← Terug naar "Besluit van de Waalse Regering houdende sectorale voorwaarden inzake watergebruik i.v.m. petrochemie "
| Besluit van de Waalse Regering houdende sectorale voorwaarden inzake watergebruik i.v.m. petrochemie | Arrêté du Gouvernement wallon portant condition sectorielle eau relative à la pétrochimie |
|---|---|
| MINISTERIE VAN HET WAALSE GEWEST | MINISTERE DE LA REGION WALLONNE |
| 16 JANUARI 2003. - Besluit van de Waalse Regering houdende sectorale | 16 JANVIER 2003. - Arrêté du Gouvernement wallon portant condition |
| voorwaarden inzake watergebruik i.v.m. petrochemie | sectorielle eau relative à la pétrochimie |
| De Waalse Regering, | Le Gouvernement wallon, |
| Gelet op het decreet van 11 maart 1999 betreffende de milieuvergunning; | Vu le décret du 11 mars 1999 relatif au permis d'environnement; |
| Gelet op het besluit van de Waalse Regering van 4 juli 2002 tot | Vu l'arrêté du Gouvernement wallon du 4 juillet 2002 fixant les |
| bepaling van de algemene voorwaarden voor de exploitatie van de | conditions générales d'exploitation des établissements visés par le |
| inrichtingen bedoeld in het decreet van 11 maart 1999 betreffende de | décret du 11 mars 1999 relatif au permis d'environnement; |
| milieuvergunning; Gelet op het besluit van de Waalse Regering van 4 juli 2002 tot | Vu l'arrêté du Gouvernement wallon du 4 juillet 2002 arrêtant la liste |
| bepaling van de lijst van de aan een milieueffectstudie onderworpen | des projets soumis à étude d'incidences et des installations et |
| projecten en van de ingedeelde installaties en activiteiten; | activités classées; |
| Gelet op het advies van de Adviescommissie voor de bescherming van het | Vu l'avis de la Commission consultative pour la protection des eaux |
| oppervlaktewater tegen verontreiniging, uitgebracht op 15 februari 2002; | contre la pollution, rendu le 15 février 2002; |
| Gelet op het advies van de Raad van State, uitgebracht op 25 september 2002, | Vu l'avis du Conseil d'Etat, rendu le 25 septembre 2002, |
| Besluit : | Arrête : |
| ENIG HOOFDSTUK. - Toepassingsgebied en lozingsvoorwaarden | CHAPITRE UNIQUE. - Champ d'application et conditions de déversement |
| Afdeling I. - Toepassingsgebied | Section Ire. - Champ d'application |
Artikel 1.Deze voorwaarden zijn van toepassing op de activiteiten en |
Article 1er.Les présentes conditions s'appliquent aux installations |
| installaties die ingedeeld zijn onder de volgende rubrieken : | ou activités reprises aux rubriques : |
| - Nr. 24.14 (24.14.01, 24.14.02,.24.14.03, 24.14.04, 24.14.05, | - nos 24.14 (24.14.01, 24.14.02, 24.14.03, 24.14.04, 24.14.05, |
| 24.14.07) : vervaardiging van overige organische chemische | 24.14.07) : fabrication d'autres produits chimiques organiques de |
| basisproducten. | base. |
| - Nr. 24.16 (24.16.01, 24.16.02) : vervaardiging van kunststoffen in | - nos 24.16 (24.16.01, 24.16.02) : fabrication de matières plastiques |
| primaire vormen. | de base. |
| - Nr. 24.17 : vervaardiging van synthetische rubber. | - n° 24.17 : fabrication de caoutchouc synthétique. |
| Voor de toepassing van dit besluit wordt de sector in subsectoren | Pour l'application du présent arrêté, le secteur est subdivisé en |
| onderverdeeld, met name : | sous-secteurs comme suit : |
| 1° Subsector I : vervaardiging van niet-gesubstitueerde | 1° Sous-secteur Ier : fabrication d'hydrocarbures non substitués |
| alifatische/aromatische koolwaterstoffen (subrubriek nr. 24.14.01) | aliphatiques/aromatiques (sous-rubrique n° 24.14.01). |
| 2° Subsector II : vervaardiging van gesubstitueerde | 2° Sous-secteur II : fabrication d'hydrocarbures |
| alifatische/aromatische koolwaterstoffen (O, N, S, P), met | aliphatiques/aromatiques substitués (O, N, S, P) à l'exception des |
| uitzondering van de gehalogeneerde koolwaterstoffen (subrubriek nr. | hydrocarbures halogénés (sous-rubriques nos 24.14.02, 24.14.03, |
| 24.14.02, 24.14.03, 24.14.04 en 24.14.05). De vervaardiging van | 24.14.04 et 24.14.05). La fabrication d'hydrocarbures hétérocycliques |
| heterocyclische koolwaterstoffen behoort tevens tot deze subsector; | est également rattachée à ce sous-secteur. |
| 3° Subsector III : productie van organometalen; | 3° Sous-secteur III : production d'organométaux. |
| 4° Subesector IV : productie van polymeren en voorbereiding van | 4° Sous-secteur IV : production de polymères et préparation de |
| mengsels van kunststoffen in primaire vormen en vervaardiging van | mélanges de matières plastiques de base et fabrication de caoutchouc |
| rubber (subrubrieken nr. 24.16.01 - met uitzondering van de | (sous-rubriques nos 24.16.01 - à l'exclusion de la fabrication de |
| vervaardiging van monomeren, 24.16.02, 24.17.01, 24.17.02 en | monomères, 24.16.02, 24.17.01, 24.17.02 et 24.17.03). |
| 24.17.03).Afdeling II. - Lozingsvoorwaarden | Section II. - Conditions de déversement |
| Onderafdeling I. - Voorwaarden voor lozingen in gewoon | Sous-section I. - Conditions de déversement en eaux de surface |
| oppervlaktewater m.b.t. subsector I | ordinaires pour le sous-secteur I |
Art. 2.Industrieel afvalwater dat in gewoon oppervlaktewater wordt |
Art. 2.Les eaux usées industrielles rejetées en eaux de surface |
| geloosd, voldoet aan de volgende voorwaarden : | ordinaires respectent les conditions suivantes : |
| 1° de pH-waarde ligt tussen 6 en 9. Als het voortkomt uit het gebruik | 1° le pH des eaux déversées doit être compris entre 6 et 9. Si les |
| van gewoon oppervlaktewater en/of van grondwater, kan de natuurlijke | eaux déversées proviennent de l'utilisation d'une eau de surface |
| pH-waarde als grenswaarde van de pH aangenomen worden als ze hoger is | ordinaire et/ou d'une eau souterraine, le pH naturel de ladite eau, |
| s'il est supérieur à 9 ou inférieur à 6 peut être admis comme valeur | |
| dan 9 of lager dan 6; | limite du pH des eaux déversées; |
| 2° de biochemische zuurstofbehoefte over vijf dagen bij 20 °C en bij | 2° la demande biochimique en oxygène en cinq jours à 20 °C et en |
| aanwezigheid van allyl thio-ureum is niet hoger dan 300 mg per liter; | présence d'allylthio-urée des eaux déversées ne peut dépasser 300 mg |
| d'oxygène par litre; | |
| 3° la demande chimique en oxygène des eaux déversées ne peut dépasser | |
| 3° de chemische zuurstofbehoefte is niet hoger dan 1 300 mg per liter | 1 300 mg d'oxygène par litre ou la teneur en carbone organique total |
| en het gehalte aan totaal organische koolstof is niet hoger dan 650 mg | des eaux déversées ne peut dépasser 650 mg de carbone par litre; |
| per liter; | 4° la teneur en matières en suspension des eaux déversées ne peut |
| 4° het gehalte aan zwevende stoffen is niet hoger dan 200 mg per | dépasser 200 mg par litre; |
| liter; | 5° la teneur en matières sédimentables des eaux déversées ne peut |
| 5° het gehalte aan bezinkbare stoffen is niet hoger dan 1 ml per liter | dépasser 1 ml par litre (au cours d'une sédimentation statique de deux heures); |
| (statische bezinking gedurende 2 uur); | 6° la teneur en hydrocarbures non polaires des eaux déversées ne peut |
| 6° het gehalte aan niet-polaire koolwaterstoffen is niet hoger dan 25 | dépasser 25 mg par litre; |
| mg per liter; 7° het gehalte aan anionactieve, kationactieve en niet-ionogene | 7° la teneur en détergents anioniques, cationiques et non-ioniques des |
| wasmiddelen is niet hoger dan 3 mg per liter; | eaux déversées ne peut dépasser 3 mg par litre; |
| 8° het gehalte aan fenolen is niet hoger dan 1 mg per liter; | 8° la teneur en phénols des eaux déversées ne peut dépasser 1 mg par |
| 9° het gehalte aan vlot ontleedbare cyaniden is niet hoger dan 0,5 mg | litre; 9° la teneur en cyanures facilement décomposables des eaux déversées |
| CN per liter; | ne peut dépasser 0.5 mg CN par litre; |
| 10° het gehalte aan totaal ijzer is niet hoger dan 4 mg Fe per liter; | 10° la teneur en fer total des eaux déversées ne peut dépasser 4 mg Fe |
| 11° het gehalte aan totaal aluminium is niet hoger dan 5 mg Al per | par litre; 11° la teneur en aluminium des eaux déversées ne peut dépasser 5 mg Al |
| liter; | par litre; |
| 12° de temperatuur is niet hoger dan 30 °C; | 12° la température des eaux déversées ne peut dépasser 30 0C; |
| 13° het is vrij van oliën, vetten of andere zwevende stoffen waarvan | 13° les eaux déversées ne peuvent contenir des huiles, des graisses ou |
| duidelijk kan worden vastgesteld dat ze een zwevende laag vormen; | autres matières flottantes en quantités telles qu'une couche flottante |
| puisse être constatée de manière non équivoque; | |
| 14° het gehalte aan monocylische aromatische koolwaterstoffen (BTEX) | 14° la teneur en hydrocarbures aromatiques monocycliques (BTEX) des |
| is niet hoger dan 2 mg per liter aangezien vluchtige stoffen moeten | eaux déversées ne peut dépasser 2 mg par litre sachant que, pour les |
| voldoen aan de lozingsvoorwaarden stroomopwaarts van elke | substances volatiles, les conditions de rejet doivent être respectées |
| behandelingsinstallatie met beluchtingssysteem; | en amont de tout dispositif faisant appel à une agitation à l'air |
| libre des effluents; | |
| 15° het gehalte aan polyaromatische koolwaterstoffen (6 van Borneff) | 15° la teneur en hydrocarbures aromatiques polycycliques (somme des 6 |
| is niet hoger dan 250 µg per liter; | de Borneff) des eaux déversées ne peut dépasser 250 µg par litre; |
| 16° bij een mogelijke aanwezigheid in de lozingen van één (meer) | 16° lorsqu'un ou des composés organiques volatils, non spécifiquement |
| vluchtige organische verbinding(en) die niet specifiek vastgelegd is | vu(s) par un paramètre de la norme sectorielle (BTEX) est (sont) |
| (zijn) op grond van een parameter van de sectorale norm (BTEX), | susceptible(s) d'être présent(s) dans les rejets, leur concentration |
| voorzien de bijzondere voorwaarden in een beperkte concentratie ervan. | sera limitée par les conditions particulières. Cette limitation sera |
| De beperking wordt vastgelegd naar gelang van het milieueffect dat | établie au vu de l'impact environnemental spécifique à cette (ces) |
| eigen is aan die stof(fen) en heeft betrekking op de lozing | substance(s) et devra porter sur le rejet en amont de tout dispositif |
| stroomopwaarts van elke installatie met beluchtingssysteem. | faisant appel à une agitation à l'air libre des effluents; |
| 17° het is, behoudens uitdrukkelijke toestemming, vrij van de stoffen | 17° les eaux déversées ne peuvent, sans autorisation expresse, |
| contenir les substances visées par la directive 76/464/CEE et par les | |
| bedoeld in richtlijn 76/464/EEG en in de dochterrichtlijnen genomen | directives filles prises en application de cette directive, ainsi que |
| overeenkomstig voormelde richtlijn, alsook in het besluit van 12 | celles visées par l'arrêté du Gouvernement wallon du 12 septembre 2002 |
| september 2002 tot aanpassing van de lijst van de relevante stoffen | visant à adapter la liste des substances pertinentes de l'arrêté du |
| bedoeld in het besluit van de Waalse Regering van 29 juni 2000 tot | Gouvernement wallon du 29 juin 2000 relatif à la protection des eaux |
| bescherming van het oppervlaktewater tegen verontreiniging door | de surface contre la pollution causée par certaines substances |
| bepaalde gevaarlijke stoffen; | dangereuses; |
| 18° de lozing van vluchtige verbindingen (oplosmiddelenà) wordt | 18° le rejet des composés volatils (solvants...) doit être limité par |
| beperkt via scheidings-, terugwinnings- en eventueel | l'utilisation de procédés de séparation, récupération et |
| recyclageprocessen binnen de productie-eenheden; | éventuellement recyclage au sein même des unités de production; |
| 19° het regenwater dat over niet-ingesloten oppervlakten stroomt, | 19° les eaux de pluies ruisselant sur les surfaces ne faisant pas |
| wordt afzonderlijk opgevangen en gecontroleerd. | l'objet d'un confinement feront l'objet d'une collecte séparée et d'un contrôle. |
| Onderafdeling II. - Voorwaarden voor lozingen in gewoon | Sous-section II. - Conditions de déversement en eau de surface pour le |
| oppervlaktewater m.b.t. subsector II | sous-secteur II |
Art. 3.Industrieel afvalwater dat in gewoon oppervlaktewater wordt |
Art. 3.Les eaux usées industrielles rejetées en eaux de surface |
| geloosd, voldoet aan de volgende voorwaarden : | ordinaires respectent les conditions suivantes : |
| 1° de pH-waarde ligt tussen 6 en 9. Als het voortkomt uit het gebruik | 1° le pH des eaux déversées doit être compris entre 6 et 9. Si les |
| van gewoon oppervlaktewater en/of van grondwater, kan de natuurlijke | eaux déversées proviennent de l'utilisation d'une eau de surface |
| pH waarde als grenswaarde van de pH aangenomen worden als ze hoger is | ordinaire et/ou d'une eau souterraine, le pH naturel de ladite eau, |
| s'il est supérieur à 9 ou inférieur à 6 peut être admis comme valeur | |
| dan 9 of lager dan 6; | limite du pH des eaux déversées; |
| 2° de biochemische zuurstofbehoefte over vijf dagen bij 20 °C en bij | 2° la demande biochimique en oxygène en cinq jours à 20 °C et en |
| aanwezigheid van allyl thio-ureum is niet hoger dan 300 mg per liter; | présence d'allyl thio-urée des eaux déversées ne peut dépasser 300 mg |
| d'oxygène par litre; | |
| 3° la demande chimique en oxygène des eaux déversées ne peut dépasser | |
| 3° de chemische zuurstofbehoefte is niet hoger dan 1 300 mg per liter | 1 300 mg d'oxygène par litre ou la teneur en carbone organique total |
| en het gehalte aan totaal organische koolstof is niet hoger dan 650 mg | des eaux déversées ne peut dépasser 650 mg de carbone par litre; |
| per liter; | 4° la teneur en matières en suspension des eaux déversées ne peut |
| 4° het gehalte aan zwevende stoffen is niet hoger dan 200 mg per | dépasser 200 mg par litre; |
| liter; 5° het gehalte aan bezinkbare stoffen is niet hoger dan 1 ml per liter | 5° la teneur en matières sédimentables des eaux déversées ne peut |
| (statische bezinking gedurende 2 uur); | dépasser 1 ml par litre (au cours d'une sédimentation statique de 2 |
| 6° het gehalte aan niet-polaire koolwaterstoffen is niet hoger dan 25 mg per liter; | heures); 6° la teneur en hydrocarbures non polaires des eaux déversées ne peut dépasser 25 mg par litre; |
| 7° het gehalte aan anionactieve, kationactieve en niet-ionogene | 7° la teneur en détergents anioniques, cationiques et non-ioniques des |
| wasmiddelen is niet hoger dan 3 mg per liter; | eaux déversées ne peut dépasser 3 mg par litre; |
| 8° het gehalte aan nitraten is niet hoger dan 15 mg N per liter voor | 8° la teneur en nitrates des eaux déversées ne peut dépasser 15 mg N |
| elke lozing van 3 300 kg N-Kjeldahl of meer per maand voorafgaande aan | par litre pour tout rejet supérieur ou égal à 3 300 kg N-Kjeldahl par |
| de zuivering; | mois avant épuration; |
| 9° het gehalte aan nitriten is niet hoger dan 1 mg N per liter voor | 9° la teneur en nitrites des eaux déversées ne peut dépasser 1 mg N |
| elke lozing van 3 300 kg N-Kjeldahl of meer per maand voorafgaande aan | par litre pour tout rejet supérieur ou égal à 3 300 kg N-Kjeldahl par |
| de zuivering; | mois avant épuration; |
| 10° het gehalte aan ammoniumstikstof is niet hoger dan 5 mg per liter; | 10° la teneur azote ammoniacal des eaux déversées ne peut dépasser 5 mg N par litre; |
| 11° het gehalte aan fenolen is niet hoger dan 1 mg per liter; | 11° la teneur en phénols des eaux déversées ne peut dépasser 2 mg par |
| 12° het gehalte aan vlot ontleedbare cyaniden is niet hoger dan 0,5 mg | litre; 12° la teneur en cyanures facilement décomposables des eaux déversées |
| CN per liter; | ne peut dépasser 2 mg CN par litre; |
| 13° het gehalte aan totaal kobalt is niet hoger dan 2 mg Co per liter; | 13° la teneur en cobalt total des eaux déversées ne peut dépasser 2 mg Co par litre; |
| 14° het gehalte aan totaal ijzer is niet hoger dan 4 mg Fe per liter; | 14° la teneur en fer total des eaux déversées ne peut dépasser 4 mg Fe |
| 15° het gehalte aan totaal koper is niet hoger dan 2 mg Cu per liter; | par litre; 15° la teneur en cuivre total des eaux déversées ne peut dépasser 2 mg Cu par litre; |
| 16° het gehalte aan totaal aluminium is niet hoger dan 4 mg Al per | 16° la teneur en aluminium total des eaux déversées ne peut dépasser 4 |
| liter; | mg Al par litre; |
| 17° de temperatuur is niet hoger dan 30 °C; | 17° la température des eaux déversées ne peut dépasser 30 °C; |
| 18° het is vrij van oliën, vetten of andere zwevende stoffen waarvan | 18° les eaux déversées ne peuvent contenir des huiles, des graisses ou |
| duidelijk kan worden vastgesteld dat ze een zwevende laag vormen; | autres matières flottantes en quantités telles qu'une couche flottante |
| puisse être constatée de manière non équivoque; | |
| 19° het gehalte aan purgeerbare organische halogeenverbindingen (POX) | 19° la teneur en composés organohalogénés purgeables (POX) des eaux |
| is niet hoger dan 1 mg chloor per liter aangezien vluchtige stoffen | déversées ne peut dépasser 1 mg de chlore par litre sachant que pour |
| moeten voldoen aan de lozingsvoorwaarden stroomopwaarts van elke | les substances volatiles, les conditions de rejet doivent être |
| behandelingsinstallatie met beluchtingssysteem; | respectées en amont de tout dispositif faisant appel à une agitation à |
| l'air libre des effluents; | |
| 20° het gehalte aan monocylische aromatische koolwaterstoffen (BTEX) | 20° la teneur en hydrocarbures aromatiques monocycliques (BTEX) des |
| is niet hoger dan 2 mg per liter aangezien vluchtige stoffen moeten | eaux déversées ne peut dépasser 2 mg par litre sachant que pour les |
| voldoen aan de lozingsvoorwaarden stroomopwaarts van elke | substances volatiles, les conditions de rejet doivent être respectées |
| behandelingsinstallatie met beluchtingssysteem; | en amont de tout dispositif faisant appel à une agitation à l'air |
| libre des effluents; | |
| 21° het gehalte aan polyaromatische koolwaterstoffen (6 van Borneff) | 21° la teneur en hydrocarbures aromatiques polycycliques (somme des 6 |
| is niet hoger dan 250 µg per liter; | de Borneff) des eaux déversées ne peut dépasser 250 gmg par litre; |
| 22° het gehalte aan adsorbeerbare organische halogeenverbindingen | 22° la teneur en composés organohalogénés adsorbables (AOX) des eaux |
| (AOX) is niet hoger dan 5 mg chloor per liter; | déversées ne peut dépasser 5 mg de chlore par litre; |
| 23° voor substitutie vanaf 1,2-dichloorethaan is het maandelijkse | 23° pour les procédés de substitution à partir du 1,2-dichloroéthane |
| gemiddelde van de geloosde hoeveelheid 1,2-dichloorethaan niet hoger | la moyenne mensuelle de la quantité de 1,2-dichloroéthane rejetée ne |
| dan 2,5 mg per liter aangezien vluchtige stoffen moeten voldoen aan de | peut dépasser 2.5 mg par litre sachant que pour les substances |
| lozingsvoorwaarden stroomopwaarts van elke behandelingsinstallatie met | volatiles, les conditions de rejet doivent être respectées en amont de |
| tout dispositif faisant appel à une agitation à l'air libre des | |
| beluchtingssysteem; | effluents; |
| 24° het gehalte aan totaal fosfor is niet hoger dan 2 mg P per liter | 24° la teneur en phosphore total des eaux déversées ne peut dépasser 2 |
| voor elke lozing van 90 kg P of meer per maand voorafgaande aan de | mg P par litre pour tout rejet supérieur ou égal à 900 kg P par mois |
| zuivering | avant épuration; |
| 25° bij een mogelijke aanwezigheid in de lozingen van één (meer) | 25° lorsqu'un ou des composés organiques volatils, non spécifiquement |
| vluchtige organische verbinding(en) die niet specifiek vastgelegd is | vu(s) par un paramètre de la norme sectorielle (BTEX ou POX) est |
| (zijn) op grond van een parameter van de sectorale norm (BTEX of POX), | (sont) susceptible(s) d'être présent(s) dans les rejets, leur |
| voorzien de bijzondere voorwaarden in een beperkte concentratie ervan. | concentration sera limitée par les conditions particulières. Cette |
| De beperking wordt vastgelegd naar gelang van het milieueffect dat | limitation sera établie au vu de l'impact environnemental spécifique à |
| eigen is aan die stof(fen) en heeft betrekking op de lozing | cette (ces) substance(s) et devra porter sur le rejet en amont de tout |
| stroomopwaarts van elke installatie met beluchtingssysteem. | dispositif faisant appel à une agitation à l'air libre des effluents; |
| 26° het is, behoudens uitdrukkelijke toestemming, vrij van de stoffen | 26° les eaux déversées ne peuvent, sans autorisation expresse, |
| contenir les substances visées par la directive 76/464/CEE et par les | |
| bedoeld in richtlijn 76/464/EEG en in de dochterrichtlijnen genomen | directives filles prises en application de cette directive, ainsi que |
| overeenkomstig voormelde richtlijn, alsook in het besluit van 12 | celles visées par l'arrêté du Gouvernement wallon du 12 septembre 2002 |
| september 2002 tot aanpassing van de lijst van de relevante stoffen | visant à adapter la liste des substances pertinentes de l'arrêté du |
| bedoeld in het besluit van de Waalse Regering van 29 juni 2000 tot | Gouvernement wallon du 29 juin 2000 relatif à la protection des eaux |
| bescherming van het oppervlaktewater tegen verontreiniging door | de surface contre la pollution causée par certaines substances |
| bepaalde gevaarlijke stoffen; | dangereuses; |
| 27° de lozing van vluchtige verbindingen (oplosmiddelen,...) wordt | 27° le rejet des composés volatils (solvants...) doit être limité par |
| beperkt via scheidings-, terugwinnings- en eventueel | l'utilisation de procédés de séparation, récupération et |
| recyclageprocessen binnen de productie-eenheden; | éventuellement recyclage au sein même des unités de production; |
| 28° het regenwater dat over niet-ingesloten oppervlakten stroomt, | 28° les eaux de pluies ruisselant sur les surfaces ne faisant pas |
| wordt afzonderlijk opgevangen en gecontroleerd. | l'objet d'un confinement feront l'objet d'une collecte séparée et d'un contrôle. |
| Onderafdeling III. - Voorwaarden voor lozingen in gewoon | Sous-section III. - Conditions de déversement en eau de surface pour |
| oppervlaktewater m.b.t. subsector III | le sous-secteur III |
Art. 4.Industrieel afvalwater dat in gewoon oppervlaktewater wordt |
Art. 4.Les eaux usées industrielles rejetées en eaux de surface |
| geloosd, voldoet aan de volgende voorwaarden : | ordinaires respectent les conditions suivantes : |
| 1° de pH-waarde ligt tussen 6 en 9. Als het voortkomt uit het gebruik | 1° le pH des eaux déversées doit être compris entre 6 et 9. Si les |
| van gewoon oppervlaktewater en/of van grondwater, kan de natuurlijke | eaux déversées proviennent de l'utilisation d'une eau de surface |
| pH-waarde als grenswaarde van de pH aangenomen worden als ze hoger is | ordinaire et/ou d'une eau souterraine, le pH naturel de ladite eau, |
| s'il est supérieur à 9 ou inférieur à 6 peut-être admis comme valeur | |
| dan 9 of lager dan 6; | limite du pH des eaux déversées; |
| 2° de biochemische zuurstofbehoefte over vijf dagen bij 20 °C en bij | 2° la demande biochimique en oxygène en cinq jours à 20 °C et en |
| aanwezigheid van allyl thio-ureum is niet hoger dan 300 mg per liter; | présence d'allylthio-urée des eaux déversées ne peut dépasser 300 mg |
| d'oxygène par litre; | |
| 3° la demande chimique en oxygène des eaux déversées ne peut dépasser | |
| 3° de chemische zuurstofbehoefte is niet hoger dan 1 300 mg per liter | 1 300 mg d'oxygène par litre ou la teneur en carbone organique total |
| en het gehalte aan totaal organische koolstof is niet hoger dan 650 mg | des eaux déversées ne peut dépasser 650 mg de carbone par litre; |
| per liter; | 4° la teneur en matières en suspension des eaux déversées ne peut |
| 4° het gehalte aan zwevende stoffen is niet hoger dan 200 mg per | dépasser 200 mg par litre; |
| liter; | 5° la teneur en matières sédimentables des eaux déversées ne peut |
| 5° het gehalte aan bezinkbare stoffen is niet hoger dan 1 ml per liter | dépasser 1 ml par litre (au cours d'une sédimentation statique de deux heures); |
| (statische bezinking gedurende 2 uur); | 6° la teneur en hydrocarbures non polaires des eaux déversées ne peut |
| 6° het gehalte aan niet-polaire koolwaterstoffen is niet hoger dan 25 | dépasser 25 mg par litre; |
| mg per liter; 7° het gehalte aan anionactieve, kationactieve en niet-ionogene | 7° la teneur en détergents anioniques, cationiques et non-ioniques des |
| wasmiddelen is niet hoger dan 3 mg per liter; | eaux déversées ne peut dépasser 3 mg par litre; |
| 8° het gehalte aan fenolen is niet hoger dan 1 mg per liter; | 8° la teneur en phénols des eaux déversées ne peut dépasser 1 mg par |
| 9° het gehalte aan vlot ontleedbare cyaniden is niet hoger dan 0,5 mg | litre; 9° la teneur en cyanures facilement décomposables des eaux déversées |
| CN per liter; | ne peut dépasser 0.5 mg CN par litre; |
| 10° het gehalte aan totaal chroom is niet hoger dan 3 mg Cr per liter; | 10° la teneur en chrome total des eaux déversées ne peut dépasser 3 mg Cr par litre; |
| 11° het gehalte aan totaal zink is niet hoger dan 3 mg Zn per liter; | 11° la teneur en zinc total des eaux déversées ne peut dépasser 3 mg |
| 12° het gehalte aan totaal lood is niet hoger dan 1 mg Pb per liter; | Zn par litre; 12° la teneur en plomb total des eaux déversées ne peut dépasser 1 mg Pb par litre; |
| 13° het gehalte aan totaal nikkel is niet hoger dan 4 mg Ni per liter; | 13° la teneur en nickel total des eaux déversées ne peut dépasser 4 mg Ni par litre; |
| 14° het gehalte aan totaal ijzer is niet hoger dan 6 mg Fe per liter; | 14° la teneur en fer total des eaux déversées ne peut dépasser 6 mg Fe |
| 15° het gehalte aan totaal aluminium is niet hoger dan 6 mg Al per | par litre; 15° la teneur en aluminium total des eaux déversées ne peut dépasser 6 |
| liter; | mg Al par litre; |
| 16° de temperatuur is niet hoger dan 30 °C; | 16° la température des eaux déversées ne peut dépasser 30 °C; |
| 17° het is vrij van oliën, vetten of andere zwevende stoffen waarvan | 17° les eaux déversées ne peuvent contenir des huiles, des graisses ou |
| duidelijk kan worden vastgesteld dat ze een zwevende laag vormen; | autres matières flottantes en quantités telles qu'une couche flottante |
| puisse être constatée de manière non équivoque; | |
| 18° het gehalte aan purgeerbare organische halogeenverbindingen (POX) | 18° la teneur en composés organohalogénés purgeables (POX) des eaux |
| is niet hoger dan 1 mg chloor per liter aangezien vluchtige stoffen | déversées ne peut dépasser 1 mg de chlore par litre sachant que pour |
| moeten voldoen aan de lozingsvoorwaarden stroomopwaarts van elke | les substances volatiles, les conditions de rejet doivent être |
| behandelingsinstallatie met beluchtingssysteem; | respectées en amont de tout dispositif faisant appel à une agitation à |
| l'air libre des effluents; | |
| 19° het gehalte aan monocylische aromatische koolwaterstoffen (BTEX) | 19° la teneur en hydrocarbures aromatiques monocycliques (BTEX) des |
| is niet hoger dan 2 mg per liter aangezien vluchtige stoffen moeten | eaux déversées ne peut dépasser 2 mg par litre sachant que pour les |
| voldoen aan de lozingsvoorwaarden stroomopwaarts van elke | substances volatiles, les conditions de rejet doivent être respectées |
| behandelingsinstallatie met beluchtingssysteem; | en amont de tout dispositif faisant appel à une agitation à l'air |
| libre des effluents; | |
| 20° het gehalte aan polyaromatische koolwaterstoffen (6 van Borneff) | 20° la teneur en hydrocarbures aromatiques polycycliques (somme des 6 |
| is niet hoger dan 250 µg per liter; | de Borneff) des eaux déversées ne peut dépasser 250 µg par litre; |
| 21° bij een mogelijke aanwezigheid in de lozingen van één (meer) | 21° lorsqu'un ou des composés organiques volatils, non spécifiquement |
| vluchtige organische verbinding(en) die niet specifiek vastgelegd is | vu(s) par un paramètre de la norme sectorielle (BTEX ou POX) est |
| (zijn) op grond van een parameter van de sectorale norm (BTEX of POX), | (sont) susceptible(s) d'être présent(s) dans les rejets, leur |
| voorzien de bijzondere voorwaarden in een beperkte concentratie ervan. | concentration sera limitée par les conditions particulières. Cette |
| De beperking wordt vastgelegd naar gelang van het milieueffect dat | limitation sera établie au vu de l'impact environnemental spécifique à |
| eigen is aan die stof(fen) en heeft betrekking op de lozing | cette (ces) substance(s) et devra porter sur le rejet en amont de tout |
| stroomopwaarts van elke installatie met beluchtingssysteem. | dispositif faisant appel à une agitation à l'air libre des effluents; |
| 22° het is, behoudens uitdrukkelijke toestemming, vrij van de stoffen | 22° les eaux déversées ne peuvent, sans autorisation expresse, |
| contenir les substances visées par la directive 76/464/CEE et par les | |
| bedoeld in richtlijn 76/464/EEG en in de dochterrichtlijnen genomen | directives filles prises en application de cette directive, ainsi que |
| overeenkomstig voormelde richtlijn, alsook in het besluit van 12 | celles visées par l'arrêté du Gouvernement wallon du 12 septembre 2002 |
| september 2002 tot aanpassing van de lijst van de relevante stoffen | visant à adapter la liste des substances pertinentes de l'arrêté du |
| bedoeld in het besluit van de Waalse Regering van 29 juni 2000 tot | Gouvernement wallon du 29 juin 2000 relatif à la protection des eaux |
| bescherming van het oppervlaktewater tegen verontreiniging door | de surface contre la pollution causée par certaines substances |
| bepaalde gevaarlijke stoffen; | dangereuses; |
| 23° de lozing van vluchtige verbindingen (oplosmiddelen,...) wordt | 23° le rejet des composés volatils (solvants...) doit être limité par |
| beperkt via scheidings-, terugwinnings- en eventueel | l'utilisation de procédés de séparation, récupération et |
| recyclageprocessen binnen de productie-eenheden; | éventuellement recyclage au sein même des unités de production |
| 24° het regenwater dat over niet-ingesloten oppervlakten stroomt, | 24° les eaux de pluies ruisselant sur les surfaces ne faisant pas |
| wordt afzonderlijk opgevangen en gecontroleerd. | l'objet d'un confinement feront l'objet d'une collecte séparée et d'un contrôle. |
| Onderafdeling IV. - Voorwaarden voor lozingen in gewoon | Sous-section IV. - Conditions de déversement en eau de surface pour le |
| oppervlaktewater m.b.t. subsector IV | sous-secteur IV |
Art. 5.Industrieel afvalwater dat in gewoon oppervlaktewater wordt |
Art. 5.Les eaux usées industrielles rejetées en eaux de surface |
| geloosd, voldoet aan de volgende voorwaarden : | ordinaires respectent les conditions suivantes : |
| 1° de pH-waarde ligt tussen 6 en 9. Als het voortkomt uit het gebruik | 1° le pH des eaux déversées doit être compris entre 6 et 9. Si les |
| van gewoon oppervlaktewater en/of van grondwater, kan de natuurlijke | eaux déversées proviennent de l'utilisation d'une eau de surface |
| pH waarde als grenswaarde van de pH aangenomen worden als ze hoger is | ordinaire et/ou d'une eau souterraine, le pH naturel de ladite eau, |
| s'il est supérieur à 9 ou inférieur à 6 peut-être admis comme valeur | |
| dan 9 of lager dan 6; | limite du pH des eaux déversées; |
| 2° de biochemische zuurstofbehoefte over vijf dagen bij 20 °C en bij | 2° la demande biochimique en oxygène en cinq jours à 20 °C et en |
| aanwezigheid van allyl thio-ureum is niet hoger dan 100 mg per liter; | présence d'allylthio-urée des eaux déversées ne peut dépasser 100 mg |
| d'oxygène par litre; | |
| 3° la demande chimique en oxygène des eaux déversées ne peut dépasser | |
| 3° de chemische zuurstofbehoefte is niet hoger dan 300 mg per liter en | 300 mg d'oxygène par litre ou la teneur en carbone organique des eaux |
| het gehalte aan totaal organische koolstof is niet hoger dan 100 mg C | déversées ne peut dépasser 100 mg C par litre; |
| per liter; | 4° la teneur en matières en suspension des eaux déversées ne peut |
| 4° het gehalte aan zwevende stoffen is niet hoger dan 200 mg per | dépasser 200 mg par litre; |
| liter; 5° het gehalte aan bezinkbare stoffen is niet hoger dan 1 ml per liter | 5° la teneur en matières sédimentables des eaux déversées ne peut |
| (statische bezinking gedurende 2 uur); | dépasser 1 ml par litre (au cours d'une sédimentation statique de 2 |
| 6° het gehalte aan niet-polaire koolwaterstoffen is niet hoger dan 25 mg per liter; | heures); 6° la teneur en hydrocarbures non polaires des eaux déversées ne peut dépasser 25 mg par litre; |
| 7° het gehalte aan anionactieve, kationactieve en niet-ionogene | 7° la teneur en détergents anioniques, cationiques et non-ioniques des |
| wasmiddelen is niet hoger dan 3 mg per liter; voor | eaux déversées ne peut dépasser 3 mg par litre. Pour les procédés de |
| emulsie-polymersatie en suspensie-polymerisatie is het gehalte aan | polymérisation en émulsion ou en suspension, la teneur en détergents |
| anionactieve, kationactieve en niet-ionogene wasmiddelen niet hoger | anioniques, cationiques et non-ioniques des eaux déversées ne peut |
| dan 10 mg per liter | dépasser 10 mg par litre; |
| 8° het gehalte aan fenolen is niet hoger dan 1 mg per liter; | 8° la teneur en phénols des eaux déversées ne peut dépasser 1 mg par |
| 9° het gehalte aan vlot ontleedbare cyaniden is niet hoger dan 0,5 mg | litre; 9° la teneur en cyanures facilement décomposables des eaux déversées |
| CN per liter; | ne peut dépasser 0.5 mg CN par litre; |
| 10° het gehalte aan totaal chloor is niet hoger dan 1 mg Cl per liter; | 10° la teneur en chlore libre des eaux déversées ne peut dépasser 1 mg Cl par litre; |
| 11° het gehalte aan totaal ijzer is niet hoger dan 4 mg Fe per liter; | 11° la teneur en fer total des eaux déversées ne peut dépasser 4 mg Fe |
| 12° het gehalte aan totaal aluminium is niet hoger dan 4 mg Al per | par litre; 12° la teneur en aluminium total des eaux déversées ne peut dépasser 4 |
| liter; | mg Al par litre; |
| 13° de temperatuur is niet hoger dan 30 °C; | 13° la température des eaux déversées ne peut dépasser 30 °C; |
| 14° het is vrij van oliën, vetten of andere zwevende stoffen waarvan | 14° les eaux déversées ne peuvent contenir des huiles, des graisses ou |
| duidelijk kan worden vastgesteld dat ze een zwevende laag vormen; | autres matières flottantes en quantités telles qu'une couche flottante |
| puisse être constatée de manière non équivoque; | |
| 15° het gehalte aan purgeerbare organische halogeenverbindingen (POX) | 15° la teneur en composés organohalogénés purgeables (POX) des eaux |
| is niet hoger dan 3 mg chloor per liter aangezien vluchtige stoffen | déversées ne peut dépasser 3 mg de chlore par litre sachant que pour |
| moeten voldoen aan de lozingsvoorwaarden stroomopwaarts van elke | les substances volatiles, les conditions de rejet doivent être |
| behandelingsinstallatie met beluchtingssysteem; | respectées en amont de tout dispositif faisant appel à une agitation à |
| l'air libre des effluents; | |
| 16° het gehalte aan monocylische aromatische koolwaterstoffen (BTEX) | 16° la teneur en hydrocarbures aromatiques monocycliques (BTEX) des |
| is niet hoger dan 2 mg per liter aangezien vluchtige stoffen moeten | eaux déversées ne peut dépasser 2 mg par litre sachant que pour les |
| voldoen aan de lozingsvoorwaarden stroomopwaarts van elke | substances volatiles, les conditions de rejet doivent être respectées |
| behandelingsinstallatie met beluchtingssysteem; | en amont de tout dispositif faisant appel à une agitation à l'air |
| libre des effluents; | |
| 17° voor de productie-eenheden van polyvinylchloride (PVC) is het | 17° pour les unités de production de polychlorure de vinyle (PVC), la |
| teneur en tétrachlorure de carbone (CCl4) des eaux déversées ne peut | |
| gehalte aan koolstoftetrachloride (CCL4) niet hoger dan 1 mg per liter | dépasser 1 mg par litre sachant que pour les substances volatiles, les |
| aangezien vluchtige stoffen moeten voldoen aan de lozingsvoorwaarden | conditions de rejet doivent être respectées en amont de tout |
| stroomopwaarts van elke behandelingsinstallatie met beluchtingssysteem; | dispositif faisant appel à une agitation à l'air libre des effluents; |
| 18° voor de productie-eenheden van polyvinylchloride (PVC) is het | 18° pour les unités de production de polychlorure de vinyle (PVC), la |
| gehalte aan chloroform (CCL3) niet hoger dan 1 mg per liter aangezien | teneur en chloroforme (CHCl3) des eaux déversées ne peut dépasser 1 mg |
| vluchtige stoffen moeten voldoen aan de lozingsvoorwaarden | par litre sachant que pour les substances volatiles, les conditions de |
| stroomopwaarts van elke behandelingsinstallatie met | rejet doivent être respectées en amont de tout dispositif faisant |
| beluchtingssysteem; | appel à une agitation à l'air libre des effluents; |
| 19° het gehalte aan extraheerbare organische halogeenverbindingen | 19° la teneur en composés organohalogénés extractibles (EOX) des eaux |
| (EOX) is niet hoger dan 7 mg per liter aangezien vluchtige stoffen | déversées ne peut dépasser 7 mg de chlore par litre sachant que pour |
| moeten voldoen aan de lozingsvoorwaarden stroomopwaarts van elke | les substances volatiles, les conditions de rejet doivent être |
| behandelingsinstallatie met beluchtingssysteem; | respectées en amont de tout dispositif faisant appel à une agitation à |
| l'air libre des effluents; | |
| 20° voor de productie-eenheden van polyvinylchloride (PVC) is het | 20° pour les unités de production de polychlorure de vinyle (PVC), la |
| gehalte aan 1,2-dichloorethaan niet hoger dan 1 mg per liter aangezien | teneur en 1,2-dichloroéthane des eaux déversées ne peut dépasser 1 mg |
| vluchtige stoffen moeten voldoen aan de lozingsvoorwaarden | par litre sachant que pour les substances volatiles, les conditions de |
| stroomopwaarts van elke behandelingsinstallatie met | rejet doivent être respectées en amont de tout dispositif faisant |
| beluchtingssysteem; | appel à une agitation à l'air libre des effluents; |
| 21° voor de productie-eenheden van polyvinylchloride (PVC) is het | 21° pour les unités de production de polychlorure de vinyle (PVC), la |
| teneur en chlorure de vinyle (VCM) des eaux déversées ne peut dépasser | |
| gehalte aan vinylchloride niet hoger dan 2 mg per liter aangezien | 2 mg par litre sachant que pour les substances volatiles, les |
| vluchtige stoffen moeten voldoen aan de lozingsvoorwaarden | conditions de rejet doivent être respectées en amont de tout |
| stroomopwaarts van elke behandelingsinstallatie met beluchtingssysteem; | dispositif faisant appel à une agitation à l'air libre des effluents; |
| 22° voor de productie-eenheden van polyvinylchloride (PVC) is het | 22° pour les unités de production de polychlorure de vinyle (PVC), la |
| gehalte aan dioxines (I-TEQ) niet hoger dan 0,1 mg per liter; | teneur en dioxines (I-TEQ) des eaux déversées ne peut dépasser 0.1 ng |
| 23° voor de productie-eenheden van polyvinylchloride (PVC) is de som | par litre; 23° pour les unités de production de polychlorure de vinyle (PVC), la |
| van de gehalten aan hexachloorbenzeen en pentachloorbenzeen niet hoger | somme des teneurs en hexachlorobenzène et pentachlorobenzène des eaux |
| dan 0,0001 mg per liter; | déversées ne peut dépasser 0.001 mg par litre; |
| 24° voor de productie-eenheden van polyvinylchloride (PVC) is het | 24° pour les unités de production de polychlorure de vinyle (PVC), la |
| teneur en hexachlorobutadiène des eaux déversées ne peut dépasser | |
| gehalte aan hexachloorbutadieen niet hoger dan 0,0001 mg per liter | 0.001 mg par litre sachant que pour les substances volatiles, les |
| aangezien vluchtige stoffen moeten voldoen aan de lozingsvoorwaarden stroomopwaarts van elke behandelingsinstallatie met beluchtingssysteem; 25° bij een mogelijke aanwezigheid in de lozingen van één (meer) vluchtige organische verbinding(en) die niet specifiek vastgelegd is (zijn) op grond van een parameter van de sectorale norm (BTEX of POX), voorzien de bijzondere voorwaarden in een beperkte concentratie ervan. De beperking wordt vastgelegd naar gelang van het milieueffect dat eigen is aan die stof(fen) en heeft betrekking op de lozing stroomopwaarts van elke installatie met beluchtingssysteem; 26° het is, behoudens uitdrukkelijke toestemming, vrij van de stoffen | conditions de rejet doivent être respectées en amont de tout dispositif faisant appel à une agitation à l'air libre des effluents; 25° lorsqu'un ou des composés organiques volatils, non spécifiquement vu(s) par un paramètre de la norme sectorielle (BTEX ou POX) est (sont) susceptible(s) d'être présent(s) dans les rejets, leur concentration sera limitée par les conditions particulières. Cette limitation sera établie au vu de l'impact environnemental spécifique à cette (ces) substance(s) et devra porter sur le rejet en amont de tout dispositif faisant appel à une agitation à l'air libre des effluents; 26° les eaux déversées ne peuvent, sans autorisation expresse, contenir les substances visées par la directive 76/464/CEE et par les |
| bedoeld in richtlijn 76/464/EEG en in de dochterrichtlijnen genomen | directives filles prises en application de cette directive, ainsi que |
| overeenkomstig voormelde richtlijn, alsook in het besluit van 12 | celles visées par l'arrêté du Gouvernement wallon du 12 septembre 2002 |
| september 2002 tot aanpassing van de lijst van de relevante stoffen | visant à adapter la liste des substances pertinentes de l'arrêté du |
| bedoeld in het besluit van de Waalse Regering van 29 juni 2000 tot | Gouvernement wallon du 29 juin 2000 relatif à la protection des eaux |
| bescherming van het oppervlaktewater tegen verontreiniging door | de surface contre la pollution causée par certaines substances |
| bepaalde gevaarlijke stoffen; | dangereuses; |
| 27° de lozing van vluchtige verbindingen (oplosmiddelenà) wordt | 27° le rejet des composés volatils (solvants...) doit être limité par |
| beperkt via scheidings-, terugwinnings- en eventueel | l'utilisation de procédés de séparation, récupération et |
| recyclageprocessen binnen de productie-eenheden; | éventuellement recyclage au sein même des unités de production; |
| 28° het regenwater dat over niet-ingesloten oppervlakten stroomt, | 28° les eaux de pluies ruisselant sur les surfaces ne faisant pas |
| wordt afzonderlijk opgevangen en gecontroleerd. | l'objet d'un confinement feront l'objet d'une collecte séparée et d'un |
| Onderafdeling V. - Voorwaarden voor lozingen in openbare rioleringen | contrôle. Sous-section V. - Conditions de déversement en égouts publics |
Art. 6.Industrieel afvalwater dat in openbare rioleringen geloosd |
Art. 6.Les eaux usées industrielles rejetées en égouts publics |
| wordt, voldoet aan de volgende voorwaarden : | respectent les conditions suivantes : |
| 1° de pH-waarde ligt tussen 6 en 9.5. Als het voortkomt uit het | 1° le pH des eaux déversées doit être compris entre 6 et 9.5. Si les |
| gebruik van gewoon oppervlaktewater en/of van grondwater, kan de | eaux déversées proviennent de l'utilisation d'une eau de surface |
| natuurlijke pH waarde als grenswaarde van de pH aangenomen worden als | ordinaire et/ou d'une eau souterraine, le pH naturel de ladite eau, |
| s'il est supérieur à 9.5 ou inférieur à 6 peut-être admis comme valeur | |
| ze hoger is dan 9.5 of lager dan 6; | limite du pH des eaux déversées; |
| 2° het gehalte aan zwevende stoffen is niet hoger dan 1 000 mg per | 2° la teneur en matières en suspension des eaux déversées ne peut dépasser 1 000 mg par litre; |
| liter; | 3° la teneur en matières sédimentables des eaux déversées ne peut |
| 3° het gehalte aan bezinkbare stoffen is niet hoger dan 200 ml per | dépasser 200 ml par litre (au cours d'une sédimentation statique de |
| liter (statische bezinking gedurende 2 uur); | deux heures); |
| 4° het gehalte aan anionactieve, kationactieve en niet-ionogene | 4° la teneur en détergents anioniques, cationiques et non-ioniques des |
| wasmiddelen is niet hoger dan 15 mg per liter; | eaux déversées ne peut dépasser 15 mg par litre; |
| 5° het gehalte aan chloriden is niet hoger dan 2 000 mg per liter; | 5° la teneur en chlorures des eaux déversées ne peut dépasser 2 000 mg par litre; |
| 6° het gehalte aan sulfaten is niet hoger dan 2 000 mg per liter; | 6° la teneur en sulfates des eaux déversées ne peut dépasser 2 000 mg par litre; |
| 7° voor de subsectoren I, III en IV is het gehalte aan vlot | 7° pour les sous-secteurs I, III et IV, la teneur en cyanures |
| ontleedbare cyaniden niet hoger dan 0,5 mg CN per liter; voor | facilement décomposables des eaux déversées ne peut dépasser 0.5 mg CN |
| subsector II is het gehalte aan vlot ontleedbare cyaniden niet hoger | par litre; pour le sous-secteur II, la teneur en cyanures facilement |
| dan 2 mg CN per liter; | décomposables des eaux déversées ne peut dépasser 2 mg CN par litre; |
| 8° voor subsector IV is het gehalte aan vrij chloor niet hoger dan 1 mg Cl per liter; | 8° pour le sous-secteur IV, la teneur en chlore libre des eaux déversées ne peut dépasser 1 mg Cl par litre; |
| 9° voor subsector III is het gehalte aan totaal chroom niet hoger dan | 9° pour le sous-secteur III, la teneur en chrome total des eaux |
| 3 mg Cr per liter; | déversées ne peut dépasser 3 mg Cr par litre; |
| 10° voor subsector III is het gehalte aan totaal zink niet hoger dan 3 mg Zn per liter; | 10° pour le sous-secteur III, la teneur en zinc total des eaux déversées ne peut dépasser 3 mg Zn par litre; |
| 11° voor subsector II is het gehalte aan totaal kobalt niet hoger dan | 11° pour le sous-secteur II, la teneur en cobalt total des eaux |
| 2 mg Co per liter; | déversées ne peut dépasser 2 mg Co par litre; |
| 12° voor subsector III is het gehalte aan totaal lood niet hoger dan 1 mg Pb per liter; | 12° pour le sous-secteur III, la teneur en plomb total des eaux déversées ne peut dépasser 1 mg Pb par litre; |
| 13° voor subsector III is het gehalte aan totaal nikkel niet hoger dan | 13° pour le sous-secteur III, la teneur en nickel total des eaux |
| 4 mg Ni per liter; | déversées ne peut dépasser 4 mg Ni par litre; |
| 14° voor subsector II is het gehalte aan totaal koper niet hoger dan 2 | 14° pour le sous-secteur II, la teneur en cuivre total des eaux déversées ne peut dépasser 2 mg Cu par litre; |
| mg Cu per liter; 15° de temperatuur is niet hoger dan 45 °C; | 15° la température des eaux déversées ne peut dépasser 45 °C; |
| 16° het is vrij van oliën, vetten of andere zwevende stoffen waarvan | 16° les eaux déversées ne peuvent contenir des huiles, des graisses ou |
| duidelijk kan worden vastgesteld dat ze een zwevende laag vormen; | autres matières flottantes en quantités telles qu'une couche flottante |
| puisse être constatée de manière non équivoque; | |
| 17° de diameter van de zwevende stoffen bedraagt hoogstens 10 mm; | 17° la dimension des matières en suspension ne peut dépasser 10 mm de |
| 18° het gehalte aan met petroleumether extraheerbare stoffen is niet | diamètre; 18° la teneur en matières extractibles à l'éther de pétrole des eaux |
| hoger dan 500 mg per liter; | déversées ne peut dépasser 500 mg par litre; |
| 19° het bevat geen opgelost ontvlambaar of ontplofbaar gas, noch | 19° les eaux déversées ne peuvent contenir des gaz dissous |
| producten die het vrijmaken van dergelijke gassen kunnen veroorzaken; | inflammables ou explosifs ou des produits susceptibles de provoquer le |
| dégagement de tels gaz; | |
| 20° het gehalte aan monocylische aromatische koolwaterstoffen (BTEX) | 20° la teneur en hydrocarbures aromatiques monocycliques (BTEX) des |
| is niet hoger dan 2 mg per liter aangezien vluchtige stoffen moeten | eaux déversées ne peut dépasser 2 mg par litre sachant que pour les |
| voldoen aan de lozingsvoorwaarden stroomopwaarts van elke | substances volatiles, les conditions de rejet doivent être respectées |
| behandelingsinstallatie met beluchtingssysteem; | en amont de tout dispositif faisant appel à une agitation à l'air |
| 21° voor de subsectoren I tot III is het gehalte aan polyaromatische | libre des effluents; 21° pour les sous-secteurs I à III, la teneur en hydrocarbures |
| koolwaterstoffen (6 van Borneff) niet hoger dan 250 µg per liter; | aromatiques polycycliques (somme des 6 de Borneff) des eaux déversées ne peut dépasser 250 µg par litre; |
| 22° voor subsector II is het gehalte aan adsorbeerbare organische | 22° pour le sous-secteur II, la teneur en composés organohalogénés |
| halogeenverbindingen (AOX) niet hoger dan 5 mg chloor per liter; | adsorbables (AOX) des eaux déversées ne peut dépasser 5 mg de chlore |
| 23° voor de subsectoren I en III is het gehalte aan purgeerbare | par litre; 23° pour les sous-secteurs II et III, la teneur en composés |
| organische halogeenverbindingen (POX) niet hoger dan 1 mg chloor per | organohalogénés purgeables (POX) des eaux déversées ne peut dépasser 1 |
| liter aangezien vluchtige stoffen moeten voldoen aan de | mg de chlore par litre, sachant que pour les substances volatiles, les |
| lozingsvoorwaarden stroomopwaarts van elke behandelingsinstallatie met | conditions de rejet doivent être respectées en amont de tout |
| beluchtingssysteem; | dispositif faisant appel à une agitation à l'air libre des effluents. |
| voor subsector IV is het gehalte aan purgeerbare organische | Pour le sous-secteur IV, la teneur en composés organohalogénés |
| halogeenverbindingen (POX) niet hoger dan 3 mg chloor per liter | purgeables (POX) des eaux déversées ne peut dépasser 3 mg de chlore |
| aangezien vluchtige stoffen moeten voldoen aan de lozingsvoorwaarden | par litre, sachant que pour les substances volatiles, les conditions |
| stroomopwaarts van elke behandelingsinstallatie met | de rejet doivent être respectées en amont de tout dispositif faisant |
| beluchtingssysteem; | appel à une agitation à l'air libre des effluents. |
| 24° voor subsector IV is het gehalte aan extraheerbare organische | 24° pour le sous-secteur IV, la teneur en composés organohalogénés |
| halogeenverbindingen (EOX) niet hoger dan 7 mg chloor per liter | extractibles (EOX) des eaux déversées ne peut dépasser 7 mg de chlore |
| aangezien vluchtige stoffen moeten voldoen aan de lozingsvoorwaarden | par litre sachant que pour les substances volatiles, les conditions de |
| stroomopwaarts van elke behandelingsinstallatie met | rejet doivent être respectées en amont de tout dispositif faisant |
| beluchtingssysteem; | appel à une agitation à l'air libre des effluents; |
| 25° voor de productie-eenheden van polyvinylchloride (PVC) is het | 25° pour les unités de production de polychlorure de vinyle (PVC), la |
| teneur en tétrachlorure de carbone (CCl4) des eaux déversées ne peut | |
| gehalte aan koolstoftetrachloride (CCL4) niet hoger dan 1 mg per liter | dépasser 1 mg par litre sachant que pour les substances volatiles, les |
| aangezien vluchtige stoffen moeten voldoen aan de lozingsvoorwaarden | conditions de rejet doivent être respectées en amont de tout |
| stroomopwaarts van elke behandelingsinstallatie met beluchtingssysteem; | dispositif faisant appel à une agitation à l'air libre des effluents; |
| 26° voor de productie-eenheden van polyvinylchloride (PVC) is het | 26° pour les unités de production de polychlorure de vinyle (PVC), la |
| gehalte aan chloroform (CCL3) niet hoger dan 1 mg per liter aangezien | teneur en chloroforme (CHCl3) des eaux déversées ne peut dépasser 1 mg |
| vluchtige stoffen moeten voldoen aan de lozingsvoorwaarden | par litre sachant que pour les substances volatiles, les conditions de |
| stroomopwaarts van elke behandelingsinstallatie met | rejet doivent être respectées en amont de tout dispositif faisant |
| beluchtingssysteem; | appel à une agitation à l'air libre des effluents; |
| 27° voor de productie-eenheden van polyvinylchloride (PVC) is het | 27° pour les unités de production de polychlorure de vinyle (PVC), la |
| gehalte aan 1,2-dichloorethaan niet hoger dan 1 mg per liter aangezien | teneur en 1,2-dichloroéthane des eaux déversées ne peut dépasser 1 mg |
| vluchtige stoffen moeten voldoen aan de lozingsvoorwaarden | par litre sachant que pour les substances volatiles, les conditions de |
| stroomopwaarts van elke behandelingsinstallatie met | rejet doivent être respectées en amont de tout dispositif faisant |
| beluchtingssysteem. voor substitutie vanaf 1,2-dichloorethaan is het | appel à une agitation à l'air libre des effluents. Pour les procédés |
| maandelijkse gemiddelde van de geloosde hoeveelheid 1,2-dichloorethaan | de substitution à partir du 1,2-dichloroéthane la moyenne mensuelle de |
| niet hoger dan 2,5 mg per liter aangezien vluchtige stoffen moeten | la quantité de 1,2-dichloroéthane rejetée ne peut dépasser 2.5 mg par |
| litre sachant que pour les substances volatiles, les conditions de | |
| voldoen aan de lozingsvoorwaarden stroomopwaarts van elke | rejet doivent être respectées en amont de tout dispositif faisant |
| behandelingsinstallatie met beluchtingssysteem; | appel à une agitation à l'air libre des effluents; |
| 28° voor de productie-eenheden van polyvinylchloride (PVC) is het | 28° pour les unités de production de polychlorure de vinyle (PVC), la |
| teneur en chlorure de vinyle (VCM) des eaux déversées ne peut dépasser | |
| gehalte aan vinylchloride (VCM) niet hoger dan 2 mg per liter | 2 mg par litre sachant que pour les substances volatiles, les |
| aangezien vluchtige stoffen moeten voldoen aan de lozingsvoorwaarden | conditions de rejet doivent être respectées en amont de tout |
| stroomopwaarts van elke behandelingsinstallatie met beluchtingssysteem; | dispositif faisant appel à une agitation à l'air libre des effluents; |
| 29° voor de productie-eenheden van polyvinylchloride (PVC) is het | 29° pour les unités de production de polychlorure de vinyle (PVC), la |
| gehalte aan dioxines (I-TEQ) niet hoger dan 0,1 mg per liter; | teneur en dioxines (I-TEQ) des eaux déversées ne peut dépasser 0.1 ng |
| 30° voor de productie-eenheden van polyvinylchloride (PVC) is de som | par litre; 30° pour les unités de production de polychlorure de vinyle (PVC), la |
| van de gehalten aan hexachloorbenzeen en pentachloorbenzeen niet hoger | somme des teneurs en hexachlorobenzène et pentachlorobenzène des eaux |
| dan 0,0001 mg per liter; | déversées ne peut dépasser 0.001 mg par litre; |
| 31° voor de productie-eenheden van polyvinylchloride (PVC) is het | 31° pour les unités de production de polychlorure de vinyle (PVC), la |
| teneur en hexachlorobutadiène des eaux déversées ne peut dépasser | |
| gehalte aan hexachloorbutadieen niet hoger dan 0,0001 mg per liter | 0.001 mg par litre sachant que pour les substances volatiles, les |
| aangezien vluchtige stoffen moeten voldoen aan de lozingsvoorwaarden stroomopwaarts van elke behandelingsinstallatie met beluchtingssysteem; 32° bij een mogelijke aanwezigheid in de lozingen van één (meer) vluchtige organische verbinding(en) die niet specifiek vastgelegd is (zijn) op grond van een parameter van de sectorale norm (BTEX of POX), voorzien de bijzondere voorwaarden in een beperkte concentratie ervan. De beperking wordt vastgelegd naar gelang van het milieueffect dat eigen is aan die stof(fen) en heeft betrekking op de lozing stroomopwaarts van elke installatie met beluchtingssysteem; 33° het is, behoudens uitdrukkelijke toestemming, vrij van de stoffen | conditions de rejet doivent être respectées en amont de tout dispositif faisant appel à une agitation à l'air libre des effluents; 32° lorsqu'un ou des composés organiques volatils, non spécifiquement vu(s) par un paramètre de la norme sectorielle (BTEX ou POX) est (sont) susceptible(s) d'être présent(s) dans les rejets, leur concentration sera limitée par les conditions particulières. Cette limitation sera établie au vu de l'impact environnemental spécifique à cette (ces) substance(s) et devra porter sur le rejet en amont de tout dispositif faisant appel à une agitation à l'air libre des effluents. 33° les eaux déversées ne peuvent, sans autorisation expresse, contenir les substances visées par la directive 76/464/CEE et par les |
| bedoeld in richtlijn 76/464/EEG en in de dochterrichtlijnen genomen | directives filles prises en application de cette directive, ainsi que |
| overeenkomstig voormelde richtlijn, alsook in het besluit van 12 | celles visées par l'arrêté du Gouvernement wallon du 12 septembre 2002 |
| september 2002 tot aanpassing van de lijst van de relevante stoffen | visant à adapter la liste des substances pertinentes de l'arrêté du |
| bedoeld in het besluit van de Waalse Regering van 29 juni 2000 tot | Gouvernement wallon du 29 juin 2000 relatif à la protection des eaux |
| bescherming van het oppervlaktewater tegen verontreiniging door | de surface contre la pollution causée par certaines substances |
| bepaalde gevaarlijke stoffen; | dangereuses; |
| 34° de lozing van vluchtige verbindingen (oplosmiddelen,...) wordt | 34° le rejet des composés volatils (solvants...) doit être limité par |
| beperkt via scheidings-, terugwinnings- en eventueel | l'utilisation de procédés de séparation, récupération et |
| recyclageprocessen binnen de productie-eenheden; | éventuellement recyclage au sein même des unités de production |
| 35° het regenwater dat over niet-ingesloten oppervlakten stroomt, | 35° les eaux de pluies ruisselant sur les surfaces ne faisant pas |
| wordt afzonderlijk opgevangen en gecontroleerd. | l'objet d'un confinement feront l'objet d'une collecte séparée et d'un contrôle. |
| Onderafdeling VI. - Referentievolumes | Sous-section VI. - Volumes de référence |
Art. 7.De lozingsvoorwaarden voor de installaties bedoeld in artikel |
Art. 7.Les conditions de déversement pour les installations visées à |
| 1 worden vastgelegd op grond van de volgende specifieke | l'article 1er sont fixées en fonction des volumes spécifiques de |
| referentievolumes : | référence suivants : |
| - voor subsector I : 10 m3/ton vervaardigd product; | - pour le sous-secteur I : 10 m3/tonne de produit fini; |
| - voor subsector II : 10 m3/ton vervaardigd product; | - pour le sous-secteur II : 10 m3/tonne de produit fini; |
| - voor subsector III : 1 m3/ton vervaardigd product | - pour le sous-secteur III : 1 m3/tonne de produit fini; |
| - voor subsector IV : 5 m3/ton vervaardigd product voor de | - pour le sous-secteur IV : 5 m3/tonne de produit fini pour les unités |
| productie-eenheden van PVC, 10 m3/ton vervaardigd product voor de | de production de PVC, 10 m3/tonne de produit fini pour les autres |
| andere activiteiten. | activités; |
| Onderafdeling VII. - Analyse- en monsternemingstechnieken | Sous-section VII. - Méthodes d'analyse et d'échantillonnage |
Art. 8.Voor de monsternemingen en de analyse van de gezamenlijke |
Art. 8.Les méthodes à suivre pour les échantillonnages ainsi que pour |
| parameters bedoeld in de artikelen 2, 3, 4, 5 en 6 van deze sectorale | l'analyse de tous les paramètres repris dans les articles 2, 3, 4, 5 |
| voorwaarden wordt gebruik gemaakt van de technieken die tegenwoordig | et 6 de la présente condition sectorielle sont celles actuellement |
| toegepast worden of goedgekeurd zijn door het referentielaboratorium | utilisées ou approuvées par le laboratoire de référence de la Région |
| van het Waalse Gewest. | wallonne. |
Art. 9.Wat betreft de voorwaarden bedoeld in de artikelen 2 en 3 van |
Art. 9.La mesure du « métal total », pour les conditions des articles |
| dit besluit, wordt totaal metaal gemeten aan de hand van een | 2, 3, 4, 5 et 6 de la présente condition sectorielle, se fait sur |
| ongefilterd monster, aangezuurd bij PH2 | échantillon non filtré, acidifié à pH 2. |
| Onderafdeling VIII. - Overgangs-, opheffings- en slotbepalingen | Sous-section VIII. - Mesures transitoires, abrogatoires et finales |
Art. 10.Het koninklijk besluit van 30 maart 1987 houdende |
Art. 10.L'arrêté royal du 30 mars 1987 déterminant les conditions |
| vaststelling van de sectoriële voorwaarden voor de lozing, in de | sectorielles de déversement, dans les eaux de surface ordinaires, des |
| gewone oppervlaktewateren, van afvalwater, afkomstig van de sector van | eaux usées provenant du secteur de la pétrochimie et de celui de la |
| de petrochemie en van de daarvan afgeleide organische chemie, wordt | chimie organique qui en dérive est abrogé. |
| opgeheven. Art. 11.Voor de inrichtingen die in werking zijn op de datum van |
Art. 11.Pour les établissements existant à l'entrée en vigueur du |
| inwerkingtreding van dit besluit, kan de bevoegde overheid voorzien in | présent arrêté, l'autorité compétente peut prescrire des conditions |
| particulières moins sévères que les présentes conditions sectorielles. | |
| voorwaarden die niet zo streng zijn als deze sectorale voorwaarden. | Néanmoins, ces conditions particulières seront au moins équivalentes à |
| Die bijzondere voorwaarden zijn hoe dan ook gelijk aan de vorige | l'autorisation antérieure. La durée de validité de ces conditions |
| vergunning. De geldigheidsduur ervan verstrijkt uiterlijk op 31 | particulières ne peut excéder le 31 octobre 2007. |
| oktober 2007. Art. 12.Dit besluit treedt in werking op 1 februari 2003. |
Art. 12.Le présent arrêté entre en vigueur le 1er février 2003. |
Art. 13.De Minister van Leefmilieu is belast met de uitvoering van |
Art. 13.Le Ministre de l'Environnement est chargé de l'exécution du |
| dit besluit. | présent arrêté. |
| Namen, 16 januari 2003. | Namur, le 16 janvier 2003. |
| De Minister-President, | Le Ministre-Président, |
| J.-Cl. VAN CAUWENBERGHE | J.-Cl. VAN CAUWENBERGHE |
| De Minister van Ruimtelijke Ordening, Stedenbouw en Leefmilieu, | Le Ministre de l'Aménagement du Territoire, de l'Urbanisme et de |
| l'Environnement, | |
| M. FORET | M. FORET |