← Terug naar "Besluit van de Regering tot vaststelling van de inwerkingtreding en de toepassingsduur van de regeling inzake toekenning van een forfaitaire vergoeding voor de kantoorkosten die ontstaan in het kader van het thuiswerk dat als onderwijzend personeel wordt verricht "
| Besluit van de Regering tot vaststelling van de inwerkingtreding en de toepassingsduur van de regeling inzake toekenning van een forfaitaire vergoeding voor de kantoorkosten die ontstaan in het kader van het thuiswerk dat als onderwijzend personeel wordt verricht | Arrêté du Gouvernement fixant l'entrée en vigueur et la durée d'application de la règlementation relative à l'octroi d'une indemnité forfaitaire destinée à couvrir les frais de bureau engagés dans le cadre du travail à domicile lié à l'activité d'enseignant |
|---|---|
| MINISTERIE VAN DE DUITSTALIGE GEMEENSCHAP 7 JULI 2022. - Besluit van de Regering tot vaststelling van de inwerkingtreding en de toepassingsduur van de regeling inzake toekenning van een forfaitaire vergoeding voor de kantoorkosten die ontstaan in het kader van het thuiswerk dat als onderwijzend personeel wordt verricht De Regering van de Duitstalige Gemeenschap, | MINISTERE DE LA COMMUNAUTE GERMANOPHONE 7 JUILLET 2022. - Arrêté du Gouvernement fixant l'entrée en vigueur et la durée d'application de la règlementation relative à l'octroi d'une indemnité forfaitaire destinée à couvrir les frais de bureau engagés dans le cadre du travail à domicile lié à l'activité d'enseignant Le Gouvernement de la Communauté germanophone, |
| Gelet op het decreet van 17 mei 2004 houdende dringende maatregelen | Vu le décret du 17 mai 2004 portant des mesures en matière |
| inzake onderwijs, opleiding en infrastructuur - 2004, artikel 21.6, | d'enseignement, de formation et d'infrastructure - 2004, l'article |
| ingevoegd bij het decreet van 28 juni 2021; | 21.6, inséré par le décret du 28 juin 2021; |
| Gelet op het decreet van 28 juni 2021 over maatregelen inzake | Vu le décret du 28 juin 2021 portant des mesures en matière |
| onderwijs 2021, artikel 349, 11°; | d'enseignement - 2021, l'article 349, 11°; |
| Gelet op protocol nr. S3/2022 OSUW1/2022 van 7 februari 2022 dat de | Vu le protocole n° S3/2022 OSUW1/2022 du 7 février 2022 contenant les |
| conclusies bevat van de onderhandelingen die werden gevoerd in een | conclusions des négociations menées en commun au sein du Comité de |
| gemeenschappelijke zitting van het sectorcomité XIX voor de | secteur XIX pour la Communauté germanophone et du sous-comité prévu à |
| Duitstalige Gemeenschap en van de onderafdeling vermeld in artikel 17, | |
| § 2ter, 3°, van het koninklijk besluit van 28 september 1984; | l'article 17, § 2ter, 3°, de l'arrêté royal du 28 septembre 1984; |
| Gelet op het advies van de inspecteur van Financiën, gegeven op 10 | Vu l'avis de l'Inspecteur des finances, donné le 10 mars 2022; |
| maart 2022; Gelet op de akkoordbevinding van de Minister-President, bevoegd voor | Vu l'accord du Ministre-Président, compétent en matière de Budget, |
| Begroting, d.d. 31 maart 2022; | donné le 31 mars 2022; |
| Gelet op advies 71.418/2 van de Raad van State, gegeven op 1 juni 2022 | Vu l'avis du Conseil d'Etat n° 71.418/2, donné le 1er juin 2022, en |
| met toepassing van artikel 84, § 1, eerste lid, 2°, van de wetten op | application de l'article 84, § 1er, alinéa 1er, 2°, des lois sur le |
| de Raad van State, gecoördineerd op 12 januari 1973; | Conseil d'Etat, coordonnées le 12 janvier 1973; |
| Overwegende dat de FOD Financiën op 7 juli 2020 een voorafgaande | Considérant la décision anticipée du SPF Finances du 7 juillet 2020, |
| beslissing heeft genomen die met ingang van 1 januari 2021 voor vijf | valable à partir du 1er janvier 2021 pour une durée de cinq ans, de |
| jaar geldt; dat uit die beslissing blijkt dat de vergoeding die wordt | |
| toegekend overeenkomstig de artikelen 21.4 en 21.5 van het decreet van | laquelle il ressort que l'indemnité octroyée en vertu des articles |
| 17 mei 2004 houdende dringende maatregelen inzake onderwijs, opleiding | 21.4 et 21.5 du décret du 17 mai 2004 portant des mesures en matière |
| en infrastructuur - 2004 moet worden beschouwd als een terugbetaling | d'enseignement, de formation et d'infrastructure - 2004 doit être |
| van door de werkgever te betalen kosten en bijgevolg geen deel | considérée comme un remboursement des dépenses propres de l'employeur |
| uitmaakt van de belastbare beroepsinkomsten van de begunstigde; | et ne fait donc pas partie du revenu professionnel imposable du bénéficiaire; |
| Op de voordracht van de Minister van Onderwijs; | Sur la proposition du Ministre compétent en matière d'Enseignement; |
| Na beraadslaging, | Après délibération, |
| Besluit : | Arrête : |
Artikel 1.- De artikelen 265 tot 268 van het decreet van 28 juni 2021 |
Article 1er.- Les articles 265 à 268 du décret du 28 juin 2021 |
| houdende maatregelen inzake onderwijs 2021 hebben uitwerking met | portant des mesures en matière d'enseignement 2021 produisent leurs |
| ingang van 1 januari 2021. | effets le 1er janvier 2021. |
Art. 2.- De artikelen 21.4 en 21.5 van het decreet van 17 mei 2004 |
Art. 2.- Les articles 21.4 et 21.5 du décret du 17 mai 2004 portant |
| over maatregelen inzake onderwijs, opleiding en infrastructuur - 2004 | des mesures en matière d'enseignement, de formation et |
| hebben uitwerking met ingang van 1 januari 2021 en zijn van toepassing | d'infrastructure - 2004 produisent leurs effets le 1er janvier 2021 et |
| gedurende vijf kalenderjaren tot en met 31 december 2025. | s'appliquent durant cinq années calendrier jusqu'au 31 décembre 2025 inclus. |
Art. 3.- De minister bevoegd voor Onderwijs is belast met de |
Art. 3.- Le ministre compétent en matière d'Enseignement est chargé |
| uitvoering van dit besluit. | de l'exécution du présent arrêté. |
| Eupen, 7 juli 2022. | Eupen, le 7 juillet 2022. |
| Voor de Regering van de Duitstalige Gemeenschap : | Pour le Gouvernement de la Communauté germanophone : |
| De Minister-President, Minister van Lokale Besturen en Financiën, | Le Ministre-Président, Ministre des Pouvoirs locaux et des Finances, |
| O. PAASCH | O. PAASCH |
| De Minister van Onderwijs en Wetenschappelijk Onderzoek, | La Ministre de l'Education et de la Recherche scientifique, |
| L. KLINKENBERG | L. KLINKENBERG |