| Besluit van de Regering van de Franse Gemeenschap tot uitvoering van het decreet van 28 juni 2018 houdende wijziging van het decreet van 7 november 2013 tot bepaling van het hogeronderwijslandschap en de academische organisatie van de studies en met als doel de doorzichtigheid van de niet-erkende instellingen | Arrêté du Gouvernement de la Communauté française portant exécution du décret du 28 juin 2018 modifiant le décret du 7 novembre 2013 définissant le paysage de l'enseignement supérieur et l'organisation académique des études et visant à la transparence des établissements non reconnus |
|---|---|
| MINISTERIE VAN DE FRANSE GEMEENSCHAP | MINISTERE DE LA COMMUNAUTE FRANÇAISE |
| 12 APRIL 2019. - Besluit van de Regering van de Franse Gemeenschap tot | 12 AVRIL 2019. - Arrêté du Gouvernement de la Communauté française |
| uitvoering van het decreet van 28 juni 2018 houdende wijziging van het | portant exécution du décret du 28 juin 2018 modifiant le décret du 7 |
| decreet van 7 november 2013 tot bepaling van het | novembre 2013 définissant le paysage de l'enseignement supérieur et |
| hogeronderwijslandschap en de academische organisatie van de studies | l'organisation académique des études et visant à la transparence des |
| en met als doel de doorzichtigheid van de niet-erkende instellingen | établissements non reconnus |
| De Regering van de Franse Gemeenschap, | |
| Gelet op het decreet van 7 november 2013 tot bepaling van het | Vu le décret du 7 novembre 2013 définissant le paysage de |
| hogeronderwijslandschap en de academische organisatie van de studies, | l'enseignement supérieur et l'organisation académique des études, les |
| de artikelen 14/2, 14/3 en 14/6, ingevoegd bij het decreet van 28 juni 2018; | articles 14/2, 14/3 et 14/6, insérés par le décret du 28 juin 2018 ; |
| Gelet op de gendertest, op 14 oktober 2018 uitgevoerd met toepassing | Vu le « test genre » du 14 octobre 2018 établi en application de |
| van artikel 4, tweede lid, 1°, van het decreet van 7 januari 2016 | l'article 4, alinéa 2, 1°, du décret du 7 janvier 2016 relatif à |
| houdende integratie van de genderdimensie in het geheel van de | l'intégration de la dimension de genre dans l'ensemble des politiques |
| beleidslijnen van de Franse Gemeenschap; | de la Communauté française ; |
| Gelet op het advies van de Inspectie van Financiën, gegeven op 6 | Vu l'avis de l'Inspection des Finances, donné le 6 novembre 2018 ; |
| november 2018; Gelet op het advies van ARES, met toepassing van artikel 21, eerste | Vu l'avis de l'Académie de recherche et d'enseignement supérieur en |
| lid, 1°, van het decreet van 7 november 2013 tot bepaling van het | application de l'article 21, alinéa 1, 1°, du décret du 7 novembre |
| hogeronderwijslandschap en de academische organisatie van de studies, | 2013 définissant le paysage de l'enseignement supérieur et |
| gegeven op 12 februari 2019; | l'organisation académique des études, donné le 12 février 2019 ; |
| Gelet op de aanvraag om advies binnen een termijn van dertig dagen, | Vu la demande d'avis dans un délai de 30 jours, adressée au Conseil |
| gericht aan de Raad van State op 4 maart 2019, met toepassing van | d'Etat le 4 mars 2019, en application de l'article 84, § 1er, alinéa 1er, |
| artikel 84, § 1, eerste lid, 2°, van de wetten op de Raad van State, gecoördineerd op 12 januari 1973; | 2/, des lois sur le Conseil d'Etat, coordonnées le 12 janvier 1973; |
| Gelet op de afwezigheid aan communicatie van het advies binnen deze | Considérant l'absence de communication de l'avis dans ce délai; |
| termijn; Gelet op artikel 84, § 4, lid 2, van de op 12 januari 1973 | Vu l'article 84, § 4, alinéa 2, des lois sur le Conseil d'Etat, |
| gecoördineerde wetten op de Raad van State; | coordonnées le 12 janvier 1973; |
| Op de voordracht van de Minister van Hoger Onderwijs en van de | Sur la proposition du Ministre de l'Enseignement supérieur et de la |
| Minister van Onderwijs voor sociale promotie; | Ministre de l'Enseignement de Promotion sociale ; |
| Na beraadslaging, | Après délibération, |
| Besluit : HOOFDSTUK I. - Algemene bepaling | CHAPITRE I. - Disposition générale |
Artikel 1.Dit besluit geeft uitvoering aan de artikelen 14/2, 14/3 en |
Article 1er.Le présent arrêté porte exécution des articles 14/2, 14/3 |
| 14/6 van het decreet van 7 november 2013 tot bepaling van het | et 14/6 du décret du 7 novembre 2013 définissant le paysage de |
| hogeronderwijslandschap en de academische organisatie van de studies. | l'enseignement supérieur et l'organisation académique des études. |
| HOOFDSTUK II - Definities | CHAPITRE II. - Définitions |
Art. 2.Voor de toepassing van dit besluit wordt verstaan onder: |
Art. 2.Pour l'application du présent arrêté, il faut entendre par : |
| 1° decreet: het decreet van 7 november 2013 tot bepaling van het | 1° décret : décret du 7 novembre 2013 définissant le paysage de |
| hogeronderwijslandschap en de academische organisatie van de studies; | l'enseignement supérieur et l'organisation académique des études ; |
| 2° instellingen voor hoger onderwijs die door de Franse Gemeenschap | 2° établissements d'enseignement supérieur reconnus par la Communauté |
| zijn erkend: instellingen als bedoeld in de artikelen 10 tot en met 13 | française : établissements visés aux articles 10 à 13 du décret ; |
| van het decreet; | |
| 3° een niet door de Franse Gemeenschap erkende onderwijsinstelling, | 3° établissement d'enseignement non reconnu par la Communauté |
| hierna "instelling" genoemd: een instelling als bedoeld in artikel | française, ci-après dénommé établissement : établissement visé à |
| 14/1, van het decreet; | l'article 14/1 du décret ; |
| 4° Administratie: de Algemene directie Hoger onderwijs, Leven lang | 4° Administration : la Direction générale de l'Enseignement supérieur, |
| leren en Wetenschappelijk Onderzoek; | de l'Enseignement tout au long de la vie et de la Recherche |
| scientifique; | |
| 5° minister: respectievelijk de Minister belast met het Hoger | 5° Ministre : selon le cas, le Ministre en charge de l'Enseignement |
| Onderwijs of de Minister belast met het Onderwijs voor Sociale | supérieur ou le Ministre en charge de l'Enseignement de promotion |
| Promotie. | sociale. |
| HOOFDSTUK III - Uitvoeringsbepalingen van de artikelen 14/2 en 14/3, § | CHAPITRE III. - Dispositif portant exécution de l'article 14/2 et de |
| 1, in fine, en § 2, in fine, van het decreet | l'article 14/3, § 1er, in fine, et § 2, in fine du décret |
Art. 3.Er wordt een kadaster van door de Franse Gemeenschap erkende |
Art. 3.Un cadastre des établissements d'enseignement supérieur |
| instellingen voor hoger onderwijs gepubliceerd en zo nodig jaarlijks | reconnus par la Communauté française est publié et actualisé |
| door de Administratie bijgewerkt via de website van het Ministerie van | annuellement s'il échet par l'Administration via le site internet du |
| de Franse Gemeenschap bestemd voor het hoger onderwijs. | Ministère de la Communauté française dédié à l'enseignement supérieur. |
Art. 4.§ 1. De administratie houdt intern een kadaster bij van |
Art. 4.§ 1er. L'Administration tient, en interne, un cadastre des |
| instellingen die niet door de Franse Gemeenschap worden erkend. | établissements non reconnus par la Communauté française. |
| § 2. Iedere in § 1 van dit artikel bedoelde instelling geeft jaarlijks | |
| uiterlijk op 15 september haar werkzaamheden aan door middel van een | § 2. Pour le 15 septembre de chaque année, tout établissement visé au |
| kennisgeving, waarvan het model is opgenomen in bijlage I bij dit | § 1er du présent article déclare son activité par une notification, |
| besluit, en die aan de Administratie wordt gericht overeenkomstig de | dont le modèle figure à l'annexe I du présent arrêté, et adressée à |
| formaliteiten die zij heeft meegedeeld. | l'Administration selon les formalités qu'elle a communiquées. |
| Na ontvangst van alle elementen van de kennisgeving zendt de | Dès réception de l'ensemble des éléments constituant la notification, |
| Administratie de instelling een attest van kennisgeving toe, waarvan | l'Administration adresse à l'établissement une attestation de |
| het model in bijlage II bij dit besluit is opgenomen. | notification, dont le modèle figure à l'annexe II du présent arrêté. |
| Dit kennisgevingsattest doet geen afbreuk aan de naleving door de | Cette attestation de notification ne préjuge pas de la conformité de |
| instelling van de verplichtingen van de artikelen 14 en 14/4 van het | l'établissement aux obligations prévues aux articles 14 et 14/4 du |
| decreet. | décret. |
| HOOFDSTUK IV - Uitvoeringsbepalingen van artikel 14/6, § 4, van het | CHAPITRE IV. - Dispositif portant exécution de l'article 14/6, § 4, du |
| decreet | décret |
| Afdeling 1 - Inleiding van een administratieve procedure | Section 1. - Ouverture d'une procédure administrative |
Art. 5.Elke handeling van een instelling die een inbreuk kan vormen |
Art. 5.Tout fait commis par un établissement susceptible de |
| op de verplichtingen bepaald in de artikelen 14, 14/3, § 1, 14/4, §§ 1 | constituer un manquement aux obligations prévues aux articles 14, |
| en 2 van het decreet, leidt tot de inleiding van een administratieve | 14/3, § 1er, 14/4, §§ 1er et 2, du décret engendre, à son encontre, |
| procedure tegen haar. | l'ouverture d'une procédure administrative. |
| De administratie stelt de betrokken inrichting per aangetekende brief | L'Administration notifie à l'établissement concerné, par envoi |
| in kennis van de volgende elementen: | recommandé, les éléments qui suivent : |
| 1° een uiteenzetting van de redenen voor de vermeende inbreuk, samen | 1° une motivation du manquement reproché accompagnée des documents y |
| met de relevante documenten; | relatifs; |
| 2° het artikel van het decreet waarvan wordt beweerd dat de verplichting tot nakomen niet in acht is genomen; 3° een verwijzing naar de mogelijkheid om binnen 30 werkdagen na de in dit artikel bedoelde kennisgeving schriftelijke opmerkingen bij de Administratie in te dienen. Art. 6.Bij het verstrijken van de termijn bedoeld in artikel 5, tweede lid, 3°, brengt de Administratie binnen 30 werkdagen aan de Minister een met redenen omkleed advies uit over de naleving van de verplichtingen bedoeld in de artikelen 14, 14/3, § 1, 14/4, § 1 of § 2 van het decreet. Art. 7.Uiterlijk binnen 60 werkdagen na het advies van de Administratie, bedoeld in artikel 6, stelt de Minister de betrokken instelling per aangetekend schrijven in kennis van zijn beslissing. In geval van niet-naleving van de verplichtingen, bedoeld in de artikelen 14, 14/3, § 1, 14/4, § 1 of § 2 van het decreet, neemt de Minister de volgende criteria in acht bij de vaststelling van het bedrag van de administratieve geldboeten, bedoeld in artikel 14/6 van het decreet: 1° de mogelijke geschiedenis van de betrokken instelling in termen van niet-naleving van de verplichtingen van het decreet; 2° de aard van de vastgestelde inbreuk; 3° alle door de betrokken instelling aangevoerde rechtvaardigingen. In dat geval bevat de beslissing van de minister een uitnodiging tot betaling van de administratieve boete binnen 60 werkdagen na de datum van de beslissing.Afdeling 2 - Nadere regels voor het innen van administratieve boetes Art. 8.De Administratie is verantwoordelijk voor de inning van de in artikel 7 bedoelde administratieve boetes. Art. 9.§ 1. Bij niet-betaling van de administratieve geldboete binnen de in artikel 7, lid 3, bedoelde termijn legt de Administratie een dwangsom op na het verstrijken van 60 werkdagen na de betalingstermijn. § 2. De verplichting is uitvoerbaar binnen acht dagen na de kennisgeving ervan aan de betrokken instelling. Ze wordt uitgevoerd door een gerechtsdeurwaarder in de vorm bepaald in het Gerechtelijk Wetboek. De uitvoering van de dwangmaatregel kan alleen worden opgeschort door middel van een met redenen omkleed verzet met een dagvaarding voor de rechter. Op straffe van vervallenverklaring wordt dit verzet ingesteld door middel van een aan het kabinet van de Minister betekende dagvaarding binnen een maand na de kennisgeving van de dwangmaatregel. De vordering wordt ingesteld bij de rechter binnen wiens rechtsgebied de gewone verblijfplaats, respectievelijk de maatschappelijke zetel van de betrokken inrichting is gelegen. HOOFDSTUK V. - Slotbepalingen Art. 10.Dit besluit heeft uitwerking met ingang van 1 januari 2019. Art. 11.De Minister die hoger onderwijs in zijn bevoegdheid heeft, is belast met de uitvoering van dit besluit. Gedaan te Brussel, 12 april 2019. De Minister-President belast met Gelijke Kansen en Vrouwenrechten, R. DEMOTTE De Vicepresident en Minister van Hoger Onderwijs, Onderwijs voor Sociale Promotie, Onderzoek en Media, |
2° l'article du décret dont le manquement est reproché; 3° la mention de la possibilité de formuler à l'Administration des observations écrites dans un délai de 30 jours ouvrables à dater de la notification visée au présent article. Art. 6.Au terme du délai visé à l'article 5, alinéa 2, 3°, l'Administration remet au Ministre dans les 30 jours ouvrables un avis motivé quant au respect des obligations prévues aux articles 14, 14/3, § 1er, 14/4, § 1er ou § 2, du décret. Art. 7.Au plus tard dans les 60 jours ouvrables suivant l'avis de l'Administration visé à l'article 6, le Ministre notifie sa décision, par envoi recommandé, à l'établissement concerné. En cas de non-respect des obligations visées aux articles 14, 14/3, § 1er, 14/4, § 1er ou § 2, du décret, les critères suivants sont pris en considération par le Ministre pour déterminer le montant des amendes administratives prévues à l'article 14/6 du décret : 1° les antécédents éventuels de l'établissement concerné en matière de manquement aux obligations prévues par le décret ; 2° la nature du manquement constaté; 3° les justifications éventuelles apportées par l'établissement concerné. Dans ce cas, la décision du Ministre contient une invitation à payer l'amende administrative dans un délai de 60 jours ouvrables à dater de celle-ci.Section 2. - Modalités de perception des amendes administratives Art. 8.L'Administration est chargée de la perception des amendes administratives prévues à l'article 7. Art. 9.§ 1er. En cas de non-paiement de l'amende administrative dans le délai visé à l'article 7, alinéa 3, l'Administration dresse une contrainte à l'expiration des 60 jours ouvrables qui suit l'échéance de paiement. § 2. La contrainte est exécutoire dans les huit jours de la signification de celle-ci à l'établissement concerné. Elle est exécutée par huissier de justice dans les formes prévues par le Code judiciaire. L'exécution de la contrainte ne peut être suspendue que par une opposition motivée avec citation en justice. A peine de déchéance, cette opposition est faite par exploit signifié au cabinet du Ministre, dans le mois de la signification de la contrainte. L'action est portée devant le tribunal dans le ressort duquel est situé, selon le cas, la résidence habituelle ou le siège social de l'établissement concerné. CHAPITRE V. - Dispositions finales Art. 10.Le présent arrêté produit ses effets le 1er janvier 2019. Art. 11.Le Ministre qui a l'Enseignement supérieur dans ses compétences est chargé d'exécuter le présent arrêté. Fait à Bruxelles, le 12 avril 2019. Le Ministre-Président en charge de l'Egalité des Chances et des Droits des Femmes, R. DEMOTTE Le Vice-Président et Ministre de l'Enseignement supérieur, de l'Enseignement de Promotion sociale, de la Recherche et des Médias, J.-Cl. MARCOURT ANNEXE I : Modèle de notification visé à l'article 4, § 2, alinéa 1er, du présent arrêté Notification en application de l'article 14/3, § 1er, du décret du 7 novembre 2013 définissant le paysage de l'enseignement supérieur et l'organisation académique des études Cette notification est envoyée à l'adresse suivante pour le 15 septembre au plus tard : Ministère de la Communauté française, Direction générale de l'Enseignement supérieur, de l'Enseignement tout au long de la vie et de la Recherche scientifique, Rue A. Lavallée, 1 à 1080 Bruxelles. Rubriques à compléter 1 Dénomination de l'établissement 2 Adresse du siège social 3 Adresse des implantations 4 Forme/statut juridique de l'établissement et date de l'acte constitutif de société ainsi que la copie des statuts 5 N° et date d'enregistrement à la Banque - Carrefour des Entreprises 6 Objet social 7 Personne responsable de l'établissement - coordonnées 8. Informations au public a. Page d'accueil du site internet Prière d'annexer celle-ci à la présente notification et de mettre en évidence à même la pièce précitée, la mention suivante « Etablissement et diplômes non reconnus par la Communauté française de Belgique ». Le cas échéant, la mention peut être complétée par une référence explicite à la législation étrangère sur base de laquelle le diplôme est délivré. Cette mention figure en caractères gras et dans un cadre distinct du texte, au recto de la première page. b. Autre(s) type(s) de communication sans préjudice des rubriques 9, 10 et 11 Prière d'annexer celle(s)-ci à la présente avec, en évidence, la mention « Etablissement et diplôme non reconnus par la Communauté française de Belgique ». Le cas échéant, la mention peut être complétée par une référence explicite à la législation étrangère sur base de laquelle le diplôme est délivré. Cette mention lorsqu'elle est écrite sur un support quel qu'il soit, figure en caractères gras et dans un cadre distinct du texte, au recto de la première page. 9. Formations organisées Pour chaque formation, préciser : a) L'intitulé b) Le nombre d'années d'études/ de crédits c) Le modèle de diplôme et le titre délivré d) La langue dans laquelle la formation est organisée 10 Modèle du document remis par l'établissement à l'étudiant lors de son inscription en application de l'article 14/4, § 2 du décret du 7 novembre 2013 susvisé Prière d'annexer celui-ci à la présente et de mettre en évidence à même la pièce précitée, la mention suivante « Etablissement et diplôme non reconnus par la Communauté française de Belgique ». Le cas échéant, la mention peut être complétée par une référence explicite à la législation étrangère sur base de laquelle le diplôme est délivré. Cette mention figure en caractères gras et dans un cadre distinct du texte, au recto de la première page. 11 Règlement d'ordre intérieur de l'établissement Prière d'annexer celui-ci à la présente, s'il échet. Fait à ..., le ... Signature du responsable de l'établissement Vu pour être annexé à l'arrêté du Gouvernement de la Communauté française du 12 avril 2019 portant exécution du décret du 28 juin 2018 modifiant le décret du 7 novembre 2013 définissant le paysage de l'enseignement supérieur et l'organisation académique des études et visant à la transparence des établissements non reconnus Bruxelles, le 12 avril 2019. Le Ministre-Président, en charge de l'Egalité des Chances et des Droits des Femmes, R. DEMOTTE Le Ministre de l'Enseignement supérieur, de l'Enseignement de Promotion sociale, de la Recherche et des Médias, J-Cl. MARCOURT ANNEXE II : Modèle d'attestation de notification visé à l'article 4, § 2, alinéa 2, du présent arrêté ATTESTATION de NOTIFICATION délivrée en application de l'article 14/3, § 2, alinéa 2, du décret du 7 novembre 2013 définissant le paysage de l'enseignement supérieur et l'organisation académique des études Je soussigné(e) ... (1) certifie que ... (2) a satisfait à l'obligation imposée par l'article 14/3, § 1er du décret du 7 novembre 2013 définissant le paysage de l'enseignement supérieur et l'organisation académique des études, de notifier au Gouvernement son activité pour le 15 septembre. Cette attestation de notification ne préjuge pas de la conformité dudit établissement aux obligations prévues aux articles 14 et 14/4 du décret susvisé. Fait à Bruxelles, le ... . (3) Signature (1) : Directeur(trice) général(e) de la Direction générale de l'Enseignement supérieur, de l'Enseignement tout au long de la vie et de la Recherche scientifique. (2) : Mentionner la dénomination et le siège social de l'établissement concerné. (3) : Mentionner la date. Vu pour être annexé à l'arrêté du Gouvernement de la Communauté française du 12 avril 2019 portant exécution du décret du 28 juin 2018 modifiant le décret du 7 novembre 2013 définissant le paysage de l'enseignement supérieur et l'organisation académique des études et visant à la transparence des établissements non reconnus. Bruxelles, le 12 avril 2019. Le Ministre-Président, en charge de l'Egalité des Chances et des Droits des Femmes, R. DEMOTTE Le Ministre de l'Enseignement supérieur, de l'Enseignement de Promotion sociale, de la Recherche et des Médias, |
| J.-C. MARCOURT | J.-Cl. MARCOURT |