Koninklijk besluit houdende bepalingen ingevolge het arrest nr. 5/2004 van 14 januari 2004 van het Arbitragehof waarbij sommige bepalingen van de wet van 26 mei 2002 betreffende het recht op maatschappelijke integratie werden vernietigd | Arrêté royal portant dispositions consécutives à l'arrêt n° 5/2004 du 14 janvier 2004 de la Cour d'arbitrage prononçant l'annulation de certaines dispositions de la loi du 26 mai 2002 concernant le droit à l'intégration sociale |
---|---|
PROGRAMMATORISCHE FEDERALE OVERHEIDSDIENST MAATSCHAPPELIJKE | SERVICE PUBLIC FEDERAL DE PROGRAMMATION INTEGRATION SOCIALE, LUTTE |
INTEGRATIE, ARMOEDEBESTRIJDING EN SOCIALE ECONOMIE | CONTRE LA PAUVRETE ET ECONOMIE SOCIALE |
1 MAART 2004. - Koninklijk besluit houdende bepalingen ingevolge het | 1er MARS 2004. - Arrêté royal portant dispositions consécutives à |
arrest nr. 5/2004 van 14 januari 2004 van het Arbitragehof waarbij | l'arrêt n° 5/2004 du 14 janvier 2004 de la Cour d'arbitrage prononçant |
sommige bepalingen van de wet van 26 mei 2002 betreffende het recht op | l'annulation de certaines dispositions de la loi du 26 mai 2002 |
maatschappelijke integratie werden vernietigd | concernant le droit à l'intégration sociale |
VERSLAG AAN DE KONING | RAPPORT AU ROI |
Sire, | Sire, |
De wet van 26 mei 2002 betreffende het recht op maatschappelijke | La loi du 26 mai 2002 concernant le droit à l'intégration sociale a |
integratie is een belangrijke stap vooruit geweest voor het | constitué une avancée considérable dans l'individualisation des droits |
individualiseren van de rechten van de burgers op maatschappelijke | des citoyens pouvant prétendre au bénéfice du droit à l'intégration |
integratie. | sociale. |
De hervorming in het kader van de wet van 26 mei 2002 heeft vier | La réforme entreprise par l'adoption de la loi du 26 mai 2002 a |
categorieën van aanvragers in functie van hun gezinssituatie | emporté la création de quatre catégories de demandeurs en fonction de |
ingesteld: samenwonenden, al dan niet met kinderen ten laste; | leur situation familiale : celle des cohabitants qu'ils aient ou non |
alleenstaanden; alleenstaanden die recht hebben op een verhoogd bedrag | charge d'enfants; celle des isolés; celle des isolés ayant droit à un |
en eenoudergezinnen. | montant majoré et celle des familles monoparentales. |
Tegen deze wet werd een beroep tot nietigverklaring bij het | Un recours en annulation a été introduit devant la Cour d'arbitrage |
Arbitragehof ingesteld. Het Hof werd bij deze gelegenheid onder andere | contre cette loi. A cette occasion, la Cour a notamment été amenée à |
verzocht de door de wetgever ingestelde categorieën te toetsen aan de | confronter les différentes catégories instituées par le législateur |
eisen inzake gelijke behandeling waarin artikelen 10 en 11 van de | aux exigences du principe d'égalité consacré par les articles 10 et 11 |
Grondwet voorzien. | de la Constitution. |
In zijn arrest nr. 5/2004 van 14 januari 2004 heeft het Arbitragehof | Dans son arrêt n° 5/2004 du 14 janvier 2004, la Cour d'arbitrage a |
artikel 14, § 1, 1°, van de wet van 26 mei 2002 betreffende het recht | annulé l'article 14, § 1er, 1°, de la loi du 26 mai 2002 concernant le |
op maatschappelijke integratie vernietigt « in zoverre het alle | droit à l'intégration sociale « en ce qu'il traite de la même manière |
samenwonende personen op dezelfde wijze behandelt zonder rekening te | tous les cohabitants sans tenir compte de la charge d'enfants » et |
houden met de kinderlast » en artikel 14, § 1, 2° in zoverre het geen | l'article 14, § 1er, 2° en ce qu'il ne prévoit pas de montant majoré |
verhoogd bedrag van leefloon voorziet voor « alleenstaande personen | de revenu d'intégration pour « les personnes isolées qui s'acquittent |
die voor een geplaatst kind een bijdrage betalen ». | d'une part contributive pour un enfant placé ». |
Ingevolge de uitspraak van het Arbitragehof komen twee categorieën van | A la suite de la décision rendue par la Cour d'arbitrage, deux |
burgers - namelijk alleenstaande personen die een bijdrage betalen | catégories de citoyens - à savoir les personnes isolées qui assument |
voor een geplaatst kind en samenwonenden die kinderen ten laste hebben | une part contributive pour un enfant placé et les cohabitants qui ont |
- niet meer in aanmerking voor een leefloon aangezien ze niet meer | charge d'enfants - n'ont plus aucune vocation à percevoir un revenu |
bedoeld zijn bij de wet van 26 mei 2002. Dergelijke situatie is niet alleen heel nadelig voor de betrokkenen, maar is daarenboven ook een onaanvaardbare schending van het gelijkheidsprincipe. Bij het zoeken naar een oplossing die gevolg geeft aan de eisen van het Arbitragehof in zijn arrest nr. 5/2004, heeft de Regering rekening gehouden met verschillende elementen. Een eerste element houdt verband met de juridische instrumenten die moeten gebruikt worden om zo snel mogelijk tot dergelijke oplossing te komen. Eerst en vooral moet logischerwijze een oplossing worden gevonden voor de grondwettelijke gebreken in de wet zelf, waarop het Arbitragehof heeft gewezen. Dit kan echter onmogelijk snel geregeld worden door middel van een wetsontwerp. Het wetsontwerp moet immers dermate opgesteld zijn dat het de samenhang van ons systeem van sociale bescherming in stand houdt en dat het residuair karakter van het | d'intégration, dès lors qu'elles ne sont plus visées dans la loi du 26 mai 2002. Une telle situation non seulement est hautement préjudiciable pour les intéressés, mais constitue, en outre, une violation inadmissible du principe d'égalité. Plusieurs considérations ont guidé le Gouvernement dans la recherche d'une solution rencontrant les exigences posées par la Cour d'arbitrage dans son arrêt n° 5/2004. Une première considération concerne les instruments juridiques qu'il convient de mettre en oeuvre pour élaborer au plus vite cette solution. Tout d'abord, la logique veut qu'il soit remédié aux vices de constitutionalité mis en évidence par la Cour d'arbitrage dans la loi elle-même. Il est, cependant, impossible d'improviser dans la hâte un projet de loi en ce sens. En effet, il s'indique que la loi en projet soit conçue de telle manière qu'elle respecte la cohérence de notre régime de protection sociale et que le caractère résiduaire du revenu |
leefloon waarin de wet van 26 mei 2002 voorziet, opnieuw duidelijk | d'intégration mis en oeuvre par la loi du 26 mai 2002 soit clairement |
wordt bevestigd. In dit opzicht onderzoekt de Regering momenteel een | réaffirmé. Dans cette perspective, le Gouvernement étudie pour |
systeem waarbij de thans in de wet bestaande categorieën worden | l'instant un système dans lequel les catégories actuellement visées |
vereenvoudigd. Een wetsontwerp zal eerlang bij het bureau van de Kamer | par la loi seront simplifiées. Un projet de loi sera à bref délai |
van volksvertegenwoordigers worden ingediend. | déposé sur le bureau de la Chambre des représentants. |
Hoe dan ook, gelet op de regels voor het opmaken van wetgevende | En tout état de cause, compte tenu des règles relatives à la |
normen, zal de goedkeuring van de nieuwe wet meerdere maanden in | confection des normes législatives, la nouvelle loi ne pourra pas être |
beslag nemen. | adoptée avant plusieurs mois. |
Hiermee rekening houdend moeten onmiddellijk maatregelen worden | Il est indispensable, dans cette perspective, de prendre sur le champ, |
getroffen, vooraleer het arrest nr. 5/2004 in het Belgisch Staatsblad | et avant que l'arrêt n° 5/2004 ne soit publié au Moniteur belge, des |
wordt bekendgemaakt, om de twee categorieën personen wier situatie | mesures permettant aux deux catégories de citoyens dont la situation |
niet meer bij de wet van 26 mei 2002 is geregeld, de mogelijkheid te | n'est plus réglée par la loi du 26 mai 2002, de bénéficier d'un revenu |
bieden om van een leefloon te kunnen genieten. | d'intégration. |
Deze maatregelen zijn verantwoord door het feit dat de continuïteit van de openbare dienstverlening moet gewaarborgd blijven en gelet op de verplichting voor alle overheidsorganen, de federale uitvoerende macht inbegrepen, om alle nodige maatregelen te treffen met het oog op de uitvoering van een arrest gewezen door het Arbitragehof. Het gaat daarenboven om een eis die verband houdt met het principe van rechtszekerheid. Indien de uitvoerende macht niet optreedt, kunnen de O.C.M.W.'s immers onmogelijk hulp toekennen aan categorieën van gerechtigden op wie de wet van 26 mei 2002 niet langer toepasselijk is. | L'adoption de ces mesures se justifie par la nécessité de garantir la continuité du service public et par l'obligation qui repose sur l'ensemble des organes étatiques, en ce compris le pouvoir exécutif fédéral, de prendre toutes les mesures destinées à exécuter un arrêt rendu par la Cour d'arbitrage. Il s'agit, en outre, d'une exigence au regard du principe de sécurité juridique. En effet, à défaut d'une intervention de l'exécutif, les C.P.A.S. seraient dans l'incapacité d'accorder une aide à des catégories de bénéficiaires qui ne tombent plus sous l'empire de la loi du 26 mai 2002. |
Artikel 57, § 4, van de wet van 8 juli 1976 bezorgt de Koning een | L'article 57, § 4, de la loi du 8 juillet 1976 donne un fondement |
voldoende juridische grondslag, a fortiori gelet op de zojuist | juridique suffisant au Roi, a fortiori au regard du contexte qui vient |
beschreven achtergrond, om door middel van een koninklijk besluit de | d'être décrit, pour prendre, par voie d'arrêté royal, les mesures |
nodige maatregelen te treffen om een rechtsvacuüm op dit gebied te | requises pour éviter qu'il n'existe, en la matière, un vide juridique |
voorkomen, waardoor het principe van gelijke behandeling | rendant impossible le respect du principe d'égalité consacré par les |
overeenkomstig artikelen 10 en 11 van de Grondwet niet zou kunnen | articles 10 et 11 de la Constitution. |
worden nageleefd. Een tweede element houdt verband met de manier waarop de hulp moet | Une deuxième considération concerne la manière dont il convient de |
bepaald worden, waarop de twee categorieën van gerechtigden recht | définir l'aide à laquelle ont droit les deux catégories de |
hebben, die volgens het Arbitragehof op een discriminerende manier | bénéficiaires identifiées par la Cour d'arbitrage, comme victimes d'un |
worden behandeld omdat ze als dusdanig niet aan bod komen in de wet | traitement discriminatoire parce que n'étant pas prises en compte en |
van 26 mei 2002. De Regering is van mening dat ze zich niet in de plaats van de wetgever moet stellen en bijgevolg dat ze uitgaande van haar verordenende bevoegdheid geen nieuwe bedragen moet invoeren, naast degene die de wet reeds bevat. De enige gevolgtrekking uit voormeld arrest van het Arbitragehof bestaat er dus in de personen die discriminatie ondervinden onder te brengen in één van de reeds bestaande categorieën van gerechtigden en voor hen het daarmee overeenstemmend bedrag toe te passen. Een derde element houdt verband met de categorieën waarin de alleenstaande personen die een bijdrage betalen voor een geplaatst kind en de samenwonenden met kinderlast moeten ingedeeld worden. Wat betreft de alleenstaande personen die een bijdrage betalen voor een geplaatst kind, wordt gevolg gegeven aan het arrest nr. 5/2004 door hun een verhoogd bedrag voor alleenstaande toe te kennen (artikel | tant que telle par la loi du 26 mai 2002. Le Gouvernement estime qu'il ne lui appartient pas de se substituer au législateur et partant de créer, par voie réglementaire, de nouveaux taux qui s'additionneraient à ceux qui figurent déjà dans la loi. La seule manière de tirer les conséquences de l'arrêt précité de la Cour d'arbitrage consiste donc à rattacher les personnes qui subissent une discrimination à des catégories de bénéficiaires déjà existantes et à leur appliquer le taux correspondant. Une troisième considération a trait aux catégories auxquelles il convient de rattacher les personnes isolées qui assument une part contributive pour un enfant placé et les cohabitants qui ont charge d'enfants. En ce qui concerne les personnes isolées qui s'acquittent d'une part contributive pour un enfant placé, il est répondu à l'arrêt n° 5/2004, en les faisant bénéficier d'un taux isolé majoré (article 14, § 1er, |
14, § 1, 3°, van de wet van 26 mei 2002). Met deze oplossing kan de door het Arbitragehof gehekelde ongelijke behandeling tussen personen die onderhoudsgeld verschuldigd zijn en personen die een bijdrage betalen voor een geplaatst kind weggewerkt worden. Wat betreft de samenwonende personen met kinderlast, moet het bedrag voor eenoudergezinnen hun worden toegekend. Het gaat hier immers om een in de wet bestaande categorie waarvoor er duidelijk een verwantschap bestaat met die waarvan de situatie moet worden geregeld, aangezien beide categorieën als kenmerk hebben dat ze voor ongehuwde minderjarige kinderen zorgen. Indien dergelijke gelijkstelling zonder omwegen zou worden ingevoerd, | 3°, de la loi du 26 mai 2002). Une telle solution permet de supprimer la différence de traitement dénoncée par la Cour d'arbitrage entre les personnes redevables d'une pension alimentaire et celles qui assument une part contributive pour un enfant placé. En ce qui concerne les personnes cohabitantes ayant charge d'enfants, il y a lieu de leur appliquer le taux qui bénéficie aux familles monoparentales. En effet, il s'agit là d'une catégorie existant dans la loi et qui présente une parenté certaine avec celle dont il convient de régler le sort dès lors que toutes deux se caractérisent par la prise en charge d'enfants mineurs non mariés. Une telle assimilation, appliquée de manière abrupte, méconnaîtrait, |
zou dan evenwel artikel 10 van Grondwet worden miskend. Deze bepaling wordt immers geschonden wanneer twee categorieën van gerechtigden die zich in een duidelijk verschillende situatie bevinden, op dezelfde manier zouden worden behandeld. Dit zou ten deze het geval zijn aangezien het huishouden, in het ene geval, slechts over één inkomen beschikt, terwijl het in het andere geval over twee inkomens beschikt, of zelfs over meer dan twee, in sommige omstandigheden. Om die reden werd beslist om een mechanisme in te voeren, waarbij rekening kan worden gehouden met deze situatie. Er wordt in dit verband een forfaitair quotiënt van schaalvergroting (FQS) ingevoerd. Het komt neer op het aandeel van uitgespaarde lasten ingevolge een samenwoning en wordt in aanmerking genomen voor de berekening van de bestaansmiddelen van de gerechtigde op het leefloon. Met het oog op de nodige samenhang is dit quotiënt gelijk aan het | cependant, à son tour l'article 10 de la Constitution. En effet, cette disposition est violée si l'on traite de manière identique deux catégories de bénéficiaires qui se trouvent dans des situations clairement différenciées. Or tel serait le cas en l'espèce puisque, dans un cas, le ménage ne dispose que d'un revenu alors que, dans l'autre, il en dispose de deux, voire, dans certaines circonstances, de plus de deux. Telle est la raison pour laquelle il a été décidé de créer un mécanisme destiné à prendre en considération cette situation. Dans cette perspective, est institué un quotient forfaitaire d'économie d'échelle (QFEE). Celui-ci constitue la quote-part d'économie de charges engendrée par l'existence d'une cohabitation, et il en sera tenu compte pour le calcul des ressources du bénéficiaire du revenu d'intégration. Dans un souci de cohérence, ce quotient est évalué au montant prévu à |
bedrag bedoeld in artikel 14, § 1, 1°, van de wet van 26 mei 2002 betreffende het recht op maatschappelijke integratie. Voor het overige is de Regering zich ervan bewust dat de oplossing door middel van onderhavig ontwerp van koninklijk besluit een tijdelijke overgangsoplossing is. Ze blijft niettemin een onontbeerlijke fase van de herziening van de leefloonregeling, die een geleidelijke afschaffing van iedere vorm van discriminatie op het oog heeft. Volgens deze logica zal de Regering, in het wetsontwerp dat thans wordt voorbereid, voorstellen het systeem te laten berusten op drie aparte categorieën van gerechtigden alleenstaanden, samenwonenden en aanvragers met één of meerdere personen ten laste. Het hier bedoeld besluit geeft niet alleen een noodzakelijk antwoord op het arrest nr. | l'article 14, § 1er, 1°, de la loi du 26 mai 2002 concernant le droit à l'intégration sociale. Pour le surplus, le Gouvernement est conscient du caractère provisoire et transitoire de la solution contenue dans le présent projet d'arrêté royal. Il n'en demeure pas moins qu'il s'agit là d'une étape indispensable dans une refonte du régime relatif aux revenus d'intégration, laquelle tend vers la disparition progressive de toute forme de discrimination. Dans cette logique, le Gouvernement, dans le projet de loi actuellement en préparation, proposera de fonder le système en se référant à trois catégories distinctes de bénéficiaires : les isolés, les cohabitants et les demandeurs avec personne(s) à charge. L'arrêté dont il est question ici, outre qu'il constitue une réponse |
5/2004 van het Arbitragehof, maar maakt het dus mogelijk de rechten | indispensable à l'arrêt n° 5/2004 de la Cour d'arbitrage, permet donc |
van de gerechtigden op hulp te vrijwaren, waarbij tevens wordt | de préserver les droits des bénéficiaires d'aide, tout en anticipant |
vooruitgelopen op de toekomstige wetswijziging. | la modification législative à venir. |
Artikelsgewijze bespreking | Commentaire des articles |
Artikel 1 | Article 1er |
Ingevolge het arrest nr. 5/2004 van het Arbitragehof komen | A la suite de l'arrêt n° 5/2004 rendu par la Cour d'arbitrage, les |
samenwonenden die kinderen ten laste hebben niet meer in aanmerking | cohabitants qui ont charge d'enfants n'ont plus aucune vocation à |
voor een leefloon aangezien ze niet meer bedoeld zijn bij de wet van | percevoir un revenu d'intégration, dès lors qu'ils ne sont plus visés |
26 mei 2002. Dergelijke situatie is heel nadelig voor de betrokkenen | dans la loi du 26 mai 2002. Une telle situation est hautement |
omdat ze een rechtsvacuüm doet ontstaan, dat zo snel mogelijk moeten | préjudiciable pour les intéressés, en ce qu'elle est à l'origine d'un |
worden weggewerkt. | vide juridique qu'il convient de combler sans désemparer. |
De Regering heeft dus beslist de situatie die is ontstaan door | Le Gouvernement a donc décidé de remédier à la situation créée par |
voormeld vernietigingsarrest recht te zetten en te voorzien in de | l'arrêt d'annulation précité et de rencontrer les exigences de |
nodige continuïteit van openbare dienstverlening en rechtszekerheid. | continuité du service public et de sécurité juridique. En conséquence, |
Er werd dan ook beslist, als overgangsmaatregel en in afwachting dat | il a été décidé, de manière transitoire et dans l'attente de |
een wetgevende norm tot wijziging van de wet van 26 mei 2002 wordt aangenomen, dat samenwonenden met kinderlast - die volgens het Arbitragehof op een discriminerende manier worden behandeld omdat ze door de wetgever niet als aparte categorie worden beschouwd - recht zouden hebben op een leefloon tegen hetzelfde bedrag als dat toegekend aan eenoudergezinnen. Het gaat hier immers om een in de wet bestaande categorie waarvoor er duidelijk een verwantschap bestaat met die van samenwonenden met kinderlast. Met deze optie kan men daarenboven vooruitlopen op de toekomstige wetgeving, die alle aanvragers met personen ten laste in één enkele categorie zou moeten indelen. | l'adoption d'une norme législative modifiant la loi du 26 mai 2002, de faire bénéficier les cohabitants avec charge d'enfants - qui sont à l'estime de la Cour d'arbitrage victimes d'un traitement discriminatoire parce qu'ils n'étaient pas pris en considération en tant que catégorie distincte, par le législateur - d'un taux de revenu d'intégration équivalent à celui octroyé aux familles monoparentales. Il s'agit là, en effet, d'une catégorie existant dans la loi et qui présente une parenté certaine avec celle des cohabitants avec charge d'enfants. En outre, une telle option permet d'anticiper la législation future qui devrait appréhender, dans une catégorie unique, l'ensemble des demandeurs avec personne(s) à charge. |
Deze bepaling moet samen gelezen worden met artikel 4 van onderhavig | Cette disposition est à lire en parallèle avec l'article 4 du présent |
ontwerp van koninklijk besluit. | projet d'arrêté royal. |
Artikel 2 | Article 2 |
Ingevolge het arrest nr. 5/2004 van het Arbitragehof komen | A la suite de l'arrêt n° 5/2004 rendu par la Cour d'arbitrage, les |
alleenstaande personen die een bijdrage betalen voor een geplaatst | personnes isolées qui s'acquittent d'une part contributive pour un |
kind en die het bewijs van deze betaling leveren niet meer in | enfant placé et qui fournissent la preuve du paiement de celle-ci |
aanmerking voor een leefloon aangezien ze niet meer bedoeld zijn bij | n'ont plus aucune vocation à percevoir un revenu d'intégration, dès |
de wet van 26 mei 2002. Dergelijke situatie is heel nadelig voor de | lors qu'elles ne sont plus visées dans la loi du 26 mai 2002. Une |
betrokkenen omdat ze een rechtsvacuüm doet ontstaan, dat zo snel | telle situation est hautement préjudiciable pour les intéressés, en ce |
mogelijk moeten worden weggewerkt. | qu'elle est à l'origine d'un vide juridique qu'il convient de combler |
sans désemparer. | |
De Regering heeft dus beslist de situatie die is ontstaan door | Le Gouvernement a donc décidé de remédier à la situation créée par |
voormeld vernietigingsarrest recht te zetten en te voorzien in de nodige continuïteit van openbare dienstverlening en rechtszekerheid. Er werd dan ook beslist, als overgangsmaatregel en in afwachting dat een wetgevende norm tot wijziging van de wet van 26 mei 2002 wordt aangenomen, dat alleenstaande personen die een bijdrage betalen voor een geplaatst kind - die volgens het Arbitragehof op een discriminerende manier worden behandeld omdat ze door de wetgever niet als aparte categorie worden beschouwd - recht zouden hebben op een leefloon tegen hetzelfde bedrag als dat toegekend aan alleenstaanden die gerechtigd zijn op een verhoogd bedrag voor alleenstaande. Het gaat hier immers om een in de wet bestaande categorie waarvoor er duidelijk een verwantschap bestaat met die van alleenstaanden die recht hebben op een verhoogd bedrag. Met deze oplossing kan de door het Arbitragehof gehekelde ongelijke behandeling tussen alleenstaanden die onderhoudsgeld verschuldigd zijn en personen die een bijdrage betalen voor een geplaatst kind weggewerkt worden. | l'arrêt d'annulation précité et de rencontrer les exigences de continuité du service public et de sécurité juridique. En conséquence, il a été décidé, de manière transitoire et dans l'attente de l'adoption d'une norme législative modifiant la loi du 26 mai 2002, de faire bénéficier les personnes isolées qui assument une part contributive pour un enfant placé - qui sont à l'estime de la Cour d'arbitrage victimes d'un traitement discriminatoire parce qu'elles n'étaient pas prises en considération, en tant que catégorie distincte, par le législateur -, d'un taux de revenu d'intégration équivalent à celui octroyé aux isolés bénéficiant d'un taux isolé majoré. Il s'agit là, en effet, d'une catégorie existant dans la loi et qui présente une parenté certaine avec celle des cohabitants avec charge d'enfants. Une telle solution permet de supprimer la différence de traitement dénoncée par la Cour d'arbitrage entre les personnes isolées redevables d'une pension alimentaire et celles qui assument une part contributive pour un enfant placé. |
Artikel 3 | Article 3 |
Deze bepaling moet samen gelezen worden met artikel 1 van onderhavig | Cette disposition est à lire en parallèle avec l'article 1er du |
ontwerp van koninklijk besluit. | présent projet d'arrêté royal. |
Indien de gelijkstelling wat betreft het bedrag van het leefloon | L'assimilation, quant au taux de revenu d'intégration entre les |
tussen samenwonenden met kinderlast en eenoudergezinnen zonder omwegen | cohabitants avec charge d'enfants et les familles monoparentales, |
zou worden ingevoerd, zou artikel 10 van Grondwet worden miskend. Deze bepaling wordt immers geschonden wanneer twee categorieën van burgers die zich in een duidelijk verschillende situatie bevinden, op dezelfde manier worden behandeld. Dit zou het geval zijn indien het principe vervat in artikel 1 van onderhavig ontwerp van koninklijk besluit niet getemperd wordt, aangezien het huishouden, in het ene geval, slechts over één inkomen beschikt, terwijl het in het andere geval over twee inkomens beschikt. Om die reden werd beslist om rekening te houden met het tweede inkomen, zodat het principe van gelijke behandeling daadwerkelijk wordt nageleefd, niet alleen tussen samenwonenden met kinderlast en eenoudergezinnen, maar ook tussen samenwonenden met kinderlast naargelang van de bestaansmiddelen van de andere samenwonende. In dit verband wordt een forfaitair quotiënt van schaalvergroting (FQS) ingevoerd, dat neerkomt op het aandeel van uitgespaarde lasten ingevolge een samenwoning. | appliquée de manière abrupte, méconnaîtrait l'article 10 de la Constitution. En effet, cette disposition est violée si l'on traite de manière identique deux catégories de citoyens qui se trouvent dans des situations clairement différenciées. Or tel serait le cas si le principe contenu dans l'article 1er du présent projet d'arrêté royal n'était pas tempéré, puisque, dans un cas, le ménage ne dispose que d'un revenu alors que, dans l'autre, il en dispose de deux. Telle est la raison pour laquelle il a été décidé de prendre en compte le second revenu afin que le principe d'égalité soit effectivement respecté, non seulement entre cohabitants avec charge d'enfants et familles monoparentales, mais également entre cohabitants avec charge d'enfants en fonction des ressources de l'autre cohabitant. Dans cette perspective, est institué un quotient forfaitaire d'économie d'échelle (QFEE) qui constitue la quote-part d'économie de charges engendrée par le fait qu'il y a cohabitation. |
Het FQS bedraagt jaarlijks 4.400 euro . Drie verschillende hypothesen zijn voorzien. In de eerste hypothese is de samenwonende met kinderlast gehuwd en woont als koppel samen onder hetzelfde dak of vormt een feitelijk huishouden met een andere persoon. In dit geval wordt rekening gehouden met alle bestaansmiddelen van laatstgenoemde persoon. In de tweede hypothese leeft de samenwonende met kinderlast samen met één of meerdere personen die van de wet betreffende het recht op maatschappelijke integratie willen genieten. In dit geval wordt rekening gehouden met het FQS. In de derde hypothese leeft de samenwonende met kinderlast samen met één of meerdere personen die niet van de wet betreffende het recht op maatschappelijke integratie willen genieten. In dit geval wordt minimum rekening gehouden met het FQS en maximum met alle | Le QFEE s'élève annuellement à 4.400 euro . Trois hypothèses distinctes sont envisagées. La première vise le cas où le cohabitant ayant charge d'enfant(s) est marié et vit, en couple, sous le même toit ou constitue un ménage de fait avec une personne. Dans ce cas, il est tenu compte de toutes les ressources de cette dernière. La deuxième hypothèse vise le cas où le cohabitant ayant charge d'enfant(s) cohabite avec une ou plusieurs personnes qui sollicitent le bénéfice de la loi concernant le droit à l'intégration sociale. Dans ce cas, il est tenu compte du QFEE. La troisième hypothèse a trait au cas où le cohabitant ayant charge d'enfant(s) cohabite avec une ou plusieurs personnes qui ne sollicitent pas le bénéfice de la loi concernant le droit à l'intégration sociale. Dans ce cas, il est tenu compte au minimum du |
bestaansmiddelen van de andere samenwonenden. | QFEE, et au maximum de toutes les ressources des autres cohabitants. |
Artikel 4 | Article 4 |
Krachtens deze bepaling zijn de in artikelen 1 en 2 van onderhavig | Cette disposition prévoit que les montants visés aux articles 1er et 2 |
ontwerp van koninklijk besluit bedoelde bedragen gekoppeld aan de | du présent projet d'arrêté royal sont rattachés à l'indice pivot |
spilindex 103,14 van de consumptieprijzen, van toepassing op 1 juni 1999. | 103,14, applicable au 1er juin 1999, des prix à la consommation. |
Artikel 5 | Article 5 |
Cette disposition est destinée à garantir la mise en oeuvre concrète | |
Deze bepaling regelt de concrete toepassing van het besluit. Ze | de l'arrêté. Elle prévoit qu'il est fait référence aux règles |
verwijst naar de regels vervat in de wet van 26 mei 2002 betreffende | contenues dans la loi du 26 mai 2002 concernant le droit à |
het recht op maatschappelijke integratie en in het koninklijk besluit | |
van 11 juli 2002 houdende het algemeen reglement betreffende het recht | l'intégration sociale et de l'arrêté royal du 11 juillet 2002 portant |
op maatschappelijke integratie, met uitzonderd van zijn artikel 34, | règlement général concernant le droit à l'intégration sociale, à |
opdat ze perfect zouden kunnen toegepast worden. | l'exception de son article 34, afin d'en assurer la parfaite |
application. | |
Artikel 6 | Article 6 |
Het besluit zal in werking treden op de datum waarop het arrest nr. | Il est prévu que l'arrêté entrera en vigueur à la date où sera publié |
5/2004 van het Arbitragehof van 14 januari 2004 in het Belgisch | au Moniteur belge l'arrêt de la Cour d'arbitrage n° 5/2004 du 14 |
Staatsblad wordt bekendgemaakt, met het oog op de continuïteit in de | janvier 2004, et ce afin d'offrir une solution de continuité dans le |
behandeling van de dossiers en om een rechtsvacuüm te voorkomen, dat | traitement des dossiers et éviter que n'existe un vide juridique, |
bijzonder nadelig zou zijn voor de categorieën van gerechtigden die, | particulièrement préjudiciable aux catégories de bénéficiaires qui, du |
wegens dit arrest, niet meer bedoeld zijn bij de wet van 26 mei 2002. | fait de cet arrêt, ne sont plus visées dans la loi du 26 mai 2002. |
Ik heb de eer te zijn, | J'ai l'honneur d'être, |
Sire, | Sire, |
Van Uw Majesteit, | De votre Majesté, |
de zeer eerbiedige | le très respectueux |
en zeer getrouwe dienaar, | et très fidèle serviteur, |
De Minister van Maatschappelijke Integratie, | La Ministre de l'Intégration sociale, |
Mevr. M. ARENA | Mme M. ARENA |
1 MAART 2004. - Koninklijk besluit houdende bepalingen ingevolge het | 1er MARS 2004. - Arrêté royal portant dispositions consécutives à |
arrest nr. 5/2004 van 14 januari 2004 van het Arbitragehof waarbij | l'arrêt n° 5/2004 du 14 janvier 2004 de la Cour d'arbitrage prononçant |
sommige bepalingen van de wet van 26 mei 2002 betreffende het recht op | l'annulation de certaines dispositions de la loi du 26 mai 2002 |
maatschappelijke integratie werden vernietigd | concernant le droit à l'intégration sociale |
ALBERT II, Koning der Belgen, | ALBERT II, Roi des Belges, |
Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet. | A tous, présents et à venir, Salut. |
Gelet op de wet van 26 mei 2002 betreffende het recht op | Vu la loi du 26 mai 2002 concernant le droit à l'intégration sociale, |
maatschappelijke integratie, inzonderheid op artikel 14, § 1, 1° en | notamment à l'article 14, § 1er, 1° et 2°; |
2°; Gelet op de organieke wet van 8 juli 1976 betreffende de openbare | Vu la loi du 8 juillet 1976 organique des centres publics d'action |
centra voor maatschappelijk welzijn; | sociale; |
Gelet op de bijzondere wet van 6 januari 1989 op het Arbitragehof; | Vu la loi spéciale du 6 janvier 1989 sur la Cour d'arbitrage; |
Gelet op het arrest nr. 5/2004 van het Arbitragehof van14 januari 2004; | Vu l'arrêt n° 5/2004 du 14 janvier 2004 de la Cour d'arbitrage; |
Gelet op het advies van de Inspecteur van Financiën, gegeven op 17 | Vu l'avis de l'Inspecteur des Finances, donné le 17 février 2004; |
februari 2004; | |
Gelet op de akkoordbevinding van Onze Minister van Begroting van 19 | Vu l'accord de Notre Ministre du Budget, donné le 19 février 2004; |
februari 2004; | |
Gelet op de wetten op de Raad van State, gecoördineerd op 12 januari | Vu les lois sur le Conseil d'Etat, coordonnées le 12 janvier 1973, |
1973, inzonderheid op artikel 3, § 1, vervangen bij de wet van 4 juli 1989 en gewijzigd bij de wet van 4 augustus 1996; | notamment l'article 3, § 1er, remplacé par la loi du 4 juillet 1989 et |
Gelet op de dringende noodzakelijkheid; | modifié par la loi du 4 août 1996; Vu l'urgence; |
Overwegende dat het Arbitragehof in het arrest nr. 5/2004 van 14 | Considérant que la Cour d'arbitrage dans son arrêt n° 5/2004 du 14 |
januari 2004 sommige bepalingen van de wet van 26 mei 2002 betreffende | janvier 2004 a annulé partiellement certaines dispositions de la loi |
het recht op maatschappelijke integratie gedeeltelijk heeft | du 26 mai 2002 concernant le droit à l'intégration sociale, notamment |
vernietigd, met name artikel 14, § 1, 1°, in zoverre het alle | l'article 14, § 1er, 1°, en ce qu'il traite de la même manière tous |
samenwonende personen op dezelfde wijze behandelt zonder rekening te | les cohabitants sans tenir compte de la charge d'enfants, ainsi que |
houden met de kinderlast, alsook artikel 14, § 1, 2°, in zoverre het | l'article 14, § 1er, 2°, en tant qu'il comprend la catégorie des |
de categorie van personen omvat die voor een geplaatst kind een | personnes qui s'acquittent d'une part contributive pour un enfant |
bijdrage betalen die werd vastgesteld door de jeugdrechtbank of de | placé, fixée par le tribunal de la jeunesse ou les autorités |
administratieve overheden in het kader van de bijstand of de | administratives dans le cadre de l'aide ou de la protection de la |
bescherming van de jeugd; dat het rechtsvacuüm dat ontstaan is ten gevolge van het vernietigingsarrest, dat van rechtswege uitvoerbaar is, de regering dwingt om dringend voorlopige reglementaire maatregelen te nemen; dat in deze leemte in het recht formeel enkel kan voorzien worden door een wet die in beide Kamers wordt aangenomen na een parlementaire procedure die een langere tijd in beslag zal nemen; dat intussen zonder verwijl de gevolgen van het voormelde Arbitragehof moeten verholpen worden; dat onderhavig besluit derhalve dringend genomen moet worden om de grondrechten van de betrokken personen te vrijwaren; | jeunesse; que le vide juridique entraîné par cet arrêt d'annulation, qui est exécutoire de plein droit, oblige le gouvernement à prendre d'urgence des mesures réglementaires provisoires; que ce vide juridique ne pourra être comblé formellement que par une loi à adopter par les Chambres après une procédure parlementaire nécessitant une période plus longue; qu'entre-temps il y a lieu de remédier sans attendre aux conséquences de l'arrêt précité de la Cour d'Arbitrage; que le présent arrêté doit dès lors être pris d'urgence afin de sauvegarder les droits fondamentaux des personnes concernées; Considérant que si cet arrêté devait être soumis aux formalités |
Overwegende dat, indien de formaliteiten van artikel 3 van de | prévues par l'article 3 des lois coordonnées sur le Conseil d'Etat, il |
gecoördineerde wetten op de Raad van State voor dit besluit zouden | ne serait pas possible de préserver la continuité ainsi évoquée et il |
gelden, voormelde continuïteit niet zou kunnen gevrijwaard worden en | existerait, pendant un temps, un vide juridique hautement |
er gedurende enige tijd een rechtsvacuüm zou ontstaan, dat zeer | préjudiciable aux catégories de personnes en cause; |
nadelig zou zijn voor de betrokken categorieën van personen; | Sur la proposition de Notre Ministre de l'Intégration sociale et de |
Op de voordracht van Onze Minister van Maatschappelijke Integratie en | l'avis de Nos Ministres qui en ont délibéré en Conseil, |
op het advies van Onze in Raad vergaderde Ministers, Hebben Wij besloten en besluiten Wij : Artikel 1.Het leefloon bedraagt jaarlijks 8.800 EUR voor de persoon met kinderlast en samenwonend met één of meerdere personen. Dit leefloon wordt slechts toegekend aan één van de samenwonenden die onder hetzelfde dak wonen en die hun huishoudelijke aangelegenheden hoofdzakelijk gemeenschappelijk regelen. Met persoon met kinderlast wordt bedoeld de niet-alleenstaande persoon die hetzij een minderjarig ongehuwd kind te zijnen laste, hetzij meer kinderen, onder wie minstens één ongehuwde minderjarige, te zijnen laste huisvest. |
Nous avons arrêté et arrêtons : Article 1er.Le revenu d'intégration annuel s'élève à 8.800 EUR pour la personne ayant charge d'enfant(s) et cohabitant avec une ou plusieurs personnes. Ce revenu d'intégration est toutefois octroyé à un seul des cohabitants vivant sous le même toit et réglant principalement en commun leurs questions ménagères. Par personne ayant charge d'enfant(s) on entend la personne non isolée qui héberge soit un enfant mineur non marié à sa charge, soit plusieurs enfants, parmi lesquels au moins un enfant mineur non marié à sa charge. |
Art. 2.Het leefloon bedraagt jaarlijks 7.700 EUR voor een |
Art. 2.Le revenu d'intégration annuel s'élève à 7.700 EUR pour une |
alleenstaande persoon die voor een geplaatst kind een bijdrage betaalt | personne isolée qui s'acquitte d'une part contributive pour un enfant |
die de jeugdrechtbank of de administratieve overheden in het kader van | placé, fixée par le tribunal de la jeunesse ou les autorités |
de bijstand aan of de bescherming van de jeugd vaststellen en die het | administratives dans le cadre de l'aide ou de la protection de la |
bewijs levert van de betaling van deze bijdrage. Art. 3.§ 1. Ingeval de in artikel 1 bedoelde aanvrager gehuwd is en onder hetzelfde dak woont, of een feitelijk gezin vormt, worden alle bestaansmiddelen van de partner in aanmerking genomen, met inbegrip van het leefloon. Twee personen die als koppel samenleven vormen een feitelijk gezin. § 2. Ingeval van samenwoning van de aanvrager bedoeld in artikel 1 met één of meer andere aanvragers van het recht op maatschappelijke integratie, wordt enkel rekening gehouden met het forfaitair quotiënt van schaalvergroting. Het forfaitair quotiënt van schaalvergroting stemt overeen met het economisch voordeel voor de samenwonenden tengevolge van de verdeling van de kosten van de lasten en de uitgaven; het bedraagt jaarlijks 4.400 EUR. |
jeunesse, et qui fournit la preuve du paiement de cette part contributive. Art. 3.§ 1er. Lorsque le demandeur visé à l'article 1er est marié et vit sous le même toit ou constitue un ménage de fait, il est tenu compte de toutes les ressources du partenaire, en ce compris le revenu d'intégration. Deux personnes qui vivent ensemble en couple constituent un ménage de fait. § 2. En cas de cohabitation du demandeur visé à l'article 1er avec un ou plusieurs autres demandeurs du droit à l'intégration sociale, il n'est tenu compte que du quotient forfaitaire d'économie d'échelle. Le quotient forfaitaire d'économie d'échelle représente l'avantage économique dont bénéficient les cohabitants du partage du coût des charges et des dépenses; il s'élève annuellement à 4.400 EUR. |
§ 3. Ingeval van samenwoning van de aanvrager bedoeld in artikel 1 met | § 3. En cas de cohabitation du demandeur visé à l'article 1er avec une |
één of meer personen die geen aanspraak maken op het genot van de wet | ou plusieurs personnes qui ne sollicitent pas le bénéfice de la loi du |
van 26 mei 2002 betreffende het recht op maatschappelijke integratie, | 26 mai 2002 concernant le droit à l'intégration sociale, il est tenu |
wordt minimum rekening gehouden met het forfaitair quotiënt van | compte au minimum du quotient forfaitaire d'économie d'échelle et au |
schaalvergroting en maximum met alle bestaansmiddelen van de andere | maximum de toutes les ressources des autres cohabitants. |
samenwonenden. | |
Art. 4.De bedragen bedoeld in de artikelen 1, 2 en 3 zijn gekoppeld |
Art. 4.Les montants visés aux articles 1er, 2 et 3 sont rattachés à |
aan het spilindexcijfer 103,14 geldend op 1 juni 1999 (basis 1996 = | l'indice pivot 103,14 applicable au 1er juin 1999 (base 1996 = 100) |
100) van de consumptieprijzen. | des prix à la consommation. |
Zij schommelen overeenkomstig de bepalingen van de wet van 2 augustus | Ils varient conformément aux dispositions de la loi du 2 août 1971 |
1971 houdende inrichting van een stelsel waarbij de wedden, lonen, | organisant un régime de liaison à l'indice des prix à la consommation, |
pensioenen, toelagen en tegemoetkomingen ten laste van de openbare | des traitements, salaires, pensions, allocations et subvention à |
schatkist, sommige sociale uitkeringen, de bezoldigingsgrenzen waarmee | charge du trésor public, de certaines prestations sociales, des |
rekening dient gehouden bij de berekening van sommige bijdragen van de | limites de rémunérations à prendre en considération pour le calcul de |
sociale zekerheid der arbeiders, alsmede de verplichtingen op sociaal | certaines cotisations de sécurité sociale des travailleurs, ainsi que |
gebied opgelegd aan de zelfstandigen, aan het indexcijfer van de | des obligations imposées en matière sociale aux travailleurs |
consumptieprijzen worden gekoppeld. | indépendants. |
Art. 5.Voor de tenuitvoerlegging van onderhavig besluit wordt |
Art. 5.Pour la mise en oeuvre du présent arrêté, il est fait |
toepassing gemaakt van de regels van de wet van 26 mei 2002 | application des règles contenues dans la loi du 26 mai 2002 concernant |
betreffende het recht op maatschappelijke integratie en het koninklijk | le droit à l'intégration sociale et dans l'arrêté royal du 11 juillet |
besluit van 11 juli 2002 houdende het algemeen reglement betreffende | 2002 portant règlement général concernant le droit à l'intégration |
het recht op maatschappelijke integratie, met uitzondering van artikel | sociale, à l'exception de son article 34. |
34. Art. 6.Onderhavig besluit treedt in werking op de dag van |
Art. 6.Le présent arrêté entre en vigueur le jour de la publication |
bekendmaking in het Belgisch Staatsblad van het arrest nr. 5/2004 van | au Moniteur belge de l'arrêt n° 5/2004 rendu par la Cour d'arbitrage |
het Arbitragehof van 14 januari 2004. | le 14 janvier 2004. |
Art. 7.Onze Minister bevoegd voor Maatschappelijke Integratie is |
Art. 7.Notre Ministre qui a l'Intégration sociale dans ses |
belast met de uitvoering van dit besluit. | attributions est chargé de l'exécution du présent arrêté. |
Gegeven te Brussel, 1 maart 2004. | Donné à Bruxelles, le 1er mars 2004. |
ALBERT | ALBERT |
Van Koningswege : | Par le Roi : |
De Minister van Maatschappelijke Integratie, | La Ministre de l'Intégration sociale, |
Mevr. M. ARENA | Mme M. ARENA |