Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 10 en 20 mei 1999, gesloten in het Paritair Comité voor het drukkerij-, grafische kunst, en dagbladbedrijf, betreffende het sectoraal brugpensioen op 56 jaar, ter uitvoering van artikel 7 van de collectieve arbeidsovereenkomst van 10 mei 1999 betreffende de vorming en de tewerkstelling voor de periode 1999-2000 | Arrêté royal rendant obligatoire la convention collective de travail des 10 et 20 mai 1999, conclue au sein de la Commission paritaire de l'imprimerie, des arts graphiques et des journaux, relative à la prépension sectorielle à 56 ans, portant exécution de l'article 7 de la convention collective de travail du 10 mai 1999 de formation et d'emploi pour la période 1999-2000 |
---|---|
MINISTERIE VAN TEWERKSTELLING EN ARBEID | MINISTERE DE L'EMPLOI ET DU TRAVAIL |
10 AUGUSTUS 2001. - Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend | 10 AOUT 2001. - Arrêté royal rendant obligatoire la convention |
wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 10 en 20 mei | collective de travail des 10 et 20 mai 1999, conclue au sein de la |
1999, gesloten in het Paritair Comité voor het drukkerij-, grafische | Commission paritaire de l'imprimerie, des arts graphiques et des |
kunst, en dagbladbedrijf, betreffende het sectoraal brugpensioen op 56 | journaux, relative à la prépension sectorielle à 56 ans, portant |
jaar, ter uitvoering van artikel 7 van de collectieve | |
arbeidsovereenkomst van 10 mei 1999 betreffende de vorming en de | exécution de l'article 7 de la convention collective de travail du 10 |
tewerkstelling voor de periode 1999-2000 (1) | mai 1999 de formation et d'emploi pour la période 1999-2000 (1) |
ALBERT II, Koning der Belgen, | ALBERT II, Roi des Belges, |
Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet. | A tous, présents et à venir, Salut. |
Gelet op de wet van 5 december 1968 betreffende de collectieve | Vu la loi du 5 décembre 1968 sur les conventions collectives de |
arbeidsovereenkomsten en de paritaire comités, inzonderheid op artikel 28; | travail et les commissions paritaires, notamment l'article 28; |
Gelet op de collectieve arbeidsovereenkomst nr 17 van 19 december | Vu la convention collective de travail n° 17 du 19 décembre 1974, |
1974, gesloten in de Nationale Arbeidsraad tot invoering van een | |
regeling van aanvullende vergoeding ten gunste van sommige bejaarde | conclue au sein du Conseil national du travail instituant un régime |
werknemers indien zij worden ontslagen, algemeen verbindend verklaard | d'indemnité complémentaire pour certains travailleurs âgés, en cas de |
bij koninklijk besluit van 16 januari 1975; | licenciement, rendue obligatoire par arrêté royal du 16 janvier 1975; |
Gelet op het koninklijk besluit van 7 december 1992 betreffende de | Vu l'arrêté royal du 7 décembre 1992 relatif à l'octroi d'allocations |
toekenning van werkloosheidsuitkeringen in geval van conventioneel | de chômage en cas de prépension conventionnelle; |
brugpensioen; | |
Gelet op de collectieve arbeidsovereenkomst nr. 60 van 20 december | Vu la convention collective de travail n° 60 du 20 décembre 1994, |
1994, gesloten in de Nationale Arbeidsraad tot bepaling van de | conclue au sein du Conseil national du travail déterminant les |
doelstellingen en de procedure voor het sluiten van collectieve | objectifs et la procédure de conclusion de conventions collectives de |
arbeidsovereenkomsten betreffende de bevordering van werkgelegenheid, | travail portant sur la promotion de l'emploi, en exécution de l'accord |
ter uitvoering van het Centraal akkoord van 7 december 1994, algemeen | interprofessionnel du 7 décembre 1994, rendue obligatoire par arrêté |
verbindend verklaard bij koninklijk besluit van 21 januari 1995; | royal du 21 janvier 1995; |
Gelet op het verzoek van het Paritair Comité voor het drukkerij-, | Vu la demande de la Commission paritaire de l'imprimerie, des arts |
grafische kunst, en dagbladbedrijf; | graphiques et des journaux; |
Op de voordracht van Onze Minister van Werkgelegenheid, | Sur la proposition de Notre Ministre de l'Emploi, |
Hebben Wij besloten en besluiten Wij : | Nous avons arrêté et arrêtons : |
Artikel 1.Algemeen verbindend wordt verklaard de als bijlage |
Article 1er.Est rendue obligatoire la convention collective de |
overgenomen collectieve arbeidsovereenkomst van 10 en 20 mei 1999, | travail des 10 et 20 mai 1999, reprise en annexe, conclue au sein de |
gesloten in het Paritair Comité voor het drukkerij-, grafische kunst, | la Commission paritaire de l'imprimerie, des arts graphiques et des |
en dagbladbedrijf, betreffende het sectoraal brugpensioen op 56 jaar, | journaux, relative à la prépension sectorielle à 56 ans, portant |
ter uitvoering van artikel 7 van de collectieve arbeidsovereenkomst | |
van 10 mei 1999 betreffende de vorming en de tewerkstelling voor de | exécution de l'article 7 de la convention collective de travail du 10 |
periode 1999-2000. | mai 1999 de formation et d'emploi pour la période 1999-2000. |
Art. 2.Onze Minister van Werkgelegenheid is belast met de uitvoering |
Art. 2.Notre Ministre de l'Emploi est chargé de l'exécution du |
van dit besluit. | présent arrêté. |
Gegeven te Nice, 10 augustus 2001. | Donné à Nice, le 10 août 2001. |
ALBERT | ALBERT |
Van Koningswege : | Par le Roi : |
De Minister van Werkgelegenheid, | La Ministre de l'Emploi, |
Mevr. L. ONKELINX | Mme L. ONKELINX |
_______ | _______ |
Nota | Note |
(1) Verwijzingen naar het Belgisch Staatsblad : | (1) Références au Moniteur belge : |
Wet van 5 december 1968, Belgisch Staatsblad van 15 januari 1969. | Loi du 5 décembre 1968, Moniteur belge du 15 janvier 1969. |
Koninklijk besluit van 16 januari 1975, Belgisch Staatsblad van 31 januari 1975. | Arrêté royal du 16 janvier 1975, Moniteur belge du 31 janvier 1975. |
Koninklijk besluit van 7 december 1992, Belgisch Staatsblad van 11 | Arrêté royal du 7 décembre 1992, Moniteur belge du 11 décembre 1992. |
december 1992. | |
Koninklijk besluit van 21 januari 1995, Belgisch Staatsblad van 15 maart 1995. | Arrêté royal du 21 janvier 1995, Moniteur belge du 15 mars 1995. |
Bijlage | Annexe |
Paritair Comité voor het drukkerij-, grafische kunst, en | Commission paritaire de l'imprimerie, des arts graphiques et des |
dagbladbedrijf | journaux |
Collectieve arbeidsovereenkomst van 10 en 20 mei 1999 | Convention collective de travail des 10 et 20 mai 1999 |
Sectoraal brugpensioen op 56 jaar, ter uitvoering van artikel 7 van de | Prépension sectorielle à 56 ans portant exécution de l'article 7 de la |
collectieve arbeidsovereenkomst van 10 mei 1999 betreffende de vorming | convention collective de travail du 10 mai 1999 de formation et |
en de tewerkstelling voor de periode 1999-2000 (Overeenkomst | d'emploi pour la période 1999-2000 (Convention enregistrée le 22 juin |
geregistreerd op 22 juni 1999 onder het nummer 51031/CO/130) | 1999 sous le numéro 51031/CO/130) |
HOOFDSTUK I. - Toepassingsgebied | CHAPITRE Ier. - Champ d'application |
Artikel 1.Deze collectieve arbeidsovereenkomst is van toepassing op |
|
de ondernemingen welke ressorteren onder het Paritair Comité voor het | Article 1er.La présente convention collective de travail s'applique |
drukkerij-, grafische kunst- en dagbladbedrijf en op de werknemers en | aux entreprises ressortissant à la Commission paritaire de |
werkneemsters, hierna "werknemers" genoemd, tewerkgesteld in deze | l'imprimerie, des arts graphiques et des journaux et aux travailleurs |
ondernemingen, met uitsluiting van de werkgevers en/of de arbeiders | et travailleuses, dénommés ci-après "travailleurs", à l'exclusion des |
die onder de toepassing vallen van de collectieve arbeidsovereenkomst | employeurs et/ou des travailleurs tombant sous l'application de la |
van 25 oktober 1995, gesloten in het voornoemd paritair comité, | convention collective de travail du 25 octobre 1995, conclue au sein |
betreffende de arbeidsvoorwaarden in de Belgische dagbladen, algemeen | de la commission paritaire précitée, fixant les conditions de travail |
verbindend verklaard bij koninklijk besluit van 25 juni 1997. | dans les quotidiens belges, rendue obligatoire par arrêté royal du 25 juin 1997. |
HOOFDSTUK II. - Sectoraal brugpensioen | CHAPITRE II. - Prépension sectorielle |
Art. 2.In uitvoering van artikel 110 van de wet van 26 maart 1999 en |
Art. 2.En exécution de l'article 110 de la loi du 26 mars 1999 et |
voor zover de onderneming zijn toetreding tot die maatregel officieel | pour autant que l'entreprise ait fait connaître officiellement son |
heeft bekend gemaakt, kunnen ontslagen werknemers die in de loop van | adhésion à la présente convention, les travailleurs licenciés qui, au |
de periode van 1 april 1999 tot 31 december 2000 de leeftijd van 56 | cours de la période allant du 1er avril 1999 au 31 décembre 2000, |
jaar bereiken, in aanmerking komen voor het conventioneel brugpensioen | atteignent l'âge de 56 ans, pourront bénéficier de la prépension |
indien zij op het einde van hun arbeidsovereenkomst kunnen aantonen | conventionnelle s'ils justifient à la fin de leur contrat de travail |
dat ze minstens 33 jaar als loontrekkende hebben gewerkt en indien ze | d'un passé professionnel de 33 ans au moins en tant que salarié et |
kunnen aantonen dat ze minstens 20 jaar in een arbeidsstelsel met | qu'ils peuvent prouver avoir travaillé au moins 20 ans dans un régime |
nachtploegen hebben gewerkt, zoals bepaald in de collectieve | de travail d'équipe de nuit tel que défini dans la convention |
arbeidsovereenkomst nr. 46, gesloten in de Nationale Arbeidsraad. | collective de travail n° 46 conclue au sein du Conseil national du |
Art. 3.Overeenkomstig de bepalingen van artikel 7 van de collectieve |
travail. Art. 3.Conformément à l'article 7 de la convention collective de |
arbeidsovereenkomst van 10 mei 1999 betreffende de vorming en de | travail du 10 mai 1999 de formation et d'emploi pour la période |
tewerkstelling voor de periode 1999-2000, is de toekenning van het | 1999-2000, l'octroi de la prépension prévu à l'article précédent est |
brugpensioen voorzien in het vorige artikel, afhankelijk van het | conditionné à l'adhésion officielle à la présente convention par |
l'entreprise concernée. | |
Pour ce faire, les entreprises intéressées doivent en informer par | |
officieel toetreden van de betrokken onderneming tot de huidige overeenkomst. | écrit le président de la Commission paritaire de l'imprimerie, des |
Bedrijven die wensen toe te treden moeten ten laatste op 31 december | arts graphiques et des journaux au plus tard le 31 décembre 1999. |
1999 de voorzitter van het Paritair Comité voor het drukkerij-, | |
grafische kunst- en dagbladbedrijf hierover schriftelijk inlichten. | |
Art. 4.De maandelijkse aanvullende vergoeding, betaald door de |
Art. 4.L'indemnité complémentaire mensuelle à charge de l'entreprise |
onderneming aan de bruggepensioneerde, is gelijk aan de vergoeding | et versée aux prépensionnés est égale à celle prévue dans la |
voorzien in de collectieve arbeidsovereenkomst nr. 17 van 19 december | convention collective de travail n° 17 du 19 décembre 1974, conclue au |
1974, gesloten in de Nationale Arbeidsraad en algemeen verbindend | sein du Conseil national du travail et rendue obligatoire par arrêté |
verklaard bij koninklijk besluit van 16 januari 1975. | royal du 16 janvier 1975. |
Art. 5.Inzake de vervanging van bruggepensioneerden zijn enkel van |
Art. 5.En matière de remplacement des prépensionnés, seules les |
toepassing de wettelijke bepalingen van het koninklijk besluit van 7 | dispositions légales de l'arrêté royal du 7 décembre 1992 relatif à |
december 1992 betreffende de toekenning van werkloosheidsuitkeringen | l'octroi d'allocations de chômage en cas de prépension |
ingeval van conventioneel brugpensioen. | conventionnelle, sont d'application. |
Art. 6.Deze collectieve arbeidsovereenkomst treedt in werking op 1 |
Art. 6.Cette convention collective de travail entre en vigueur le 1er |
april 1999 en houdt op van kracht te zijn op 31 december 2000. | avril 1999 et prend fin le 31 décembre 2000. |
Gezien om te worden gevoegd bij het koninklijk besluit van 10 augustus 2001. | Vu pour être annexé à l'arrêté royal du 10 août 2001. |
De Minister van Werkgelegenheid, | La Ministre de l'Emploi, |
Mevr. L. ONKELINX | Mme L. ONKELINX |