Etaamb.openjustice.be
Meertalige weergave van Beschikking van 07/11/2002
← Terug naar "Ordonnantie houdende instemming met het samenwerkingsakkoord van 7 december 2001 tussen de Staat, de Gewesten en de Duitstalige Gemeenschap betreffende de ontwikkeling van buurtdiensten en -banen "
Ordonnantie houdende instemming met het samenwerkingsakkoord van 7 december 2001 tussen de Staat, de Gewesten en de Duitstalige Gemeenschap betreffende de ontwikkeling van buurtdiensten en -banen Ordonnance portant assentiment à l'Accord de Coopération du 7 décembre 2001 conclu entre l'Etat, les Régions et la Communauté germanophone concernant le développement des services et des emplois de proximité
MINISTERIE VAN HET BRUSSELS HOOFDSTEDELIJK GEWEST MINISTERE DE LA REGION DE BRUXELLES-CAPITALE
7 NOVEMBER 2002. - Ordonnantie houdende instemming met het 7 NOVEMBRE 2002. - Ordonnance portant assentiment à l'Accord de
samenwerkingsakkoord van 7 december 2001 tussen de Staat, de Gewesten Coopération du 7 décembre 2001 conclu entre l'Etat, les Régions et la
en de Duitstalige Gemeenschap betreffende de ontwikkeling van Communauté germanophone concernant le développement des services et
buurtdiensten en -banen (1) des emplois de proximité (1)
De Brusselse Hoofdstedelijke Raad heeft aangenomen en Wij, Regering, Le Conseil de la Région de Bruxelles-Capitale a adopté et Nous,
bekrachtigen hetgeen volgt : Gouvernement, sanctionnons ce qui suit :

Artikel 1.Deze ordonnantie regelt een aangelegenheid zoals bedoeld in

Article 1er.La présente ordonnance règle une matière visée à

artikel 39 van de Grondwet. l'article 39 de la Constitution.

Art. 2.Instemming wordt betuigd met het samenwerkingsakkoord van 7

Art. 2.Assentiment est donné à l'accord de coopération du 7 décembre

december 2001 tussen de Staat, de Gewesten en de Duitstalige 2001 conclu entre l'Etat, les Régions et la Communauté germanophone
Gemeenschap betreffende de ontwikkeling van buurtdiensten en -banen. concernant le développement des services et des emplois de proximité.
Kondigen deze ordonnantie af, bevelen dat ze in het Belgisch Promulguons la présente ordonnance, ordonnons qu'elle soit publiée au
Staatsblad zal worden bekendgemaakt. Moniteur belge .
Brussel, 7 november 2002. Bruxelles, le 7 novembre 2002.
De Minister-Voorzitter van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering, Le Ministre-Président du Gouvernement de la Région de
belast met Plaatselijke Besturen, Ruimtelijke Ordening, Monumenten en Bruxelles-Capitale, chargé des Pouvoirs locaux, de l'Aménagement du
Landschappen, Stadsvernieuwing en Wetenschappelijk Onderzoek, Territoire, des Monuments et Sites, de la Rénovation urbaine et de la
Recherche scientifique,
F.-X. de DONNEA F.-X. de DONNEA
De Minister van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering, belast met Le Ministre du Gouvernement de la Région de Bruxelles-Capitale, chargé
Openbare Werken, Vervoer, des Travaux publics, du Transport
Brandbestrijding en Dringende Medische Hulp, et de la Lutte contre l'Incendie et l'Aide médicale urgente,
J. CHABERT J. CHABERT
De Minister van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering, belast met Le Ministre du Gouvernement de la Région de Bruxelles-Capitale, chargé
Werkgelegenheid, Economie, Energie en Huisvesting, de l'Emploi, de l'Economie, de l'Energie et du Logement,
E. TOMAS E. TOMAS
De Minister van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering, belast met Le Ministre du Gouvernement de la Région de Bruxelles-Capitale, chargé
Financiën, Begroting, des Finances, du Budget,
Ambtenarenzaken en Externe Betrekkingen, de la Fonction publique et des Relations extérieures,
G. VANHENGEL G. VANHENGEL
De Minister van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering, belast met Le Ministre du Gouvernement de la Région de Bruxelles-Capitale, chargé
Leefmilieu en Waterbeleid, Natuurbehoud, Openbare Netheid en de l'Environnement et de la Politique de l'Eau, de la Conservation de
Buitenlandse Handel, la Nature, de la Propreté publique et du Commerce extérieur,
D. GOSUIN D. GOSUIN
_______ _______
Nota Note
(1) Documenten van de Raad : (1) Documents du Conseil :
Gewone zitting 2001-2002 : Session ordinaire 2001-2002 :
A-322/1. Ontwerp van ordonnantie. A-322/1. Projet d'ordonnance.
A-322/2. Verslag. A-322/2. Rapport.
Volledig verslag : Compte rendu intégral :
Bespreking. Vergadering van woensdag 16 oktober 2002. Discussion. Séance du mercredi 16 octobre 2002.
Aanneming. Vergadering van donderdag 17 oktober 2002. Adoption. Séance du jeudi 17 octobre 2002.
SAMENWERKINGSAKKOORD TUSSEN DE FEDERALE STAAT, DE GEWESTEN EN DE ACCORD DE COOPERATION ENTRE L'ETAT FEDERAL, LES REGIONS ET LA
DUITSTALIGE GEMEENSCHAP BETREFFENDE DE ONTWIKKELING VAN BUURTDIENSTEN COMMUNAUTE GERMANOPHONE CONCERNANT LE DEVELOPPEMENT DES SERVICES ET
EN -BANEN DES EMPLOIS DE PROXIMITE
Gelet op de artikelen 1, 39 en 134 van de Grondwet; Vu les articles 1er, 39 et 134 de la Constitution;
Gelet op de bijzondere wet van 8 augustus 1980 tot hervorming der Vu la loi spéciale du 8 août 1980 de réformes institutionnelles,
instellingen, inzonderheid op de artikelen 6 en 92bis , § 1, gewijzigd notamment les articles 6 et 92bis , § 1er, modifiés par la loi du 8
bij de wet van 8 augustus 1988; août 1988;
Gelet op de bijzondere wet van 12 januari 1989 met betrekking tot de Vu la loi spéciale du 12 janvier 1989 relative aux Institutions
Brusselse Instellingen, inzonderheid op artikel 42; bruxelloises, notamment l'article 42;
Gelet op de wet van 31 december 1983 tot hervorming der instellingen Vu la loi de réformes institutionnelles pour la Communauté
voor de Duitstalige Gemeenschap, gewijzigd bij de wet van 18 juli germanophone du 31 décembre 1983, modifiée par la loi du 18 juillet
1990, inzonderheid op artikel 55bis ; 1990, notamment l'article 55bis ;
Gelet op de wet van 20 juli 2001 tot bevordering van de buurtdiensten Vu la loi du 20 juillet 2001 visant à favoriser le développement de
en -banen; Overwegende dat het noodzakelijk is dat tussen de Federale Staat, de Gewesten en de Duitse Gemeenschap een samenwerkingsakkoord wordt gesloten over de buurtdiensten en -banen om zo doeltreffend mogelijk banen te scheppen die verbonden zijn aan deze werken en diensten; inzonderheid ten voordele van de werkzoekenden die ingeschreven zijn in de Plaatselijke Werkgelegenheidsagentschappen; Overwegende dat de contracterende partijen het aan de oppervlakte brengen van bezoldigde banen willen ondersteunen en banen willen scheppen in het bijzonder voor de werklozen die op dit ogenblik ingeschreven zijn bij de Plaatselijke Werkgelegenheidsagentschappen; Overwegende dat de Plaatselijke Werkgelegenheidsagentschappen inderdaad, in tegenstelling tot de banen die gecreëerd worden via de dienstencheques, geen arbeidsovereenkomsten volgens de wet van 3 juli 1978 bieden en de betrokken dienstverleners gelijkstellen met werklozen voor al wat geen betrekking heeft op hun PWA-prestaties; Overwegende dat via dit stelsel de gebruikers zullen kunnen genieten van een aanbod van diensten die op een professionele manier worden geleverd door bezoldigde werknemers; De Federale Staat, vertegenwoordigd door de Vice-Eerste Minister en Minister van Werkgelegenheid; Het Vlaamse Gewest, vertegenwoordigd door zijn Regering, in de persoon van de Minister-President en van de Vlaamse Minister van Werkgelegenheid en Toerisme; services et d'emplois de proximité; Considérant qu'il est nécessaire qu'un accord de coopération entre l'Etat fédéral, les Régions et la Communauté germanophone soit conclu en ce qui concerne les services et emplois de proximité afin de stimuler de la manière la plus efficace la création d'emplois liée à ces travaux et services, notamment en faveur des demandeurs d'emploi inscrits dans les Agences locales pour l'emploi; Considérant que les parties contractantes entendent soutenir l'émergence d'emplois salariés et créer des emplois notamment pour les chômeurs qui sont actuellement inscrits dans les Agences locales pour l'emploi; Considérant en effet que, contrairement aux emplois créées par le biais des titres-services, les Agences locales pour l'emploi n'offrent pas de contrat de travail selon la loi du 3 juillet 1978 et laissent les prestataires de service assimilés à des chômeurs pour tout ce qui ne concerne pas leurs prestations; Considérant que par ce système, les consommateurs pourront bénéficier d'une offre de service prestés de manière professionnelle par des travailleurs salariés; L'Etat fédéral, représenté par la Vice-Première Ministre et Ministre de l'Emploi; La Région flamande, représentée par son Gouvernement, en la personne du Ministre-Président et en la personne du Ministre de l'Emploi et du Tourisme; La Région wallonne, représentée par son Gouvernement, en la personne
Het Waalse Gewest, vertegenwoordigd door zijn Regering, in de persoon du Ministre-Président et en la personne du Ministre wallon de l'Emploi
van de Minister-President en van de Waalse Minister van et de la Formation;
Werkgelegenheid en Vorming; La Région de Bruxelles-Capitale, représentée par son Gouvernement en
het Brussels Hoofdstedelijk Gewest, vertegenwoordigd door zijn la personne du Ministre-Président et en la personne du Ministre de
Regering, in de persoon van de Minister-President en van de Minister l'Emploi, de l'Economie, de l'energie et du Logement;
van Werkgelegenheid, Economie, Energie en Huisvesting; La Communauté germanophone, représentée par son Gouvernement en la
De Duitstalige Gemeenschap, vertegenwoordigd door haar Regering, in de
persoon van de Minister-President en Minister van Werkgelegenheid, personne du Ministre-Président, Ministre de l'Emploi, de la Politique
Gehandicaptenbeleid, Media en Sport, des Handicapés, des Médias et du Sport,
Kwamen het volgende overeen : Ont convenu ce qui suit :

Artikel 1.De contracterende partijen verbinden zich ertoe, elk binnen

Article 1er.Les parties contractantes s'engagent à prendre, chacune

hun bevoegdheid, de nodige maatregelen te nemen voor de goede werking dans le cadre de ses compétences, les mesures nécessaires au bon
van een stelsel dat de ontwikkeling van buurtdiensten en -banen mogelijk maakt door middel van dienstencheques.

Art. 2.De Gewesten en de Duitstalige Gemeenschap erkennen de ondernemingen die buurtwerken of -diensten mogen uitoefenen die vergoed zullen worden door middel van een dienstencheque. Deze erkenning gaat uit van bevoegdheden van de Gewesten en de Duitstalige Gemeenschap op het vlak van werkgelegenheid en economisch en financieel beleid. De erkenning gebeurt na advies van een erkenningscommissie waarvan de samenstelling zal worden bepaald in overleg met de sociale partners. Wat de diensten van bijstand aan personen betreft, moet er voorafgaand aan de erkenning door het Gewest een erkenning worden verleend door de bevoegde overheid voor wat betreft het aspect van kwaliteit en de veiligheid van de gelevierde diensten, in overeenstemming met het tweede lid van artikel 2, 6°, van de wet. De erkenningen gebeuren door de Gewesten en de Duitstalige Gemeenschap rekening houdend met de criteria die werden vastgelegd in de wet tot bevordering van buurtdiensten en -banen, inzonderheid het feit dat het moet gaan om minstens halftijdse banen en om nieuwe economische activiteiten.

Art. 3.Om erkend te worden, mogen de ondernemingen, op het ogenblik van hun aanvraag, geen achterstallige belastingen verschuldigd zijn noch achterstallige bijdragen te innen door de Rijksdienst voor Sociale Zekerheid of door of voor rekening van fondsen voor bestaanszekerheid; de bedragen waarvoor een aflossingsplan werd opgesteld dat wordt geëerbiedigd, worden niet als achterstallen beschouwd. Daarnaast moeten de handelsvennootschappen voldoen aan de volgende bijkomende voorwaarden :

fonctionnement d'un système permettant, au travers de titres-services, le développement des services et des emplois de proximité.

Art. 2.Les Régions et la Communauté germanophone agréent les entreprises qui peuvent effectuer des travaux ou services de proximité qui seront payés à l'aide d'un titre-service. Cet agrément se base sur les compétences des Régions et de la Communauté germanophone en matière d'emploi, de politique économique et financière. L'agrément est donné après avis d'une commission d'agrément dont la composition sera déterminée en concertation avec les partenaires sociaux. En ce qui concerne les services d'aide aux personnes, un agrément préalable à celui de la Région doit être octroyé par l'autorité compétente en ce qui concerne l'aspect qualitatif et de sécurité des services fournis, conformément au second alinéa de l'article 2, 6°, de la loi. Les agréments sont octroyés par les Régions et la Communauté germanophone en tenant compte des critères définis dans la loi visant à favoriser le développement de services et d'emplois de proximité, notamment le fait qu'il soit s'agir d'emplois au moins à mi-temps et d'activités économiques nouvelles.

Art. 3.Pour être agréées, les entreprises ne peuvent être redevables, au moment de leur demande, d'arriérés d'impôts, d'arriérés de cotisations à percevoir par l'Office national de Sécurité sociale ou par un fonds de sécurité d'existence ou pour le compte de celui-ci; ne sont pas considérées comme arriérés, les sommes pour lesquelles existe un plan d'apurement dûment respecté. D'autre part, les sociétés commerciales doivent en outre répondre aux conditions suivantes :

1° niet in staat van faillissement verkeren; 1° ne pas se trouver en état de faillite;
2° onder de bestuurders, zaakvoerders, lasthebbers of personen bevoegd 2° ne pas compter parmi les administrateurs, gérants, personnes ayant
om de vennootschap te verbinden, geen personen hebben aan wie het le pouvoir d'engager la société ou mandataires, des personnes à qui
uitoefenen van dergelijke functies verboden is krachtens het l'exercice de telles fonctions est défendu en vertu de l'arrêté royal
koninklijk besluit nr. 22 van 24 oktober 1934 betreffende het n° 22 du 24 octobre 1934 relatif à l'interdiction judiciaire faite à
rechterlijk verbod aan bepaalde veroordeelden en gefailleerden om certains condamnés et faillis d'exercer certaines fonctions,
bepaalde ambten, beroepen of werkzaamheden uit te oefenen; professions ou activités;
3° onder de bestuurders, zaakvoerders, lasthebbers of personen bevoegd 3° ne pas compter parmi les administrateurs, gérants, mandataires ou
om de vennootschap te verbinden, geen personen hebben die, tijdens de personnes ayant le pouvoir d'engager la société, des personnes ayant
periode van vijf jaar voorafgaand aan de aanvraag tot erkenning,
aansprakelijk gesteld zijn voor de verbintenissen of schulden van een été déclarées responsables des engagements ou dettes d'une société
gefailleerde vennootschap met toepassing van de artikelen 35, 6°, faillie, en application des articles 35, 6°, 63ter , 123, alinéa 2, 7°
63ter , 123, tweede lid, 7° of 133bis , van de gecoördineerde wetten ou 133bis , des lois coordonnées sur les sociétés commerciales,
op de handelsvennootschappen. pendant la période de cinq ans précédant la demande d'agrément.

Art. 4.Het uitgiftebedrijf wordt gekozen door de Rijksdienst voor Arbeidsvoorziening na offerteaanvraag. De Gewesten en de Duitstalige Gemeenschap verbinden zich ertoe deze keuze te eerbiedigen en de praktische modaliteiten van de met deze onderneming gesloten overeenkomst te goeder trouw uit te voeren.

Art. 5.De Gewesten en de Duitstalige Gemeenschap verbinden zich ertoe aan het uitgiftebedrijf een financiële tegemoetkoming per gepresteerd uur ten voordele van de gebruikers die gevestigd zijn op hun respectieve grondgebieden over te maken op grond van de dienstencheques die door deze onderneming gevalideerd werden en aan de door hen erkende ondernemingen bezorgd werden. Op grond hiervan verbindt de Federale Staat zich ertoe een gelijkwaardig bedrag over te maken aan het uitgiftebedrijf. De Gewesten en de Duitstalige Gemeenschap verbinden zich ertoe de limieten te respecteren van de begrotingen die zijn vastgesteld in

Art. 4.La société émettrice des titres-services est choisie par l'Office national de l'Emploi après appel d'offres. Les Régions et la Communauté germanophone s'engagent à respecter ce choix et à exécuter de bonne foi les modalités pratiques du contrat conclu avec cette société.

Art. 5.Les Régions et la Communauté germanophone s'engagent à verser à la société émettrice une intervention financière par heure prestée au profit des utilisateurs domiciliés sur leur territoire respectif, sur la base des titres-services validés par cette société et remis par les utilisateurs aux entreprises qu'elles ont agréées. Sur cette base, l'Etat fédéral s'engage à verser un montant équivalent à la société émettrice. Les Régions et la Communauté germanophone s'engagent à respecter les

artikel 6 van dit samenwerkingsakkoord, voor de begrotingen 2001-2002. limites des budgets fixés à l'article 6 du présent accord de coopération pour les budgets 2001 et 2002.

Art. 6.Om de betaling van de in artikel 5 bedoelde financiële tegemoetkoming te garanderen :

Art. 6.Pour assurer le paiement de l'intervention financière visée à l'article 5 :

- verbindt het Vlaamse Gewest zich ertoe 560 miljoen BEF per jaar te - la Région flamande s'engage à verser 560 millions de francs par an;
bestemmen; - verbindt het Waalse Gewest zich ertoe 330 miljoen BEF per jaar te bestemmen; - la Région wallonne s'engage à verser 330 millions de francs par an;
- verbindt het Brussels Hoofdstedelijk Gewest zich ertoe 100 miljoen - la Région de Bruxelles-Capitale s'engage à verser 100 millions de
BEF per jaar te bestemmen; francs par an;
- verbindt de Duitstalige Gemeenschap zich ertoe 10 miljoen BEF per - la Communauté germanophone s'engage à verser 10 millions de francs
jaar te bestemmen, par an,
in functie van de dienstencheques die door de gebruikers gevestigd en fonction des titres-services remis par les utilisateurs domiciliés
zijn op hun grondgebied bezorgd werden. sur leur territoire.
De federale Staat verbindt zich ertoe 1 miljard BEF per jaar over te maken volgens dezelfde verdeelsleutel in functie van de gebruikte dienstencheques. De bedragend bedoeld in de overige alineas zijn niet aftrekbaar van de budgetten die huidig besteed worden aan de werkgelegenheidsbeleiden.

Art. 7.De Gewesten en de Duitstalige Gemeenschap bepalen bij samenwerkingsakkoord de voorwaarden en de procedure voor de erkenning van de ondernemingen.

Art. 8.De Gewesten en de Duitstalige Gemeenschap verbinden zich ertoe aan elkaar de redenen mee te delen van de intrekking van de erkenning van ondernemingen. De Federale Staat (Rijksdienst voor Arbeidsvoorziening) verbindt zich

L'Etat fédéral s'engage à verser 1 milliard de francs par an selon la même clef de répartition, en fonction des titres-services utilisés. Les montants visés aux alinéas précédents, ne peuvent venir en déduction des budgets actuellement consacrés aux politiques de l'emploi.

Art. 7.Les Régions et la Communauté germanophone déterminent par accord de coopération les conditions et la procédure d'agrément des entreprises.

Art. 8.Les Régions et la Communauté germanophone s'engagent à se

ertoe de Gewesten en de Duitstalige Gemeenschap op de hoogte te communiquer les motifs de retrait d'agrément des entreprises.
brengen van de misbruiken die hij zou vaststellen in het kader van de L'Etat fédéral (Office national de l'Emploi) s'engage à avertir les
controlebevoegdheden waarover hij beschikt. Régions et la Communauté germanophone des abus qu'il constaterait dans
Het bevoegde Gewest of de bevoegde Gemeenschap verbindt zich ertoe in le cadre des pouvoirs de contrôle dont il dispose.
dat geval maatregelen te nemen met het oog op het onderzoek van een La Région ou la Communauté compétente s'engage à prendre les mesures
eventuele intrekking van de erkenning van de betrokken onderneming. visant à examiner le retrait éventuel de l'agrément de l'entreprise concernée.
In het geval van terugvorderingen van ten onrechte toegekende En cas de récupération d'interventions indûment accordées, la partie
tegemoetkomingen, verbindt de partij bij dit samenwerkingsakkoord die au présent accord de coopération qui prend l'initiative de la
het initiatief neemt voor de terugvorderingsprocedure zich ertoe om, procédure de récupération s'engage, dans la mesure du possible, à
voor zover mogelijk, de terugvordering te organiseren van de gehele organiser la récupération de la totalité de l'intervention et à
tegemoetkoming en om de helft ervan door te storten aan de andere retourner la moitié de celle-ci à l'autre partie.
partij.

Art. 9.De Gewesten en de Duitstalige Gemeenschap kunnen in het kader

Art. 9.Les Régions et la Communauté germanophone peuvent choisir

van dit samenwerkingsakkoord kiezen voor welke activiteiten, die zij d'intervenir dans le cadre du présent accord de coopération pour les
selecteren binnen de in artikel 2, 3° van de wet bepaalde buurtwerken activités qu'elles sélectionnent parmi les secteurs des travaux et
of -diensten, zij een tegemoetkoming verlenen; zij kunnen de doelgroep services de proximités visés à l'article 2, 3°, de la loi et
van de maatregel bepalen alsmede de type van ondernemingen die kunnen déterminer le public-cible de la mesure et les types d'entreprises
erkend worden. pouvant être agréées.

Art. 10.Dit samenwerkingsakkoord mag geen aanleding geven tot

Art. 10.Le présent accord de coopération ne peut pas entraîner la

vermindering van de recurrente financiële steun en/of recurrente réduction des aides financières récurrentes et/ou subsides récurrents
toelagen die op dit ogenblik worden toegekend voor de in dit akkoord octroyés jusqu'à présent pour les activités visées par le présent
beoogde activiteiten. accord.

Art. 11.De financiële tegemoetkoming van elke partij bij dit

Art. 11.Les interventions financières de chacune des parties au

samenwerkingsakkoord mag worden voorgesteld als openbare présent accord de coopération peuvent être présentées comme
co-financiering in het kader van de Europese Fondsen. co-financement public dans le cadre des Fonds structurels Européens.

Art. 12.De koninklijke besluiten ter uitvoering van de wet tot

Art. 12.Les arrêtés royaux d'exécution de la loi visant à favoriser

bevordering van buurtdiensten en -banen zullen het voorwerp uitmaken le développement de services et de'emplois de proximité feront l'objet
van een voorafgaandelijke bespreking tussen de Federale Staat, de d'une discussion préalable entre l'Etat fédéral, les Régions et la
Gewesten en de Duitstalige Gemeenschap. Communauté germanophone.

Art. 13.De ondertekende partijen zullen een gemeenschappelijk

Art. 13.Les parties signataures du présent accord mettront sur pied

monitoringsysteem opzetten teneinde te kunnen vaststellen of het un système de contrôle commun afin de pouvoir déterminer si le total
totaal aantal toegekende uren het voor het begrotingsjaar vastgestelde du nombre d'heurs attribuées ne dépasse pas le montant fixé pour
bedrag niet overschrijdt. l'année budgétaire.

Art. 14.Een kwalitatieve en kwantitatieve evaluatie van het bepaalde

Art. 14.Une évaluation qualitative et quantitative du dispositif sera

van dit akkoord zal uitgevoed worden met de bedoeling om de aandacht menée en concertation entre les signataires du présent accord, visant
te vestigen op de gevolgen, in het bijzonder met betrekking tot de
arbeidsplaatsen en het budgetaire, met inbegrip van de bruto- en de à mettre en évidence les impacts, notamment en matière d'emplois et
nettokosten voor elk van de partijen. De evaluatie zal in het budgétaire comprenant les coûts bruts et nets pour chacune des
bijzonder oog hebben voor de financiële gevolgen voor de openbare parties. En particulier, l'évaluation comprendra les impacts
financiën van de Federale Staat, de Gewesten en de Duitstalige financiers sur les finances publiques de l'Etat fédéral, des Régions
Gemeenschap en met name voor de BTW-ontvangsten, de ontvangsten van de et de la Communauté germanophone et notamment les recettes T.V.A., les
personenbelasting, de ontvangsten van de vennootschapsbelasting, de recettes des impôts sur les personnes physiques, les recettes des
ontvangsten en de uitgaven inzake R.S.Z. en werkloosheidsuitkeringen De ontvangsten en uitgaven die voor elk van de partijen voortvloeien uit de werking van dit stelsel, zullen in rekening gebracht worden in de aan te wenden begroting in de daaropvolgende jaren. Op basis van deze evaluatie, zal dit samenwerkingsakkoord opnieuw onderzocht worden één jaar na zijn inwerkingtreding om indien nodig bepaalde aspecten te herbekijken, in het bijzonder de bedragen van elk van de partijen. De ondertekenende partijen zullen het Planbureau vragen om deze evaluatie uit te voeren.

Art. 15.Dit samenwerkingsakkoord treedt in werking op het ogenblik waarop de gewestelijke Parlementen en de Raad van de Duitstalige Gemeenschap het bekrachtigd hebben.

impôts sur les sociétés, les recettes et les dépenses en matière d'O.N.S.S. et d'allocations de chômage. Les recettes et les dépenses pour chacune des parties provenant du fonctionnement de ce système sera pris en compte dans le budget affecté dans les années ultérieures. Sur la base de cette évaluation, le présent accord de coopération sera réexaminé un an après sa mise en oeuvre afin d'en revoir, le cas échéant, certains aspects, notamment les contributions relatives à chacune des parties. Les parties signataires demanderont au Bureau du Plan d'effectuer cette évaluation.

Art. 15.Le présent accord de coopération entre en vigueur au moment où les Parlements régionaux et le Conseil de la Communauté germanophone ont ratifié celui-ci.

Gedaan te Brussel, op 7 december 2001, in 3 originele exemplaren Fait à Bruxelles, le 7 décembre 2001, en 3 exemplaires originaux
(Nederlands, Frans en Duits). (néerlandais, français, allemand).
Voor de Federale Staat : Pour l'Etat fédéral :
Mevr. L. ONKELINX, Mme L. ONKELINX,
Minister van Werkgelegenheid en Gelijke Kansenbeleid Ministre de l'Emploi et de la Politique de l'Egalité des Chances
Voor het Brussels Hoofdstedelijke Gewest : Pour la Région de Bruxelles-Capitale :
F.-X. de DONNEA, F.-X. de DONNEA,
Minister Voorzitter Ministre-Président
E. TOMAS, E. TOMAS,
Minister van Tewerkstelling, Economie, Energie en Huisvesting Ministre de l'Emploi, de l'Economie, de l'Energie et du Logement
Voor het Waalse Gewest : Pour la Région wallonne :
J.-Cl. VANCAUWENBERGHE, J.-Cl. VANCAUWENBERGHE,
Minister-President Ministre-Président
Mevr. M. ARENA Mme M. ARENA,
Minister van Tewerkstelling en Vorming Ministre de l'Emploi et de la Formation
Voor het Vlaamse, Gewest : Pour la Région flamande :
P. DEWAEL, P. DEWAEL,
Minister-President Ministre-Président
R. LANDUYT, R. LANDUYT,
Minister van Werkgelegenheid en Toerisme Ministre de l'Emploi et du Tourisme
Voor de Duitstalige Gemeenschap : Pour la Communauté germanophone :
K.-H. LAMBERTZ, K.-H. LAMBERTZ,
Minister-President, van de Duitstalige Gemeenschapsregering en Ministre-Président, Ministre de l'Emploi, de la Politique des
Minister van Werkgelegenheid, Gehandicaptenbeleid, Media en Sport Handicapés, des Médias et des Sports
Bijlage Annexe
ZUSAMMENARBEITSABKOMMEN ZWISCHEN DEM FÖDERALSTAAT, DEN REGIONEN UND ZUSAMMENARBEITSABKOMMEN ZWISCHEN DEM FÖDERALSTAAT, DEN REGIONEN UND
DER DEUTSCHSPRACHIGEN GEMEINSCHAFT ÜBER DIE ENTWICKLUNG VON DER DEUTSCHSPRACHIGEN GEMEINSCHAFT ÜBER DIE ENTWICKLUNG VON
DIENSTLEISTUNGEN UND ARBEITSPLÄTZEN IM NAHBEREREICH DIENSTLEISTUNGEN UND ARBEITSPLÄTZEN IM NAHBEREREICH
Aufgrund der Artikel 1, 39 und 134 der Verfassung; Aufgrund der Artikel 1, 39 und 134 der Verfassung;
Aufgrund des Sondergesetzes vom 8. August 1980 zur Reform der Aufgrund des Sondergesetzes vom 8. August 1980 zur Reform der
Institutionen, insbesondere des Artikels 6 und des Artikels 92bis § 1, Institutionen, insbesondere des Artikels 6 und des Artikels 92bis § 1,
abgeändert durch das Gesetz vom 8. August 1988; abgeändert durch das Gesetz vom 8. August 1988;
Aufgrund des Sondergesetzes vom 12. Januar 1989 über die Brüsseler Aufgrund des Sondergesetzes vom 12. Januar 1989 über die Brüsseler
Institutionen, insbesondere des Artikels 42; Institutionen, insbesondere des Artikels 42;
Aufgrund des Gesetzes vom 31. Dezember 1983 über institutionnelle Aufgrund des Gesetzes vom 31. Dezember 1983 über institutionnelle
Reformen für die Deutschsprachige Gemeinschaft, abgeändert durch das Reformen für die Deutschsprachige Gemeinschaft, abgeändert durch das
Gesetz vom 18. Juli 1990, insbesondere des Artikels 55bis ; Gesetz vom 18. Juli 1990, insbesondere des Artikels 55bis ;
Aufgrund des Gesetzes vom 20. juli 2001 zur Förderung der Entwicklung Aufgrund des Gesetzes vom 20. juli 2001 zur Förderung der Entwicklung
von Dienstleistungen und Arbeitsplätzen im Nahbereich; von Dienstleistungen und Arbeitsplätzen im Nahbereich;
In der Erwägung, dass der Abschluss eines Zusammenarbeitsabkommens In der Erwägung, dass der Abschluss eines Zusammenarbeitsabkommens
zwischen dem Föderalstaat, den Regionen und der Deutschsprachigen zwischen dem Föderalstaat, den Regionen und der Deutschsprachigen
Gemeinschaft in Bezug auf Dienstleistungen und Arbeitsplätze im Gemeinschaft in Bezug auf Dienstleistungen und Arbeitsplätze im
Nahbereich notwendig is, damit die Schaffung vo Arbeitsplätzen, die Nahbereich notwendig is, damit die Schaffung vo Arbeitsplätzen, die
mit diesen Arbeiten und Dienstleistungen verknüpft sind, insbesondere mit diesen Arbeiten und Dienstleistungen verknüpft sind, insbesondere
zugunsten von Arbeitssuchenden, die bei Lokalen zugunsten von Arbeitssuchenden, die bei Lokalen
Beschäftigungsagenturen eingeschrieben sind, bestmöglich gefördert Beschäftigungsagenturen eingeschrieben sind, bestmöglich gefördert
wird; wird;
In der Erwägung, dass die Vertragspartner die Entstehung bezahlter In der Erwägung, dass die Vertragspartner die Entstehung bezahlter
Arbeitsplätze fördern möchten und insbesondere für Arbeitslose, die Arbeitsplätze fördern möchten und insbesondere für Arbeitslose, die
zurzeit bei Lokalen Beschäftigungsagenturen eingeschriebensind, zurzeit bei Lokalen Beschäftigungsagenturen eingeschriebensind,
Arbeitspläze schaffen möchten; Arbeitspläze schaffen möchten;
In der Erwägung, dass im Gegensatz zu den durch Dienstleistungsschecks In der Erwägung, dass im Gegensatz zu den durch Dienstleistungsschecks
geschaffenen Arbeitsplätzen die Lokalen Beschäftigungsagenturen keinen geschaffenen Arbeitsplätzen die Lokalen Beschäftigungsagenturen keinen
Arbeitsvertrag gemäss dem Gesetz vom 3. Juli 1978 anbieten und die Arbeitsvertrag gemäss dem Gesetz vom 3. Juli 1978 anbieten und die
Dienstleistungserbringer bezüglich aller Aspekte, die nicht ihre Dienstleistungserbringer bezüglich aller Aspekte, die nicht ihre
Dienstleistungen betreffen, Arbeitslozen gleichgestellt bleiben; Dienstleistungen betreffen, Arbeitslozen gleichgestellt bleiben;
In der Erwägung, dass der Verbraucher durch dieses System In der Erwägung, dass der Verbraucher durch dieses System
professionelle, von Lohnempfängen erbrachte Dientsleistungen erhalten professionelle, von Lohnempfängen erbrachte Dientsleistungen erhalten
kann, kann,
Haben Haben
Der Föderalstaat, vertreten durch den Vizepremierminister und Minister Der Föderalstaat, vertreten durch den Vizepremierminister und Minister
der Beschäftigung; der Beschäftigung;
Die Flämische Region, vertreten durch ihre Regierung, in der Person Die Flämische Region, vertreten durch ihre Regierung, in der Person
des Minister-Präsidenten und in der Person des Ministers der des Minister-Präsidenten und in der Person des Ministers der
Beschäftigung; Beschäftigung;
Die Flämische Region, vertreten durch ihre Regierung, in der Person Die Flämische Region, vertreten durch ihre Regierung, in der Person
des Minister-Präsidenten und in der Person des Ministers der des Minister-Präsidenten und in der Person des Ministers der
Beschäftigung und des Tourismus; Beschäftigung und des Tourismus;
Die Wallonische Region, vertreten durch ihre Regierung, in der Person Die Wallonische Region, vertreten durch ihre Regierung, in der Person
des Minister-Präsidenten und in der Person des Wallonischen Ministers des Minister-Präsidenten und in der Person des Wallonischen Ministers
der Beschäftigung und der Ausbildung; der Beschäftigung und der Ausbildung;
Die Region Brüssel-Hauptstadt, vertreten durch ihre Regierung, in der Die Region Brüssel-Hauptstadt, vertreten durch ihre Regierung, in der
Person des Minister-Präsidenten und in der Person des Ministers der Person des Minister-Präsidenten und in der Person des Ministers der
Beschäftigung, der Wirtschaft, der Energie und des Wohnungswesens; Beschäftigung, der Wirtschaft, der Energie und des Wohnungswesens;
Die Deutschsprachige Gemeinschaft, vertreten durch ihre Regierung, in Die Deutschsprachige Gemeinschaft, vertreten durch ihre Regierung, in
der Person des Minister-Präsidenten, Minister für Beschäftigung, der Person des Minister-Präsidenten, Minister für Beschäftigung,
Behindertenpolitik, Medien und Sport; Behindertenpolitik, Medien und Sport;
Das folgende vereinbart: Das folgende vereinbart:

Artikel 1.Die Vertragspartner verpflichten sich, jeder im Rahmen

Artikel 1. Die Vertragspartner verpflichten sich, jeder im Rahmen
seines Befugnisbereichs, die notwendigen Massnahmen für die seines Befugnisbereichs, die notwendigen Massnahmen für die
reibungslose Funktionsweise eines Systems zu ergreifen, das mittels reibungslose Funktionsweise eines Systems zu ergreifen, das mittels
Dinestleistungsschecks die Entwicklung von Dienstleistungen und Dinestleistungsschecks die Entwicklung von Dienstleistungen und
Arbeitzplätzen im Nahbereich ermöglicht. Arbeitzplätzen im Nahbereich ermöglicht.

Art. 2.Die Regionen und die Deutschsprachige Gemeinschaft erteilen

Art. 2.Die Regionen und die Deutschsprachige Gemeinschaft erteilen

Unternehmen eine Zulassung, die Arbeiten ofer Dienstleistungen im Unternehmen eine Zulassung, die Arbeiten ofer Dienstleistungen im
Nahbereich durchführen können, welche mittels eines Nahbereich durchführen können, welche mittels eines
Dienstleistungsschecks vergütet werden. Dienstleistungsschecks vergütet werden.
Diese Zulassung beruft auf den Befugnissen der Regionen und der Diese Zulassung beruft auf den Befugnissen der Regionen und der
Deutschprachigen Gemeinschaft in Sachen Beschäftigung, Wirtschafts- Deutschprachigen Gemeinschaft in Sachen Beschäftigung, Wirtschafts-
und Finanzpolitik. und Finanzpolitik.
Die Zulassung wird nach Stellungnahme einer Zulassung wird nach Die Zulassung wird nach Stellungnahme einer Zulassung wird nach
Stellungnahme einer Zulssungskommission erteilt, deren Zusammensetzung Stellungnahme einer Zulssungskommission erteilt, deren Zusammensetzung
in Absprache mit den Sozialpratnern festgelegt wird. in Absprache mit den Sozialpratnern festgelegt wird.
Bezüglich Hilfeleistungen für Personen muss vor der von der Region zu Bezüglich Hilfeleistungen für Personen muss vor der von der Region zu
erteilenden Zulassung gemäss Artikel 2 Absatz 2 Nr. 6 des Gesetzes erteilenden Zulassung gemäss Artikel 2 Absatz 2 Nr. 6 des Gesetzes
eine Zulassung von der zuständigen Behörde hinsichtlich des eine Zulassung von der zuständigen Behörde hinsichtlich des
qualitativen Aspekts und der Sicherheit der erbrachten qualitativen Aspekts und der Sicherheit der erbrachten
Dienstleistungen erteilt werden. Dienstleistungen erteilt werden.
Die Zulassungen werden von den Regionen und der Deutschsprachigen Die Zulassungen werden von den Regionen und der Deutschsprachigen
Gemeinschaft unter Berücksichtigung der kriterien erteilt, die im Gemeinschaft unter Berücksichtigung der kriterien erteilt, die im
Gesetz zur Förderung der Entwicklung von Dienstleistungen und Gesetz zur Förderung der Entwicklung von Dienstleistungen und
Arbeitsplätzen im Nahbereich definiert sind, insbesondere unter Arbeitsplätzen im Nahbereich definiert sind, insbesondere unter
Berücksichtigung des Umstands, dass es sich mindestens um Berücksichtigung des Umstands, dass es sich mindestens um
Halbzeitstellen und neue Wirtschaftstätigkeiten handeln muss. Halbzeitstellen und neue Wirtschaftstätigkeiten handeln muss.

Art. 3.Um zugelassen zu werden, dürfen die Unternehmen zum Zeitpunkt

Art. 3.Um zugelassen zu werden, dürfen die Unternehmen zum Zeitpunkt

der Antragstellung keine ausstehenden Steuerbeträge, Beiträge an das der Antragstellung keine ausstehenden Steuerbeträge, Beiträge an das
Landesamt für soziale Sicherheit oder an einen Fonds für Landesamt für soziale Sicherheit oder an einen Fonds für
Existenzsicherheit oder für dessen Rechnung schulden, Beträge, für die Existenzsicherheit oder für dessen Rechnung schulden, Beträge, für die
ein ordonungsgemäss eingehaltener Tilgungsplan besteht, gelten nich ein ordonungsgemäss eingehaltener Tilgungsplan besteht, gelten nich
als ausstehende Beträge. als ausstehende Beträge.
Handelsgesellschaften müssen darüber hinaus folgende Bedingungen Handelsgesellschaften müssen darüber hinaus folgende Bedingungen
erfüllen: erfüllen:
1° sich nicht in Konkurs befinden; 1° sich nicht in Konkurs befinden;
2° unter den Verwaltern, Geschäftsführern, Personen, die 2° unter den Verwaltern, Geschäftsführern, Personen, die
Verbindlichtkeiten für die Gesellschraft eingehen können, oder Verbindlichtkeiten für die Gesellschraft eingehen können, oder
Beauftragten darf est keine Personen geben, denen die Ausübung solcher Beauftragten darf est keine Personen geben, denen die Ausübung solcher
Funktionen aufgrund des Königlichen Erlasses Nr. 22 vom 24. Oktober Funktionen aufgrund des Königlichen Erlasses Nr. 22 vom 24. Oktober
1934 zur Einführung eines für bestimmte Verurteilte und für 1934 zur Einführung eines für bestimmte Verurteilte und für
Konkursschuldner geltenden Verbots, bestimmte Amter, Berufe oder Konkursschuldner geltenden Verbots, bestimmte Amter, Berufe oder
Tätigkeiten auszuüben, untersag ist; Tätigkeiten auszuüben, untersag ist;
3° unter den Verwaltern, Geschäftsführem, Beauftragten oder Personen, 3° unter den Verwaltern, Geschäftsführem, Beauftragten oder Personen,
die Verbindlichkeiten für die Gesellschaft eingehen können, darf es die Verbindlichkeiten für die Gesellschaft eingehen können, darf es
keine Personen geben, die in einem Zeitraum von fünf Jahren vor dem keine Personen geben, die in einem Zeitraum von fünf Jahren vor dem
Zulassungsantrag in Anwendung von Artikel 35 Nr. 6, Artikel 63ter , Zulassungsantrag in Anwendung von Artikel 35 Nr. 6, Artikel 63ter ,
Artikel 123 Absatz 2 Nr. 7 oder Artikel 133bis der koordinierten Artikel 123 Absatz 2 Nr. 7 oder Artikel 133bis der koordinierten
Gesetze über die Handelsgesellschaften für Verbindlichkeiten oder Gesetze über die Handelsgesellschaften für Verbindlichkeiten oder
schulden einer in Konkurs befindlichen Gesellschaft verantwortlich schulden einer in Konkurs befindlichen Gesellschaft verantwortlich
erklärt worden sind. erklärt worden sind.

Art. 4.Die Gesellschrft, die die Dinestleistungsschecks ausgibt, wird

Art. 4.Die Gesellschrft, die die Dinestleistungsschecks ausgibt, wird

vom Landesamt für Arbeitsbeschaffung nach einem Angebotsaufruf vom Landesamt für Arbeitsbeschaffung nach einem Angebotsaufruf
ausgewählt. Die Regionen und die Deutschsprachige Gemeinschaft ausgewählt. Die Regionen und die Deutschsprachige Gemeinschaft
verpflichten sich, diese Wahl zu respektieren und die praktischen verpflichten sich, diese Wahl zu respektieren und die praktischen
Modalitäten des mit dieser Gesellschaft geschlossenen Vertrags Modalitäten des mit dieser Gesellschaft geschlossenen Vertrags
gutgläubig auszuführen. gutgläubig auszuführen.

Art. 5.Die Regionen und die Deutschsprachige Gemeinschaft

Art. 5.Die Regionen und die Deutschsprachige Gemeinschaft

verpflichten sich, der ausgebenden Gesellschaft eine finanzielle verpflichten sich, der ausgebenden Gesellschaft eine finanzielle
Beteiligung pro geleistete Stunde zugunsten der Benutzer, die auf Beteiligung pro geleistete Stunde zugunsten der Benutzer, die auf
ihrem jeweiligen Gebiet ihren Wohsitz haben, zu zahlen, und zwar auf ihrem jeweiligen Gebiet ihren Wohsitz haben, zu zahlen, und zwar auf
der Grundlage der von dieser Gesellschaft validierten der Grundlage der von dieser Gesellschaft validierten
Dientsleitungsschecks, die den zugelassenen Unternehmen von den Dientsleitungsschecks, die den zugelassenen Unternehmen von den
Benutzern übergeben werden. Benutzern übergeben werden.
Auf dieser Grundlage verpflichtet sich der Föderalstaat, des Auf dieser Grundlage verpflichtet sich der Föderalstaat, des
ausgebenden Gesellschaft einen gleichwertigen Betrag zu zahlen. ausgebenden Gesellschaft einen gleichwertigen Betrag zu zahlen.
Die Regionen und die Deutschsprachige Gemeinschaft verpflichten sich, Die Regionen und die Deutschsprachige Gemeinschaft verpflichten sich,
für die Haushaltspläne 2001 und 2002 die in Atikel 6 des Vorliegenden für die Haushaltspläne 2001 und 2002 die in Atikel 6 des Vorliegenden
Zusammenarbeitsabkommens festgelegten Haushaltsgrenzen einzuhalten. Zusammenarbeitsabkommens festgelegten Haushaltsgrenzen einzuhalten.

Art. 6.Um die Zahlung der in Artikel 5 erwähnten finanziellen

Art. 6.Um die Zahlung der in Artikel 5 erwähnten finanziellen

Beteiligung zu gewährleisten: Beteiligung zu gewährleisten:
- Verpflichtet sich die Flämische Region, 560 Millionen Franken pro - Verpflichtet sich die Flämische Region, 560 Millionen Franken pro
Jahr zu zahlen; Jahr zu zahlen;
- Verpflichtet sich die Wallonische Region, 330 Millionen Franken pro - Verpflichtet sich die Wallonische Region, 330 Millionen Franken pro
Jahr zu zahlen; Jahr zu zahlen;
- Verpflichtet sich die Region Brüssel-Hauptstadt, 100 Millionen - Verpflichtet sich die Region Brüssel-Hauptstadt, 100 Millionen
Franken pro Jahr zu zahlen; Franken pro Jahr zu zahlen;
- Verpflichtet sich die Deutschsprachige Gemeinschaft, 10 Millionen - Verpflichtet sich die Deutschsprachige Gemeinschaft, 10 Millionen
Franken pro Jahr zu zahlen; Franken pro Jahr zu zahlen;
Entsprechend den Dienstleistungsschecks, die von den Benutzern, die Entsprechend den Dienstleistungsschecks, die von den Benutzern, die
auf ihrem jeweiligen Gebiet ihren Wohnsitz haben, übergeben werden. auf ihrem jeweiligen Gebiet ihren Wohnsitz haben, übergeben werden.
Der Föderalstaat verpflichtet sich, 1 Milliarde Franken pro Jahr Der Föderalstaat verpflichtet sich, 1 Milliarde Franken pro Jahr
gemäss demselben Verteilerschlüssel zu zahlen entsprechend den gemäss demselben Verteilerschlüssel zu zahlen entsprechend den
benutzten Dienstleitungsschecks. benutzten Dienstleitungsschecks.
Die in den vorangehenden Absätzen erwähnten Beträge dürfen nicht von Die in den vorangehenden Absätzen erwähnten Beträge dürfen nicht von
den zurzeit für Beschäftigungspolitik vorbehaltenen Mitteln abgezogen den zurzeit für Beschäftigungspolitik vorbehaltenen Mitteln abgezogen
werden. werden.

Art. 7.Die Regionen und die Deutschsprachige Gemeinschaft legen die

Art. 7.Die Regionen und die Deutschsprachige Gemeinschaft legen die

Bedingungen und das Verfahren für die Zulassung von Unternehmen in Bedingungen und das Verfahren für die Zulassung von Unternehmen in
einem Zusammenarbeitsabkommen fest. einem Zusammenarbeitsabkommen fest.

Art. 8.DieDie Regionen und die Deutschsprachige Gemeinschaft

Art. 8.DieDie Regionen und die Deutschsprachige Gemeinschaft

verpflichten sich, sich die Gründe für den Entzug der Zulassung von verpflichten sich, sich die Gründe für den Entzug der Zulassung von
Unternehmen gegenseitig mitzuteilen. Unternehmen gegenseitig mitzuteilen.
Der Föderalstaat (Landesamt für Arbeitsbeschaffung) verpflichtet sich, Der Föderalstaat (Landesamt für Arbeitsbeschaffung) verpflichtet sich,
den Regionen und der Deutschsprachigen Gemeinschaft Missbräuche zu den Regionen und der Deutschsprachigen Gemeinschaft Missbräuche zu
melden, die er im Rahmen der ihm zu Verfügung stehenden melden, die er im Rahmen der ihm zu Verfügung stehenden
Kontrollbefugnisse feststellt. Kontrollbefugnisse feststellt.
Die zuständige Region oder Gemeinschaft verpflichtet sich, Massnahmen Die zuständige Region oder Gemeinschaft verpflichtet sich, Massnahmen
zu treffen, um zu prüfen, ob dem betreffenden unternehmen die zu treffen, um zu prüfen, ob dem betreffenden unternehmen die
Zulassung eventuell entzogen werden sollte. Zulassung eventuell entzogen werden sollte.
Im Fall einer Rückforderung unrechtmässig gewährter Beteiligungen Im Fall einer Rückforderung unrechtmässig gewährter Beteiligungen
verpslichtet sich die Partei des vorliegenden verpslichtet sich die Partei des vorliegenden
Zusammenarbeitsabkommens, die ein Rückforderungsverfahren anstrengt, Zusammenarbeitsabkommens, die ein Rückforderungsverfahren anstrengt,
die Rückforderung nach Möglichkeit zo zu gestalten, dass die gesamte die Rückforderung nach Möglichkeit zo zu gestalten, dass die gesamte
Beteiligung zurückgezahlt wird und die Hälfte davon der anderen Partei Beteiligung zurückgezahlt wird und die Hälfte davon der anderen Partei
rückerstattet wird. rückerstattet wird.

Art. 9.Die Regionen und die Deutschsprachige Gemeinschaft haben die

Art. 9.Die Regionen und die Deutschsprachige Gemeinschaft haben die

Wahl, im Rahmen des vorliegenden Zusammenarbeitsabkommens für Wahl, im Rahmen des vorliegenden Zusammenarbeitsabkommens für
Tätigkeiten einzutreten, die sie unter den in Artikel 2 Nr. 3 des Tätigkeiten einzutreten, die sie unter den in Artikel 2 Nr. 3 des
Gezetzes erwähnten Arbeitssektoren und Dienstleistungen im Nahbereich Gezetzes erwähnten Arbeitssektoren und Dienstleistungen im Nahbereich
wählen, und das Zielpublikum dieser Massnahme und die Arten von wählen, und das Zielpublikum dieser Massnahme und die Arten von
Unternehmen, die zugelassen werden können, zu bestimmen. Unternehmen, die zugelassen werden können, zu bestimmen.

Art. 10.Vorliegendes Zusammenarbeitsabkommen darf nicht zu einer

Art. 10.Vorliegendes Zusammenarbeitsabkommen darf nicht zu einer

Minderung der wiederkehrenden finanziellen Beihilfen und/oder der Minderung der wiederkehrenden finanziellen Beihilfen und/oder der
Wiederkehrenden Zuschüsse führen, die bis jetzt für die von Wiederkehrenden Zuschüsse führen, die bis jetzt für die von
vorliegendem Zusammenarbeitsabkommen betroffen Tätigkeiten gewährt vorliegendem Zusammenarbeitsabkommen betroffen Tätigkeiten gewährt
werden. werden.

Art. 11.Die finanziellen Beteiligungen jeder der Parteien des

Art. 11.Die finanziellen Beteiligungen jeder der Parteien des

vorliegende Zusammenarbeitsabkommens können als öffentliche vorliegende Zusammenarbeitsabkommens können als öffentliche
Kofinanzierung im Rahmen der Europëischen Strukturfonds geltend Kofinanzierung im Rahmen der Europëischen Strukturfonds geltend
gemacht werden. gemacht werden.

Art. 12.Die Königlichen Erlasse zur Ausführung des Gesetzes zur

Art. 12.Die Königlichen Erlasse zur Ausführung des Gesetzes zur

Förderung der Entwicklung von Dienstleistungen und Arbeitsplätzen im Förderung der Entwicklung von Dienstleistungen und Arbeitsplätzen im
Nahbereich bilden den Gegenstand einer vorherigen Diskussion zwischen Nahbereich bilden den Gegenstand einer vorherigen Diskussion zwischen
dem Föderalstaat, den Regionen und der Deutschsprachigen Gemeinschaft. dem Föderalstaat, den Regionen und der Deutschsprachigen Gemeinschaft.

Art. 13.Die unterzeichnenden Parteien des vorliegenden Abkommens

Art. 13.Die unterzeichnenden Parteien des vorliegenden Abkommens

erstellen ein gemeinsames Kontrollsystem, um feststellenzu können, ob erstellen ein gemeinsames Kontrollsystem, um feststellenzu können, ob
die Gesamtzahl zuerkannter Stunden den für das Haushaltsjahr die Gesamtzahl zuerkannter Stunden den für das Haushaltsjahr
festgelegten Betraf nicht übersteigt. festgelegten Betraf nicht übersteigt.

Art. 14.Eine qualitative und quantitative Evaluation des Systems wird

Art. 14.Eine qualitative und quantitative Evaluation des Systems wird

in Absprache zwichen den Unterzeichnern des vorliegenden Abkommens in Absprache zwichen den Unterzeichnern des vorliegenden Abkommens
durchgeführt, wobei die Auxwirkungen des Abokommens, insbesondere in durchgeführt, wobei die Auxwirkungen des Abokommens, insbesondere in
den Bereichen Arbeitsplätze und Haushaltsplan einschliesslich der den Bereichen Arbeitsplätze und Haushaltsplan einschliesslich der
Brutto- und Nettokosten für jee Partei, sichtbar gemacht werden Brutto- und Nettokosten für jee Partei, sichtbar gemacht werden
sollen. Die Evaluation umfasst im Besonderen die finanziellen sollen. Die Evaluation umfasst im Besonderen die finanziellen
Auswirkungen auf die öffentlichen Finanzen des Föderalstaates, der Auswirkungen auf die öffentlichen Finanzen des Föderalstaates, der
Regionen und der Deutschsprachigen Gemeinschaft und insbezondere die Regionen und der Deutschsprachigen Gemeinschaft und insbezondere die
Mehrewertsteuereinnahmen, die Einnahmen aus der Einkommenssteuer der Mehrewertsteuereinnahmen, die Einnahmen aus der Einkommenssteuer der
natürlichen Personen, die Einnahmen aus der Körperschaftsteuer, die natürlichen Personen, die Einnahmen aus der Körperschaftsteuer, die
Einnahmen und die Ausgaben im Bereich LASS und Arbeitslosengeld. Einnahmen und die Ausgaben im Bereich LASS und Arbeitslosengeld.
Die aus der Funktionsweise dieses Systems heerührenden Einnahmen und Die aus der Funktionsweise dieses Systems heerührenden Einnahmen und
Ausgaben jeder der Parteinen werden in dem Haushaltsplan der Ausgaben jeder der Parteinen werden in dem Haushaltsplan der
nachfolgenden Jahre berücksichtigt. nachfolgenden Jahre berücksichtigt.
Auf der Grundlage dieser Evaluation wird vorliegendes Auf der Grundlage dieser Evaluation wird vorliegendes
Zusammenarbeitsabkommen ein Jahr nach seiner Umsetzung erneut Zusammenarbeitsabkommen ein Jahr nach seiner Umsetzung erneut
überprüft, damit gegebenenfalls bestimmte Aspekte, insbesondere die überprüft, damit gegebenenfalls bestimmte Aspekte, insbesondere die
Beiträge jeder der Parteien, revidiert werden. Beiträge jeder der Parteien, revidiert werden.
Die unterzeichnenden Parteien bitten das Planbüro, die Evaluation Die unterzeichnenden Parteien bitten das Planbüro, die Evaluation
vorzunehmen. vorzunehmen.

Art. 15.Vorliegendes Zusammenarbeitsabkommen tritt zu dem Zeitpunkt

Art. 15.Vorliegendes Zusammenarbeitsabkommen tritt zu dem Zeitpunkt

in Kraft, an dem es von den Regionalparlamenten und dem Rat der in Kraft, an dem es von den Regionalparlamenten und dem Rat der
Deutschsprachigen Gemeinschaft ratifiziert worden ist. Deutschsprachigen Gemeinschaft ratifiziert worden ist.
Gegeben zu Brüssel, den 7. Dezember 2001, in 3 Original(en) Gegeben zu Brüssel, den 7. Dezember 2001, in 3 Original(en)
(Niederländisch, Franz, Deutsch). (Niederländisch, Franz, Deutsch).
Für den Föderalstaat : Für den Föderalstaat :
Frau L. ONKELINX, Frau L. ONKELINX,
Ministerin der Beschäftigung und der Politik der Chancengleichheit Ministerin der Beschäftigung und der Politik der Chancengleichheit
Für die Region Brüssel-Hauptstadt: Für die Region Brüssel-Hauptstadt:
F.-X. de DONNEA, F.-X. de DONNEA,
Minister-Präsident Minister-Präsident
E. TOMAS, E. TOMAS,
Minister der Beschäftigung, der Wirtschaft, der Energie und des Minister der Beschäftigung, der Wirtschaft, der Energie und des
Wohnungswesens Wohnungswesens
Für die Wallonische Region: Für die Wallonische Region:
J.-Cl. VANCAUWENBERGHE J.-Cl. VANCAUWENBERGHE
Minister-Präsident Minister-Präsident
Frau M. ARENA, Frau M. ARENA,
Ministerin der Beschäftigung und der Ausbildung Ministerin der Beschäftigung und der Ausbildung
Für die Flämische Region: Für die Flämische Region:
P. DEWAEL, P. DEWAEL,
Minister-Präsident Minister-Präsident
R. LANDUYT, R. LANDUYT,
Minister der Beschäftigung und des Tourismus Minister der Beschäftigung und des Tourismus
Für die Deutschsprachige Gemeinschaft: Für die Deutschsprachige Gemeinschaft:
K.-H. LAMBERTZ, K.-H. LAMBERTZ,
Minister-Präsident, Minister für Beschäftigung, Behindertenpolitiek, Minister-Präsident, Minister für Beschäftigung, Behindertenpolitiek,
Medien und Sport Medien und Sport
^