Besluit van de Vlaamse Regering tot bepaling van de bevoegdheden van de leden van de Vlaamse Regering | Arrêté du Gouvernement flamand fixant les attributions des membres du Gouvernement flamand |
---|---|
VLAAMSE OVERHEID | AUTORITE FLAMANDE |
2 OKTOBER 2019. - Besluit van de Vlaamse Regering tot bepaling van de | 2 OCTOBRE 2019. - Arrêté du Gouvernement flamand fixant les |
bevoegdheden van de leden van de Vlaamse Regering | attributions des membres du Gouvernement flamand |
DE VLAAMSE REGERING, | LE GOUVERNEMENT FLAMAND, |
Gelet op het bijzonder decreet van 7 juli 2006 over de Vlaamse | Vu le décret spécial du 7 juillet 2006 relatif aux institutions |
instellingen, artikel 21; | flamandes, l'article 21 ; |
Gelet op het besluit van de Vlaamse Regering van 25 juli 2014 tot | Vu l'arrêté du Gouvernement flamand du 25 juillet 2014 fixant les |
bepaling van de bevoegdheden van de leden van de Vlaamse Regering; | attributions des membres du Gouvernement flamand ; |
Gelet op het advies van de Inspectie van Financiën, gegeven op 2 | Vu l'avis de l'Inspection des Finances, donné le 2 octobre 2019 ; |
oktober 2019; Op het gezamenlijke voorstel van de leden van de Vlaamse Regering; | Sur la proposition conjointe des membres du Gouvernement flamand ; |
Na beraadslaging, | Après délibération, |
Besluit : | Arrête : |
Artikel 1.Dit besluit verdeelt de bevoegdheden binnen de Vlaamse |
Article 1er.Le présent arrêté répartit les attributions au sein du |
Regering, met het oog op de voorbereiding en de uitvoering van haar | Gouvernement flamand en vue de la préparation et de l'exécution de ses |
beslissingen. | décisions. |
In dit besluit wordt verstaan onder organisatiebesluit: het besluit | Dans le présent arrêté on entend par arrêté organisationnel : l'arrêté |
van de Vlaamse Regering van 3 juni 2005 met betrekking tot de | du Gouvernement flamand du 3 juin 2005 relatif à l'organisation de |
organisatie van de Vlaamse administratie. | l'administration flamande. |
Art. 2.§ 1. De heer Jan Jambon, voorzitter van de Vlaamse Regering, |
Art. 2.§ 1er. Monsieur Jan Jambon, président du Gouvernement flamand, |
is bevoegd voor het beleidsveld Ondersteuning van de Vlaamse Regering, | est compétent pour le secteur politique Assistance au Gouvernement |
vermeld in artikel 3 van het organisatiebesluit. | flamand, visé à l'article 3 de l'arrêté organisationnel. |
Hij draagt de titel "minister-president van de Vlaamse Regering". | Il porte le titre de « ministre-président du Gouvernement flamand ». |
§ 2. De heer Jan Jambon, lid van de Vlaamse Regering, is bevoegd voor: | § 2. Monsieur Jan Jambon, membre du Gouvernement flamand, est compétent pour : |
1° le domaine politique Affaires étrangères de la Flandre, visé à | |
1° het beleidsdomein Internationaal Vlaanderen, vermeld in artikel 5 | l'article 5 de l'arrêté organisationnel, à l'exception du secteur |
van het organisatiebesluit, met uitzondering van het beleidsveld | |
Toerisme; | politique Tourisme ; |
2° het beleidsveld Cultuur, vermeld in artikel 9, van het | 2° le secteur politique Culture, visé à l'article 9 de l'arrêté |
organisatiebesluit; | organisationnel ; |
3° het beleidsveld Rampenschade, vermeld in artikel 3 van het | 3° le secteur politique Calamités, visé à l'article 3 de l'arrêté |
organisatiebesluit; | organisationnel ; |
4° het beleidsveld Digitalisering, vermeld in artikel 3 van het | 4° le secteur politique Numérisation, visé à l'article 3 de l'arrêté |
organisatiebesluit; | organisationnel ; |
5° de facilities, het vastgoed, de ICT en de overheidsopdrachten, | 5° la gestion facilitaire, l'immobilier, les TIC et les marchés |
vermeld in artikel 3 van het organisatiebesluit. | publics, visés à l'article 3 de l'arrêté organisationnel. |
Hij draagt de titel "Vlaams minister van Buitenlandse Zaken, Cultuur, | Il porte le titre de « ministre flamand des Affaires étrangères, de la |
ICT en Facilitair Management". | Culture, des TIC et de la Gestion facilitaire ». |
§ 3. De heer Jan Jambon is bevoegd voor het bestuur van of het | § 3. Monsieur Jan Jambon est compétent pour l'administration ou la |
toezicht op de volgende instanties: | supervision des organismes suivants : |
1° het Vlaams Agentschap voor Internationaal Ondernemen; | 1° Vlaams Agentschap voor Internationaal Ondernemen ; |
2° het Koninklijk Museum van Hedendaagse Kunst Antwerpen; | 2° Koninklijk Museum van Hedendaagse Kunst Antwerpen ; |
3° het Topstukkenfonds; | 3° Topstukkenfonds ; |
4° het Vlaams Fonds voor de Letteren; | 4° Vlaams Fonds voor de Letteren ; |
5° het Fonds Culturele Infrastructuur; | 5° Fonds Culturele Infrastructuur ; |
6° het Eigen Vermogen KMSKA; | 6° Eigen Vermogen KMSKA ; |
7° het agentschap Facilitair Bedrijf; | 7° agentschap Facilitair Bedrijf ; |
8° de Vlaamse Vereniging voor ICT-personeel (Vlaanderen connect); | 8° Vlaamse Vereniging voor ICT-personeel (Vlaanderen connect) ; |
9° het agentschap Informatie Vlaanderen; | 9° agentschap Informatie Vlaanderen ; |
10° het Eigen Vermogen Informatie Vlaanderen. | 10° Eigen Vermogen Informatie Vlaanderen. |
Art. 3.§ 1. Mevrouw Hilde Crevits, viceminister-president van de |
Art. 3.§ 1er. Madame Hilde Crevits, vice-ministre-présidente du |
Vlaamse Regering, is bevoegd voor: | Gouvernement flamand, est compétente pour : |
1° het beleidsdomein Economie, Wetenschap en Innovatie, vermeld in | 1° le domaine politique Economie, Sciences et Innovation, visé à |
artikel 6 van het organisatiebesluit; | l'article 6 de l'arrêté organisationnel ; |
2° het beleidsdomein Werk en Sociale Economie, vermeld in artikel 10 van het organisatiebesluit; | 2° le domaine politique Emploi et Economie sociale, visé à l'article 10 de l'arrêté organisationnel ; |
3° het beleidsdomein Landbouw en Visserij, vermeld in artikel 11 van | 3° le domaine politique Agriculture et Pêche, visé à l'article 11 de |
het organisatiebesluit. | l'arrêté organisationnel. |
Zij draagt de titel "Vlaams minister van Economie, Innovatie, Werk, | Elle porte le titre de « ministre flamande de l'Economie, de |
Sociale economie en Landbouw". | l'Innovation, de l'Emploi, de l'Economie sociale et de l'Agriculture ». |
§ 2. Mevrouw Hilde Crevits is bevoegd voor het bestuur van of het | § 2. Madame Hilde Crevits est compétente pour l'administration ou la |
toezicht op de volgende instanties: | supervision des organismes suivants : |
1° het agentschap Innoveren en ondernemen; | 1° agentschap Innoveren en ondernemen ; |
2° de Limburgse Reconversiemaatschappij; | 2° Limburgse Reconversiemaatschappij ; |
3° de Participatiemaatschappij Vlaanderen; | 3° Participatiemaatschappij Vlaanderen ; |
4° de Vlaamse Participatiemaatschappij; | 4° Vlaamse Participatiemaatschappij ; |
5° de Vlaamse Milieuholding; | 5° Vlaamse Milieuholding ; |
6° het Fonds voor Flankerend Economisch en Innovatiebeleid (hermesfonds); | 6° Fonds voor Flankerend Economisch en Innovatiebeleid (hermesfonds) ; |
7° het Fonds Wetenschappelijk onderzoek - Vlaanderen; | 7° Fonds Wetenschappelijk onderzoek - Vlaanderen ; |
8° het agentschap Plantentuin Meise; | 8° agentschap Plantentuin Meise ; |
9° de Vlaamse Instelling voor Technologisch Onderzoek; | 9° Vlaamse Instelling voor Technologisch Onderzoek ; |
10° de Vlaamse dienst voor Arbeidsbemiddeling en Beroepsopleiding; | 10° Vlaamse dienst voor Arbeidsbemiddeling en Beroepsopleiding ; |
11° het ESF-agentschap; | 11° ESF-agentschap ; |
12° het Vlaams Agentschap voor Ondernemingsvorming - Syntra Vlaanderen; | 12° Vlaams Agentschap voor Ondernemingsvorming - Syntra Vlaanderen ; |
13° het Vlaams Landbouwinvesteringsfonds; | 13° Vlaams Landbouwinvesteringsfonds ; |
14° het Financieringsinstrument voor de Vlaamse Visserij en | 14° Financieringsinstrument voor de Vlaamse Visserij en |
Aquacultuursector; | Aquacultuursector ; |
15° het Instituut voor Landbouw- en Visserijonderzoek; | 15° Instituut voor Landbouw- en Visserijonderzoek ; |
16° het Eigen Vermogen Instituut voor Landbouw- en Visserijonderzoek; | 16° Eigen Vermogen Instituut voor Landbouw- en Visserijonderzoek ; |
17° het Vlaams Centrum voor Agro- en Visserijmarketing. | 17° Vlaams Centrum voor Agro- en Visserijmarketing. |
Art. 4.§ 1. De heer Bart Somers, viceminister-president van de |
Art. 4.§ 1er. Monsieur Bart Somers, vice-ministre-président du |
Vlaamse Regering, is bevoegd voor: | Gouvernement flamand, est compétent pour : |
1° het beleidsveld Binnenlands Bestuur en Stedenbeleid, vermeld in | 1° le secteur politique Administration intérieure et Politique des |
artikel 3 van het organisatiebesluit; | Villes, visé à l'article 3 de l'arrêté organisationnel ; |
2° het beleidsveld Gelijke Kansen en Integratie en Inburgering, | 2° le secteur politique Egalité des Chances et Intégration et |
vermeld in artikel 3 van het organisatiebesluit; | Insertion civique, visé à l'article 3 de l'arrêté organisationnel ; |
3° de HR en de audit van de Vlaamse overheid vermeld in artikel 3 van | 3° les RH et l'audit de l'Autorité flamande, visés à l'article 3 de |
het organisatiebesluit. | l'arrêté organisationnel. |
Hij draagt de titel "Vlaams minister van Binnenlands Bestuur, | Il porte le titre de « ministre flamand de l'Administration |
Bestuurszaken, Inburgering en Gelijke Kansen". | intérieure, de la Gouvernance publique, de l'Insertion civique et de |
l'Egalité des Chances ». | |
§ 2. De heer Bart Somers is bevoegd voor het bestuur van of het | § 2. Monsieur Bart Somers est compétent pour l'administration ou la |
toezicht op de volgende instanties: | supervision des organismes suivants : |
1° het agentschap Binnenlands Bestuur, met dien verstande dat deze | 1° agentschap Binnenlands Bestuur, étant entendu que cette compétence |
bevoegdheid wordt gedeeld met de Vlaamse minister van Onderwijs, | est partagée avec le ministre flamand de l'Enseignement, des Sports, |
Sport, Dierenwelzijn en Vlaamse Rand en de Vlaamse minister van | du Bien-Etre des Animaux et du Vlaamse Rand et le ministre flamand des |
Brussel, Jeugd en Media; | Affaires bruxelloises, de la Jeunesse et des Médias ; |
2° Audit Vlaanderen, met behoud van de toepassing van artikel 16 van | 2° Audit Vlaanderen, sans préjudice de l'application de l'article 16 |
het besluit van de Vlaamse Regering van 18 oktober 2013 tot oprichting | de l'arrêté du Gouvernement flamand portant création de l'agence |
van het intern verzelfstandigd agentschap "Audit Vlaanderen" en tot | autonomisée interne « Audit Vlaanderen » et modifiant divers arrêtés ; |
wijziging van diverse besluiten; | |
3° Toegankelijk Vlaanderen; | 3° Toegankelijk Vlaanderen ; |
4° het agentschap Integratie en Inburgering; | 4° agentschap Integratie en Inburgering ; |
5° het agentschap Overheidspersoneel; | 5° agentschap Overheidspersoneel ; |
6° het Vlaams Pensioenfonds. | 6° Vlaams Pensioenfonds. |
Art. 5.§ 1. De heer Ben Weyts, viceminister-president van de Vlaamse |
Art. 5.§ 1er. Monsieur Ben Weyts, vice-ministre-président du |
Regering, is bevoegd voor: | Gouvernement flamand, est compétent pour : |
1° het beleidsdomein Onderwijs en Vorming, vermeld in artikel 7 van | 1° le domaine politique Enseignement et Formation, visé à l'article 7 |
het organisatiebesluit; | de l'arrêté organisationnel ; |
2° het beleidsveld Vlaamse Rand, vermeld in artikel 3 van het | 2° le secteur politique Vlaamse Rand, visé à l'article 3 de l'arrêté |
organisatiebesluit; | organisationnel ; |
3° het beleidsveld Sport, vermeld in artikel 9 van het | 3° le secteur politique Sports, visé à l'article 9 de l'arrêté |
organisatiebesluit; | organisationnel ; |
4° het beleidsveld Dierenwelzijn, vermeld in artikel 13 van het | 4° le secteur politique Bien-Etre des Animaux, visé à l'article 13 de |
organisatiebesluit. | l'arrêté organisationnel. |
Hij draagt de titel "Vlaams minister van Onderwijs, Sport, | Il porte le titre de « ministre flamand de l'Enseignement, des Sports, |
Dierenwelzijn en Vlaamse Rand". | du Bien-Etre des Animaux et du Vlaamse Rand ». |
§ 2. De heer Ben Weyts is bevoegd voor het bestuur van of het toezicht | § 2. Monsieur Ben Weyts est compétent pour l'administration ou la |
op de volgende instanties: | supervision des organismes suivants : |
1° het Agentschap voor Onderwijsdiensten; | 1° Agentschap voor Onderwijsdiensten ; |
2° het Agentschap voor Hoger Onderwijs, Volwassenenonderwijs, | 2° Agentschap voor Hoger Onderwijs, Volwassenenonderwijs, |
Kwalificaties en Studietoelagen; | Kwalificaties en Studietoelagen ; |
3° de onderwijsinspectie; | 3° l'inspection de l'enseignement ; |
4° het Agentschap voor Infrastructuur in het Onderwijs; | 4° Agentschap voor Infrastructuur in het Onderwijs ; |
5° het Gemeenschapsonderwijs; | 5° l'enseignement communautaire ; |
6° het agentschap Binnenlands Bestuur, met dien verstande dat deze | 6° agentschap Binnenlands Bestuur, étant entendu que cette compétence |
bevoegdheid wordt gedeeld met de Vlaamse minister van Binnenlands | est partagée avec le ministre flamand de l'Administration intérieure, |
Bestuur, Bestuurszaken, Inburgering en Gelijke Kansen en de Vlaamse | de la Gouvernance publique, de l'Insertion civique et de l'Egalité des |
Chances et le ministre flamand des Affaires bruxelloises, de la | |
minister van Brussel, Jeugd en Media; | Jeunesse et des Médias ; |
7° de Rand; | 7° de Rand ; |
8° het agentschap Sport Vlaanderen. | 8° agentschap Sport Vlaanderen. |
Art. 6.§ 1. Mevrouw Zuhal Demir is bevoegd voor: |
Art. 6.§ 1er. Madame Zuhal Demir est compétente pour : |
1° le domaine politique Environnement et Aménagement du Territoire, | |
1° het beleidsdomein omgeving, vermeld in artikel 13 van het | visé à l'article 13 de l'arrêté organisationnel, à l'exception des |
organisatiebesluit, met uitzondering van de beleidsvelden | secteurs politiques Bien-Etre des Animaux, Patrimoine immobilier et |
Dierenwelzijn, Onroerend Erfgoed en Wonen; | Logement ; |
2° het beleidsveld Toerisme, vermeld in artikel 5 van het | 2° le secteur politique Tourisme, visé à l'article 5 de l'arrêté |
organisatiebesluit; | organisationnel ; |
3° het beleidsveld Bestuursrechtspraak, vermeld in artikel 3 van het | 3° le secteur politique Contentieux administratif, visé à l'article 3 |
organisatiebesluit; | de l'arrêté organisationnel ; |
4° de justitiehuizen, het elektronisch toezicht en de juridische | 4° les maisons de la justice, la surveillance électronique et l'aide |
eerstelijnsbijstand, waaronder ook de coördinatie van hulp- en | juridique de première ligne, y compris la coordination de l'assistance |
dienstverlening aan gedetineerden en geïnterneerden, vermeld in artikel 8 van het organisatiebesluit. | et des services aux détenus et aux internés, visées à l'article 8 de |
Zij is bevoegd om, met toepassing van artikel 11bis van de bijzondere | l'arrêté organisationnel. |
wet van 8 augustus 1980 tot hervorming der instellingen, namens de | En application de l'article 11bis de la loi spéciale du 8 août 1980 de |
réformes institutionnelles, elle est compétente pour prier le ministre | |
Vlaamse Regering, de federale minister van Justitie te verzoeken om | fédéral de la Justice, au nom du Gouvernement flamand, d'ordonner des |
vervolgingen te bevelen. | poursuites. |
Elle porte le titre de « ministre flamande de la Justice et du | |
Zij draagt de titel "Vlaams minister van Justitie en Handhaving, | Maintien, de l'Environnement et de l'Aménagement du Territoire, de |
Omgeving, Energie en Toerisme". | l'Energie et du Tourisme ». |
§ 2. Mevrouw Zuhal Demir is bevoegd voor het bestuur van of het | § 2. Madame Zuhal Demir est compétente pour l'administration ou la |
toezicht op de volgende instanties: | supervision des organismes suivants : |
1° de Vlaamse Landmaatschappij; | 1° Vlaamse Landmaatschappij ; |
2° de Vlaamse Milieumaatschappij; | 2° Vlaamse Milieumaatschappij ; |
3° de Openbare Vlaamse Afvalstoffenmaatschappij; | 3° Openbare Vlaamse Afvalstoffenmaatschappij ; |
4° het Instituut voor Natuur- en bosonderzoek; | 4° Instituut voor Natuur- en bosonderzoek ; |
5° het Agentschap voor Natuur en Bos; | 5° Agentschap voor Natuur en Bos ; |
6° het Grindfonds; | 6° Grindfonds ; |
7° het Eigen Vermogen Instituut voor Natuur- en Bosonderzoek; | 7° Eigen Vermogen Instituut voor Natuur- en Bosonderzoek ; |
8° het Rubiconfonds; | 8° Rubiconfonds ; |
9° de Vlaamse maatschappij voor watervoorziening; | 9° Vlaamse maatschappij voor watervoorziening ; |
10° Natuurinvest; | 10° Natuurinvest ; |
11° het Vlaams Energieagentschap; | 11° Vlaams Energieagentschap ; |
12° het Vlaams Energiebedrijf; | 12° Vlaams Energiebedrijf ; |
13° Toerisme Vlaanderen. | 13° Toerisme Vlaanderen. |
Art. 7.§ 1. De heer Wouter Beke is bevoegd voor het beleidsdomein |
Art. 7.§ 1er. Monsieur Wouter Beke est compétent pour le domaine |
politique du Bien-Etre, de la Santé publique et de la Famille, visé à | |
Welzijn, Volksgezondheid en Gezin, vermeld in artikel 8 van het | l'article 8 de l'arrêté organisationnel, à l'exception des maisons de |
organisatiebesluit, met uitzondering van de justitiehuizen, het | la justice, de la surveillance électronique et de l'aide juridique de |
elektronisch toezicht en de juridische eerstelijnsbijstand, waaronder | première ligne, y compris la coordination de l'assistance et des |
ook de coördinatie van hulp- en dienstverlening aan gedetineerden en | services aux détenus et aux internés. |
geïnterneerden. | |
Hij draagt de titel "Vlaams minister van Welzijn, Volksgezondheid, | Il porte le titre de « ministre flamand du Bien-Etre, de la Santé |
Gezin en Armoedebestrijding". | publique, de la Famille et de la Lutte contre la Pauvreté ». |
§ 2. De heer Wouter Beke is bevoegd voor het bestuur van of het | § 2. Monsieur Wouter Beke est compétent pour l'administration ou la |
toezicht op de volgende instanties: | supervision des organismes suivants : |
1° het Vlaams Agentschap voor Samenwerking rond Gegevensdeling tussen | 1° Vlaams Agentschap voor Samenwerking rond Gegevensdeling tussen de |
de Actoren in de Zorg; | Actoren in de Zorg ; |
2° Zorg en gezondheid; | 2° Zorg en gezondheid ; |
3° OPZ Geel en Rekem; | 3° OPZ Geel et Rekem ; |
4° het agentschap Opgroeien; | 4° agentschap Opgroeien ; |
5° het Fonds Jongerenwelzijn; | 5° Fonds Jongerenwelzijn ; |
6° het agentschap Opgroeien Regie; | 6° agentschap Opgroeien Regie ; |
7° het Vlaams Agentschap voor de Uitbetaling van Toelagen in het kader | 7° Vlaams Agentschap voor de Uitbetaling van Toelagen in het kader van |
van het Gezinsbeleid; | het Gezinsbeleid ; |
8° het Vlaams Agentschap voor Personen met een Handicap; | 8° Vlaams Agentschap voor Personen met een Handicap ; |
9° het Vlaams Infrastructuurfonds voor Persoonsgebonden Aangelegenheden; | 9° Vlaams Infrastructuurfonds voor Persoonsgebonden Aangelegenheden ; |
10° het agentschap Vlaamse Sociale Bescherming. | 10° agentschap Vlaamse Sociale Bescherming. |
Art. 8.§ 1. De heer Matthias Diependaele is bevoegd voor: |
Art. 8.§ 1er. Monsieur Matthias Diependaele est compétent pour : |
1° het beleidsdomein Financiën en Begroting, vermeld in artikel 4 van | 1° le domaine politique Finances et Budget, visé à l'article 4 de |
het organisatiebesluit; | l'arrêté organisationnel ; |
2° het beleidsveld Onroerend Erfgoed, vermeld in artikel 13 van het | 2° le secteur politique Patrimoine immobilier, visé à l'article 13 de |
organisatiebesluit; | l'arrêté organisationnel ; |
3° het beleidsveld Wonen, vermeld in artikel 13 van het | 3° le secteur politique Logement, visé à l'article 13 de l'arrêté |
organisatiebesluit. | organisationnel. |
Hij draagt de titel "Vlaams minister van Financiën en Begroting, Wonen | Il porte le titre de « ministre flamand des Finances et du Budget, du |
en Onroerend Erfgoed". | Logement et du Patrimoine immobilier ». |
§ 2. De heer Matthias Diependaele is bevoegd voor het bestuur van of | § 2. Monsieur Matthias Diependaele est compétent pour l'administration |
het toezicht op de volgende instanties: | ou la supervision des organismes suivants : |
1° de Vlaamse belastingdienst; | 1° Vlaamse belastingdienst ; |
2° het Vlaams Fonds voor de Lastendelging; | 2° Vlaams Fonds voor de Lastendelging ; |
3° het agentschap Onroerend Erfgoed; | 3° agentschap Onroerend Erfgoed ; |
4° Wonen-Vlaanderen; | 4° Wonen-Vlaanderen ; |
5° de Vlaamse Maatschappij voor Sociaal Wonen; | 5° Vlaamse Maatschappij voor Sociaal Wonen ; |
6° het Garantiefonds voor Huisvesting; | 6° Garantiefonds voor Huisvesting ; |
7° het Vlaams Financieringsfonds voor Grond- en Woonbeleid voor | 7° Vlaams Financieringsfonds voor Grond- en Woonbeleid voor |
Vlaams-Brabant. | Vlaams-Brabant. |
Art. 9.§ 1. Mevrouw Lydia Peeters is bevoegd voor het beleidsdomein |
Art. 9.§ 1er. Madame Lydia Peeters est compétente pour le domaine |
Mobiliteit en Openbare Werken, vermeld in artikel 12 van het | politique Mobilité et Travaux publics, visé à l'article 12 de l'arrêté |
organisatiebesluit. | organisationnel. |
Zij draagt de titel "Vlaams minister van Mobiliteit en Openbare | Elle porte le titre de « ministre flamande de la Mobilité et des |
Werken". | Travaux publics ». |
§ 2. Mevrouw Lydia Peeters is bevoegd voor het bestuur van of het | § 2. Madame Lydia Peeters est compétente pour l'administration ou la |
toezicht op de volgende instanties: | supervision des organismes suivants : |
1° de Luchthavenontwikkelingsmaatschappij Antwerpen; | 1° Luchthavenontwikkelingsmaatschappij Antwerpen ; |
2° de Luchthavenontwikkelingsmaatschappij Oostende-Brugge; | 2° Luchthavenontwikkelingsmaatschappij Oostende-Brugge ; |
3° de Luchthavenontwikkelingsmaatschappij Kortrijk-Wevelgem; | 3° Luchthavenontwikkelingsmaatschappij Kortrijk-Wevelgem ; |
4° de Vlaamse Vervoermaatschappij De Lijn; | 4° Vlaamse Vervoermaatschappij De Lijn ; |
5° het Pendelfonds; | 5° Pendelfonds ; |
6° het Agentschap Wegen en Verkeer; | 6° Agentschap Wegen en Verkeer ; |
7° het Agentschap voor Maritieme Dienstverlening en Kust; | 7° Agentschap voor Maritieme Dienstverlening en Kust ; |
8° de Vlaamse Waterweg nv; | 8° Vlaamse Waterweg nv ; |
9° de Vlaamse Havens; | 9° Vlaamse Havens ; |
10° het Eigen Vermogen Flanders Hydraulics. | 10° Eigen Vermogen Flanders Hydraulics. |
Art. 10.§ 1. De heer Benjamin Dalle is bevoegd voor: |
Art. 10.§ 1er. Monsieur Benjamin Dalle est compétent pour : |
1° het beleidsveld Brussel, vermeld in artikel 3 van het | 1° le secteur politique Affaires bruxelloises, visé à l'article 3 de |
organisatiebesluit; | l'arrêté organisationnel ; |
2° het beleidsveld Jeugd, vermeld in artikel 9 van het | 2° le secteur politique Jeunesse, visé à l'article 9 de l'arrêté |
organisatiebesluit; | organisationnel ; |
3° het beleidsveld Media, vermeld in artikel 9 van het | 3° le secteur politique Médias, visé à l'article 9 de l'arrêté |
organisatiebesluit. | organisationnel. |
Hij wordt aangewezen om als Brussels lid van de Vlaamse Regering de | Il est désigné pour assister avec voix consultative, en sa qualité de |
vergaderingen van het College van de Vlaamse Gemeenschapscommissie en | membre bruxellois du Gouvernement flamand, aux séances du collège de |
van het Verenigd College van de Gemeenschappelijke | la Commission communautaire flamande et du collège réuni de la |
Gemeenschapscommissie met raadgevende stem bij te wonen, zoals bepaald | Commission communautaire commune, conformément à l'article 76 de la |
in artikel 76 van de bijzondere wet van 12 januari 1989 met betrekking | loi spéciale du 12 janvier 1989 relative aux Institutions |
tot de Brusselse instellingen. | bruxelloises. |
Hij draagt de titel "Vlaams minister van Brussel, Jeugd en Media". | Il porte le titre de « ministre flamand des Affaires bruxelloises, de |
la Jeunesse et des Médias ». | |
§ 2. De heer Benjamin Dalle is bevoegd voor het bestuur van of het | § 2. Monsieur Benjamin Dalle est compétent pour l'administration ou la |
toezicht op de volgende instanties: | supervision des organismes suivants : |
1° het agentschap Binnenlands Bestuur, met dien verstande dat deze | 1° agentschap Binnenlands Bestuur, étant entendu que cette compétence |
bevoegdheid wordt gedeeld met de Vlaamse minister van Binnenlands | est partagée avec le ministre flamand de l'Administration intérieure, |
Bestuur, Bestuurszaken, Inburgering en Gelijke Kansen en de Vlaamse | de la Gouvernance publique, de l'Insertion civique et de l'Egalité des |
minister van Onderwijs, Sport, Dierenwelzijn en Vlaamse Rand; | Chances et le ministre flamand de l'Enseignement, des Sports, du Bien-Etre des Animaux et du Vlaamse Rand ; |
2° Muntpunt; | 2° Muntpunt ; |
3° het Vlaams Brusselfonds; | 3° Vlaams Brusselfonds ; |
4° de Vlaamse Regulator voor de Media; | 4° Vlaamse Regulator voor de Media ; |
5° de Vlaamse Radio en Televisie. | 5° Vlaamse Radio en Televisie. |
Art. 11.Les matières attribuées aux membres du Gouvernement flamand |
|
Art. 11.De aangelegenheden die bij artikel 2 tot en met 10 zijn |
en vertu des articles 2 à 10 comprennent également les moyens et |
toegewezen aan de leden van de Vlaamse Regering, omvatten ook de | instruments par lesquels ces matières peuvent effectivement être |
middelen en instrumenten waarmee die aangelegenheden effectief | réalisées, entre autres en ce qui concerne : |
gerealiseerd kunnen worden, onder meer wat betreft: | |
1° de relaties en de samenwerking met derden, met de federale overheid | 1° les relations et la coopération avec des tiers, avec l'autorité |
en met de andere gemeenschappen en gewesten; | fédérale et avec les autres communautés et régions ; |
2° internationale en Europese initiatieven; | 2° les initiatives internationales et européennes ; |
3° de wetenschappelijke onderzoeksprojecten en wetenschappelijke | 3° les projets de recherche scientifiques et les études scientifiques |
studies; | ; |
4° het specifiek administratief toezicht; | 4° la tutelle administrative spécifique ; |
5° de oprichting van diensten, instellingen en rechtspersonen; | 5° la création de services, d'institutions et de personnes morales ; |
6° het bestuur van of het toezicht op de diensten, instellingen en | 6° l'administration ou la surveillance des services, institutions et |
rechtspersonen die afhangen van de Vlaamse Gemeenschap of het Vlaamse | personnes morales relevant de la Communauté flamande ou de la Région |
Gewest; | flamande ; |
7° het specifieke beleid inzake personeel, organisatieontwikkeling, | 7° la politique spécifique en matière de personnel, de développement |
facilitaire dienstverlening, middelenbeheer, vastgoedbeheer en | de l'organisation, de services facilitaires, de gestion des moyens, de |
informatie- en communicatietechnologie; | gestion immobilière et de technologies de l'information et de |
communication ; | |
8° de interne en externe communicatie. | 8° la communication interne et externe. |
Art. 12.In het besluit van de Vlaamse Regering van 25 juli 2014 tot |
Art. 12.A l'arrêté du Gouvernement flamand du 25 juillet 2014 fixant |
bepaling van de bevoegdheden van de leden van de Vlaamse Regering, het | les attributions des membres du Gouvernement flamand, modifié en |
laatst gewijzigd bij het besluit van de Vlaamse Regering van 19 juli | dernier lieu par l'arrêté du Gouvernement flamand du 19 juillet 2019, |
2019, worden de volgende wijzigingen aangebracht: | les modifications suivantes sont apportées : |
1° het opschrift wordt vervangen door wat volgt: "Besluit van de | 1° l'intitulé est remplacé par ce qui suit : « Arrêté du Gouvernement |
Vlaamse Regering tot delegatie van beslissingsbevoegdheden aan de | flamand portant délégation de compétences de décision aux membres du |
leden van de Vlaamse Regering"; | Gouvernement flamand » ; |
2° hoofdstuk 1, dat bestaat uit artikel 1 tot en met 4, wordt opgeheven; | 2° le chapitre 1er, comprenant les articles 1er à 4, est abrogé ; |
3° in artikel 5, eerste lid, wordt de zinsnede "in hoofdstuk 1 van dit | 3° dans l'article 5, alinéa 1er, le membre de phrase « au chapitre 1er |
besluit" opgeheven; | du présent arrêté » est abrogé ; |
4° artikel 13/1 wordt vervangen door wat volgt: | 4° l'article 13/1 est remplacé par ce qui suit : |
" Art. 13/1.De Vlaamse minister, bevoegd voor de weginfrastructuur en |
« Art. 13/1.Le ministre flamand compétent pour l'infrastructure |
het beleid, heeft delegatie om te beslissen over de beroepen inzake | routière et la politique a délégation pour statuer sur les recours en |
gemeentelijke rooilijnplannen of opheffing van gemeentewegen, vermeld | matière de plans d'alignement communaux ou de suppression de routes |
in artikel 24 van het decreet van 3 mei 2019 houdende de gemeentewegen | communales, visés à l'article 24 du décret du 3 mai 2019 sur les |
en over de beroepen inzake aanleg, wijziging, verplaatsing of | routes communales, et les recours en matière d'aménagement, de |
opheffing van een gemeenteweg, vermeld in artikel 31/1 van het decreet | modification, de déplacement ou de suppression d'une route communale, |
van 25 april 2014 betreffende de omgevingsvergunning."; | visés à l'article 31/1 du décret du 25 avril 2014 relatif au permis |
5° er wordt een artikel 13/6 ingevoegd, dat luidt als volgt: | d'environnement. » ; 5° il est inséré un article 13/6 ainsi rédigé : |
" Art. 13/6.In afwijking van artikel 6, 3°, hebben de leden van de |
« Art. 13/6.Par dérogation à l'article 6, 3°, les membres du |
Vlaamse Regering delegatie om een voorstel tot toekenning van | Gouvernement flamand ont délégation pour soumettre à l'autorité |
onderscheidingen in de Nationale Orden of van burgerlijke eretekens | fédérale pour décision, une proposition d'attribution de décorations |
aan personeelsleden, ter beslissing aan de federale overheid voor te | dans les Ordres nationaux ou de décorations civiles aux membres du |
leggen."; | personnel. » ; |
6° artikel 16/1 wordt opgeheven. | 6° l'article 16/1 est abrogé. |
Art. 13.Dit besluit heeft uitwerking met ingang van 2 oktober 2019. |
Art. 13.Le présent arrêté produit ses effets le 2 octobre 2019. |
Art. 14.De leden van de Vlaamse Regering zijn, ieder wat hem of haar |
Art. 14.Les membres du Gouvernement flamand sont chargés, chacun en |
betreft, belast met de uitvoering van dit besluit. | ce qui le concerne, de l'exécution du présent arrêté. |
Brussel, 2 oktober 2019. | Bruxelles, le 2 octobre 2019. |
De minister-president van de Vlaamse Regering, Vlaams minister van | Le Ministre-Président du Gouvernement flamand, Ministre flamand des |
Buitenlandse Zaken, Cultuur, ICT en Facilitair Management, | Affaires étrangères, de la Culture, des TIC et de la Gestion facilitaire, |
J. JAMBON | J. JAMBON |
De Vlaamse minister van Economie, Innovatie, Werk Sociale economie en | La Ministre flamande de l'Economie, de l'Innovation, de l'Emploi, de |
Landbouw, en viceminister-president van de Vlaamse Regering, | l'Economie sociale et de l'Agriculture, et Vice-Ministre-Présidente du |
Gouvernement flamand, | |
H. CREVITS | H. CREVITS |
De Vlaamse minister van Binnenlands Bestuur, Bestuurszaken, | Le Ministre flamand de l'Administration intérieure, de la Gouvernance |
Inburgering en Gelijke Kansen, en viceminister-president van de | publique, de l'Insertion civique et de l'Egalité des Chances, et |
Vlaamse Regering, | Vice-Ministre-Président du Gouvernement flamand, |
B. SOMERS | B. SOMERS |
De Vlaamse minister van Onderwijs, Sport, Dierenwelzijn en Vlaamse | Le Ministre flamand de l'Enseignement, des Sports, du Bien-Etre des |
Rand, en viceminister-president van de Vlaamse Regering, | Animaux et du Vlaamse Rand, et Vice-Ministre-Président du Gouvernement flamand, |
B. WEYTS | B. WEYTS |
De Vlaamse minister van Justitie en Handhaving, Omgeving, Energie en | La Ministre flamande de la Justice et du Maintien, de l'Environnement |
Toerisme, | et de l'Aménagement du Territoire, de l'Energie et du Tourisme, |
Z. DEMIR | Z. DEMIR |
De Vlaamse minister van Welzijn, Volksgezondheid, Gezin en | Le Ministre flamand du Bien-Etre, de la Santé publique, de la Famille |
Armoedebestrijding, | et de la Lutte contre la Pauvreté, |
W. BEKE | W. BEKE |
De Vlaamse minister van Financiën en Begroting, Wonen en Onroerend | Le Ministre flamand des Finances et du Budget, du Logement et du |
Erfgoed, | Patrimoine immobilier, |
M. DIEPENDAELE | M. DIEPENDAELE |
De Vlaamse minister van Mobiliteit en Openbare Werken, | La Ministre flamande de la Mobilité et des Travaux publics, |
L. PEETERS | L. PEETERS |
De Vlaamse minister van Brussel, Jeugd en Media, | Le Ministre flamand des Affaires bruxelloises, de la Jeunesse et des Médias, |
B. DALLE | B. DALLE |