← Terug naar "Besluit van de Vlaamse Regering betreffende de proef van de kennis van het Nederlands, nodig om het gewoon lager onderwijs aan te vatten "
| Besluit van de Vlaamse Regering betreffende de proef van de kennis van het Nederlands, nodig om het gewoon lager onderwijs aan te vatten | Arrêté du Gouvernement flamand relatif au test de connaissance du néerlandais, nécessaire pour accéder à l'enseignement primaire ordinaire |
|---|---|
| VLAAMSE OVERHEID 21 MEI 2010. - Besluit van de Vlaamse Regering betreffende de proef van de kennis van het Nederlands, nodig om het gewoon lager onderwijs aan te vatten De Vlaamse Regering, | AUTORITE FLAMANDE 21 MAI 2010. - Arrêté du Gouvernement flamand relatif au test de connaissance du néerlandais, nécessaire pour accéder à l'enseignement primaire ordinaire Le Gouvernement flamand, |
| Gelet op het decreet van 25 februari 1997 betreffende het | Vu le décret du 25 février 1997 relatif à l'enseignement fondamental, |
| basisonderwijs, artikel 13, § 1, 2°, zoals gewijzigd bij het decreet | notamment l'article 13, § 1er, 2°, tel que modifié par le décret du 20 |
| van 20 maart 2009 betreffende de toelatingsvoorwaarden voor het gewoon | mars 2009 relatif aux conditions d'admission à l'enseignement primaire |
| lager onderwijs en de engagementsverklaring tussen de school en de | ordinaire et à la déclaration d'engagement entre l'école et les |
| ouders in het basis- en secundair onderwijs; | |
| Gelet op het akkoord van de Vlaamse minister, bevoegd voor de | parents dans l'enseignement fondamental et secondaire; |
| begroting, gegeven op 7 mei 2010; Gelet op het verzoek om spoedbehandeling, gemotiveerd door de | Vu l'accord du Ministre flamand chargé du budget, donné le 7 mai 2010; |
| omstandigheid dat : | Vu l'urgence motivée par le fait que : |
| - de inschrijvingsvoorwaarde van artikel 13, § 1, 2° van het decreet | - la condition d'inscription, visée à l'article 13, § 1er, 2° du |
| basisonderwijs van 25 februari 1997 van toepassing is voor de | décret sur l'enseignement fondamental du 25 février 1997 est |
| inschrijvingen vanaf het schooljaar 2010-2011; | d'application aux inscriptions à partir de l'année scolaire 2010-2011; |
| - de leerlingen die de minimale aanwezigheid niet kunnen bewijzen | - les élèves ne pouvant pas faire preuve de la présence minimale |
| tijdens het schooljaar 2009-2010 de proef moeten kunnen afleggen voor | pendant l'année scolaire 2009-2010, doivent pouvoir passer le test |
| de start van het nieuwe schooljaar; | avant la rentrée scolaire; |
| - de scholen en centra voor leerlingenbegeleiding daartoe over de | - les écoles et les centres d'encadrement des élèves peuvent disposer |
| proef en de handleiding kunnen beschikken; | du test et du manuel à cet effet; |
| - de selectie van een proef en de bepaling van de cesuur, zoals gezegd in de parlementaire bespreking van het decreet, werd voorbereid door een groep van wetenschappelijke experten met de bedoeling de kwaliteit van de proef wetenschappelijk te onderbouwen; - deze experten in het kader van de wetenschappelijke onderbouwing de cesuurbepaling hebben uitgevoerd door gebruik te maken van een methode waarbij praktijkmensen zoals leraren en CLB-medewerkers werden betrokken; - deze werkzaamheden uit hun aard tijd vergen en werden afgerond in een eindadvies dat op het einde van de maand april 2010 werd ingediend; Gelet op advies 48.268/1 van de Raad van State, gegeven op 18 mei | - la sélection d'un test et la détermination du seuil de réussite, tel que visé dans la discussion parlementaire du décret, a été préparée par un groupe d'experts scientifiques dans le but d'étayer scientifiquement la qualité du test; - ces experts ont déterminé, dans le but de fournir un fondement scientifique, le seuil de réussite en utilisant une méthode impliquant des professionnels tels que les enseignants et les collaborateurs de CLB; - ces activités demandent du temps de par leur nature et ont abouti à un avis final qui a été soumis fin avril 2010; Vu l'avis 48 268/1 du Conseil d'Etat, donné le 18 mai 2010, en |
| 2010, met toepassing van artikel 84, § 1, eerste lid, 2° van de wetten | application de l'article 84, § 1er, alinéa 1er, 2°, des lois sur le |
| op de Raad van State, gecoördineerd op 12 januari 1973; | Conseil d'Etat, coordonnées le 12 janvier 1973; |
| Op voorstel van de Vlaamse minister van Onderwijs, Jeugd, Gelijke | Sur la proposition du Ministre flamand de l'Enseignement, de la |
| Kansen en Brussel; | Jeunesse, de l'Egalité des chances et des Affaires bruxelloises; |
| Na beraadslaging, | Après délibération, |
| Besluit : | Arrête : |
Artikel 1.Dit besluit is van toepassing op het gewoon basisonderwijs, |
Article 1er.Le présent arrêté s'applique à l'enseignement fondamental |
| erkend, gefinancierd of gesubsidieerd door de Vlaamse Gemeenschap. | ordinaire, agréé, financé ou subventionné par la Communauté flamande. |
Art. 2.§ 1. In dit besluit wordt verstaan onder proef : de proef |
Art. 2.§ 1er. Dans le présent arrêté, on entend par test : le test |
| zoals bedoeld in artikel 13, § 1, 2° van het decreet betreffende het | tel que prévu à l'article 13, § 1er, 2° du décret relatif à |
| basisonderwijs van 25 februari 1997; | l'enseignement fondamental du 25 février 1997; |
| § 2. In dit besluit wordt verstaan onder afnemer van de proef : het | § 2. Dans le présent arrêté, on entend par examinateur : le CLB avec |
| CLB waarmee de school waar de betrokken leerling zich aanbiedt een | lequel l'école où l'élève intéressé se présente a un contrat de |
| beleidscontract heeft, of de school waar de betrokken leerling zich aanbiedt. | gestion, ou l'école où l'élève intéressé se présente. |
Art. 3.§ 1. De proef, die als bijlage bij dit besluit wordt gevoegd, |
Art. 3.§ 1er. Le test, annexé au présent arrêté, comprend deux |
| bestaat uit twee onderdelen : | parties : |
| - het gedeelte over passieve woordenschat; | - la partie sur le vocabulaire passif; |
| - het gedeelte over zinsbegrip. | - la partie sur la compréhension de phrases. |
| § 2. Om te bepalen of de leerling voor de proef geslaagd is,wordt | § 2. Afin de déterminer si l'élève a réussi le test, le tableau de |
| onderstaande beslissingstabel gebruikt : | décision ci-après est utilisé : |
| Eindresultaat taalproef | Résultat final du test linquistique |
| Passieve woordenschat | Vocabulaire passif |
| Voldoende | Suffisant |
| (=> 22 op 40) | (=> 22 sur 40) |
| Onvoldoende | Insuffisant |
| (< 22 op 40) | (< 22 sur 40) |
| 20 op 40) | 20 sur 40) |
| Geslaagd | Réussi |
| Réussi | |
| pour ce qui est de la partie | |
| 18 op 40 | vocabulaire passiff 18 sur 40 |
| Niet geslaagd als passieve woordenschat | Echoué à la partie |
| < 18 op 40 | vocabulaire passif < 18 sur 40 |
| Onvoldoende | Insuffisant |
| (< 20 op 40) | (< 20 sur 40) |
| 16 op 40 | 16 sur 40 |
| Niet geslaagd | Echoué |
| Niet geslaagd als zinsbegrip | Echoué à la partie compréhension |
| < 16 op 40. | de phrases < 16 sur 40. |
| Deze beslissingstabel vat samen in welke gevallen de leerling geslaagd | Ce tableau de décision résume tant les cas dans lesquels l'élève a |
| is voor de taalproef in zijn geheel en in welke gevallen de leerling | réussi le test linguistique dans son ensemble que les cas dans |
| niet geslaagd is voor de taalproef in zijn geheel. De leerling moet | lesquels l'élève n'a pas réussi le test linguistique dans son |
| steeds voor minstens één van beide onderdelen de cesuur (voldoende) | ensemble. L'élève doit toujours obtenir le seuil de réussite |
| behalen. | (suffisant) pour au moins une des deux parties. |
| Voor passieve woordenschat ligt de cesuur op 22 op 40, voor zinsbegrip | Pour le vocabulaire passif, le seuil de réussite est de 22 sur 40, |
| op 20 op 40. | pour compréhension de phrases de 20 sur 40. |
| De leerling is geslaagd als : | L'élève a réussi si : |
| - hij voor passieve woordenschat => 22 op 40 en voor zinsbegrip => 20 | - il obtient => 22 sur 40 pour le vocabulaire passif et => 20 sur 40 |
| op 40 behaalt; | pour compréhension de phrases; |
| - hij voor passieve woordenschat => 18 op 40 en voor zinsbegrip => 20 | - il obtient => 18 sur 40 pour vocabulaire passif et => 20 sur 40 pour |
| op 40 behaalt; | compréhension de phrases; |
| - hij voor passieve woordenschat => 22 op 40 en voor zinsbegrip => 16 | - il obtient => 22 sur 40 pour vocabulaire passif et => 16 sur 40 pour |
| op 40 behaalt. | compréhension de phrases; |
| De leerling is niet geslaagd als : | L'élève a échoué si : |
| - hij voor passieve woordenschat < 22 op 40 en voor zinsbegrip < 20 op | - il obtient < 22 sur 40 pour vocabulaire passif et < 20 sur 40 pour |
| 40 behaalt; | compréhension de phrases; |
| - hij voor passieve woordenschat < 18 op 40 en voor zinsbegrip => 20 | - il obtient < 18 sur 40 pour vocabulaire passif et => 20 sur 40 pour |
| op 40 behaalt; | compréhension de phrases; |
| - hij voor passieve woordenschat => 22 op 40 en voor zinsbegrip < 16 | - il obtient => 22 sur 40 pour vocabulaire passif et < 16 sur 40 pour |
| op 40 behaalt. | compréhension de phrases. |
| § 3. Een leerling kan de proef slechts één keer afleggen. | § 3. Un élève ne peut passer le test qu'une seule fois. |
| § 4. Aan de afnemers wordt meegedeeld : | § 4. Les examinateurs sont informés : |
| - welke toetsen er voor beide onderdelen van de proef worden gebruikt; | - des épreuves qui sont utilisées pour les deux parties du test; |
| - wanneer een leerling geslaagd is voor elke toets en voor de gehele | - de la réussite d'un élève pour chaque épreuve et pour le test dans |
| proef; | son ensemble; |
| - de richtlijnen voor de afname van de proef. | - des directives pour l'organisation du test. |
Art. 3bis.De school en het CLB waarmee de school een beleidscontract |
Art. 3bis.L'école et le CLB avec lequel l'école a un contrat de |
| heeft beslissen onderling wie van hen beide optreedt als afnemer. De | gestion décident entre eux qui des deux agira comme examinateur. |
| school deelt de afnemer mee aan het Agentschap voor Onderwijsdiensten. | L'école informe l'Agentschap voor Onderwijsdiensten de l'examinateur. |
Art. 4.§ 1. De school verwijst de leerling die niet voldoet aan de |
Art. 4.§ 1er. L'école oriente toujours l'élève ne répondant pas à la |
| toelatingsvoorwaarde van artikel 13, § 1, 1° of 3° steeds door naar de | condition d'admission de l'article 13, § 1er, 1° ou 3° vers |
| afnemer om de proef af te leggen, ook indien de school de leerling | l'examinateur pour passer le test, même si l'école refuse d'inscrire |
| weigert in te schrijven, in toepassing van het decreet van 28 juni | l'élève en application du décret du 28 juin 2002 relatif à l'égalité |
| 2002 betreffende de gelijke onderwijskansen I. | des chances en éducation-I. |
| § 2. De school deelt de ouders van de in § 1 bedoelde leerlingen mee | § 2. L'école informe les parents des élèves visés au § 1er de |
| met welke afnemer ze contact moeten opnemen voor het afleggen van de | l'examinateur à contacter pour passer le test linguistique. |
| taalproef. De afnemer en de ouders stellen in onderling overleg een | L'examinateur et les parents fixent de concert la date du test. |
| afspraak vast. | |
Art. 5.Indien een leerling vanwege een fysieke of mentale beperking |
Art. 5.Si un élève touché par un handicap physique ou mental n'est |
| niet in de mogelijkheid is de proef af te leggen, test het CLB, | pas capable de passer le test, le CLB avec lequel l'école a un contrat |
| waarmee de school een beleidscontract heeft, de kennis van het | de gestion examine la connaissance du néerlandais à l'aide de tests |
| Nederlands aan de hand van proeven die het centrum zelf kiest. Het CLB | qu'il choisit lui-même. Le CLB motive pourquoi l'élève en question est |
| motiveert waarom de leerling in kwestie in de onmogelijkheid verkeert | dans l'incapacité de subir le test et quels autres tests sont utilisés |
| om de proef af te leggen en welke andere proeven zijn gebruikt om de | pour évaluer le vocabulaire passif et la compréhension de phrases. |
| passieve woordenschat en het zinsbegrip te beoordelen. | |
Art. 6.§ 1. De afnemer bezorgt de ouders onmiddellijk een attest |
Art. 6.§ 1er. L'examinateur transmet sans tarder une attestation aux |
| waarin vermeld is of het kind geslaagd is voor de taalproef of niet. | parents précisant si l'enfant a réussi le test linguistique ou non. Si |
| Indien geen van de ouders aanwezig is, stuurt de afnemer hen per brief | aucun des parents n'est présent, l'examinateur leur envoie une |
| het attest op. | attestation par courrier. |
| § 2. De afnemer bezorgt de school waar het kind is ingeschreven per | § 2. L'examinateur envoie par courrier à l'école où l'élève est |
| brief een afschrift van het attest waarin vermeld is of de leerling | inscrit une copie de l'attestation précisant si l'élève a réussi le |
| geslaagd is voor de proef of niet. | test ou non. |
Art. 7.Als de onderwijsinstelling over een afwijkende uurregeling |
Art. 7.Si l'établissement d'enseignement dispose d'un horaire |
| beschikt, wordt het aantal halve dagen, vermeld in de artikelen 13, § | dérogeant, le nombre de demi-journées, visées aux articles 13, § 1er, |
| 1, 1° en 18, § 1 van het decreet, dat de leerling minstens aanwezig | 1° et 18, § 1er du décret, de présence minimum de l'élève, est calculé |
| moet zijn geweest, als volgt berekend : AWD x ASDW/SDW. | comme suit : AWD x ASDW/ SDW. |
| In deze formule wordt verstaan onder : | Dans cette formule, on entend par : |
| 1° AWD : de aanwezigheidsdrempel. Dit is het aantal halve dagen dat de | 1° AWD : le seuil de présence à l'école. C'est le nombre de |
| leerling het voorgaande schooljaar minstens aanwezig moet zijn | demi-journées que l'élève a dû être présent au minimum pendant l'année |
| geweest, vermeld in artikel 13, § 1, 1° van het decreet; | scolaire précédente, visé à l'article 13, § 1er, 1° du décret; |
| 2° ASDW : het aantal halve schooldagen dat de onderwijsinstelling, met | 2° ASDW : le nombre de demi-journées de classe que létablissement |
| toepassing van artikel 8 van het besluit van de Vlaamse Regering van | d'enseignement, par application de l'article 8 de l'arrêté du |
| 17 april 1991 tot organisatie van het schooljaar in het | Gouvernement flamand du 17 avril 1991 organisant l'année scolaire dans |
| basisonderwijs, in het deeltijds onderwijs en in het onderwijs voor | l'enseignement fondamental, dans l'enseignement à temps partiel et |
| sociale promotie georganiseerd, erkend of gesubsidieerd door de | dans l'enseignement de promotion sociale organisé, agréé ou |
| Vlaamse Gemeenschap per volledige schoolweek lesactiviteiten | subventionné par la Communauté flamande, organise des activités de |
| organiseert; | cours par semaine scolaire complète; |
| 3° SDW : het aantal halve schooldagen dat een volledige schoolweek | 3° SDW : le nombre de demi-journées de classe qu'une semaine scolaire |
| standaard telt, namelijk negen. | complète compte normalement, à savoir neuf. |
| Het resultaat van de berekening, vermeld in het eerste lid, wordt | Le résultat du calcul, visé à l'alinéa premier, est arrondi à l'unité |
| afgerond naar de hogere eenheid. | supérieure. |
Art. 8.Dit besluit treedt in werking op 1 juni 2010. |
Art. 8.Le présent arrêté entre en vigueur le 1er juin 2010. |
Art. 9.De Vlaamse minister, bevoegd voor Onderwijs, is belast met de |
Art. 9.Le Ministre flamand ayant l'enseignement dans ses attributions |
| uitvoering van dit besluit. | est chargé de l'exécution du présent arrêté. |
| Brussel, 21 mei 2010. | Bruxelles, le 21 mai 2010. |
| De minister-president van de Vlaamse Regering, | Le Ministre-Président du Gouvernement flamand, |
| K. PEETERS | K. PEETERS |
| De Vlaamse minister van Onderwijs, Jeugd, Gelijke Kansen en Brussel | Le Ministre flamand de l'Enseignement, de la Jeunesse, de l'Egalité |
| des Chances et des Affaires bruxelloises, | |
| P. SMET | P. SMET |