Etaamb.openjustice.be
Meertalige weergave van Koninklijk Besluit van 08/07/2018
← Terug naar "Koninklijk besluit houdende bepaling van productnormen voor transportbrandstoffen uit hernieuwbare bronnen "
Koninklijk besluit houdende bepaling van productnormen voor transportbrandstoffen uit hernieuwbare bronnen Arrêté royal établissant des normes de produits pour les carburants destinés au secteur du transport d'origine renouvelable
FEDERALE OVERHEIDSDIENST VOLKSGEZONDHEID, VEILIGHEID VAN DE VOEDSELKETEN EN LEEFMILIEU 8 JULI 2018. - Koninklijk besluit houdende bepaling van productnormen voor transportbrandstoffen uit hernieuwbare bronnen FILIP, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet. SERVICE PUBLIC FEDERAL SANTE PUBLIQUE, SECURITE DE LA CHAINE ALIMENTAIRE ET ENVIRONNEMENT 8 JUILLET 2018. - Arrêté royal établissant des normes de produits pour les carburants destinés au secteur du transport d'origine renouvelable PHILIPPE, Roi des Belges, A tous, présents et à venir, Salut.
Gelet op de wet van 21 december 1998 betreffende de productnormen ter Vu la loi du 21 décembre 1998 relative aux normes de produits ayant
bevordering van duurzame productie- en consumptiepatronen en ter pour but la promotion de modes de production et de consommation
bescherming van het leefmilieu en de volksgezondheid, artikel 5, § 1, durables et la protection de l'environnement et de la santé, l'article
eerste lid, 1°, 3°, 5°, 6° en 9°, gewijzigd bij de wetten van 27 juli 5, § 1er, alinéa 1er, 1°, 3°, 5°, 6° et 9°, modifié par les lois du 27
2011 en 16 december 2015; juillet 2011 et 16 décembre 2015;
Gelet op het koninklijk besluit van 26 november 2011 houdende bepaling Vu l'arrêté royal du 26 novembre 2011 établissant des normes de
van productnormen voor biobrandstoffen; produits pour les biocarburants;
Gelet op de betrokkenheid van de gewestregeringen bij het ontwerpen Vu l'association des gouvernements régionaux à l'élaboration du
van dit besluit, in het kader van de Interministeriële Conferentie présent arrêté dans le cadre de la Conférence Interministérielle de
Leefmilieu van 23 november 2017; l'Environnement du 23 novembre 2017;
Gelet op het advies van de Federale Raad voor Duurzame Ontwikkeling, gegeven op 14 februari 2018; Vu l'avis du Conseil fédéral du Développement durable, donné le 14
Gelet op het advies van de Centrale Raad voor het Bedrijfsleven, février 2018;
gegeven op 22 februari 2018; Vu l'avis de Conseil central de l'Economie, donné le 22 février 2018;
Gelet op het advies van de Raad voor het Verbruik, gegeven op 22 februari 2018; Vu l'avis du Conseil de la Consommation, donné le 22 février 2018;
Gelet op het advies van de Hoge Gezondheidsraad, gegeven op 7 maart 2018; Vu l'avis du Conseil Supérieur de la Santé, donné le 7 mars 2018;
Gelet op het advies van de inspecteur van Financiën, gegeven op 10 Vu l'avis de l'Inspecteur des Finances, donné le 10 avril 2018;
april 2018; Gelet op de akkoordbevinding van de Minister van Begroting, gegeven op 2 mei 2018; Vu l'accord du Ministre du Budget, donné le 2 mai 2018;
Gelet op de mededeling aan de Europese Commissie op 26 oktober 2017 Vu la communication à la Commission européenne, le 26 octobre 2017 en
met toepassing van artikel 5, lid 1 van richtlijn (EU) 2015/1535 van application de l'article 5, paragraphe 1 de la directive (UE)
het Europees Parlement en de Raad van 9 september 2015 betreffende een 2015/1535 du Parlement européen et du Conseil du 9 septembre 2015
prévoyant une procédure d'information dans le domaine des
informatieprocedure op het gebied van technische voorschriften en réglementations techniques et des règles relatives aux services de la
regels betreffende de diensten van de informatiemaatschappij; société de l'information;
Gelet op advies 63.561 van de Raad van State, gegeven op 22 juni 2018, Vu l'avis 63.561 du Conseil d'Etat, donné le 22 juin 2018, en
met toepassing van artikel 84, § 1, eerste lid, 2°, van de wetten op application de l'article 84, § 1er, alinéa 1er, 2°, des lois sur le
de Raad van State, gecoördineerd op 12 januari 1973; Conseil d'Etat, coordonnées le 12 janvier 1973;
Op de voordracht van de Minister van Leefmilieu en Energie, en op het Sur la proposition de la Ministre de l'Environnement et de l'Energie,
advies van de in Raad vergaderde Ministers, et de l'avis des Ministres qui en ont délibérés en Conseil,
Hebben Wij besloten en besluiten Wij : Nous avons arrêté et arrêtons :
HOOFDSTUK I. - Algemene bepalingen CHAPITRE I. - Dispositions générales

Artikel 1.Dit besluit voorziet in:

Article 1er.Le présent arrêté transpose:
1° de gedeeltelijke omzetting van artikelen 17, 18 en 19 van de 1° partiellement les articles 17, 18 et 19 de la directive 2009/28/CE
richtlijn 2009/28/EG van het Europees Parlement en de Raad van 23 du Parlement européen et du Conseil du 23 avril 2009 relative à la
april 2009 ter bevordering van het gebruik van energie uit promotion de l'utilisation de l'énergie produite à partir de sources
hernieuwbare bronnen en houdende wijziging en intrekking van Richtlijn renouvelables et modifiant puis abrogeant les directives 2001/77/CE et
2001/77/EG en Richtlijn 2003/30/EG; 2003/30/CE;
2° de gedeeltelijke omzetting van het artikel 2 en bijlagen I en II 2° partiellement l'article 2 et les annexes I et II de la directive
van de richtlijn (EU) 2015/1513 van het Europees Parlement en de Raad
van 9 september 2015 tot wijziging van de Richtlijn 98/70/EG (UE) 2015/1513 du Parlement européen et du Conseil du 9 septembre 2015
betreffende de kwaliteit van benzine en dieselbrandstof en tot modifiant la directive 98/70/CE concernant la qualité de l'essence et
des carburants diesel et modifiant la directive 2009/28/CE relative à
wijziging van de Richtlijn 2009/28/EG ter bevordering van het gebruik la promotion de l'utilisation de l'énergie produite à partir de
van energie uit hernieuwbare bronnen. sources renouvelables.
HOOFDSTUK II. - Definities CHAPITRE II. - Définitions

Art. 2.Voor de toepassing van dit besluit wordt verstaan onder:

Art. 2.Pour l'application du présent arrêté, on entend par :
1° de Richtlijn 2009/28/EG: de Richtlijn 2009/28/EG van het Europees 1° la Directive 2009/28/CE : la Directive 2009/28/CE du Parlement
Parlement en de Raad van 23 april 2009 ter bevordering van het gebruik européen et du Conseil du 23 avril 2009 relative à la promotion de
van energie uit hernieuwbare bronnen en houdende wijziging en l'utilisation de l'énergie produite à partir de sources renouvelables
intrekking van Richtlijn 2001/77/EG en Richtlijn 2003/30/EG; et modifiant puis abrogeant les directives 2001/77/CE et 2003/30/CE;
2° transportbrandstof : alle brandstoffen die verbruikt worden voor 2° carburant destiné au secteur du transport : tous les combustibles
transportdoeleinden; qui sont utilisés dans un but de transport;
3° biomassa: de biologisch afbreekbare fractie van producten, 3° biomasse : la fraction biodégradable des produits, des déchets et
afvalstoffen en residuen van biologische oorsprong uit de landbouw des résidus d'origine biologique provenant de l'agriculture (y compris
(met inbegrip van plantaardige en dierlijke stoffen), de bosbouw en aanverwante bedrijfstakken, met inbegrip van de visserij en de aquacultuur, alsmede de biologisch afbreekbare fractie van industrieel en huishoudelijk afval; 4° biobrandstof: vloeibare of gasvormige brandstof voor vervoer die geproduceerd is uit biomassa; 5° energie uit hernieuwbare bronnen: energie uit hernieuwbare niet-fossiele bronnen, namelijk: wind, zon, aerothermische, geothermische, hydrothermische energie en energie uit de oceanen, waterkracht, biomassa, stortgas, gas van rioolzuiveringsinstallaties en biogassen; 6° afvalstof: een stof als gedefinieerd in artikel 3, punt 1, van de les substances végétales et animales), de la sylviculture et des industries connexes, y compris la pêche et l'aquaculture, ainsi que la fraction biodégradable des déchets industriels et municipaux; 4° biocarburant : un combustible liquide ou gazeux utilisé pour le transport et produit à partir de la biomasse; 5° énergie produite à partir de sources renouvelables : énergie produite à partir de sources non fossiles renouvelables, à savoir : énergie éolienne, solaire, aérothermique, géothermique, hydrothermique, marine et hydroélectrique, biomasse, gaz de décharge, gaz des stations d'épuration d'eaux usées et biogaz; 6° déchet : une substance telle que définie à l'article 3, 1), de la
Richtlijn 2008/98/EG van het Europees Parlement en de Raad van 19 directive 2008/98/CE du Parlement européen et du Conseil du 19
november 2008 betreffende afvalstoffen en tot intrekking van een novembre 2008 relative aux déchets et abrogeant certaines directives;
aantal richtlijnen; stoffen die doelbewust zijn gewijzigd of besmet om les substances qui ont été délibérément modifiées ou contaminées pour
aan die definitie te voldoen, vallen niet binnen die begripsomschrijving; répondre à cette définition ne relèvent pas de la présente définition;
7° zetmeelrijke gewassen: gewassen die hoofdzakelijk granen bevatten 7° plantes riches en amidon : les plantes comprenant principalement
(ongeacht of enkel de granen dan wel de volledige plant worden des céréales (indépendamment du fait qu'on utilise les graines seules
gebruikt, zoals in het geval van snijmaïs), knollen en wortelgewassen ou la plante entière, comme dans le cas du maïs vert), des tubercules
(zoals aardappelen, aardperen, zoete aardappelen, cassave en et des racines comestibles (tels que les pommes de terre, les
yamswortelen) en stengelknolgewassen (zoals taro en cocoyam); topinambours, les patates douces, le manioc et l'igname), ainsi que des cormes (tels que le taro et le cocoyam);
8° lignocellulosisch materiaal: materiaal bestaande uit lignine, cellulose en hemicellulose, zoals biomassa afkomstig van bossen, houtachtige energiegewassen en residuen en afvalstoffen van de houtsector; 9° cellulosemateriaal van niet-voedingsgewassen: grondstoffen hoofdzakelijk bestaande uit cellulose en hemicellulose, en met een lager ligninegehalte dan lignocellulosisch materiaal; het omvat residuen van voedsel- en voedergewassen (zoals stro, stelen en bladeren, vliezen en doppen), grasachtige energiegewassen met een laag zetmeelgehalte (zoals raaigras, panicum vergatum, miscanthus, pijlriet en bodembedekkende gewassen die worden verbouwd voor en na de hoofdgewassen), industriële residuen (ook uit voedsel- en voedergewassen nadat plantaardige oliën, suikers, zetmeel en eiwitten zijn geëxtraheerd) en materiaal uit bioafval; 10° procesresidu: een stof die niet het eindproduct (de eindproducten) vormt waarop een productieproces rechtstreeks is gericht; het vormt geen hoofddoel van het productieproces; 11° hernieuwbare vloeibare of gasvormige transportbrandstoffen van niet-biologische oorsprong: andere vloeibare of gasvormige brandstoffen dan biobrandstoffen waarvan de energie-inhoud afkomstig is van andere hernieuwbare energiebronnen dan biomassa en die in de vervoersector worden gebruikt; 12° van landbouw, aquacultuur, visserij of bosbouw afkomstige residuen: residuen die rechtstreeks afkomstig zijn uit de landbouw, de aquacultuur, de visserij, en de bosbouw, doch met uitsluiting van residuen van aanverwante bedrijfstakken of van verwerking; 13° feitelijke waarde: de broeikasgasemissiereductie die bereikt wordt met bepaalde of met alle stappen van een specifiek productieproces voor biobrandstof als berekend volgens de werkwijze in deel C van bijlage 1; 14° typische waarde: een raming van de representatieve broeikasgasemissiereductie die kenmerkend is voor een bepaalde productieroute van biobrandstoffen; 15° standaardwaarde: een waarde die is afgeleid van een typische waarde middels toepassing van tevoren vastgestelde factoren en die, onder in dit besluit welomschreven voorwaarden, gebruikt mag worden in plaats van een feitelijke waarde; 8° matières ligno-cellulosiques : des matières composées de lignine, de cellulose et d'hémicellulose telles que la biomasse provenant des forêts, les cultures énergétiques ligneuses et les résidus et déchets des industries forestières; 9° matières cellulosiques non alimentaires : des matières premières essentiellement composées de cellulose et d'hémicellulose et ayant une teneur en lignine inférieure à celle des matières ligno-cellulosiques; elles incluent des matières contenant des résidus de plantes destinées à l'alimentation humaine et animale (tels que la paille, les tiges et les feuilles, les enveloppes et les coques), des cultures énergétiques herbeuses à faible teneur en amidon (telles que l'ivraie, le panic érigé, le miscanthus, la canne de Provence et les cultures de couverture antérieures et postérieures aux cultures principales), des résidus industriels (y compris des résidus de plantes destinées à l'alimentation humaine et animale après l'extraction des huiles végétales, sucres, amidons et protéines) et des matières provenant de biodéchets; 10° résidu de transformation : une substance qui ne constitue pas le ou les produits finaux qu'un processus de production tend directement à obtenir; il ne s'agit pas de l'objectif premier du processus de production; 11° carburants liquides et gazeux renouvelables destinés au secteur du transport, d'origine non biologique : les combustibles liquides ou gazeux, autres que les biocarburants, dont le contenu énergétique provient de sources d'énergie renouvelables autres que la biomasse et qui sont utilisées dans les transports; 12° résidus de l'agriculture, de l'aquaculture, de la pêche et de la sylviculture : les résidus qui sont directement générés par l'agriculture, l'aquaculture, la pêche et la sylviculture; ils n'incluent pas les résidus issus d'industries connexes ou de la transformation; 13° valeur réelle : la réduction des émissions de gaz à effet de serre pour certaines ou toutes les étapes du processus de production des biocarburants, calculée selon la méthode définie à l'annexe 1, partie C; 14° valeur type : une estimation de la réduction représentative des émissions de gaz à effet de serre qui est associée à une filière donnée de production de biocarburants; 15° valeur par défaut : une valeur établie à partir d'une valeur type compte tenu de facteurs préétablis et pouvant, dans des conditions précisées dans le présent arrêté, être utilisée à la place de la valeur réelle;
16° grondgebied NUTS 2: grondgebied dat volgens Verordening (EG) nr. 16° zones NUTS 2 : zones de territoire classées au niveau 2 de la
1059/2003 van het Europees Parlement en de Raad van 26 mei 2003 nomenclature des unités territoriales statistiques (NUTS) ou
betreffende de opstelling van een gemeenschappelijke nomenclatuur van correspondant à un niveau plus fin de la NUTS conformément au
territoriale eenheden voor de statistiek (NUTS) dan wel als een meer Règlement (CE) n° 1059/2003 du Parlement européen et du Conseil du 26
gedesaggregeerd NUTS-niveau zijn ingedeeld als niveau 2 geklasseerd is
in de nomenclatuur van territoriale eenheden voor de statistiek mai 2003 relatif à l'établissement d'une nomenclature commune des
(NUTS); unités territoriales statistiques (NUTS);
In deze zones zijn de voorziene typische broeikasgasemissies die Dans ces zones, les émissions types de gaz à effet de serre prévues
resulteren uit de teelt van landbouwgrondstoffen lager of gelijk aan résultant de la culture de matières premières agricoles sont
de emissies die zijn aangegeven in bijlage 1, deel D - inférieures ou égales aux émissions déclarées dans l'annexe 1, partie
Gedesaggregeerde standaardwaarden voor de teelt; D - Valeurs par défaut détaillées pour la culture;
17° randvoorwaarden: de eisen en normen, vermeld in de bepalingen, 17° conditionnalités : les exigences et normes prévues par les
bedoeld in de titel "Milieu", in deel A van bijlage II en in punt 9 dispositions visées sous le titre « Environnement » de l'annexe II,
van bijlage II bij Verordening (EG) nr. 73/2009 van de Raad van 19 partie A et point 9 du règlement (CE) n° 73/2009 du Conseil du 19
januari 2009 tot vaststelling van gemeenschappelijke voorschriften janvier 2009 établissant des règles communes pour les régimes de
voor regelingen inzake rechtstreekse steunverlening in het kader van soutien direct en faveur des agriculteurs dans le cadre de la
het gemeenschappelijk landbouwbeleid en tot vaststelling van bepaalde politique agricole commune et établissant certains régimes de soutien
steunregelingen voor landbouwers, alsmede de krachtens artikel 6, § 1, en faveur des agriculteurs, ainsi que les exigences minimales pour le
van die verordening vastgestelde minimumeisen inzake goede landbouw- maintien de bonnes conditions agricoles et environnementales au sens
en milieuconditie; de l'article 6, § 1 dudit Règlement;
18° marktpartij: fysische of rechtspersoon die de biomassa, de 18° opérateur économique : personne physique ou morale qui a la
tussenproducten, de halffabricaten en de producten in eigendom heeft propriété ou le contrôle physique de la biomasse, des produits
of er de fysieke controle over heeft, van bij het begin tot de intermédiaires, des produits semi-finis et des produits, de l'origine
beschikbaarheid ervan op de markt voor biobrandstoffen, voor de des biocarburants à leur disponibilité sur le marché, avant le mélange
bijmenging met fossiele brandstoffen, voor een of meerdere stappen van avec les carburants fossiles pour une ou plusieurs étapes de la chaîne
de productieketen; de production;
19° de Minister: de Minister bevoegd voor Leefmilieu; 19° le Ministre : le Ministre qui a l'Environnement dans ses
20° de bevoegde overheid: het Directoraat-generaal Leefmilieu van de attributions; 20° l'autorité compétente : la Direction générale Environnement du
Federale Overheidsdienst Volksgezondheid, Veiligheid van de Service public fédéral Santé publique, Sécurité de la Chaîne
Voedselketen en Leefmilieu; alimentaire et Environnement;
21° de directeur-generaal: de directeur-generaal van het 21° le directeur général : le directeur général de la Direction
Directoraat-generaal Leefmilieu van de Federale Overheidsdienst générale Environnement du Service public fédéral Santé publique,
Volksgezondheid, Veiligheid van de Voedselketen en Leefmilieu. Sécurité de la Chaîne alimentaire et Environnement.
HOOFDSTUK III. - Voorafgaande verplichting voor het op de markt CHAPITRE III. - Obligation préalable à la mise sur le marché des
brengen van hernieuwbare transportbrandstoffen carburants renouvelables destinés au secteur du transport

Art. 3.Voor elk lot biobrandstof, dat op de markt wordt gebracht,

Art. 3.Pour chaque lot de biocarburants, qui est mis sur le marché,
est établie une déclaration de produit qui contient les informations
wordt een productverklaring opgesteld die de in artikel 6 bedoelde visées à l'article 6 et qui est communiquée à l'autorité compétente
informatie bevat, en die aan de bevoegde overheid wordt meegedeeld
overeenkomstig artikel 7. conformément à l'article 7.
Voor elk lot hernieuwbare vloeibare of gasvormige Pour chaque lot de carburants liquides et gazeux renouvelables
transportbrandstoffen van niet-biologische oorsprong, dat op de markt destinés au secteur du transport, d'origine non biologique, est
wordt gebracht, wordt een productverklaring opgesteld die de in établie une déclaration de produit qui contient les informations
artikel 8 bedoelde informatie bevat, en die aan de bevoegde overheid visées à l'article 8 et qui est communiquée à l'autorité compétente
wordt meegedeeld overeenkomstig artikel 9. conformément à l'article 9.
HOOFDSTUK IV. - Duurzaamheidscriteria CHAPITRE IV. - Critères de durabilité
Afdeling 1. - Duurzaamheidscriteria voor biobrandstoffen Section 1re. - Critères de durabilité pour des biocarburants

Art. 4.§ 1. Indien de productverklaring er de bewijsvoering van

Art. 4.§ 1er. Si la déclaration de produit vise à en apporter la
beoogt, onderzoekt de bevoegde overheid de conformiteit van het lot preuve, l'autorité compétente examine la conformité du lot de
biobrandstof aan de duurzaamheidscriteria van: biocarburant aux critères de durabilité définis :
1° paragrafen 2 tot 6 indien de grondstoffen worden geteeld op het aux paragraphes 2 à 6 lorsque les matières premières sont cultivées
grondgebied van de Europese Unie; sur le territoire de l'Union européenne;
2° paragrafen 2 tot 5 indien de grondstoffen worden geteeld buiten het aux paragraphes 2 à 5 lorsque les matières premières sont cultivées en
grondgebied van de Europese Unie; dehors du territoire de l'Union européenne;
3° paragraaf 2 als de biobrandstof vervaardigd is uit niet van au paragraphe 2 lorsque le biocarburant est produit à partir de
déchets et de résidus autres que les résidus provenant de
landbouw, aquacultuur, visserij of bosbouw afkomstige afvalstoffen en l'agriculture, de l'aquaculture, de la pêche et de la sylviculture.
residuen. In het tegenovergestelde geval, wordt het lot biobrandstof niet Dans le cas contraire, le lot de biocarburant est réputé non durable.
duurzaam geacht.
§ 2. De broeikasgasemissiereductie ten gevolge van het gebruik van § 2. La réduction des émissions de gaz à effet de serre résultant de
biobrandstoffen die voor de in paragraaf 1 bedoelde doeleinden in l'utilisation de biocarburants qui sont pris en considération aux fins
aanmerking wordt genomen, bedraagt minstens zestig procent voor visées au paragraphe 1er, est d'au moins soixante pour cent pour les
biobrandstoffen die worden geproduceerd in installaties die biocarburants produits dans des installations entrant en service après
operationeel worden na 5 oktober 2015. Een installatie wordt geacht le 5 octobre 2015. Une installation est considérée comme étant en
operationeel te zijn wanneer de fysieke productie van biobrandstoffen service si la production physique de biocarburants y est en cours.
plaatsvindt. In het geval van installaties die operationeel waren op Dans le cas d'installations qui étaient en service le 5 octobre 2015
of vóór 5 oktober 2015, bedraagt, om voor de in paragraaf 1 bedoelde ou avant, aux fins visées au paragraphe 1er, la réduction des
doeleinden in aanmerking te komen, de broeikasgasemissiereductie ten émissions de gaz à effet de serre résultant de l'utilisation de
gevolge van het gebruik van biobrandstoffen minstens vijvendertig biocarburants est d'au moins trente-cinq pour cent jusqu'au 31
procent tot en met 31 december 2017 en minstens vijftig procent vanaf décembre 2017 et d'au moins cinquante pour cent à compter du 1er
1 januari 2018. De broeikasgasemissiereductie door het gebruik van janvier 2018. La réduction des émissions de gaz à effet de serre
biobrandstoffen wordt berekend overeenkomstig artikel 10. résultant de l'utilisation de biocarburants est calculée conformément
§ 3. De biobrandstoffen worden niet geproduceerd uit grondstoffen à l'article 10 . § 3. Les biocarburants ne sont pas produits à partir de matières
premières provenant de terres de grande valeur en termes de diversité
verkregen van land met een grote biodiversiteit, d.w.z. land dat in of biologique, c'est-à-dire de terres qui possédaient l'un des statuts
na januari 2008 één van de hierna vermelde statussen had, ongeacht of suivants, en janvier 2008 ou postérieurement, qu'elles aient ou non
het die status nog steeds heeft: conservé ce statut à ce jour :
1° oerbos en andere beboste gronden, d.w.z. bos en andere beboste gronden met inheemse soorten, waar er geen duidelijk zichtbare tekenen van menselijke activiteiten zijn en de ecologische processen niet in significante mate zijn verstoord; 2° gebieden die bij wet of door de relevante bevoegde autoriteiten zijn aangewezen: a) voor natuurbeschermingsdoeleinden, of b) voor de bescherming van zeldzame, kwetsbare of bedreigde ecosystemen of soorten, die bij internationale overeenkomst zijn erkend of opgenomen zijn op lijsten van intergouvernementele organisaties of van de Internationale Unie voor het Behoud van de Natuur, mits deze gebieden zijn erkend overeenkomstig artikel 18, § 4, tweede alinea van Richtlijn 2009/28/EG; tenzij wordt aangetoond dat de productie van die grondstoffen geen invloed heeft op die natuurbeschermingsdoeleinden; 3° graslanden met grote biodiversiteit, die voldoen aan de criteria en geografische grenzen van graslanden met grote biodiversiteit zoals vastgesteld in verordening (EU) Nr. 1307/2014 van de Commissie van 8 december 2014 houdende vaststelling van de criteria en geografische grenzen van graslanden met grote biodiversiteit voor de doeleinden van 1° forêts primaires et autres surfaces boisées primaires, c'est-à-dire les forêts et autres surfaces boisées d'essences indigènes, lorsqu'il n'y a pas d'indication clairement visible d'activité humaine et que les processus écologiques ne sont pas perturbés de manière importante; 2° zones affectées par la loi ou par l'autorité compétente concernée : a) à la protection de la nature, ou b) à la protection d'écosystèmes ou d'espèces rares, menacés ou en voie de disparition, reconnus par des accords internationaux ou figurant sur les listes établies par des organisations intergouvernementales ou par l'Union internationale pour la Conservation de la nature, sous réserve de leur reconnaissance conformément à l'article 18, § 4, alinéa 2, de la Directive 2009/28/CE; sauf à produire des éléments attestant que la production de ces matières premières n'a pas compromis ces objectifs de protection de la nature; 3° prairies présentant une grande valeur sur le plan de la biodiversité, qui respectent les critères et les zones géographiques des prairies présentant une grande valeur sur le plan de la biodiversité comme défini dans le règlement (UE) n° 1307/2014 de la Commission du 8 décembre 2014 concernant la définition des critères et des zones géographiques pour les prairies présentant une grande valeur
artikel 7 ter, lid 3, onder c), van richtlijn 98/70/EG van het Europees Parlement en de Raad betreffende de kwaliteit van benzine en van dieselbrandstof en artikel 17, lid 3, onder c), van richtlijn 2009/28/EG van het Europees Parlement en de Raad ter bevordering van het gebruik van energie uit hernieuwbare bronnen, en die: a) natuurlijk zijn, d.w.z. graslanden die zonder menselijk ingrijpen graslanden zouden blijven en die hun natuurlijke soortensamenstelling en ecologische kenmerken en processen hebben behouden; of b) niet natuurlijk zijn, d.w.z. graslanden die zonder menselijk ingrijpen zouden ophouden graslanden te zijn en die rijk zijn aan soorten en niet zijn aangetast, tenzij is aangetoond dat het oogsten van de grondstoffen noodzakelijk is voor het behoud van de status van grasland. sur le plan de la biodiversité aux fins de l'article 7 ter, paragraphe 3, point c), de la directive 98/70/CE du Parlement européen et du Conseil concernant la qualité de l'essence et des carburants diesel et de l'article 17, paragraphe 3, point c), de la directive 2009/28/CE du Parlement européen et du Conseil relative à la promotion de l'utilisation de l'énergie produite à partir de sources renouvelables et c'est-à-dire : a) prairies naturelles, à savoir celles qui, en l'absence d'intervention humaine, resteraient des prairies et qui préservent la composition des espèces naturelles ainsi que les caractéristiques et processus écologiques; ou b) prairies non naturelles, à savoir celles qui, en l'absence d'intervention humaine, cesseraient d'être des prairies, et qui sont riches en espèces et non dégradées, sauf à produire des éléments attestant que la récolte des matières premières est nécessaire à la préservation du statut de prairie.
§ 4. De biobrandstoffen worden niet geproduceerd uit grondstoffen verkregen van land met hoge koolstofvoorraden, d.w.z. land dat in januari 2008 één van de hierna vermelde statussen had maar deze status niet langer heeft: 1° waterrijke gebieden, d.w.z. land dat permanent of tijdens een groot gedeelte van het jaar onder water staat of verzadigd is met water; 2° permanent beboste gebieden, d.w.z. gebieden van meer dan een hectare met bomen van hoger dan vijf meter en een bedekkingsgraad van meer dan dertig procent of bomen die deze drempels ter plaatse kunnen bereiken; 3° gebieden van meer dan een hectare met bomen van hoger dan vijf meter en een bedekkingsgraad van tien tot dertig procent of bomen die deze drempels ter plaatse kunnen bereiken, tenzij aangetoond wordt dat de voor en na omschakeling aanwezige koolstofvoorraden van een zodanige omvang zijn dat bij toepassing van de in bijlage 1, deel C, § 4. Les biocarburants ne sont pas produits à partir de matières premières provenant de terres présentant un important stock de carbone, c'est-à-dire de terres qui possédaient l'un des statuts suivants, en janvier 2008, et qui ne possèdent plus ce statut: 1° zones humides, c'est-à-dire des terres couvertes ou saturées d'eau en permanence ou pendant une partie importante de l'année; 2° zones forestières continues, c'est-à-dire des étendues de plus d'un hectare caractérisées par un peuplement d'arbres d'une hauteur supérieure à cinq mètres et des frondaisons couvrant plus de trente pour cent de leur surface ou par un peuplement d'arbres pouvant atteindre ces seuils in situ; 3° étendues de plus d'un hectare caractérisées par un peuplement d'arbres d'une hauteur supérieure à cinq mètres et des frondaisons couvrant entre dix et trente pour cent de leur surface ou par un peuplement d'arbres pouvant atteindre ces seuils in situ, à moins qu'il n'ait été prouvé que le stock de carbone de la zone, avant et après sa conversion, est tel que, quand la méthodologie établie à l'annexe 1, partie C, est appliquée, les conditions prévues au
vastgestelde methode aan de voorwaarden van paragraaf 2 zou zijn paragraphe 2 sont remplies.
voldaan. De bepalingen van deze paragraaf zijn niet van toepassing op land dat, Le présent paragraphe ne s'applique pas si, au moment de l'obtention
op het tijdstip dat de grondstof werd verkregen, dezelfde status had des matières premières, les terres avaient le même statut qu'en
als in januari 2008. janvier 2008.
§ 5. De biobrandstoffen worden niet geproduceerd uit grondstoffen § 5. Les biocarburants ne sont pas fabriqués à partir de matières
verkregen van land dat in januari 2008 veengebied was, tenzij premières obtenues à partir de terres qui étaient des tourbières en
aangetoond wordt dat de teelt en het oogsten van deze grondstoffen janvier 2008, à moins qu'il n'ait été prouvé que la culture et la
geen ontwatering van een voorheen niet-ontwaterde bodem met zich récolte de ces matières premières n'impliquent pas le drainage des
brengt. sols auparavant non drainés.
§ 6. Landbouwgrondstoffen die in de Europese Unie worden geteeld en § 6. Les matières premières agricoles cultivées dans l'Union
gebruikt voor de productie van biobrandstoffen worden verkregen européenne et utilisées pour la production de biocarburants sont
overeenkomstig de ter zake vastgelegde randvoorwaarden. obtenues conformément aux conditionnalités fixées en la matière.
§ 7. Voor de toepassing van paragraaf 3, 2° en 3°, paragraaf 4, 1° en § 7. Pour l'application du paragraphe 3, 2° et 3°, du paragraphe 4, 1°
paragraaf 5, indien de grondstoffen afkomstig zijn uit land gelegen in et du paragraphe 5, lorsque les matières premières proviennent de
België, zijn bedoeld: de Natura 2000-gebieden, de natuurreservaten en terres situées en Belgique, sont visées : les zones Natura 2000, les
de waterrijke gebieden met een grote biologische waarde, zoals réserves naturelles et les zones humides à haut intérêt biologique,
gedefinieerde in overeenstemming met richtlijnen 79/409/EEG van 2 telles que définies conformément aux directives 79/409/CEE du 2 avril
april 1979 en 92/43/EEG van 21 mei 1992 en met de wet van 12 juli 1973 1979 et 92/43/CEE du 21 mai 1992 et à la loi du 12 juillet 1973 sur la
op de natuurbescherming. protection de la nature.
Voor de toepassing van paragraaf 4, 2° en 3°, indien de grondstoffen Pour l'application du paragraphe 4, 2° et 3°, lorsque les matières
afkomstig zijn uit land gelegen in België, is bedoeld land dat bestemd is voor bosbouw door het gewestelijke of lokale bodembestemmingsplan op 1 januari 2008 en deze status niet langer heeft.Afdeling 2. - Duurzaamheidscriteria voor hernieuwbare vloeibare of gasvormige transportbrandstoffen van niet-biologische oorsprong

Art. 5.De opzettelijke productie van procesresidu en afvalstof om hernieuwbare vloeibare of gasvormige transportbrandstoffen van niet-biologische oorsprong te produceren, is verboden.

premières proviennent de terres situées en Belgique, sont visées les terres réservées à l'activité forestière par le plan régional ou local d'affectation des sols au 1er janvier 2008 et qui ne possèdent plus ce statut.Section 2. - Critères de durabilité pour des carburants liquides et gazeux renouvelables destinés au secteur du transport, d'origine non biologique

Art. 5.La production intentionnelle de résidus de transformation et de déchets pour produire des carburants liquides et gazeux renouvelables destinés au secteur du transport, d'origine non biologique est interdite.

HOOFDSTUK V. - Bepalingen betreffende de opstelling van de CHAPITRE V. - Dispositions relatives à l'établissement de la
productverklaring déclaration de produit
Afdeling 1. - Bepalingen betreffende de opstelling van de Section 1re. - Dispositions relatives à l'établissement de la
productverklaring voor biobrandstoffen déclaration de produit pour des biocarburants

Art. 6.Elk lot biobrandstof dat op de markt wordt gebracht, wordt

Art. 6.Chaque lot de biocarburant mis sur le marché est identifié par
geïdentificeerd door een enig referentienummer dat wordt toegekend un numéro de référence unique attribué par l'autorité compétente. Ce
door de bevoegde overheid. Dit nummer stelt de link vast tussen het numéro établit le lien entre le lot de biocarburant et la déclaration
lot biobrandstof en de productverklaring. de produit.
De productverklaring bevat tenminste volgende informatie: La déclaration de produit contient au moins les informations suivantes
1° de datum van uitgifte; : 1° la date d'émission;
2° de identiteit van de biobrandstoffenproducent; 2° l'identité du producteur de biocarburants;
3° de geleverde hoeveelheid, uitgedrukt in energie (MJ) en volume (m3); 3° la quantité délivrée, exprimée en termes d'énergie (MJ) et de volume (m3);
4° de leveringsdatum; 4° la date de livraison;
5° een beschrijving van het product; 5° une description du produit;
6° de plaats van levering; 6° le lieu de livraison;
7° het enig referentienummer; 7° le numéro de référence unique;
8° de broeikasgasemissiereductie ten opzichte van het fossiele 8° la réduction d'émissions de gaz à effet de serre par rapport au
alternatief, uitgedrukt in procent, zoals bepaald in bijlage 1, deel carburant fossile de référence, exprimée en pour cent, comme déterminé
C, 4, en berekend volgens artikel 10; à l'annexe 1, partie C, 4, et calculée suivant l'article 10;
9° een verklaring van de biobrandstoffenproducent dat het lot voldoet 9° une déclaration du producteur de biocarburants que le lot satisfait
aan de duurzaamheidscriteria voorzien in artikel 4, §§ 3 tot 5; aux critères de durabilité prévus à l'article 4, §§ 3 à 5;
10° het land van oorsprong van de biomassa; 10° le pays d'origine de la biomasse;
11° of de biomassa geproduceerd is op ernstig en zwaar verontreinigde 11° si la biomasse a été produite sur des sols sévèrement et fortement
gronden; dégradés;
12° desgevallend, het gebruikte middel om de naleving van de 12° le cas échéant, le moyen utilisé pour démontrer le respect des
duurzaamheidscriteria voorzien in artikel 4 aan te tonen evenals het critères de durabilité prévus à l'article 4 ainsi que l'organisme de
erkend onafhankelijke controleorganisme die de naleving ervan heeft contrôle indépendant agréé qui a certifié le respect de ces critères;
gecertificeerd; 13° of de biobrandstof vervaardigd is uit niet van landbouw, 13° si le biocarburant est produit à partir de déchets et de résidus
aquacultuur, visserij of bosbouw afkomstige afvalstoffen en residuen; autres que les résidus provenant de l'agriculture, de l'aquaculture,
de la pêche et de la sylviculture;
14° of de grondstoffen werden geteeld en geoogst in België of in de 14° si les matières premières ont été cultivées et récoltées en
andere lidstaten van de Europese Unie onder het voorwaardenstelsel; Belgique ou dans les autres Etats membres de l'Union européenne sous
le régime des conditionnalités;
15° de productieketen van de biobrandstof; 15° la filière de production du biocarburant;
16° desgevallend het volume biobrandstof in eenheden energie 16° le cas échéant, le volume de biocarburants dérivés des groupes de
overeenkomstig de respectievelijke categorieën van de in bijlage 2, cultures relevant des catégories visées à l'annexe 2, partie A;
Deel A vermelde gewasgroepen;
17° de broeikasgasemissies gedurende de levenscyclus per eenheid 17° les émissions de gaz à effet de serre produites sur l'ensemble du
energie berekend volgens de bepalingen van artikel 10, evenals de cycle de vie par unité d'énergie calculées conformément à l'article
voorlopig gemiddelde waarden van de geraamde emissies afkomstig van 10, en ce compris les émissions estimatives provisoires moyennes
biobrandstoffen ten gevolge van indirecte veranderingen in het provenant de biocarburants et liées aux changements indirects dans
landgebruik zoals bepaald in bijlage 2 Deel A; l'affectation des sols, telles que définies à l'annexe 2, partie A;
18° desgevallend het volume biobrandstof die uit de in bijlage 3, Deel 18° le cas échant, le volume de biocarburants dérivés des matières
premières relevant des catégories visées à l'annexe 3, partie A et le
A, geclassificeerde grondstoffen wordt verkregen en het volume volume de biocarburants dérivés des matières premières relevant des
biobrandstof die uit de in bijlage 3, Deel B, geclassificeerde catégories visées à l'annexe 3, partie B. En ce qui concerne les
grondstoffen wordt verkregen. Met betrekking tot de voor de productie matières premières utilisées pour la production de ces biocarburants :
van deze biobrandstoffen gebruikte grondstoffen: de aard uitgedrukt la nature exprimée conformément à la classification de l'annexe 3, la
conform de classificatie van bijlage 3, de geografische herkomst en de provenance géographique et la quantité en tonnes ou m3. Le cas
hoeveelheid in ton of m3. Desgevallend een verklaring van de overheid échéant, une déclaration des autorités compétentes pour la mise en
bevoegd voor de implementatie van de richtlijn 2008/98/EG van het oeuvre de la directive 2008/98/CE du Parlement européen et du Conseil
Europees Parlement en de Raad van 19 november 2008 betreffende du 19 novembre 2008 relative aux déchets et abrogeant certaines
afvalstoffen en tot intrekking van een aantal richtlijnen of een ander directives ou une autre preuve démontrant que les matières premières
bewijs dat aantoont dat de grondstoffen die gebruikt werden voor de
productie van de biobrandstoffen het afvalstatuut hebben en de utilisées pour la production de biocarburants ont le statut de déchet
afvalhiërarchie respecteren. et respectent la hiérarchie des déchets.

Art. 7.Binnen dertig dagen nadat het lot biobrandstof op de markt

Art. 7.Endéans les trente jours après la mise sur le marché du lot de
wordt gebracht, wordt de in artikel 6 bedoelde informatie opgeladen biocarburant, les informations visées à l'article 6 sont téléchargées
via elektronische weg volgens de modaliteiten vastgesteld door de par voie électronique selon les modalités déterminées par l'autorité
bevoegde overheid en gepubliceerd op haar website. compétente et publiées sur son site web.
Afdeling 2. - Bepalingen betreffende de opstelling van de Section 2. - Dispositions relatives à l'établissement de la
productverklaring voor hernieuwbare vloeibare of gasvormige transportbrandstoffen van niet-biologische oorsprong

Art. 8.Elk lot hernieuwbare vloeibare of gasvormige transportbrandstoffen van niet-biologische oorsprong dat op de markt wordt gebracht, wordt geïdentificeerd door een enig referentienummer dat wordt toegekend door de bevoegde overheid. Dit nummer stelt de link vast tussen het lot hernieuwbare vloeibare of gasvormige transportbrandstoffen van niet-biologische oorsprong en de productverklaring. De productverklaring bevat tenminste volgende informatie: 1° de datum van uitgifte; 2° de identiteit van de producent van de transportbrandstoffen;

 déclaration de produit pour des carburants liquides et gazeux renouvelables destinés au secteur du transport, d'origine non biologique

Art. 8.Chaque lot de carburants liquides et gazeux renouvelables destinés au secteur du transport, d'origine non biologique mis sur le marché est identifié par un numéro de référence unique attribué par l'autorité compétente. Ce numéro établit le lien entre le lot de carburants liquides et gazeux renouvelables destinés au secteur du transport, d'origine non biologique et la déclaration de produit. La déclaration de produit contient au moins les informations suivantes : 1° la date d'émission; 2° l'identité du producteur des carburants destinés au secteur du transport; 3° la quantité délivrée, exprimée en termes d'énergie (MJ) et de
3° de geleverde hoeveelheid uitgedrukt in energie ((MJ) en volume (m3); volume (m3);
4° de leveringsdatum; 4° la date de livraison;
5° een beschrijving van het product; 5° une description du produit;
6° de plaats van levering; 6° le lieu de livraison;
7° het enig referentienummer; 7° le numéro de référence unique;
8° het land van productie van de transportbrandstof; 8° le pays de production des carburants destinés au secteur du
9° de productieketen van de transportbrandstof; transport; 9° la filière de production des carburants destinés au secteur du
10° de broeikasgasemissies geproduceerd gedurende de levenscyclus per transport; 10° les émissions de gaz à effet de serre produites sur l'ensemble du
eenheid energie, cycle de vie par unité d'énergie;
11° de aard en herkomst van de grondstoffen gebruikt voor de productie 11° la nature et la provenance des matières premières utilisées pour
van de transportbrandstoffen en een verklaring van de overheid bevoegd la production de ces carburants destinés au secteur du transport et
voor de implementatie van de richtlijn 2008/98/EG van het Europees une déclaration des autorités compétentes pour la mise en oeuvre de la
Parlement en de Raad van 19 november 2008 betreffende afvalstoffen en directive 2008/98/CE du Parlement européen et du Conseil du 19
tot intrekking van een aantal richtlijnen of een ander bewijs dat novembre 2008 relative aux déchets et abrogeant certaines directives
aantoont dat de grondstoffen die gebruikt werden voor de productie van ou une autre preuve démontrant que les matières premières utilisées
de biobrandstoffen het afvalstatuut hebben en de afvalhiërarchie pour la production de biocarburants ont le statut de déchet et
respecteren. respectent la hiérarchie des déchets.

Art. 9.Binnen 30 dagen nadat het lot hernieuwbare vloeibare of

Art. 9.Endéans les 30 jours après la mise sur le marché du lot de
gasvormige transportbrandstoffen van niet-biologische oorsprong op de carburants liquides et gazeux renouvelables destinés au secteur du
markt wordt gebracht, wordt de in artikel 8 bedoelde informatie opgeladen via elektronische weg volgens de modaliteiten vastgesteld door de bevoegde overheid en gepubliceerd op haar website. HOOFDSTUK VI. - Berekening van het effect van hernieuwbare transportbrandstoffen op de broeikasgasemissies Afdeling 1. - Berekening van het effect van biobrandstoffen op de broeikasgasemissies

Art. 10.De broeikasgasemissiereductie door het gebruik van biobrandstoffen wordt berekend als volgt:

transport, d'origine non biologique, les informations visées à l'article 8 sont téléchargées par voie électronique selon les modalités déterminées par l'autorité compétente et publiées sur son site web. CHAPITRE VI. - Calcul de l'impact des carburants renouvelables sur les gaz à effet de serreSection 1re. - Calcul de l'impact des biocarburants sur les gaz à effet de serre

Art. 10.La réduction des émissions de gaz à effet de serre résultant de l'utilisation de biocarburants est calculée de la manière suivante :
1° indien een standaardwaarde voor de broeikasgasemissiereductie met 1° lorsque l'annexe 1, partie A ou B, fixe une valeur par défaut pour
betrekking tot de productieketen is vastgesteld in bijlage 1, deel A les réductions des émissions de gaz à effet de serre associées à la
of B, en indien de el-waarde voor deze biobrandstoffen berekend filière de production et lorsque la valeur el pour ces biocarburants,
overeenkomstig bijlage 1, deel C, 7, gelijk is aan of lager is dan calculée conformément à l'annexe 1, partie C, 7, est égale ou
nul, wordt die standaardwaarde gebruikt; inférieure à zéro, cette valeur par défaut est utilisée;
2° de feitelijke waarde, berekend overeenkomstig de in bijlage 1, deel 2° en utilisant la valeur réelle calculée selon la méthode définie à
C, vastgestelde methode, wordt gebruikt; of l'annexe 1, partie C; ou
3° er wordt een waarde gebruikt die wordt berekend als de som van de 3° en utilisant une valeur calculée correspondant à la somme des
factoren van de formule in bijlage 1, deel C, 1, waarbij facteurs de la formule visée à l'annexe 1, partie C, 1, où les valeurs
gedesaggregeerde standaardwaarden in bijlage 1, deel D of E, kunnen par défaut détaillées de l'annexe 1, partie D ou E, peuvent être
worden gebruikt voor een aantal factoren en de feitelijke waarden, utilisées pour certains facteurs et les valeurs réelles calculées
berekend volgens de methode van bijlage 1, deel C, voor alle andere conformément à la méthodologie définie à l'annexe 1, partie C, pour
factoren. tous les autres facteurs.
HOOFDSTUK VII. - Bewijsmiddelen van de naleving van de CHAPITRE VII. - Moyens de preuve du respect des critères de durabilité
duurzaamheidscriteriaAfdeling 1. - Bewijsmiddelen van de naleving van de Section 1re. - Moyens de preuve du respect des critères de durabilité
duurzaamheidscriteria van biobrandstoffen des biocarburants

Art. 11.De naleving van de duurzaamheidscriteria voorzien in artikel 4 wordt aangetoond op basis van:

Art. 11.Le respect des critères de durabilité prévus à l'article 4 est démontré sur base :
1° ofwel een vrijwillig systeem, erkend overeenkomstig artikel 12; 1° soit d'un système volontaire, reconnu conformément à l'article 12;
2° ofwel bilaterale of multilaterale akkoorden afgesloten tussen derde 2° soit d'accords bilatéraux ou multilatéraux établis entre des pays
landen en de Europese Unie, erkend overeenkomstig artikel 12. tiers et l'Union européenne, reconnus conformément à l'article 12.

Art. 12.De vrijwillige systemen evenals de door de Europese Unie

Art. 12.Les systèmes volontaires ainsi que les accords bilatéraux ou
afgesloten bilaterale of multilaterale overeenkomsten, bedoeld in multilatéraux conclus par l'Union européenne, visés à l'article 11, 1°
artikel 11, 1° en 2°, zijn deze waarvoor een besluit van de Europese et 2°, sont ceux qui font l'objet d'une décision de la Commission
Commissie is genomen zoals bedoeld in artikel 18, §§ 4 tot 6, van européenne, telle que visée à l'article 18, §§ 4 à 6, de la Directive
Richtlijn 2009/28/EG. 2009/28/CE.
Afdeling 2. - Bewijsmiddelen van de naleving van de Section 2. - Moyens de preuve du respect des critères de durabilité
duurzaamheidscriteria van hernieuwbare vloeibare of gasvormige des carburants renouvelables destinés au secteur du transport sauf
transportbrandstoffen van niet-biologische oorsprong biocarburants

Art. 13.Als de gebruikte grondstoffen afval zijn, of procesresidu,

Art. 13.Au cas où les matières premières utilisées sont des déchets,
wordt het bewijs geleverd door een verklaring van de overheid bevoegd ou des résidus de transformation, la preuve en est fournie par une
voor de implementatie van de richtlijn 2008/98/EG van het Europees déclaration des autorités compétentes pour la mise en oeuvre de la
Parlement en de Raad van 19 november 2008 betreffende afvalstoffen en directive 2008/98/CE du Parlement européen et du Conseil du 19
tot intrekking van een aantal richtlijnen die bevestigt dat de novembre 2008 relative aux déchets et abrogeant certaines directives
grondstoffen die gebruikt werden voor de productie van de confirmant que les matières premières utilisées pour la production de
biobrandstoffen het afvalstatuut hebben en de afvalhiërarchie biocarburants ont le statut de déchet et respectent la hiérarchie des
respecteren. déchets.
De Minister bepaalt het bewijsmiddel van de naleving van de minimale Le Ministre détermine le moyen de preuve du respect de la réduction
broeikasgasemissiereductie van hernieuwbare vloeibare of gasvormige minimale des émissions de gaz à effet de serre des carburants liquides
transportbrandstoffen van niet-biologische oorsprong. et gazeux renouvelables destinés au secteur du transport, d'origine
non biologique
HOOFDSTUK X. - Rapportage CHAPITRE X. - Rapportage

Art. 14.Op grond van de overeenkomstig artikels 6 tot 9 verzamelde

Art. 14.Sur base des informations recueillies conformément aux
informatie, stelt de bevoegde overheid een openbaar rapport op en articles 6 à 9, l'autorité compétente établit et publie sur son site
publiceert het op zijn website. web un rapport public.
HOOFDSTUK XI. - Opheffing - en slotbepaling CHAPITRE XI. - Disposition abrogatoire et finale

Art. 15.Het koninklijk besluit van 26 november 2011 houdende bepaling

Art. 15.L'arrêté royal du 26 novembre 2011 établissant des normes de
van productnormen voor biobrandstoffen wordt opgeheven. produits pour les biocarburants est abrogé.

Art. 16.De minister bevoegd voor Leefmilieu is belast met de

Art. 16.Le ministre qui a l'Environnement dans ses attributions est
uitvoering van dit besluit. chargé de l'exécution du présent arrêté.
Brussel, 8 juli 2018. Bruxelles, le 8 juillet 2018.
FILIP PHILIPPE
Van Koningswege : Par le Roi :
De Minister van Leefmilieu en Energie, La Ministre de l'Environnement et de l'Energie,
M. C. MARGHEM M. C. MARGHEM
Voor de raadpleging van de tabel, zie beeld Pour la consultation du tableau, voir image
^