Koninklijk besluit tot wijziging van het koninklijk besluit van 4 september 2013 tot regeling van de methodes en procedures van toepassing op de activiteiten van toezicht, bescherming en veiligheid aan boord van schepen om te strijden tegen piraterij en tot vaststelling van verscheidene maatregelen die gelden voor de maritieme veiligheidsploegen | Arrêté royal modifiant l'arrêté royal du 4 septembre 2013 réglant les méthodes et procédures applicables aux activités de surveillance et protection à bord de navires pour lutter contre la piraterie et arrêtant diverses mesures applicables aux équipes de sécurité maritime |
---|---|
FEDERALE OVERHEIDSDIENST BINNENLANDSE ZAKEN 3 JULI 2020. - Koninklijk besluit tot wijziging van het koninklijk besluit van 4 september 2013 tot regeling van de methodes en procedures van toepassing op de activiteiten van toezicht, bescherming en veiligheid aan boord van schepen om te strijden tegen piraterij en tot vaststelling van verscheidene maatregelen die gelden voor de maritieme veiligheidsploegen FILIP, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet. Gelet op de wet van 2 oktober 2017 tot regeling van de private en bijzondere veiligheid, artikel 192; Gelet op het koninklijk besluit van 4 september 2013 tot regeling van de methodes en procedures van toepassing op de activiteiten van toezicht, bescherming en veiligheid aan boord van schepen om te strijden tegen piraterij en tot vaststelling van verscheidene maatregelen die gelden voor de maritieme veiligheidsploegen; Gelet op advies 67.613/2 van de Raad van State, gegeven op 19 juni 2020, met toepassing van artikel 84, § 1, eerste lid, 3°, van de gecoördineerde wetten op de Raad van State, vervangen bij de wet van 2 april 2003; Gelet op de hoogdringendheid, gemotiveerd door de noodzaak om de huidige regelgeving in overeenstemming te brengen met de realiteit op het terrein en de internationale `Best Management Practices'. Gelet op het gegeven dat deze dringende noodzaak duidelijk is geworden door de gevolgen van de Covid-19 pandemie en het rechtstreekse gevaar dat hierdoor ontstaat voor de veiligheid van schepen die de Belgische vlag varen; Gelet op het gegeven dat de Belgische wetgeving immers bepaalt dat een maritiem veiligheidsteam moet bestaan uit minstens vier leden; Gelet op het gegeven dat de meesten van de grote ondernemingen in het veld echter standaard over teams van drie personen beschikken en hun volledige logistiek is voorzien op teams van drie; Gelet op het gegeven dat de Covid-19 pandemie hier een belangrijk pijnpunt heeft blootgelegd. Het is in de praktijk namelijk zeer moeilijk gebleken om het vierde lid ter plekke te krijgen door de vele restricties die verschillende landen op het internationaal vliegverkeer hebben gelegd; Gelet op het gegerven dat deze toestand naar alle waarschijnlijkheid niet snel zal normaliseren en gevoelig blijft voor toekomstige verstoringen, en het essentieel is om deze wijziging zo snel als mogelijk door te voeren teneinde de veiligheid van de schepen op een zo adequaat mogelijke wijze te blijven garanderen; Gelet op het gegeven dat, zelfs losstaande van de Covid-19 pandemie, de internationale norm kennelijk drie agenten betreft, en geen vier. Op de voordracht van Onze Minister van Veiligheid en Binnenlandse Zaken, Hebben Wij besloten en besluiten Wij : Artikel 1.In artikel 2 van het koninklijk besluit van 4 september 2013 tot regeling van de methodes en procedures van toepassing op de activiteiten van toezicht, bescherming en veiligheid aan boord van schepen om te strijden tegen piraterij en tot vaststelling van verscheidene maatregelen die gelden voor de maritieme veiligheidsploegen, wordt het woord "drie" vervangen door het woord "twee". Art. 2.Dit besluit treedt in werking de dag waarop het in het Belgisch Staatsblad wordt bekendgemaakt. Art. 3.Onze Minister van Veiligheid en Binnenlandse Zaken is belast met de uitvoering van dit besluit. Gegeven te Brussel, 3 juli 2020. FILIP Van Koningswege : De Minister van Veiligheid en Binnenlandse Zaken, Belast met Buitenlandse Handel, |
SERVICE PUBLIC FEDERAL INTERIEUR 3 JUILLET 2020. - Arrêté royal modifiant l'arrêté royal du 4 septembre 2013 réglant les méthodes et procédures applicables aux activités de surveillance et protection à bord de navires pour lutter contre la piraterie et arrêtant diverses mesures applicables aux équipes de sécurité maritime PHILIPPE, Roi des Belges, A tous, présents et à venir, Salut. Vu la loi du 2 octobre 2017 réglementant la sécurité privée et particulière, l'article 192; Vu l'arrêté royal du 4 septembre 2013 réglant les méthodes et procédures applicables aux activités de surveillance et protection à bord de navires pour lutter contre la piraterie et arrêtant diverses mesures applicables aux équipes de sécurité maritime; Vu l'avis 67.613/2 du Conseil d'Etat, donné le 19 juin 2020, en application de l'article 84, § 1er, alinéa 1er, 3°, des lois coordonnées sur le Conseil d'Etat, remplacé par la loi du 2 avril 2003; Vu l'urgence motivée par la nécessité d'aligner la réglementation en vigueur avec la réalité sur le terrain et les "Best Management Practices" internationales. Vu le fait que cette nécessité urgente est devenue évidente à cause de la pandémie de Covid-19 et le danger direct qu'elle représente pour la sécurité des navires battant le pavillon belge ; Eu égard au fait que la législation belge stipule en effet qu'une équipe de sécurité maritime doit se composer d'au moins quatre membres ; Etant donné que la plupart des grandes entreprises sur le terrain disposent toutefois, par défaut, d'équipes de trois personnes et que toute leur logistique est organisée sur la base d'équipes de trois membres ; Etant donné que la pandémie de Covid-19 met en évidence un important problème. Il s'est en effet avéré particulièrement difficile dans la pratique de faire venir sur place le quatrième membre en raison des nombreuses restrictions imposées par différents pays au trafic aérien international ; Vu le fait qu'il est peu probable que cette situation se normalise rapidement et demeure sensible aux perturbations futures, et qu'il est essentiel de procéder à ce changement dès que possible afin de continuer à assurer la sécurité des navires de la manière la plus adéquate ; Compte tenu du fait que, même en dehors de la pandémie de Covid-19, la norme internationale concerne apparemment trois agents, et non quatre. Sur la proposition de Notre Ministre de la Sécurité et de l'Intérieur, Nous avons arrêté et arrêtons : Article 1er.Dans l'article 2 de l'arrêté royal du 4 septembre 2013 réglant les méthodes et procédures applicables aux activités de surveillance et protection à bord de navires pour lutter contre la piraterie et arrêtant diverses mesures applicables aux équipes de sécurité maritime, le mot « trois » est remplacé par les mot « deux ». Art. 2.Le présent arrêté entre en vigueur le jour de sa parution au Moniteur belge. Art. 3.Notre Ministre de la Sécurité et de l'Intérieur est chargé de l'exécution du présent arrêté. Donné à Bruxelles, le 3 juillet 2020. PHILIPPE Par le Roi : Le Ministre de la Sécurité et de l'Intérieur, chargé du Commerce extérieur, |
P. DE CREM | P. DE CREM |