← Terug naar "Bericht voorgeschreven bij artikel 74 van de bijzondere wet van 6 januari 1989 op het Arbitragehof a.
Bij vonnis van 18 maart 2003 in zake F. Gyebi tegen het openbaar centrum voor maatschappelijk welzijn
van Luik en de Belgische Staat, waarvan «
Schendt artikel 57, § 2, van de organieke wet van 8 juli 1976 betreffende de O.C.M.W.'s, gew(...)"
| Bericht voorgeschreven bij artikel 74 van de bijzondere wet van 6 januari 1989 op het Arbitragehof a. Bij vonnis van 18 maart 2003 in zake F. Gyebi tegen het openbaar centrum voor maatschappelijk welzijn van Luik en de Belgische Staat, waarvan « Schendt artikel 57, § 2, van de organieke wet van 8 juli 1976 betreffende de O.C.M.W.'s, gew(...) | Avis prescrit par l'article 74 de la loi spéciale du 6 janvier 1989 sur la Cour d'arbitrage a. Par jugement du 18 mars 2003 en cause de F. Gyebi contre le centre public d'aide sociale de Liège et l'Etat belge, dont l'expédition est parvenue au « L'article 57, § 2, de la loi du 8 juillet 1976 organique des centres publics d'aide sociale (...) |
|---|---|
| ARBITRAGEHOF | COUR D'ARBITRAGE |
| Bericht voorgeschreven bij artikel 74 van de bijzondere wet van 6 | Avis prescrit par l'article 74 de la loi spéciale du 6 janvier 1989 |
| januari 1989 op het Arbitragehof | sur la Cour d'arbitrage |
| a. Bij vonnis van 18 maart 2003 in zake F. Gyebi tegen het openbaar | a. Par jugement du 18 mars 2003 en cause de F. Gyebi contre le centre |
| centrum voor maatschappelijk welzijn van Luik en de Belgische Staat, | public d'aide sociale de Liège et l'Etat belge, dont l'expédition est |
| waarvan de expeditie ter griffie van het Arbitragehof is ingekomen op | |
| 26 maart 2003, heeft de Arbeidsrechtbank te Luik de volgende | parvenue au greffe de la Cour d'arbitrage le 26 mars 2003, le Tribunal |
| prejudiciële vraag gesteld : | du travail de Liège a posé la question préjudicielle suivante : |
| « Schendt artikel 57, § 2, van de organieke wet van 8 juli 1976 | « L'article 57, § 2, de la loi du 8 juillet 1976 organique des centres |
| betreffende de O.C.M.W.'s, gewijzigd bij artikel 65 van de wet van 15 | publics d'aide sociale modifié par l'article 65 de la loi du 15 |
| juli 1996 en bij de arresten die het Arbitragehof op 22 april 1998, 21 | juillet 1996 et par les arrêts rendus par la Cour d'arbitrage les 22 |
| oktober 1998 en 30 juni 1999 heeft gewezen, al dan niet de artikelen | avril 1988, 21 octobre 1998 et 30 juin 1999, viole-t-il ou non les |
| 10 en 11, in samenhang gelezen met de artikelen 23 en 191 van de | articles 10 et 11, lus conjointement avec les articles 23 et 191 de la |
| Belgische Grondwet, in zoverre het in die zin zou worden | |
| geïnterpreteerd dat het een verschil in behandeling invoert tussen, | Constitution belge, en tant qu'il serait interprété comme traitant |
| enerzijds, de vreemdelingen die gevraagd hebben als vluchteling te | différemment, d'une part, les étrangers qui ont demandé à être |
| worden erkend, wier aanvraag werd verworpen en die het bevel hebben | reconnus comme réfugiés, dont la demande a été rejetée et qui ont reçu |
| gekregen het grondgebied te verlaten, zolang de beroepen die zij voor | un ordre de quitter le territoire, tant que n'ont pas été tranchés les |
| de Raad van State hebben ingesteld tegen de beslissing van de | recours qu'ils ont introduits devant le Conseil d'Etat contre la |
| Commissaris-generaal voor de vluchtelingen en de staatlozen, genomen | décision du Commissaire général aux réfugiés et aux apatrides, prise |
| met toepassing van artikel 63.3 van de wet van 15 december 1980, of | en application de l'article 63.3 de la loi du 15 décembre 1980, ou |
| tegen de beslissing van de Vaste Beroepscommissie voor vluchtelingen, | contre la décision de la Commission permanente de recours des |
| niet werden beslecht, en, anderzijds, de vreemdelingen die het | |
| voorwerp zijn geweest van een negatieve beslissing van de Minister van | réfugiés, et, d'autre part, les étrangers qui ont fait l'objet d'une |
| Binnenlandse Zaken na een aanvraag tot regularisatie op grond van de | décision négative du ministère de l'Intérieur suite à une demande de |
| wet van 22 december 1999 en die tegen die beslissing beroep bij de | régularisation basée sur la loi du 22 décembre 1999 et qui ont |
| introduit un recours au Conseil d'Etat contre cette décision, la loi | |
| Raad van State hebben ingesteld, waarbij de wet van 22 december 1999 | du 22 décembre 1999 étant interprétée en ce sens que, durant l'examen |
| in die zin wordt geïnterpreteerd dat gedurende het onderzoek van de | |
| aanvraag tot regularisatie, artikel 14 de toepassing van artikel 57, § | de la demande de régularisation, l'article 14 fait obstacle à |
| 2, belet ? » | l'application de l'article 57, § 2 ? » |
| b. Bij arrest van 1 april 2003 in zake het openbaar centrum voor | b. Par arrêt du 1er avril 2003 en cause du centre public d'aide |
| maatschappelijk welzijn van Welkenraedt tegen M. Islami, waarvan de | sociale de Welkenraedt contre M. Islami, dont l'expédition est |
| expeditie ter griffie van het Arbitragehof is ingekomen op 4 april | parvenue au greffe de la Cour d'arbitrage le 4 avril 2003, la Cour du |
| 2003, heeft het Arbeidshof te Luik de volgende prejudiciële vraag | travail de Liège a posé la question préjudicielle suivante : |
| gesteld : « Schendt artikel 57, § 2, van de organieke wet van 8 juli 1976 | « L'article 57, § 2, de la loi du 8 juillet 1976 organique des centres |
| betreffende de openbare centra voor maatschappelijk welzijn, in | publics d'aide sociale, lu conjointement avec l'article 14 de la loi |
| samenhang gelezen met artikel 14 van de wet van 22 december 1999 | du 22 décembre 1999 relative à la régularisation de séjour de |
| betreffende de regularisatie van het verblijf van bepaalde categorieën | certaines catégories d'étrangers, interprétés tous deux comme ouvrant |
| van vreemdelingen, beide in die zin geïnterpreteerd dat zij aan de | le droit à l'aide sociale à l'étranger demandeur en régularisation |
| vreemdeling die een aanvraag tot regularisatie heeft ingediend, het | |
| recht op maatschappelijke hulpverlening toekennen, zolang de bevoegde | aussi longtemps que le ministre compétent n'a pas pris de décision sur |
| minister over die aanvraag geen beslissing heeft genomen, de artikelen | cette demande, viole-t-il les articles 10 et 11 de la Constitution, |
| 10 en 11 van de Grondwet, in samenhang gelezen met de artikelen 23 en | lus en combinaison avec les articles 23 et 191 de la Constitution |
| 191 van de Grondwet, alsook eventueel met de artikelen 6 en 13 van het | ainsi éventuellement qu'avec les articles 6 et 13 de la Convention de |
| Verdrag van Rome van 4 november 1950 tot bescherming van de rechten | Rome du 4 novembre 1950 de sauvegarde des droits de l'homme et des |
| van de mens en de fundamentele vrijheden en met artikel 2, lid 3, a), | libertés fondamentales et avec l'article 2, 3o, a, du Pacte |
| van het Internationaal Verdrag van New York van 19 december 1966 | international de New York du 19 décembre 1966 relatif aux droits |
| inzake burgerrechten en politieke rechten, in zoverre de vreemdeling wiens aanvraag tot regularisatie werd afgewezen, geen maatschappelijke hulpverlening wordt toegekend gedurende de beroepsprocedure voor de Raad van State en bijgevolg het recht op daadwerkelijke rechtshulp wordt ontzegd, terwijl de vreemdeling wiens asielaanvraag werd afgewezen en die bij de Raad van State beroep heeft ingesteld, precies op grond van het recht op daadwerkelijke rechtshulp maatschappelijke hulpverlening kan blijven genieten ? » Die zaken zijn ingeschreven onder de nummers 2676 en 2682 van de rol van het Hof en werden samengevoegd. De griffier, | civils et politiques, en ce que l'étranger débouté de sa demande de régularisation se verrait privé de l'octroi de l'aide sociale pendant la procédure de recours devant le Conseil d'Etat et donc d'un droit à un recours effectif, alors que l'étranger demandeur d'asile débouté qui introduit un recours devant le Conseil d'Etat peut continuer à bénéficier de l'aide sociale précisément sur la base du droit à un recours effectif ? » Ces affaires sont inscrites sous les numéros 2676 et 2682 du rôle de la Cour et ont été jointes. Le greffier, |
| P.-Y. Dutilleux. | P.-Y. Dutilleux. |