Besluit van de Vlaamse regering betreffende de tewerkstelling buiten het hogescholenonderwijs van de personeelsleden van de optie kinesitherapie in afbouw | Arrêté du Gouvernement flamand relatif à l'emploi en dehors des instituts supérieurs des membres du personnel de l'option kinésithérapie qui sera supprimée progressivement |
---|---|
MINISTERIE VAN DE VLAAMSE GEMEENSCHAP 14 JUNI 2002. - Besluit van de Vlaamse regering betreffende de tewerkstelling buiten het hogescholenonderwijs van de personeelsleden van de optie kinesitherapie in afbouw De Vlaamse regering, | MINISTERE DE LA COMMUNAUTE FLAMANDE 14 JUIN 2002. - Arrêté du Gouvernement flamand relatif à l'emploi en dehors des instituts supérieurs des membres du personnel de l'option kinésithérapie qui sera supprimée progressivement Le Gouvernement flamand, |
Gelet op het decreet van 13 juli 1994 betreffende de hogescholen in de | Vu le décret du 13 juillet 1994 relatif aux instituts supérieurs en |
Vlaamse Gemeenschap, inzonderheid op de artikelen 339quater , § 4 en | Communauté flamande, notamment les articles 339quater , § 4 et |
339quinquies , § 1 ingevoegd bij het decreet van 23 juni 1998; | 339quinquies , § 1er, inséré au décret du 23 juin 1998; |
Gelet op het akkoord van de Vlaamse minister, bevoegd voor begroting, gegeven op 24 augustus 2001; | Vu l'accord du Ministre flamand compétent pour le budget, donné le 24 août 2001; |
Gelet op het protocol nr. 433 van 30 november 2001 houdende de | Vu le protocole n° 433 du 30 novembre 2001 portant les conclusions des |
conclusies van de onderhandelingen gevoerd in de gemeenschappelijke | |
vergadering van Sectorcomité X en van onderafdeling « Vlaamse | négociations menées en réunion commune du Comité sectoriel X et de la |
gemeenschap » van afdeling 2 van het Comité voor de provinciale en | sous-section « Communauté flamande » de la section 2 du Comité des |
plaatselijke overheidsdiensten; | services publics provinciaux et locaux; |
Gelet op de beraadslaging van de Vlaamse regering op 14 december 2001 | Vu la délibération du Gouvernement flamand du 14 décembre 2001 |
betreffende de aanvraag om advies van de Raad van State binnen een | relative à la demande d'avis auprès du Conseil d'Etat dans le délai |
maand; | d'un mois; |
Gelet op het advies 32.927/1 van de Raad van State, gegeven op 21 | Vu l'avis 32.927/1 du Conseil d'Etat, rendu le 21 février 2002, en |
februari 2002, met toepassing van artikel 84, eerste lid, 1° van de | application de l'article 84, premier alinéa, 1°, des lois coordonnées |
gecoördineerde wetten op de Raad van State; | sur le Conseil d'Etat; |
Op voorstel van de Vlaamse minister van Onderwijs en Vorming; | Sur la proposition du Ministre flamand de l'Enseignement et de la Formation; |
Na beraadslaging, | Après en avoir délibéré, |
Besluit : | Arrête : |
Artikel 1.Dit besluit is van toepassing op de personeelsleden bedoeld |
Article 1er.Le présent arrêté s'applique aux membres du personnel |
in artikel 195ter , § 1 van het decreet van 13 juli 1994 betreffende de hogescholen in de Vlaamse Gemeenschap. Art. 2.Deze personeelsleden kunnen op hun verzoek tewerkgesteld worden buiten het hogescholenonderwijs. Deze tewerkstelling moet ten goede komen aan het onderwijs of moet het algemeen belang dienen. Indien deze personeelsleden worden tewerkgesteld in een instelling van een ander onderwijsniveau of bij een universiteit, dienen zij aan de voor en door de instelling of universiteit vastgelegde tewerkstellingsvoorwaarden te voldoen. Art. 3.Aan de personeelsleden die geen tewerkstelling hebben bekomen in een hogeschool of in het kader van artikel 2, zal de Vlaamse minister bevoegd voor het Onderwijs, bij aangetekende brief, een andere tewerkstelling voorstellen ter vervanging van hun opdracht die ze op 1 januari 1998 uitoefenden in de optie kinesitherapie. Dit voorstel van andere tewerkstelling dient rekening te houden met de beroepsbekwaamheden van de personeelsleden. Indien de personeelsleden het voorstel afwijzen, delen zij dit bij |
visés à l'article 195ter , § 1er du décret du 13 juillet 1994 relatif aux instituts supérieurs en Communauté flamande. Art. 2.Ces membres du personnel peuvent à leur demande être employés en dehors de l'enseignement dispensé par les instituts supérieurs. Cet emploi doit être au profit de l'enseignement ou dans l'intérêt général. Si les membres du personnel sont employés dans un établissement d'un autre niveau d'enseignement ou à une université, ils doivent répondre aux conditions d'emploi fixées par et pour l'établissement ou l'université. Art. 3.Le Ministre flamand compétent pour l'Enseignement proposera aux membres du personnel qui n'ont pas obtenu d'emploi dans un institut supérieur ou dans le cadre de l'article 2, par lettre recommandée, un autre emploi en remplacement de la charge qu'ils effectuaient dans l'option kinésithérapie le 1er janvier 1998. Cette proposition d'emploi alternative doit tenir compte des compétences professionnelles des membres du personnel. Si les membres du personnel refusent cette proposition, ils en |
aangetekende brief, binnen de 15 werkdagen, te rekenen vanaf de datum | notifient le Ministre par lettre recommandée dans les 15 jours |
van ontvangst van het aanbod, aan de minister mee. | ouvrables, à compter de la date de réception de l'offre. |
Art. 4.De voorwaarden verbonden aan de tewerkstelling in het kader van de artikelen 2 en 3, worden voorafgaandelijk vastgelegd in een overeenkomst die gesloten wordt tussen de instelling, de dienst of het centrum dat het personeelslid zal tewerkstellen en het personeelslid. Het personeelslid bezorgt een afschrift van de ondertekende overeenkomst aan de hogeschool waar het is benoemd en de afdeling hogescholen van het departement onderwijs van het ministerie van de Vlaamse Gemeenschap. De betrokken instelling, universiteit, dienst of centrum verbindt er zich toe elke afwezigheid wegens ziekte of gebrekkigheid van het personeelslid tijdens de tewerkstelling mee te delen aan de hogeschool waar het personeelslid is benoemd. De instelling, universiteit, dienst of centrum waar het personeelslid |
Art. 4.Les conditions liées à l'emploi dans le cadre des articles 2 et 3 sont fixées préalablement dans un accord conclu entre l'établissement, le service ou le centre qui emploieront le membre du personnel et le membre du personnel. Le membre du personnel fournira une copie de l'accord signé à l'institut supérieur où il est nommé et à la section des instituts supérieurs du Département de l'Enseignement du Ministère de la Communauté flamande. L'établissement, l'université, le service ou le centre concerné s'engage à communiquer chaque absence pour cause de maladie ou d'invalidité du membre du personnel pendant son emploi à l'institut supérieur où le membre du personnel est nommé. L'établissement, l'université, le service ou le centre où le membre du |
is tewerkgesteld, is ertoe gehouden 70 % van het brutoaanvangssalaris | personnel est employé, est tenu de rembourser 70 % du traitement |
van de salarisschaal van het personeelslid terug te betalen aan de | initial brut de l'échelle de traitement du membre du personnel à la |
Vlaamse Gemeenschap. | Communauté flamande. |
Er kan geen tewerkstelling worden verleend bij een privé-onderneming | L'emploi dans une entreprise privée à but lucratif n'est pas autorisé. |
met winstgevend doel. | |
Art. 5.Het verschil in de bezoldiging bedoeld in artikel 195ter van |
Art. 5.La différence entre la rémunération visée à l'article 195ter |
het decreet van 13 juli 1994 betreffende de hogescholen in de Vlaamse | du décret du 13 juillet 1994 relatif aux instituts supérieurs en |
Gemeenschap en de bezoldiging die de instelling, universiteit, dienst | Communauté flamande et la rémunération payée par l'établissement, |
of het centrum aan het personeelslid betaalt, wordt gedragen door de | l'université, le service ou le centre au membre du personnel, est |
instelling, universiteit, dienst of het centrum dat het personeelslid | prise en charge par l'établissement, l'université, le service ou le |
tewerkstelt. | centre employant le membre du personnel. |
Art. 6.Dit besluit heeft uitwerking met ingang van 1 oktober 2001. |
Art. 6.Le présent arrêté produit ses effets le 1er octobre 2001. |
Art. 7.De Vlaamse minister, bevoegd voor het onderwijs, is belast met |
Art. 7.Le Ministre flamand ayant l'enseignement dans ses attributions |
de uitvoering van dit besluit. | est chargé de l'exécution du présent arrêté. |
Brussel, 14 juni 2002. | Bruxelles, le 14 juin 2002. |
De minister-president van de Vlaamse regering, | Le Ministre-Président du Gouvernement flamand, |
P. DEWAEL | P. DEWAEL |
De Vlaamse minister van Onderwijs en Vorming, | La Ministre flamande de l'Enseignement et de la Formation, |
M. VANDERPOORTEN | M. VANDERPOORTEN |