← Terug naar "Uittreksel uit arrest nr. 34/2023 van 2 maart 2023 Rolnummer 7775 In zake : de prejudiciële
vraag betreffende artikel 4 van de wet van 24 december 2020 « tot bekrachtiging van de koninklijke besluiten
genomen met toepassing van de wet van 27 Het Grondwettelijk Hof, samengesteld uit de voorzitters L. Lavrysen en
P. Nihoul, en de rechters(...)"
| Uittreksel uit arrest nr. 34/2023 van 2 maart 2023 Rolnummer 7775 In zake : de prejudiciële vraag betreffende artikel 4 van de wet van 24 december 2020 « tot bekrachtiging van de koninklijke besluiten genomen met toepassing van de wet van 27 Het Grondwettelijk Hof, samengesteld uit de voorzitters L. Lavrysen en P. Nihoul, en de rechters(...) | Extrait de l'arrêt n° 34/2023 du 2 mars 2023 Numéro du rôle : 7775 En cause : la question préjudicielle relative à l'article 4 de la loi du 24 décembre 2020 « portant confirmation des arrêtés royaux pris en application de la loi du 27 mars 2 La Cour constitutionnelle, composée des présidents L. Lavrysen et P. Nihoul, et des juges M. Pâq(...) |
|---|---|
| GRONDWETTELIJK HOF | COUR CONSTITUTIONNELLE |
| Uittreksel uit arrest nr. 34/2023 van 2 maart 2023 | Extrait de l'arrêt n° 34/2023 du 2 mars 2023 |
| Rolnummer 7775 | Numéro du rôle : 7775 |
| In zake : de prejudiciële vraag betreffende artikel 4 van de wet van | En cause : la question préjudicielle relative à l'article 4 de la loi |
| 24 december 2020 « tot bekrachtiging van de koninklijke besluiten | du 24 décembre 2020 « portant confirmation des arrêtés royaux pris en |
| genomen met toepassing van de wet van 27 maart 2020 die machtiging | application de la loi du 27 mars 2020 habilitant le Roi à prendre des |
| verleent aan de Koning om maatregelen te nemen in de strijd tegen de | |
| verspreiding van het coronavirus COVID-19 (II) », gesteld door het Hof | mesures de lutte contre la propagation du coronavirus COVID-19 (II) », |
| van Cassatie. | posée par la Cour de cassation. |
| Het Grondwettelijk Hof, | La Cour constitutionnelle, |
| samengesteld uit de voorzitters L. Lavrysen en P. Nihoul, en de | composée des présidents L. Lavrysen et P. Nihoul, et des juges M. |
| rechters M. Pâques, Y. Kherbache, T. Detienne, S. de Bethune en K. | Pâques, Y. Kherbache, T. Detienne, S. de Bethune et K. Jadin, assistée |
| Jadin, bijgestaan door de griffier P.-Y. Dutilleux, onder voorzitterschap van voorzitter L. Lavrysen, | du greffier P.-Y. Dutilleux, présidée par le président L. Lavrysen, |
| wijst na beraad het volgende arrest : | après en avoir délibéré, rend l'arrêt suivant : |
| I. Onderwerp van de prejudiciële vraag en rechtspleging | I. Objet de la question préjudicielle et procédure |
| Bij arrest van 8 maart 2022, waarvan de expeditie ter griffie van het | Par arrêt du 8 mars 2022, dont l'expédition est parvenue au greffe de |
| Hof is ingekomen op 15 maart 2022, heeft het Hof van Cassatie de | la Cour le 15 mars 2022, la Cour de cassation a posé la question |
| volgende prejudiciële vraag gesteld : | préjudicielle suivante : |
| « Schendt artikel 4 van de wet van 24 december 2020 tot bekrachtiging | « L'article 4 de la loi du 24 décembre 2020 portant confirmation des |
| van de koninklijke besluiten genomen met toepassing van de wet van 27 | |
| maart 2020 die machtiging verleent aan de Koning om maatregelen te | arrêtés royaux pris en application de la loi du 27 mars 2020 |
| nemen in de strijd tegen de verspreiding van het coronavirus COVID-19 | habilitant le Roi à prendre des mesures de lutte contre la propagation |
| (II), de artikelen 10 en 11 Grondwet en het daarin vervatte | du coronavirus COVID-19 (II) viole-t-il les articles 10 et 11 de la |
| Constitution et le principe d'égalité et de non-discrimination qu'ils | |
| gelijkheids- en non-discriminatiebeginsel, voor zover de bij artikel 3 | contiennent, en ce que la suspension de la prescription de l'action |
| van het koninklijk besluit nr. 3 van 9 april 2020 houdende diverse | publique instituée par l'article 3 de l'arrêté royal n° 3 du 9 avril |
| bepalingen inzake strafprocedure en uitvoering van straffen en | 2020 portant des dispositions diverses relatives à la procédure pénale |
| maatregelen in het kader van de strijd tegen de verspreiding van het | et à l'exécution des peines et des mesures prévues dans le cadre de la |
| coronavirus COVID-19, zoals verlengd met de koninklijke besluiten van | lutte contre la propagation du coronavirus COVID-19, telles qu'elles |
| 28 april 2020 en 13 mei 2020, ingevoerde schorsing van de verjaring | ont été prolongées par les arrêtés royaux du 28 avril 2020 et du 13 |
| van de strafvordering algemeen van toepassing is en dus zonder een | mai 2020, est applicable de manière générale, et donc sans établir une |
| onderscheid te maken naargelang de strafprocedures wel of geen | distinction selon que les procédures pénales ont accusé ou non un |
| vertraging hebben opgelopen ingevolge de COVID-19-gezondheidscrisis ? ». | retard à la suite de la crise sanitaire de la COVID-19 ? ». |
| (...) | (...) |
| III. In rechte | III. En droit |
| (...) | (...) |
| Ten aanzien van de in het geding zijnde bepaling en de context ervan | Quant à la disposition en cause et à son contexte |
| B.1. De prejudiciële vraag heeft betrekking op de bestaanbaarheid van | B.1. La question préjudicielle porte sur la compatibilité de l'article |
| artikel 4 van de wet van 24 december 2020 « tot bekrachtiging van de | 4 de la loi du 24 décembre 2020 « portant confirmation des arrêtés |
| koninklijke besluiten genomen met toepassing van de wet van 27 maart | royaux pris en application de la loi du 27 mars 2020 habilitant le Roi |
| 2020 die machtiging verleent aan de Koning om maatregelen te nemen in | à prendre des mesures contre la propagation du coronavirus COVID-19 |
| de strijd tegen de verspreiding van het coronavirus COVID-19 (II) » | (II) » (ci-après : la loi du 24 décembre 2020) avec les articles 10 et |
| (hierna : de wet van 24 december 2020) met de artikelen 10 en 11 van | 11 de la Constitution, en ce que la suspension de la prescription de |
| de Grondwet, voor zover de bij artikel 3 van het koninklijk besluit | l'action publique instituée par l'article 3 de l'arrêté royal n° 3 du |
| nr. 3 van 9 april 2020 « houdende diverse bepalingen inzake | 9 avril 2020 « portant des dispositions diverses relatives à la |
| strafprocedure en uitvoering van straffen en maatregelen in het kader | procédure pénale et à l'exécution des peines et des mesures prévues |
| van de strijd tegen de verspreiding van het coronavirus COVID-19 » | dans le cadre de la lutte contre la propagation du coronavirus |
| (hierna : het koninklijk besluit nr. 3 van 9 april 2020) ingevoerde | COVID-19 » (ci-après : l'arrêté royal n° 3 du 9 avril 2020) est |
| schorsing van de verjaring van de strafvordering algemeen van | applicable de manière générale, sans qu'il soit fait une distinction |
| toepassing is, zonder een onderscheid te maken naargelang de | selon que les procédures pénales ont subi ou non un retard dû à la |
| strafprocedures wel of geen vertraging hebben opgelopen ingevolge de | pandémie de COVID-19. |
| COVID-19-gezondheidscrisis. | |
| B.2.1. Het koninklijk besluit nr. 3 van 9 april 2020 is genomen | B.2.1. L'arrêté royal n° 3 du 9 avril 2020 a été pris en vertu de la |
| krachtens de delegatie vervat in de artikelen 2, eerste lid, en 5, § | délégation contenue dans les articles 2, alinéa 1er, et 5, § 1er, 7°, |
| 1, 7°, van de wet van 27 maart 2020 « die machtiging verleent aan de | de la loi du 27 mars 2020 « habilitant le Roi à prendre des mesures de |
| Koning om maatregelen te nemen in de strijd tegen de verspreiding van | lutte contre la propagation du virus COVID-19 (II) » (ci-après : la |
| het coronavirus COVID-19 (II) » (hierna : de wet van 27 maart 2020). | loi du 27 mars 2020). |
| Die wet past in het kader van het beheer van de gezondheidscrisis ten | Cette loi s'inscrit dans le cadre de la gestion de la crise sanitaire |
| gevolge van de COVID-19-pandemie. | liée à la pandémie de COVID-19. |
| B.2.2. Teneinde het België mogelijk te maken te reageren op de | B.2.2. Afin de permettre à la Belgique de réagir face à la pandémie de |
| COVID-19-pandemie en de gevolgen ervan op te vangen, kon de Koning, | COVID-19 et d'en gérer les conséquences, le Roi pouvait, par arrêté |
| bij een besluit vastgesteld na overleg in de Ministerraad (artikel 2, | délibéré en Conseil des ministres (article 2, alinéa 1er), prendre des |
| eerste lid), maatregelen nemen om de goede werking van de rechterlijke | mesures visant à garantir le bon fonctionnement des instances |
| instanties en in het bijzonder de continuïteit van de rechtsbedeling | judiciaires, et plus particulièrement la continuité de |
| te verzekeren, voor zowel burgerlijke en strafzaken, met naleving van | l'administration de la justice, tant en matière civile qu'en matière |
| de fundamentele beginselen van onafhankelijkheid en onpartijdigheid | pénale, dans le respect des principes fondamentaux d'indépendance et |
| van de rechterlijke macht en met inachtneming van de rechten van | d'impartialité du pouvoir judiciaire et dans le respect des droits de |
| verdediging van de rechtzoekenden. Daartoe kon Hij met name de | la défense des justiciables. A cette fin, Il pouvait notamment adapter |
| organisatie aanpassen van de bevoegdheid en de rechtspleging, met | l'organisation de la compétence et la procédure, en ce compris les |
| inbegrip van de bij de wet bepaalde termijnen (artikel 5, § 1, 7° ). | délais prévus par la loi (article 5, § 1er, 7° ). |
| B.2.3. De bijzonderemachtenbesluiten konden de geldende wettelijke | B.2.3. Les arrêtés de pouvoirs spéciaux pouvaient abroger, compléter, |
| bepalingen opheffen, aanvullen, wijzigen of vervangen, zelfs inzake | modifier ou remplacer les dispositions légales en vigueur, même dans |
| aangelegenheden die de Grondwet uitdrukkelijk aan de wet voorbehoudt | les matières qui sont expressément réservées à la loi par la |
| (artikel 5, § 2). | Constitution (article 5, § 2). |
| De bijzonderemachtenbesluiten moesten worden bekrachtigd binnen een | Les arrêtés de pouvoirs spéciaux devaient être confirmés dans un délai |
| termijn van een jaar vanaf de inwerkingtreding ervan, zo niet werden | d'un an à compter de leur entrée en vigueur, sans quoi ils étaient |
| zij geacht nooit uitwerking te hebben gehad (artikel 7, tweede en | réputés ne jamais avoir produit leurs effets (article 7, alinéas 2 et |
| derde lid). | 3). |
| De bijzondere machten zijn vervallen op 30 juni 2020 (artikel 7, | Les pouvoirs spéciaux ont expiré le 30 juin 2020 (article 7, alinéa |
| eerste lid). | 1er). |
| B.3.1. Luidens de artikelen 1, eerste lid, en 3 van het koninklijk | B.3.1. Aux termes des articles 1er, alinéa 1er, et 3 de l'arrêté royal |
| besluit nr. 3 van 9 april 2020 worden de verjaringstermijnen van de | n° 3 du 9 avril 2020, les délais de prescription de l'action publique |
| strafvordering voor de misdrijven van het Strafwetboek en voor de | prévus pour les infractions au Code pénal et pour les infractions aux |
| misdrijven van de bijzondere wetten geschorst voor een termijn gelijk | lois particulières sont suspendus pour un délai égal à la durée de la |
| aan de periode van 18 maart 2020 tot en met 3 mei 2020, aangevuld met | période du 18 mars 2020 au 3 mai 2020 inclus, complétée d'une période |
| een periode van een maand. | d'un mois. |
| Op grond van artikel 1, derde lid, van het koninklijk besluit nr. 3 | Sur la base de l'article 1er, alinéa 3, de l'arrêté royal n° 3 du 9 |
| van 9 april 2020 is die periode tweemaal verlengd tot 17 juni 2020 | avril 2020, cette période a été prolongée à deux reprises jusqu'au 17 |
| (koninklijke besluiten van 28 april 2020 en van 13 mei 2020). | juin 2020 (arrêtés royaux du 28 avril 2020 et du 13 mai 2020). |
| Hieruit vloeit voort dat de schorsingsperiode van de verjaringstermijn | Il en résulte que la période de suspension du délai de prescription de |
| van de strafvordering liep tot 17 juli 2020. | l'action publique a couru jusqu'au 17 juillet 2020. |
| B.3.2. In het verslag aan de Koning van het koninklijk besluit nr. 3 | B.3.2. Dans le rapport au Roi de l'arrêté royal n° 3 du 9 avril 2020, |
| van 9 april 2020 wordt uiteengezet : | il est exposé : |
| « [...] bepalingen [zijn] vereist houdende opschorting van de | « [...] il faut des dispositions portant sur la suspension des délais |
| verjaringstermijnen. | de prescription. |
| Teneinde de goede werking van de gerechtelijke instanties te | Afin de garantir le bon fonctionnement des instances judiciaires tout |
| waarborgen en het personeel en de rechtzoekenden te beschermen tegen | en protégeant le personnel et les justiciables contre les risques |
| de risico's op besmetting met het coronavirus, en teneinde de | d'infection par le coronavirus, et afin d'assurer la continuité du |
| continuïteit van de strafrechtspleging te verzekeren, dient de | processus judiciaire au niveau pénal, il s'impose d'adapter la |
| strafrechtelijke procedure te worden aangepast, met inbegrip van de | procédure pénale, en ce compris les délais prévus par la loi. |
| termijnen waarin de wet voorziet. Er wordt voorzien in een schorsingsgrond van de verjaringstermijnen in | Une cause de suspension des délais de prescription est prévue en |
| strafzaken voor een termijn gelijk aan de duur van de coronacrisis, | matière pénale pour un délai égal à la durée de la crise de |
| aangevuld met een maand. | coronavirus, complété d'un mois. |
| [...] die schorsingsgrond [verhindert] dat de verjaringstermijnen van | [...] cette cause de suspension fait obstacle à l'écoulement des |
| de strafvordering verstrijken. Binnen die verjaringstermijnen, die | délais de prescription de l'action publique. Pendant ces délais de |
| variëren naargelang van de ernst van het misdrijf (misdaad, | prescription, qui varient selon la gravité de l'infraction (crime, |
| wanbedrijf, overtreding), moet de strafvordering zijn uitgeoefend. | délit, contravention), l'action publique doit être menée à bien. |
| Door de crisis in samenhang met de coronavirus-pandemie zijn de | Or, les instances judiciaires sont contraintes par la crise liée à la |
| gerechtelijke instanties echter verplicht om hun activiteiten | pandémie de coronavirus, à limiter drastiquement leurs activités aux |
| drastisch te beperken tot de dringendste en belangrijkste zaken. Zij | affaires les plus urgentes et les plus importantes. Elles ne sont plus |
| kunnen niet langer hun gewone taken vervullen en kunnen inzonderheid | en mesure d'assumer leurs missions habituelles, en particulier |
| niet langer de misdrijven vervolgen met inachtneming van de | d'exercer les poursuites des infractions, en tenant compte des |
| prioriteiten van het strafrechtelijk beleid zoals vastgesteld vóór de | priorités de politique criminelle qui leur ont été confiées avant |
| uitbraak van de pandemie. Derhalve is het, om de daadwerkelijke | l'arrivée de la pandémie. Dès lors, pour garantir l'application |
| toepassing van de strafwetten te waarborgen, de maatschappij te | effective des lois pénales, protéger la société et garantir l'état de |
| beschermen en de rechtsstaat te waarborgen, noodzakelijk om de | droit, il est nécessaire de suspendre légalement et pour une durée |
| weerslag van het tijdsverloop op de verjaring van de misdrijven | limitée, l'effet d'écoulement du temps sur la prescription des |
| wettelijk en voor beperkte tijd te schorsen. | infractions. |
| [...] | [...] |
| Gelet op het feit dat vele strafzaken zowel op het vlak van de | Compte tenu du fait que de nombreuses affaires pénales ne peuvent être |
| strafvordering als op het vlak van de tenuitvoerlegging niet kunnen | poursuivies ni en termes de procédure pénale ni en termes d'exécution, |
| doorgaan, bepaalt dit artikel dat de verjaringstermijnen zijn | cet article prévoit que les délais de prescription sont suspendus pour |
| opgeschort voor een bepaalde duur. De duur is bepaald op de duur van | une certaine durée. La durée est fixée à la période de la crise, |
| de crisis aangevuld met één maand. Deze aanvulling van één maand wordt | complétée d'un mois. Ce délai supplémentaire d'un mois est justifié |
| verantwoord door het feit dat na het einde van de crisis dergelijke | par le fait qu'après la fin de la crise, ces cas d'enquête, de procès |
| zaken van onderzoek, berechtingen en tenuitvoerlegging niet meteen op | et d'exécution ne peuvent être traités ou récupérés immédiatement en |
| één dag kunnen worden behandeld of ingehaald ». | un seul jour ». |
| B.4. Artikel 4 van de wet van 24 december 2020 bekrachtigt het | B.4. L'article 4 de la loi du 24 décembre 2020 confirme l'arrêté royal |
| koninklijk besluit nr. 3 van 9 april 2020, alsook de koninklijke | n° 3 du 9 avril 2020, ainsi que les arrêtés royaux du 28 avril 2020 et |
| besluiten van 28 april 2020 en van 13 mei 2020, die de duur van de | du 13 mai 2020, qui ont prolongé la durée de la période de suspension |
| schorsingsperiode van de verjaring van de strafvordering hebben verlengd. | de la prescription de l'action publique. |
| De wet van 24 december 2020 is in werking getreden op de dag van de | La loi du 24 décembre 2020 est entrée en vigueur le jour de sa |
| bekendmaking ervan in het Belgisch Staatsblad, namelijk 15 januari | publication au Moniteur belge, à savoir le 15 janvier 2021 (article |
| 2021 (artikel 34). | 34). |
| Ten gronde | Quant au fond |
| B.5. Het Hof wordt ondervraagd over de bestaanbaarheid van artikel 4 | B.5. La Cour est interrogée sur la compatibilité de l'article 4 de la |
| van de wet van 24 december 2020 met de artikelen 10 en 11 van de | loi du 24 décembre 2020 avec les articles 10 et 11 de la Constitution, |
| Grondwet, in zoverre de bij artikel 3 van het koninklijk besluit nr. 3 | en ce que la suspension de la prescription de l'action publique |
| van 9 april 2020 ingevoerde en bij de koninklijke besluiten van 28 | instaurée par l'article 3 de l'arrêté royal n° 3 du 9 avril 2020 et |
| april 2020 en 13 mei 2020 verlengde schorsing van de verjaring van de | prolongée par les arrêtés royaux du 28 avril 2020 et du 13 mai 2020 |
| strafvordering algemeen van toepassing is, zonder daarbij een | est applicable de manière générale, sans qu'il soit fait une |
| onderscheid te maken naargelang de strafprocedures wel of geen | distinction selon que les procédures pénales ont subi ou non un retard |
| vertraging hebben opgelopen ingevolge de COVID-19-gezondheidscrisis. | dû à la pandémie de COVID-19. |
| B.6. De prejudiciële vraag heeft betrekking op de identieke | B.6. La question préjudicielle porte sur l'identité de traitement |
| behandeling van twee categorieën van personen : diegenen wier | entre deux catégories de personnes : d'une part, les personnes dont le |
| uitspraak in de strafprocedure achterstand heeft opgelopen om redenen | prononcé dans la procédure pénale a subi un retard pour des motifs qui |
| die losstaan van de COVID-19-pandemie en diegenen wier uitspraak in de | sont étrangers à la pandémie de COVID-19 et, d'autre part, les |
| strafprocedure een achterstand heeft opgelopen die aan de | personnes dont le prononcé dans la procédure pénale a subi un retard |
| COVID-19-pandemie is toe te schrijven. | imputable à la pandémie de COVID-19. |
| B.7. Uit de motivering van het arrest van het Hof van Cassatie waarbij | B.7. Il ressort de la motivation de l'arrêt de la Cour de cassation |
| de prejudiciële vraag wordt gesteld en van het arrest van het Hof van | par lequel la question préjudicielle est posée et de l'arrêt de la |
| Beroep te Gent van 7 oktober 2021 waartegen cassatieberoep is | Cour d'appel de Gand du 7 octobre 2021 qui fait l'objet du pourvoi en |
| ingesteld, blijkt dat, in het bodemgeschil, de laatste | cassation que, dans l'affaire au fond, le dernier acte interruptif de |
| verjaringsstuitende handeling dateert van 18 mei 2016, zodat, indien | la prescription date du 18 mai 2016, de sorte que, si l'arrêté royal |
| het koninklijk besluit nr. 3 van 9 april 2020 niet in werking was | n° 3 du 9 avril 2020 n'était pas entré en vigueur, l'action publique |
| getreden, de strafvordering zou zijn verjaard op 18 mei 2021. | aurait été prescrite le 18 mai 2021. |
| B.8. Het beginsel van gelijkheid en niet-discriminatie sluit niet uit | B.8. Le principe d'égalité et de non-discrimination n'exclut pas |
| dat een verschil in behandeling tussen categorieën van personen wordt | qu'une différence de traitement soit établie entre des catégories de |
| ingesteld, voor zover dat verschil op een objectief criterium berust | personnes, pour autant qu'elle repose sur un critère objectif et |
| en het redelijk verantwoord is. Dat beginsel verzet er zich overigens | qu'elle soit raisonnablement justifiée. Ce principe s'oppose, par |
| tegen dat categorieën van personen, die zich ten aanzien van de | ailleurs, à ce que soient traitées de manière identique, sans |
| betwiste maatregel in wezenlijk verschillende situaties bevinden, op | qu'apparaisse une justification raisonnable, des catégories de |
| identieke wijze worden behandeld, zonder dat daarvoor een redelijke | personnes se trouvant dans des situations qui, au regard de la mesure |
| verantwoording bestaat. | critiquée, sont essentiellement différentes. |
| Het bestaan van een dergelijke verantwoording moet worden beoordeeld | L'existence d'une telle justification doit s'apprécier en tenant |
| rekening houdend met het doel en de gevolgen van de betwiste maatregel | compte du but et des effets de la mesure critiquée ainsi que de la |
| en met de aard van de ter zake geldende beginselen; het beginsel van | nature des principes en cause; le principe d'égalité et de |
| gelijkheid en niet-discriminatie is geschonden wanneer vaststaat dat | non-discrimination est violé lorsqu'il est établi qu'il n'existe pas |
| geen redelijk verband van evenredigheid bestaat tussen de aangewende | de rapport raisonnable de proportionnalité entre les moyens employés |
| middelen en het beoogde doel. | et le but visé. |
| B.9. Zoals is vermeld in B.3.2 heeft het koninklijk besluit nr. 3 van | B.9. Comme il est dit en B.3.2, l'arrêté royal n° 3 du 9 avril 2020 a |
| 9 april 2020 tot doel de daadwerkelijke toepassing van de strafwetten | pour objectif de garantir l'application effective des lois pénales, de |
| te waarborgen, de maatschappij te beschermen en de rechtsstaat te | protéger la société et de garantir l'Etat de droit, étant donné que |
| vrijwaren, daar de rechterlijke instanties, door de crisis ten gevolge | les instances judiciaires ont été contraintes, en raison de la crise |
| van de COVID-19-pandemie, ertoe zijn verplicht hun activiteiten | liée à la pandémie de COVID-19, de limiter drastiquement leurs |
| drastisch te beperken tot de dringendste en belangrijkste zaken. Die | activités aux affaires les plus urgentes et les plus importantes. Ces |
| doelstellingen zijn legitiem. | objectifs sont légitimes. |
| B.10. De wetgever vermocht redelijkerwijs ervan uit te gaan dat het in | B.10. Le législateur a pu raisonnablement considérer que, dans les |
| de in B.9 vermelde omstandigheden niet noodzakelijk, noch haalbaar was | circonstances exposées en B.9, il n'était pas nécessaire ni réalisable |
| van die rechterlijke instanties te eisen dat zij geval per geval | d'exiger de ces instances judiciaires qu'elles déterminent au cas par |
| bepalen of de pandemie een concrete weerslag heeft gehad op de | cas si la pandémie a eu une incidence concrète sur le traitement d'une |
| behandeling van een zaak, om te beslissen dat de verjaring van de | affaire pour décider que la prescription de l'action publique est |
| strafvordering in een zaak geschorst wordt. | suspendue dans telle ou telle affaire. |
| Bovendien, gelet op het feit dat het koninklijk besluit nr. 3 van 9 | En outre, étant donné que l'arrêté royal n° 3 du 9 avril 2020 a pour |
| april 2020 tot doel heeft de goede werking van de rechterlijke | objectifs de garantir le bon fonctionnement des instances judiciaires |
| instanties en de continuïteit van de rechtsbedeling op strafrechtelijk | et d'assurer la continuité du processus judiciaire au niveau pénal, il |
| niveau te garanderen, is het niet onredelijk te voorkomen dat de | n'est pas déraisonnable d'éviter d'imposer une charge de travail |
| rechterlijke instanties extra werklast wordt opgelegd. | supplémentaire aux instances judiciaires. |
| B.11. Uit het voormelde volgt dat artikel 4 van de wet van 24 december | B.11. Il résulte de ce qui précède que l'article 4 de la loi du 24 |
| 2020 niet onbestaanbaar is met de artikelen 10 en 11 van de Grondwet. | décembre 2020 n'est pas incompatible avec les articles 10 et 11 de la |
| Constitution. | |
| Om die redenen, | Par ces motifs, |
| het Hof | la Cour |
| zegt voor recht : | dit pour droit : |
| Artikel 4 van de wet van 24 december 2020 « tot bekrachtiging van de | L'article 4 de la loi du 24 décembre 2020 « portant confirmation des |
| koninklijke besluiten genomen met toepassing van de wet van 27 maart | arrêtés royaux pris en application de la loi du 27 mars 2020 |
| 2020 die machtiging verleent aan de Koning om maatregelen te nemen in | |
| de strijd tegen de verspreiding van het coronavirus COVID-19 (II) » | habilitant le Roi à prendre des mesures contre la propagation du |
| schendt de artikelen 10 en 11 van de Grondwet niet. | coronavirus COVID-19 (II) » ne viole pas les articles 10 et 11 de la |
| Aldus gewezen in het Nederlands en het Frans, overeenkomstig artikel | Constitution. Ainsi rendu en langue néerlandaise et en langue française, |
| 65 van de bijzondere wet van 6 januari 1989 op het Grondwettelijk Hof, | conformément à l'article 65 de la loi spéciale du 6 janvier 1989 sur |
| op 2 maart 2023. | la Cour constitutionnelle, le 2 mars 2023. |
| De griffier, De voorzitter, | Le greffier, Le président, |
| P.-Y. Dutilleux L. Lavrysen | P.-Y. Dutilleux L. Lavrysen |