← Terug naar "Besluit van de Vlaamse Regering tot wijziging van artikel 2 van het besluit van de Vlaamse Regering van 1 juli 2022 tot uitvoering van het decreet van 20 mei 2022 tot regeling van de toekenning van een jobbonus "
| Besluit van de Vlaamse Regering tot wijziging van artikel 2 van het besluit van de Vlaamse Regering van 1 juli 2022 tot uitvoering van het decreet van 20 mei 2022 tot regeling van de toekenning van een jobbonus | Arrêté du Gouvernement flamand modifiant l'article 2 de l'arrêté du Gouvernement flamand du 1er juillet 2022 portant exécution du décret du 20 mai 2022 réglant l'octroi d'un bonus emploi |
|---|---|
| VLAAMSE OVERHEID 31 AUGUSTUS 2023. - Besluit van de Vlaamse Regering tot wijziging van artikel 2 van het besluit van de Vlaamse Regering van 1 juli 2022 tot uitvoering van het decreet van 20 mei 2022 tot regeling van de toekenning van een jobbonus Rechtsgrond Dit besluit is gebaseerd op: | AUTORITE FLAMANDE 31 AOUT 2023. - Arrêté du Gouvernement flamand modifiant l'article 2 de l'arrêté du Gouvernement flamand du 1er juillet 2022 portant exécution du décret du 20 mai 2022 réglant l'octroi d'un bonus emploi Fondement juridique Le présent arrêté est fondé sur : |
| - het decreet van 20 mei 2022 tot regeling van de toekenning van een | - le décret du 20 mai 2022 réglant l'octroi d'un bonus emploi, article |
| jobbonus, artikel 5, § 1, tweede lid. | 5, § 1er, alinéa 2. |
| Vormvereisten | Formalités |
| De volgende vormvereisten zijn vervuld: | Les formalités suivantes ont été remplies : |
| - De Vlaamse minister, bevoegd voor het budgettair beleid, heeft zijn | - le ministre flamand qui a la politique budgétaire dans ses |
| akkoord gegeven op 7 juni 2023. | attributions a donné son accord le 7 juin 2023 ; |
| - De SERV heeft advies gegeven op 30 juni 2023. | - le Conseil socio-économique de la Flandre (SERV) a rendu un avis le |
| - Er is op 4 juli 2023 bij de Raad van State een aanvraag ingediend | 30 juin 2023 ; - le 4 juillet 2023, une demande d'avis dans les 30 jours a été |
| voor een advies binnen 30 dagen, met toepassing van artikel 84, § 1, | introduite auprès du Conseil d'Etat, en application de l'article 84, § |
| eerste lid, van de wetten op de Raad van State, gecoördineerd op 12 | 1er, alinéa 1er, des lois sur le Conseil d'Etat, coordonnées le 12 |
| januari 1973. Het advies is niet meegedeeld binnen die termijn. Daarom | janvier 1973. L'avis n'a pas été communiqué dans le délai imparti. Dès |
| wordt artikel 84, § 4, van de wetten op de Raad van State, | lors s'applique l'article 84, § 4, des lois sur le Conseil d'Etat, |
| gecoördineerd op 12 januari 1973, toegepast. | coordonnées le 12 janvier 1973. |
| Motivering | Motivation |
| Dit besluit is gebaseerd op de volgende motieven: | Le présent arrêté est fondé sur les motifs suivants : |
| - Omdat de jobbonus wordt berekend op kwartaalbasis en wordt toegekend op basis van de DmfA-aangiften, met een brutoloon op maandbasis, leidt dit tot een verschil tussen vastbenoemde en tijdelijke personeelsleden in het onderwijs. De tijdelijke personeelsleden bereiken sneller de maximale loongrens voor de jobbonus omdat hun kwartaalloon hoger is. Daardoor ontvangen ze geen of een lagere jobbonus dan hun vastbenoemde collega's met dezelfde prestaties. Om die reden wordt in een aangepaste berekening voorzien voor de jobbonus van tijdelijk onderwijspersoneel. Die aangepaste berekening wordt retroactief ingevoerd vanaf refertejaar 2021. - Daarnaast wordt een technische correctie doorgevoerd. De verbrekingsvergoedingen worden niet in rekening gebracht bij het bepalen van het maandelijkse loon voor de berekening van de jobbonus. De periode die gedekt wordt door een verbrekingsvergoeding, speelt echter wel om een rol om het aantal arbeidsdagen voor de prestatiebreuk te bepalen. Dat wordt in dit besluit rechtgezet. Initiatiefnemers Dit besluit wordt voorgesteld door de Vlaamse minister van Financiën en Begroting, Wonen en Onroerend Erfgoed en de Vlaamse minister van Economie, Innovatie, Werk, Sociale Economie en Landbouw. Na beraadslaging, DE VLAAMSE REGERING BESLUIT: Artikel 1.In artikel 2 van het besluit van de Vlaamse Regering van 1 |
- Le bonus emploi étant calculé sur une base trimestrielle et octroyé sur la base des déclarations DmfA, avec une rémunération brute mensuelle, il en résulte une différence entre les membres du personnel nommés à titre définitif et les membres du personnel temporaires de l'enseignement. Les membres du personnel temporaires atteignent plus rapidement le plafond salarial donnant droit au bonus emploi car leur salaire trimestriel est plus élevé. En conséquence, ils ne reçoivent pas de bonus emploi ou un bonus emploi inférieur à celui de leurs collègues nommés à titre définitif pour des prestations égales. Pour cette raison, un calcul ajusté est prévu pour le bonus emploi des membres du personnel temporaires de l'enseignement. Ce calcul ajusté est appliqué rétroactivement à partir de l'année de référence 2021. - En outre, une correction technique est effectuée. Les indemnités de rupture ne sont pas prises en compte dans la détermination du salaire mensuel pour le calcul du bonus emploi. Toutefois, la période couverte par une indemnité de rupture joue un rôle dans la détermination du nombre de jours de travail pour la fraction de prestations. Le présent arrêté rectifie cette situation. Initiateurs Le présent arrêté est proposé par le ministre flamand des Finances et du Budget, du Logement et du Patrimoine immobilier et le ministre flamand de l'Economie, de l'Innovation, de l'Emploi, de l'Economie sociale et de l'Agriculture. Après délibération, LE GOUVERNEMENT FLAMAND ARRETE : Article 1er.A l'article 2 de l'arrêté du Gouvernement flamand du 1er |
| juli 2022 tot uitvoering van het decreet van 20 mei 2022 tot regeling | juillet 2022 portant exécution du décret du 20 mai 2022 réglant |
| van de toekenning van een jobbonus, gewijzigd bij het besluit van 2 | l'octroi d'un bonus emploi, modifié par l'arrêté du 2 juin 2023, les |
| juni 2023, worden de volgende wijzigingen aangebracht: | modifications suivantes sont apportées : |
| 1° aan paragraaf 2, eerste lid, 1°, wordt een punt e) toegevoegd, dat | 1° au paragraphe 2, alinéa 1er, 1°, est ajouté un point e), rédigé |
| luidt als volgt: | comme suit : |
| "e) de dagen die gedekt worden door een verbrekingsvergoeding;"; | « e) les jours couverts par une indemnité de rupture ; » ; |
| 2° er wordt een paragraaf 3/1 ingevoegd, die luidt als volgt: | 2° il est inséré un paragraphe 3/1, rédigé comme suit : |
| " § 3/1. In deze paragraaf wordt verstaan onder: | « § 3/1. Dans le présent paragraphe on entend par : |
| 1° DmfA: de aangifte waarmee een werkgever de loon- en | 1° DmfA : la déclaration par laquelle un employeur soumet à l'Office |
| arbeidstijdgegevens van zijn werknemers indient bij de Rijksdienst | national de la Sécurité sociale les données salariales et les données |
| voor Sociale Zekerheid; | des temps de travail de ses travailleurs ; |
| 2° loon in tienden: het maandelijkse brutoloon, zoals aangegeven in | 2° salaire en dixièmes : le salaire mensuel brut, tel qu'indiqué dans |
| DmfA, die voor een tewerkstelling aangegeven wordt als betaling in | la DmfA, déclaré pour un emploi en tant que paiement en dixièmes ; |
| tienden; 3° tijdelijk onderwijspersoneel: de volgende personeelsleden die | 3° personnel enseignant temporaire : les membres du personnel suivants |
| tijdelijk aangesteld zijn: | qui ont été nommés à titre temporaire : |
| a) de personeelsleden, vermeld in artikel 2, § 1, van het decreet | a) les membres du personnel visés à l'article 2, § 1er, du décret du |
| rechtspositie personeelsleden gemeenschapsonderwijs van 27 maart 1991; | 27 mars 1991 relatif au statut de certains membres du personnel de l'enseignement communautaire ; |
| b) de personeelsleden, vermeld in artikel 4, § 1, van het decreet | b) les membres du personnel visés à l'article 4, § 1er, du décret du |
| rechtspositie personeelsleden gesubsidieerd onderwijs van 27 maart | 27 mars 1991 relatif au statut des membres du personnel de |
| 1991; | l'enseignement subventionné ; |
| c) de leden van de inspectie, vermeld in artikel 61 van het decreet | c) les membres de l'inspection visés à l'article 61 du décret du 8 mai |
| van 8 mei 2009 betreffende de kwaliteit van onderwijs; | 2009 concernant la qualité de l'enseignement ; |
| d) de personeelsleden, vermeld in artikel 10 van het decreet van 1 | d) les membres du personnel visés à l'article 10 du décret du 1er |
| december 1993 betreffende de inspectie en de begeleiding van de | décembre 1993 concernant l'inspection et l'encadrement des matières |
| levensbeschouwelijke vakken; | philosophiques ; |
| e) de personeelsleden, vermeld in artikel 3 van het decreet | e) les membres du personnel visés à l'article 3 du décret du 7 juillet |
| Rechtspositie Basiseducatie van 7 juli 2017; | 2017 relatif au statut des membres du personnel de l'éducation de base |
| f) de personeelsleden, vermeld in artikel V.2, V.47, V.117 en V.173 | ; f) les membres du personnel visés à l'article V.2, V.47, V.117 et |
| van de Codex Hoger Onderwijs van 11 oktober 2013. | V.173 du Code de l'Enseignement supérieur du 11 octobre 2013. |
| In afwijking van paragraaf 3 zijn voor tijdelijk onderwijspersoneel de | Par dérogation au paragraphe 3, les dispositions suivantes |
| volgende bepalingen van toepassing: | s'appliquent au personnel enseignant temporaire : |
| 1° om de factor W te bepalen, wordt voor de maanden januari tot en met | 1° pour déterminer le facteur W, pour les mois de janvier à juin et de |
| juni en september tot en met december het loon in tienden gedeeld door 1,2; | septembre à décembre, le salaire en dixièmes est divisé par 1,2 ; |
| 2° Wq is gelijk aan de som van alle W's in een kwartaal q, die worden | 2° Wq est égal à la somme de tous les W d'un trimestre q, calculés |
| berekend conform punt 1° en paragraaf 3, 1°. ". | conformément au point 1° et au paragraphe 3, 1°. ». |
Art. 2.Artikel 1, 2°, heeft uitwerking met ingang van 1 juli 2022. |
Art. 2.L'article 1er, 2°, produit ses effets à partir du 1er juillet |
Art. 3.De Vlaamse minister, bevoegd voor de fiscaliteit, en de |
2022. Art. 3.Le ministre flamand ayant la fiscalité dans ses attributions |
| Vlaamse minister, bevoegd voor werk, zijn, ieder wat hem of haar | et le ministre flamand ayant l'emploi dans ses attributions sont |
| betreft, belast met de uitvoering van dit besluit. | chargés, chacun pour ce qui le concerne, de l'exécution du présent arrêté. |
| Brussel, 31 augustus 2023. | Bruxelles, le 31 août 2023. |
| De minister-president van de Vlaamse Regering, | Le ministre-président du Gouvernement flamand, |
| J. JAMBON | J. JAMBON |
| De Vlaamse minister van Financiën en Begroting, Wonen en Onroerend | Le ministre flamand des Finances et du Budget, du Logement et du |
| Erfgoed, | Patrimoine immobilier, |
| M. DIEPENDAELE | M. DIEPENDAELE |
| De Vlaamse minister van Onderwijs, Sport, Dierenwelzijn en Vlaamse Rand | Le ministre flamand de l'Enseignement, des Sports, du Bien-Etre des Animaux et du Vlaamse Rand, |
| B. WEYTS | B. WEYTS |
| De Vlaamse minister van Economie, Innovatie, Werk, Sociale Economie en | Le ministre flamand de l'Economie, de l'Innovation, de l'Emploi, de |
| Landbouw, | l'Economie sociale et de l'Agriculture, |
| J. BROUNS | J. BROUNS |