← Terug naar "Besluit van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering tot uitvoering van artikel 3 van de ordonnantie van 25 april 2019 tot invoering van een tijdelijke fiscale fictiebepaling in het kader van de Brexit "
Besluit van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering tot uitvoering van artikel 3 van de ordonnantie van 25 april 2019 tot invoering van een tijdelijke fiscale fictiebepaling in het kader van de Brexit | Arrêté du Gouvernement de la Région de Bruxelles-Capitale exécutant l'article 3 de l'ordonnance du 25 avril 2019 instaurant une fiction fiscale transitoire dans le cadre du Brexit |
---|---|
BRUSSELS HOOFDSTEDELIJK GEWEST | REGION DE BRUXELLES-CAPITALE |
14 MEI 2020. - Besluit van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering tot | 14 MAI 2020. - Arrêté du Gouvernement de la Région de |
uitvoering van artikel 3 van de ordonnantie van 25 april 2019 tot | Bruxelles-Capitale exécutant l'article 3 de l'ordonnance du 25 avril |
invoering van een tijdelijke fiscale fictiebepaling in het kader van | 2019 instaurant une fiction fiscale transitoire dans le cadre du |
de Brexit | Brexit |
De Brusselse Hoofdstedelijke Regering, | Le Gouvernement de la Région de Bruxelles-Capitale, |
Gelet op de ordonnantie van 25 april 2019 tot invoering van een | Vu l'ordonnance du 25 avril 2019 instaurant une fiction fiscale |
tijdelijke fiscale fictiebepaling in het kader van de Brexit, de artikelen 2 en 3; | transitoire dans le cadre du Brexit, les articles 2 et 3; |
Gelet op de gelijkekansentest uitgevoerd op 26 februari 2020 | Vu le test d'égalité des chances réalisé le 26 février 2020 en |
overeenkomstig artikel 2 van de ordonnantie van 4 oktober 2018 tot | application de l'article 2 de l'ordonnance du 4 octobre 2018 tendant à |
invoering van de gelijkekansentest; | l'introduction du test d'égalité des chances; |
Gelet op het advies 67.171/4 van de Raad van State, gegeven op 27 | Vu l'avis 67.171/4 du Conseil d'Etat donné le 27 avril 2020, en |
april 2020 met toepassing van artikel 84, § 1, eerste lid, 2°, van de | application de l'article 84, § 1er, alinéa 1er, 2°, des lois sur le |
wetten op de Raad van State, gecoördineerd op 12 januari 1973; | Conseil d'Etat, coordonnées le 12 janvier 1973; |
Gelet op het advies van de Inspecteur van Financiën, gegeven op 12 | Vu l'avis de l'Inspection des Finances, donné le 12 mars 2020; |
maart 2020; Gelet op de akkoordbevinding van de minister van Begroting, gegeven op 16 maart 2020; | Vu l'accord du Ministre du Budget, donné le 16 mars 2020; |
Overwegende dat de relatie tussen de Europese Unie en het Verenigd | Considérant que la relation entre l'Union européenne et le |
Koninkrijk, dat zich op 31 januari 2020 uit de Europese Unie heeft | Royaume-Uni, qui s'est retiré de l'Union européenne au 31 janvier |
teruggetrokken, zich bij toepassing van het akkoord inzake de | 2020, se trouve, en application de l'accord sur le retrait du |
terugtrekking van het Verenigd Koninkrijk van Groot-Brittannië en | Royaume-Uni de Grande-Bretagne et d'Irlande du Nord de l'Union |
Noord-Ierland uit de Europese Unie en de Europese Gemeenschap voor | européenne et de la Communauté européenne de l'énergie atomique, dans |
Atoomenergie, nog minstens tot 31 december 2020 in een transitiefase | une phase de transition au moins jusqu'au 31 décembre 2020; |
bevindt; Overwegende dat het Verenigd Koninkrijk gedurende deze transitiefase | Considérant que le Royaume-Uni sera assujetti à l'entièreté de |
onderworpen blijft aan het volledige EU-acquis; | l'acquis de l'Union européenne; |
Op voorstel van de Minister belast met Financiën, | Sur la proposition du Ministre chargé des Finances, |
Na beraadslaging, | Après délibération, |
Besluit : | Arrête : |
Artikel 1.De termijn bedoeld in artikel 2 van de ordonnantie van 25 |
Article 1er.Le délai visé à l'article 2 de l'ordonnance du 25 avril |
april 2019 tot invoering van een tijdelijke fiscale fictiebepaling in | 2019 instaurant une fiction fiscale transitoire dans le cadre du |
het kader van de Brexit, wordt verlengd tot en met 31 december 2020. | Brexit, est prolongé jusqu'au 31 décembre 2020 inclus. |
Art. 2.Dit besluit heeft uitwerking met ingang van 1 januari 2020. |
Art. 2.Le présent arrêté produit ses effets le 1er janvier 2020. |
Art. 3.De minister bevoegd voor Financiën is belast met de uitvoering |
Art. 3.Le ministre qui a les Finances dans ses attributions est |
van dit besluit. | chargé de l'exécution du présent arrêté. |
Brussel, 14 mei 2020. | Bruxelles, le 14 mai 2020. |
Voor de Brusselse Hoofdstedelijke Regering : | Pour le Gouvernement de la Région de Bruxelles-Capitale : |
De Minister-President van de Brusselse Hoofdstedelijke Gewest, | Le Ministre-Président du Gouvernement de la Région de Bruxelles-Capitale, |
R. VERVOORT | R. VERVOORT |
De Minister van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering, belast met | Le Ministre du Gouvernement de la Région de Bruxelles-Capitale, chargé |
Financiën, Begroting, Openbaar ambt en de Promotie van Meertaligheid, | des Finances, du Budget, de la Fonction publique et de la Promotion du multilinguisme, |
S. GATZ | S. GATZ |