn die Bedingungen zur Bewilligung des in Artikel 269 Absatz 11
erwähnten herabgesetzten Satzes für Dividenden von Aktien oder erwähnten herabgesetzten Satzes für Dividenden von Aktien oder
Anleihen, die aus einem Mantel mit einem Kuponbogen, dessen Kupons den Anleihen, die aus einem Mantel mit einem Kuponbogen, dessen Kupons den
Dividendenanspruch verbriefen, und einem « STRIP-EV »-Kuponbogen Dividendenanspruch verbriefen, und einem « STRIP-EV »-Kuponbogen
bestehen, nicht erfüllt wurden, ist in Abweichung von Absatz 1 der bestehen, nicht erfüllt wurden, ist in Abweichung von Absatz 1 der
Mobiliensteuervorabzug zahlbar: Mobiliensteuervorabzug zahlbar:
1. in Höhe von 15 Prozent des steuerpflichtigen Betrags der Dividende: 1. in Höhe von 15 Prozent des steuerpflichtigen Betrags der Dividende:
innerhalb fünfzehn Tagen nach Zuerkennung oder Ausschüttung der innerhalb fünfzehn Tagen nach Zuerkennung oder Ausschüttung der
Dividende, Dividende,
2. in Höhe von 10 Prozent des steuerpflichtigen Betrags der Dividende: 2. in Höhe von 10 Prozent des steuerpflichtigen Betrags der Dividende:
innerhalb fünfzehn Tagen nach Ablauf des in Artikel 269 Absatz 11 Nr. innerhalb fünfzehn Tagen nach Ablauf des in Artikel 269 Absatz 11 Nr.
2 erwähnten Zeitraums von drei Jahren. » 2 erwähnten Zeitraums von drei Jahren. »
Art. 38 - Die Artikel 35 bis 37 sind auf die ab dem 1. Januar 2004 Art. 38 - Die Artikel 35 bis 37 sind auf die ab dem 1. Januar 2004
zuerkannten oder ausgeschütteten Dividenden anwendbar. zuerkannten oder ausgeschütteten Dividenden anwendbar.
(...) (...)
KAPITEL IX - Abänderung von Artikel 14525 des KAPITEL IX - Abänderung von Artikel 14525 des
Einkommensteuergesetzbuches 1992 Einkommensteuergesetzbuches 1992
zur Förderung der Renovierung von Wohnungen, die in einer zur Förderung der Renovierung von Wohnungen, die in einer
grossstädtischen Förderzone liegen grossstädtischen Förderzone liegen
Art. 42 - Artikel 14525 des Einkommensteuergesetzbuches 1992, Art. 42 - Artikel 14525 des Einkommensteuergesetzbuches 1992,
eingefügt durch das Programmgesetz vom 8. April 2003, wird wie folgt eingefügt durch das Programmgesetz vom 8. April 2003, wird wie folgt
abgeändert: abgeändert:
1. In Absatz 2 werden die Wörter « auf der Grundlage einer 1. In Absatz 2 werden die Wörter « auf der Grundlage einer
wissenschaftlichen Studie » und im letzten Satz die Wörter « nach wissenschaftlichen Studie » und im letzten Satz die Wörter « nach
einer neuen wissenschaftlichen Studie » gestrichen. einer neuen wissenschaftlichen Studie » gestrichen.
2. In Absatz 6 werden die Wörter « 500 EUR » durch die Wörter « 1.000 2. In Absatz 6 werden die Wörter « 500 EUR » durch die Wörter « 1.000
EUR » ersetzt. EUR » ersetzt.
Art. 43 - Artikel 42 Nr. 2 tritt an einem vom König durch einen im Art. 43 - Artikel 42 Nr. 2 tritt an einem vom König durch einen im
Ministerrat beratenen Erlass festgelegten Datum in Kraft. Ministerrat beratenen Erlass festgelegten Datum in Kraft.
KAPITEL X - Einführung einer Steuerermässigung für Ausgaben für den KAPITEL X - Einführung einer Steuerermässigung für Ausgaben für den
Erwerb eines Fahrzeugs Erwerb eines Fahrzeugs
mit einer maximalen Emission von 115 Gramm CO2 pro Kilometer mit einer maximalen Emission von 115 Gramm CO2 pro Kilometer
Art. 44 - In Titel II Kapitel III Abschnitt I des Art. 44 - In Titel II Kapitel III Abschnitt I des
Einkommensteuergesetzbuches 1992 wird ein Unterabschnitt IInonies mit Einkommensteuergesetzbuches 1992 wird ein Unterabschnitt IInonies mit
folgendem Wortlaut eingefügt: folgendem Wortlaut eingefügt:
« Unterabschnitt IInonies - Ermässigung für Ausgaben für den Erwerb « Unterabschnitt IInonies - Ermässigung für Ausgaben für den Erwerb
eines Fahrzeugs mit einer maximalen Emission von 115 Gramm CO2 pro eines Fahrzeugs mit einer maximalen Emission von 115 Gramm CO2 pro
Kilometer Kilometer
Art. 14528 - Für Ausgaben, die tatsächlich während des Art. 14528 - Für Ausgaben, die tatsächlich während des
Besteuerungszeitraums gezahlt werden für den Erwerb in Neuzustand Besteuerungszeitraums gezahlt werden für den Erwerb in Neuzustand
eines Personenkraftwagens, eines Kombiwagens oder eines Kleinbusses eines Personenkraftwagens, eines Kombiwagens oder eines Kleinbusses
mit einer maximalen Emission von 115 Gramm CO2 pro Kilometer, für mit einer maximalen Emission von 115 Gramm CO2 pro Kilometer, für
dessen Führen der Besitz eines belgischen Führerscheins gültig für dessen Führen der Besitz eines belgischen Führerscheins gültig für
Fahrzeuge der Klasse B oder eines gleichwertigen europäischen oder Fahrzeuge der Klasse B oder eines gleichwertigen europäischen oder
ausländischen Führerscheins erforderlich ist, wird eine ausländischen Führerscheins erforderlich ist, wird eine
Steuerermässigung gewährt. Steuerermässigung gewährt.
Die Steuerermässigung beläuft sich auf 15 Prozent des Die Steuerermässigung beläuft sich auf 15 Prozent des
Anschaffungswertes mit einem Höchstbetrag von 3.280 EUR, wenn die CO2-Emission Anschaffungswertes mit einem Höchstbetrag von 3.280 EUR, wenn die CO2-Emission
weniger als 105 Gramm pro Kilometer beträgt. weniger als 105 Gramm pro Kilometer beträgt.
Die Steuerermässigung beläuft sich auf 3 Prozent des Die Steuerermässigung beläuft sich auf 3 Prozent des
Anschaffungswertes mit einem Höchstbetrag von 615 EUR, wenn die CO2-Emission Anschaffungswertes mit einem Höchstbetrag von 615 EUR, wenn die CO2-Emission
105 bis höchstens 115 Gramm pro Kilometer beträgt. 105 bis höchstens 115 Gramm pro Kilometer beträgt.
Die in den Absätzen 2 und 3 erwähnten Höchstbeträge der Die in den Absätzen 2 und 3 erwähnten Höchstbeträge der
Steuerermässigung können durch einen im Ministerrat beratenen Erlass Steuerermässigung können durch einen im Ministerrat beratenen Erlass
vom König revidiert werden. vom König revidiert werden.
Der König bestimmt durch einen im Ministerrat beratenen Erlass die Der König bestimmt durch einen im Ministerrat beratenen Erlass die
Modalitäten der Anwendung der Ermässigung und die Art, wie der Modalitäten der Anwendung der Ermässigung und die Art, wie der
Nachweis erbracht werden muss, dass das Fahrzeug die vorgeschriebenen Nachweis erbracht werden muss, dass das Fahrzeug die vorgeschriebenen
Normen erfüllt. » Normen erfüllt. »
Art. 45 - In Artikel 243 letzter Absatz desselben Gesetzbuches, Art. 45 - In Artikel 243 letzter Absatz desselben Gesetzbuches,
ersetzt durch das Gesetz vom 6. Juli 1994 und abgeändert durch die ersetzt durch das Gesetz vom 6. Juli 1994 und abgeändert durch die
Gesetze vom 21. Dezember 1994 und 22. Dezember 2003, werden die Wörter Gesetze vom 21. Dezember 1994 und 22. Dezember 2003, werden die Wörter
« 14517 bis 14527 » durch die Wörter « 14517 bis 14528 » ersetzt. « 14517 bis 14527 » durch die Wörter « 14517 bis 14528 » ersetzt.
Art. 46 - Die Artikel 44 und 45 sind anwendbar im Falle des Erwerbs Art. 46 - Die Artikel 44 und 45 sind anwendbar im Falle des Erwerbs
eines Personenkraftwagens, eines Kombiwagens oder eines Kleinbusses ab eines Personenkraftwagens, eines Kombiwagens oder eines Kleinbusses ab
dem 1. Januar 2005. dem 1. Januar 2005.
KAPITEL XI - Abänderung von Artikel 35 des Einkommensteuergesetzbuches KAPITEL XI - Abänderung von Artikel 35 des Einkommensteuergesetzbuches
1992 1992
Art. 47 - Artikel 35 des Einkommensteuergesetzbuches 1992 wird durch Art. 47 - Artikel 35 des Einkommensteuergesetzbuches 1992 wird durch
folgende Bestimmung ersetzt: folgende Bestimmung ersetzt:
« Art. 35 - Pensionen, Renten und als solche geltende Zulagen, die « Art. 35 - Pensionen, Renten und als solche geltende Zulagen, die
beiden Ehepartnern zusammen gezahlt oder zuerkannt werden, gelten im beiden Ehepartnern zusammen gezahlt oder zuerkannt werden, gelten im
Verhältnis zu den individuellen Ansprüchen, über die jeder von ihnen Verhältnis zu den individuellen Ansprüchen, über die jeder von ihnen
in Bezug auf diese Pensionen verfügt, als Einkünfte jedes Ehepartners. in Bezug auf diese Pensionen verfügt, als Einkünfte jedes Ehepartners.
Das in Absatz 1 erwähnte Verhältnis wird von der Einrichtung Das in Absatz 1 erwähnte Verhältnis wird von der Einrichtung
festgelegt, die die Zuerkennung der Pensionsansprüche gewährleistet. » festgelegt, die die Zuerkennung der Pensionsansprüche gewährleistet. »
Art. 48 - Artikel 47 ist auf Pensionen anwendbar, die ab dem 1. Januar Art. 48 - Artikel 47 ist auf Pensionen anwendbar, die ab dem 1. Januar
2004 gezahlt oder zuerkannt werden. 2004 gezahlt oder zuerkannt werden.
(...) (...)
Wir fertigen das vorliegende Gesetz aus und ordnen an, dass es mit dem Wir fertigen das vorliegende Gesetz aus und ordnen an, dass es mit dem
Staatssiegel versehen und durch das Belgische Staatsblatt Staatssiegel versehen und durch das Belgische Staatsblatt
veröffentlicht wird. veröffentlicht wird.
Gegeben zu Brüssel, den 9. Juli 2004 Gegeben zu Brüssel, den 9. Juli 2004
ALBERT ALBERT
Von Königs wegen: Von Königs wegen:
Der Premierminister Der Premierminister
G. VERHOFSTADT G. VERHOFSTADT
Die Ministerin der Justiz Die Ministerin der Justiz
Frau L. ONKELINX Frau L. ONKELINX
Der Minister des Haushalts und der Öffentlichen Unternehmen Der Minister des Haushalts und der Öffentlichen Unternehmen
J. VANDE LANOTTE J. VANDE LANOTTE
Der Minister des Innern Der Minister des Innern
P. DEWAEL P. DEWAEL
Der Minister der Beschäftigung und der Pensionen Der Minister der Beschäftigung und der Pensionen
F. VANDENBROUCKE F. VANDENBROUCKE
Der Minister der Finanzen Der Minister der Finanzen
D. REYNDERS D. REYNDERS
Der Minister der Sozialen Angelegenheiten und der Volksgesundheit Der Minister der Sozialen Angelegenheiten und der Volksgesundheit
R. DEMOTTE R. DEMOTTE
Die Ministerin der Wirtschaft, der Energie und der Die Ministerin der Wirtschaft, der Energie und der
Wissenschaftspolitik Wissenschaftspolitik
Frau F. MOERMAN Frau F. MOERMAN
Die Ministerin des Öffentlichen Dienstes, der Sozialen Eingliederung Die Ministerin des Öffentlichen Dienstes, der Sozialen Eingliederung
und der Chancengleichheit und der Chancengleichheit
Frau M. ARENA Frau M. ARENA
Die Ministerin des Mittelstands und der Landwirtschaft Die Ministerin des Mittelstands und der Landwirtschaft
Frau S. LARUELLE Frau S. LARUELLE
Die Staatssekretärin für die Familie und für Personen mit Behinderung Die Staatssekretärin für die Familie und für Personen mit Behinderung
Frau I. SIMONIS Frau I. SIMONIS
Mit dem Staatssiegel versehen : Mit dem Staatssiegel versehen :
Die Ministerin der Justiz Die Ministerin der Justiz
Frau L. ONKELINX Frau L. ONKELINX
Gezien om te worden gevoegd bij Ons besluit van 12 januari 2006. Vu pour être annexé à Notre arrêté du 12 janvier 2006.
ALBERT ALBERT
Van Koningswege : Par le Roi :
De Minister van Binnenlandse Zaken, Le Ministre de l'Intérieur,
P. DEWAEL P. DEWAEL
Bijlage 5 Annexe 5
FÖDERALER ÖFFENTLICHER DIENST FINANZEN FÖDERALER ÖFFENTLICHER DIENST FINANZEN
31. JULI 2004 - Gesetz zur Abänderung von Artikel 14524 des 31. JULI 2004 - Gesetz zur Abänderung von Artikel 14524 des
Einkommensteuergesetzbuches 1992 Einkommensteuergesetzbuches 1992
zur verstärkten Förderung der rationelleren Energienutzung in zur verstärkten Förderung der rationelleren Energienutzung in
Wohnungen Wohnungen
ALBERT II., König der Belgier, ALBERT II., König der Belgier,
Allen Gegenwärtigen und Zukünftigen, Unser Gruss! Allen Gegenwärtigen und Zukünftigen, Unser Gruss!
Die Kammern haben das Folgende angenommen und Wir sanktionieren es: Die Kammern haben das Folgende angenommen und Wir sanktionieren es:
Artikel 1 - Vorliegendes Gesetz regelt eine in Artikel 78 der Artikel 1 - Vorliegendes Gesetz regelt eine in Artikel 78 der
Verfassung erwähnte Angelegenheit. Verfassung erwähnte Angelegenheit.
Art. 2 - Artikel 14524 des Einkommensteuergesetzbuches 1992, eingefügt Art. 2 - Artikel 14524 des Einkommensteuergesetzbuches 1992, eingefügt
durch das Gesetz vom 10. August 2001 und abgeändert durch das Gesetz durch das Gesetz vom 10. August 2001 und abgeändert durch das Gesetz
vom 5. August 2003, wird wie folgt abgeändert: vom 5. August 2003, wird wie folgt abgeändert:
1. In Absatz 1 werden die Wörter « deren Eigentümer, Besitzer, 1. In Absatz 1 werden die Wörter « deren Eigentümer, Besitzer,
Erbpächter, Erbbauberechtigter oder Niessbraucher der Steuerpflichtige Erbpächter, Erbbauberechtigter oder Niessbraucher der Steuerpflichtige
ist » durch die Wörter « deren Eigentümer, Besitzer, Erbpächter, ist » durch die Wörter « deren Eigentümer, Besitzer, Erbpächter,
Erbbauberechtigter, Niessbraucher oder Mieter der Steuerpflichtige ist Erbbauberechtigter, Niessbraucher oder Mieter der Steuerpflichtige ist
» ersetzt. » ersetzt.
2. Die Absätze 3 bis 6 werden wie folgt ersetzt: 2. Die Absätze 3 bis 6 werden wie folgt ersetzt:
« Die Steuerermässigung entspricht 40 Prozent der tatsächlich « Die Steuerermässigung entspricht 40 Prozent der tatsächlich
getätigten in Absatz 1 erwähnten Ausgaben. getätigten in Absatz 1 erwähnten Ausgaben.
Der Gesamtbetrag der verschiedenen Steuerermässigungen darf pro Der Gesamtbetrag der verschiedenen Steuerermässigungen darf pro
Besteuerungszeitraum und pro Wohnung nicht mehr betragen als: Besteuerungszeitraum und pro Wohnung nicht mehr betragen als:
- 500 EUR, wenn diese Wohnung gebaut oder in Neuzustand erworben wird, - 500 EUR, wenn diese Wohnung gebaut oder in Neuzustand erworben wird,
- 600 EUR, wenn diese Wohnung ganz oder teilweise renoviert wird. - 600 EUR, wenn diese Wohnung ganz oder teilweise renoviert wird.
Die in vorhergehendem Absatz erwähnten Beträge können vom König durch Die in vorhergehendem Absatz erwähnten Beträge können vom König durch
einen im Ministerrat beratenen Erlass bis auf 1.000 EUR erhöht werden. einen im Ministerrat beratenen Erlass bis auf 1.000 EUR erhöht werden.
Wird eine gemeinsame Veranlagung festgelegt, wird die Wird eine gemeinsame Veranlagung festgelegt, wird die
Steuerermässigung für Ausgaben in Bezug auf die in Absatz 1 erwähnte Steuerermässigung für Ausgaben in Bezug auf die in Absatz 1 erwähnte
Wohnung proportional aufgeteilt entsprechend: Wohnung proportional aufgeteilt entsprechend:
- dem Anteil jedes Ehepartners am Katastereinkommen dieser Wohnung für - dem Anteil jedes Ehepartners am Katastereinkommen dieser Wohnung für
Ehepartner, die Eigentümer, Besitzer, Erbpächter, Erbbauberechtigte Ehepartner, die Eigentümer, Besitzer, Erbpächter, Erbbauberechtigte
oder Niessbraucher sind, oder Niessbraucher sind,
- dem steuerpflichtigen Einkommen jedes Ehepartners in der Gesamtheit - dem steuerpflichtigen Einkommen jedes Ehepartners in der Gesamtheit
der steuerpflichtigen Einkünfte der beiden Ehepartner für Ehepartner, der steuerpflichtigen Einkünfte der beiden Ehepartner für Ehepartner,
die Mieter sind. » die Mieter sind. »
Art. 3 - Artikel 2 ist ab dem Steuerjahr 2006 anwendbar. Art. 3 - Artikel 2 ist ab dem Steuerjahr 2006 anwendbar.
Wir fertigen das vorliegende Gesetz aus und ordnen an, dass es mit dem Wir fertigen das vorliegende Gesetz aus und ordnen an, dass es mit dem
Staatssiegel versehen und durch das Belgische Staatsblatt Staatssiegel versehen und durch das Belgische Staatsblatt
veröffentlicht wird. veröffentlicht wird.
Gegeben zu Brüssel, den 31. Juli 2004 Gegeben zu Brüssel, den 31. Juli 2004
ALBERT ALBERT
Von Königs wegen: Von Königs wegen:
Der Vizepremierminister und Minister der Finanzen Der Vizepremierminister und Minister der Finanzen
D. REYNDERS D. REYNDERS
Mit dem Staatssiegel versehen: Mit dem Staatssiegel versehen:
Die Ministerin der Justiz Die Ministerin der Justiz
Frau L. ONKELINX Frau L. ONKELINX
Gezien om te worden gevoegd bij Ons besluit van 12 januari 2006. Vu pour être annexé à Notre arrêté du 12 janvier 2006.
ALBERT ALBERT
Van Koningswege : Par le Roi :
De Minister van Binnenlandse Zaken, Le Ministre de l'Intérieur,
P. DEWAEL P. DEWAEL
Bijlage 6 Annexe 6
FÖDERALER ÖFFENTLICHER DIENST FINANZEN FÖDERALER ÖFFENTLICHER DIENST FINANZEN
16. NOVEMBER 2004 - Gesetz zur Abänderung verschiedener Bestimmungen 16. NOVEMBER 2004 - Gesetz zur Abänderung verschiedener Bestimmungen
des Einkommensteuergesetz buches 1992 zur Ermöglichung der des Einkommensteuergesetz buches 1992 zur Ermöglichung der
Abzugsfähigkeit unentgeltlicher Geldzuwendungen an zugelassene Abzugsfähigkeit unentgeltlicher Geldzuwendungen an zugelassene
Einrichtungen für nachhaltige Entwicklung Einrichtungen für nachhaltige Entwicklung
ALBERT II., König der Belgier, ALBERT II., König der Belgier,
Allen Gegenwärtigen und Zukünftigen, Unser Gruss! Allen Gegenwärtigen und Zukünftigen, Unser Gruss!
Die Kammern haben das Folgende angenommen und Wir sanktionieren es: Die Kammern haben das Folgende angenommen und Wir sanktionieren es:
Artikel 1 - Vorliegendes Gesetz regelt eine in Artikel 78 der Artikel 1 - Vorliegendes Gesetz regelt eine in Artikel 78 der
Verfassung erwähnte Angelegenheit. Verfassung erwähnte Angelegenheit.
Art. 2 - Artikel 104 Nr. 3 des Einkommensteuergesetzbuches 1992, Art. 2 - Artikel 104 Nr. 3 des Einkommensteuergesetzbuches 1992,
abgeändert durch die Gesetze vom 18. Juli 1993, 6. Juli 1994, 2. April abgeändert durch die Gesetze vom 18. Juli 1993, 6. Juli 1994, 2. April
1996, 12. Juni 1998, 22. Dezember 1998, 1. März 1999, 21. April 1999 1996, 12. Juni 1998, 22. Dezember 1998, 1. März 1999, 21. April 1999
und 22. Dezember 2003, wird durch einen Buchstaben l) mit folgendem und 22. Dezember 2003, wird durch einen Buchstaben l) mit folgendem
Wortlaut ergänzt: Wortlaut ergänzt:
« l) an Einrichtungen, die im Bereich der nachhaltigen Entwicklung im « l) an Einrichtungen, die im Bereich der nachhaltigen Entwicklung im
Sinne des Gesetzes vom 5. Mai 1997 über die Koordinierung der Sinne des Gesetzes vom 5. Mai 1997 über die Koordinierung der
föderalen Politik der nachhaltigen Entwicklung tätig sind und als föderalen Politik der nachhaltigen Entwicklung tätig sind und als
solche vom Minister der Finanzen und von dem für nachhaltige solche vom Minister der Finanzen und von dem für nachhaltige
Entwicklung zuständigen Minister zugelassen sind, ». Entwicklung zuständigen Minister zugelassen sind, ».
Art. 3 - In Artikel 110 desselben Gesetzbuches, ersetzt durch das Art. 3 - In Artikel 110 desselben Gesetzbuches, ersetzt durch das
Gesetz vom 22. Februar 1995 und abgeändert durch die Gesetze vom 14. Gesetz vom 22. Februar 1995 und abgeändert durch die Gesetze vom 14.
Juli 1997, 22. Dezember 1998 und 22. Dezember 2003, werden die Wörter Juli 1997, 22. Dezember 1998 und 22. Dezember 2003, werden die Wörter
« in Artikel 104 Nr. 3 Buchstabe b), d), e), g), i), j) und k), 4 und « in Artikel 104 Nr. 3 Buchstabe b), d), e), g), i), j) und k), 4 und
4bis » durch die Wörter « in Artikel 104 Nr. 3 Buchstabe b), d), e), 4bis » durch die Wörter « in Artikel 104 Nr. 3 Buchstabe b), d), e),
g), i) bis l), 4 und 4bis » ersetzt. g), i) bis l), 4 und 4bis » ersetzt.
Art. 4 - In Artikel 181 Nr. 7 desselben Gesetzbuches, ersetzt durch Art. 4 - In Artikel 181 Nr. 7 desselben Gesetzbuches, ersetzt durch
das Gesetz vom 22. Dezember 1998 und abgeändert durch das Gesetz vom das Gesetz vom 22. Dezember 1998 und abgeändert durch das Gesetz vom
22. Dezember 2003, werden die Wörter « von Artikel 104 Nr. 3 Buchstabe 22. Dezember 2003, werden die Wörter « von Artikel 104 Nr. 3 Buchstabe
b), d), e), h), i), j) und k), 4 und 4bis » durch die Wörter « von b), d), e), h), i), j) und k), 4 und 4bis » durch die Wörter « von
Artikel 104 Nr. 3 Buchstabe b), d), e), h) bis l), 4 und 4bis » Artikel 104 Nr. 3 Buchstabe b), d), e), h) bis l), 4 und 4bis »
ersetzt. ersetzt.
Art. 5 - In Artikel 241 Nr. 2 desselben Gesetzbuches, abgeändert durch Art. 5 - In Artikel 241 Nr. 2 desselben Gesetzbuches, abgeändert durch
die Gesetze vom 6. Juli 1994, 14. Juli 1997, 22. Dezember 1998 und 22. die Gesetze vom 6. Juli 1994, 14. Juli 1997, 22. Dezember 1998 und 22.
Dezember 2003, werden die Wörter « Artikel 104 Nr. 3 Buchstabe a) bis Dezember 2003, werden die Wörter « Artikel 104 Nr. 3 Buchstabe a) bis
k), 4, 4bis und 5 » durch die Wörter « Artikel 104 Nr. 3 Buchstabe a) k), 4, 4bis und 5 » durch die Wörter « Artikel 104 Nr. 3 Buchstabe a)
bis l), 4, 4bis und 5 » ersetzt. bis l), 4, 4bis und 5 » ersetzt.
Art. 6 - Vorliegendes Gesetz ist auf die ab dem 1. Januar 2005 Art. 6 - Vorliegendes Gesetz ist auf die ab dem 1. Januar 2005
gezahlten unentgeltlichen Zuwendungen anwendbar. gezahlten unentgeltlichen Zuwendungen anwendbar.
Wir fertigen das vorliegende Gesetz aus und ordnen an, dass es mit dem Wir fertigen das vorliegende Gesetz aus und ordnen an, dass es mit dem
Staatssiegel versehen und durch das Belgische Staatsblatt Staatssiegel versehen und durch das Belgische Staatsblatt
veröffentlicht wird. veröffentlicht wird.
Gegeben zu Brüssel, den 16. November 2004 Gegeben zu Brüssel, den 16. November 2004
ALBERT ALBERT
Von Königs wegen: Von Königs wegen:
Der Vizepremierminister und Minister der Finanzen Der Vizepremierminister und Minister der Finanzen
D. REYNDERS D. REYNDERS
Mit dem Staatssiegel versehen: Mit dem Staatssiegel versehen:
Die Vizepremierministerin und Ministerin der Justiz Die Vizepremierministerin und Ministerin der Justiz
Frau L. ONKELINX Frau L. ONKELINX
Gezien om te worden gevoegd bij Ons besluit van 12 januari 2006. Vu pour être annexé à Notre arrêté du 12 janvier 2006.
ALBERT ALBERT
Van Koningswege : Par le Roi :
De Minister van Binnenlandse Zaken, Le Ministre de l'Intérieur,
P. DEWAEL P. DEWAEL
^