Etaamb.openjustice.be
Meertalige weergave van Bericht van --
← Terug naar "Bericht voorgeschreven bij artikel 74 van de bijzondere wet van 6 januari 1989 Bij vonnis van 7 november 2023, waarvan de expeditie ter griffie van het Hof is ingekomen op 16 november 2023, heeft de Franstalige Arbeidsrechtbank te Brussel de vol « Schendt artikel 17, tweede lid, van de wet van 11 april 1995 tot invoering van het ` handvest ' v(...)"
Bericht voorgeschreven bij artikel 74 van de bijzondere wet van 6 januari 1989 Bij vonnis van 7 november 2023, waarvan de expeditie ter griffie van het Hof is ingekomen op 16 november 2023, heeft de Franstalige Arbeidsrechtbank te Brussel de vol « Schendt artikel 17, tweede lid, van de wet van 11 april 1995 tot invoering van het ` handvest ' v(...) Avis prescrit par l'article 74 de la loi spéciale du 6 janvier 1989 Par jugement du 7 novembre 2023, dont l'expédition est parvenue au greffe de la Cour le 16 novembre 2023, le Tribunal du travail francophone de Bruxelles a posé la question préj « L'article 17, alinéa 2, de la loi du 11 avril 1995 visant à instituer ` la charte ' de l'assuré s(...)
GRONDWETTELIJK HOF COUR CONSTITUTIONNELLE
Bericht voorgeschreven bij artikel 74 van de bijzondere wet van 6 Avis prescrit par l'article 74 de la loi spéciale du 6 janvier 1989
januari 1989 Bij vonnis van 7 november 2023, waarvan de expeditie ter griffie van Par jugement du 7 novembre 2023, dont l'expédition est parvenue au
het Hof is ingekomen op 16 november 2023, heeft de Franstalige greffe de la Cour le 16 novembre 2023, le Tribunal du travail
Arbeidsrechtbank te Brussel de volgende prejudiciële vraag gesteld : francophone de Bruxelles a posé la question préjudicielle suivante :
« Schendt artikel 17, tweede lid, van de wet van 11 april 1995 tot « L'article 17, alinéa 2, de la loi du 11 avril 1995 visant à
invoering van het ` handvest ' van de sociaal verzekerde, in die zin instituer ` la charte ' de l'assuré social, interprété en ce sens que
geïnterpreteerd dat de ontstentenis van terugwerkende kracht van een l'absence d'effet rétroactif d'une décision de révision adoptée par
door een socialezekerheidsinstelling genomen beslissing tot herziening une institution de sécurité sociale ne s'appliquerait qu'en cas
enkel van toepassing zou zijn in geval van een vergissing die is toe te schrijven aan die instelling en niet wanneer de vergissing die door die instelling is begaan bij de toekenning van een socialezekerheidsprestatie, werd veroorzaakt door een vals stuk dat door een derde werd voorgelegd, maar buiten medeweten van de begunstigde van de prestatie, de artikelen 10 en 11 van de Grondwet alsook artikel 23 ervan, in zoverre het categorieën van sociaal verzekerden die zich in identieke situaties bevinden, namelijk waarbij ten onrechte en te goeder trouw een socialezekerheidsprestatie werd ontvangen, met andere woorden : - enerzijds, de sociaal verzekerde die, zonder te weten of te moeten weten dat hij geen aanspraak kon maken op een socialezekerheidsprestatie, een onverschuldigd bedrag heeft genoten dat uitsluitend voortvloeit uit een vergissing die is begaan door de socialezekerheidsinstelling, geval waarin de begunstigde van het onverschuldigde bedrag de bescherming zal kunnen genieten die de ontstentenis van terugwerkende kracht van de beslissing tot herziening uitmaakt; - en, anderzijds, de sociaal verzekerde die, zonder te weten of te moeten weten dat hij geen aanspraak kon maken op een socialezekerheidsprestatie, een onverschuldigd bedrag heeft genoten dat voortvloeit uit een vergissing van de socialezekerheidsinstelling die uitsluitend werd veroorzaakt door het frauduleuze gedrag van een derde, geval waarin, volgens die interpretatie van het voormelde artikel 17, tweede lid, de begunstigde van het onverschuldigde bedrag niet de bescherming zou kunnen genieten die de ontstentenis van terugwerkende kracht van de beslissing tot herziening uitmaakt, verschillend zou behandelen, zonder dat dat verschil in behandeling op een objectief criterium berust en redelijk verantwoord is ? ». Die zaak is ingeschreven onder nummer 8106 van de rol van het Hof. De griffier, d'erreur imputable à cette institution et non lorsque l'erreur commise par cette institution lors de l'octroi d'une prestation de sécurité sociale a été induite par un faux produit par un tiers, mais à l'insu du bénéficiaire de la prestation, viole-t-il les articles 10 et 11 de la Constitution de même que son article 23 en ce qu'il traiterait de manière différente, sans que cette différence de traitement repose sur un critère objectif et soit raisonnablement justifiée, des catégories d'assurés sociaux se trouvant dans des situations identiques, à savoir avoir perçu indûment et de bonne foi une prestation de sécurité sociale, c'est-à-dire : - d'une part, l'assuré social ayant, sans savoir ou devoir savoir qu'il ne pouvait prétendre à une prestation de sécurité sociale, bénéficié d'un indu procédant exclusivement d'une erreur commise par l'institution de sécurité sociale, cas dans lequel le bénéficiaire de l'indu pourra bénéficier de la protection que constitue l'absence d'effet rétroactif de la décision de révision; - et d'autre part, l'assuré social ayant, sans savoir ou devoir savoir qu'il ne pouvait prétendre à une prestation de sécurité sociale, bénéficié d'un indu procédant d'une erreur de l'institution de sécurité sociale exclusivement induite par le comportement frauduleux d'un tiers, hypothèse dans laquelle, selon cette interprétation de l'article 17, alinéa 2, précité, le bénéficiaire de l'indu ne pourrait quant à lui bénéficier de la protection que constitue l'absence d'effet rétroactif de la décision de révision ? ». Cette affaire est inscrite sous le numéro 8106 du rôle de la Cour. Le greffier,
N. Dupont N. Dupont
^