← Terug naar "Uittreksel uit arrest nr. 27/2022 van 17 februari 2022 Rolnummer 7497 In zake : de
prejudiciële vraag betreffende artikel 2.6.1, § 3, 4°, van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening,
gesteld door de Rechtbank van eerste aanleg Limburg, afd Het Grondwettelijk Hof, samengesteld
uit de voorzitters L. Lavrysen en P. Nihoul, en de rechters(...)"
Uittreksel uit arrest nr. 27/2022 van 17 februari 2022 Rolnummer 7497 In zake : de prejudiciële vraag betreffende artikel 2.6.1, § 3, 4°, van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening, gesteld door de Rechtbank van eerste aanleg Limburg, afd Het Grondwettelijk Hof, samengesteld uit de voorzitters L. Lavrysen en P. Nihoul, en de rechters(...) | Extrait de l'arrêt n° 27/2022 du 17 février 2022 Numéro du rôle : 7497 En cause : la question préjudicielle relative à l'article 2.6.1, § 3, 4°, du Code flamand de l'aménagement du territoire, posée par le Tribunal de première instance d La Cour constitutionnelle, composée des présidents L. Lavrysen et P. Nihoul, et des juges J.-P. (...) |
---|---|
GRONDWETTELIJK HOF | COUR CONSTITUTIONNELLE |
Uittreksel uit arrest nr. 27/2022 van 17 februari 2022 | Extrait de l'arrêt n° 27/2022 du 17 février 2022 |
Rolnummer 7497 | Numéro du rôle : 7497 |
In zake : de prejudiciële vraag betreffende artikel 2.6.1, § 3, 4°, | En cause : la question préjudicielle relative à l'article 2.6.1, § 3, |
van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening, gesteld door de Rechtbank | 4°, du Code flamand de l'aménagement du territoire, posée par le |
van eerste aanleg Limburg, afdeling Tongeren. | Tribunal de première instance du Limbourg, division de Tongres. |
Het Grondwettelijk Hof, | La Cour constitutionnelle, |
samengesteld uit de voorzitters L. Lavrysen en P. Nihoul, en de | composée des présidents L. Lavrysen et P. Nihoul, et des juges J.-P. |
rechters J.-P. Moerman, T. Giet, R. Leysen, J. Moerman, M. Pâques, Y. | Moerman, T. Giet, R. Leysen, J. Moerman, M. Pâques, Y. Kherbache, T. |
Kherbache, T. Detienne, D. Pieters, S. de Bethune en E. Bribosia, | Detienne, D. Pieters, S. de Bethune et E. Bribosia, assistée du |
bijgestaan door de griffier F. Meersschaut, onder voorzitterschap van voorzitter L. Lavrysen, | greffier F. Meersschaut, présidée par le président L. Lavrysen, |
wijst na beraad het volgende arrest : | après en avoir délibéré, rend l'arrêt suivant : |
I. Onderwerp van de prejudiciële vraag en rechtspleging | I. Objet de la question préjudicielle et procédure |
Bij vonnis van 21 augustus 2020, waarvan de expeditie ter griffie van | Par jugement du 21 août 2020, dont l'expédition est parvenue au greffe |
het Hof is ingekomen op 20 januari 2021, heeft de Rechtbank van eerste | de la Cour le 20 janvier 2021, le Tribunal de première instance du |
aanleg Limburg, afdeling Tongeren, de volgende prejudiciële vraag | Limbourg, division de Tongres, a posé la question préjudicielle |
gesteld : | suivante : |
« Schendt artikel 2.6.1, § 3, 4°, van de Vlaamse Codex Ruimtelijke | « L'article 2.6.1, § 3, 4°, du Code flamand de l'aménagement du |
Ordening de artikelen 10, 11 en 16 van de Grondwet, in samenhang | territoire viole-t-il les articles 10, 11 et 16 de la Constitution, |
gelezen met artikel 1 van het Eerste Aanvullend Protocol bij het | lus en combinaison avec l'article 1er du Premier Protocole additionnel |
Europees Verdrag voor de rechten van de mens, voor wat betreft gronden | à la Convention européenne des droits de l'homme, en ce qui concerne |
gelegen in woonuitbreidingsgebied, die op de dag voorafgaand aan de | les terrains situés dans une zone d'extension d'habitat qui, la veille |
inwerking van het definitieve plan waarbij een bouwverbod wordt | de l'entrée en vigueur du plan définitif imposant une interdiction de |
opgelegd, bestemd waren om gebouwen te ontvangen met een bouwdiepte | construire, étaient destinés à accueillir des bâtiments d'une |
van meer dan 50 meter vanaf de rooilijn ? ». | profondeur de construction supérieure à 50 mètres à partir de |
l'alignement ? ». | |
(...) | (...) |
III. In rechte | III. En droit |
(...) | (...) |
Ten aanzien van de in het geding zijnde bepaling en de context ervan | Quant à la disposition en cause et à son contexte |
B.1.1. De prejudiciële vraag betreft artikel 2.6.1, § 3, 4°, van de | B.1.1. La question préjudicielle porte sur l'article 2.6.1, § 3, 4°, |
Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening (hierna : de VCRO), zoals vervangen | du Code flamand de l'aménagement du territoire, tel qu'il a été |
bij artikel 48 van het decreet van 8 december 2017 « houdende | remplacé par l'article 48 du décret du 8 décembre 2017 « modifiant |
diverses dispositions en matière d'aménagement du territoire, | |
wijziging van diverse bepalingen inzake ruimtelijke ordening, milieu | d'écologie, d'environnement et d'aménagement du territoire » (ci-après |
en omgeving » (hierna : het decreet van 8 december 2017). | : le décret du 8 décembre 2017). |
B.1.2. Artikel 2.6.1 van de VCRO regelt de planschadevergoeding, | B.1.2. L'article 2.6.1 du Code flamand de l'aménagement du territoire |
règle l'indemnisation des dommages résultant de la planification | |
zijnde een beperkte schadevergoeding waartoe een bouw- of | spatiale, qui est une indemnisation limitée à laquelle peut donner |
verkavelingsverbod dat voortvloeit uit een ruimtelijk uitvoeringsplan | lieu une interdiction de construire ou de lotir découlant d'un plan |
aanleiding kan geven (artikel 2.6.1, § § 1 en 2, van de VCRO). | d'exécution spatial (article 2.6.1, § § 1er et 2, du Code flamand de |
Planschadevergoeding wordt toegekend wanneer, op basis van een in | l'aménagement du territoire). |
werking getreden ruimtelijk uitvoeringsplan, een perceel niet meer in | Une indemnisation des dommages résultant de la planification spatiale |
aanmerking komt voor een vergunning om te bouwen of te verkavelen, | est accordée lorsque, en vertu d'un plan d'exécution spatial entré en |
terwijl het de dag voorafgaand aan de inwerkingtreding van dat | vigueur, une parcelle ne peut plus faire l'objet d'un permis de bâtir |
definitieve plan wel in aanmerking kwam voor een vergunning om te | ou de lotir, alors que c'était encore le cas la veille de l'entrée en |
bouwen of te verkavelen (artikel 2.6.1, § 2, van de VCRO). Krachtens | vigueur de ce plan définitif (article 2.6.1, § 2, du Code flamand de |
artikel 2.6.2, § 2, eerste lid, van de VCRO bedraagt de | l'aménagement du territoire). En vertu de l'article 2.6.2, § 2, alinéa |
1er, du Code flamand de l'aménagement du territoire, l'indemnisation | |
planschadevergoeding tachtig percent van de waardevermindering. | des dommages résultant de la planification spatiale s'élève à 80 % de |
B.1.3. Vóór de wijziging ervan bij het decreet van 8 december 2017, | la moins-value. B.1.3. Avant sa modification par le décret du 8 décembre 2017, |
bepaalde artikel 2.6.1, § 3, van de VCRO : | l'article 2.6.1, § 3, du Code flamand de l'aménagement du territoire |
« Voor de toepassing van planschadevergoeding moet bovendien aan | disposait : « Pour l'application de l'indemnisation des dommages résultant de la |
volgende criteria samen worden voldaan op de dag voorafgaand aan de | planification spatiale, les critères cumulatifs suivants doivent de |
inwerkingtreding van het definitieve plan : | surcroît être remplis la veille de l'entrée en vigueur du plan |
1° het perceel moet gelegen zijn aan een voldoende uitgeruste weg | définitif : 1° la parcelle doit être située le long d'une route suffisamment |
overeenkomstig artikel 4.3.5, § 1; | équipée, conformément à l'article 4.3.5, § 1er; |
2° het perceel moet stedenbouwkundig en bouwtechnisch voor bebouwing | 2° la parcelle doit entrer en ligne de compte pour l'édification d'une |
construction sur le plan de l'urbanisme et de la technique de | |
in aanmerking komen; | construction; |
3° het perceel moet gelegen zijn binnen een bebouwbare zone zoals | 3° la parcelle doit être située dans une zone constructible, comme |
bepaald in een plan van aanleg of ruimtelijk uitvoeringsplan; | définie dans un plan d'aménagement ou dans un plan d'exécution |
4° enkel de eerste 50 meter vanaf de rooilijn komt in aanmerking voor | [spatial]; 4° seuls les 50 premiers mètres à partir de l'alignement entrent en |
ligne de compte pour les dommages résultant de la planification | |
planschade. | spatiale. |
Het criterium, vermeld in het eerste lid, 1°, geldt evenwel niet voor | Le critère visé au premier alinéa, 1°, ne s'applique toutefois pas aux |
parcelles sur lesquelles sont situés les bâtiments d'entreprise et | |
de percelen waarop de bedrijfsgebouwen en de exploitantenwoning van | l'habitation des exploitants d'une entreprise agricole ou horticole |
een bestaand land- of tuinbouwbedrijf gelegen zijn ». | existante ». |
B.1.4. Die versie van artikel 2.6.1, § 3, van de VCRO verschilt niet | B.1.4. Cette version de l'article 2.6.1, § 3, du Code flamand de |
l'aménagement du territoire ne diffère pas de l'article 84, § 3, | |
van het opgeheven artikel 84, § 3, van het decreet van 18 mei 1999 « | abrogé, du décret du 18 mai 1999 « portant organisation de |
houdende de organisatie van de ruimtelijke ordening » (hierna : het | l'aménagement du territoire » (ci-après : le décret du 18 mai 1999). |
DRO). De parlementaire voorbereiding van artikel 84, § 3, van het DRO | Les travaux préparatoires de l'article 84, § 3, du décret du 18 mai |
vermeldt : | 1999 mentionnent ce qui suit : |
« § 3. In deze paragraaf worden een aantal bijkomende criteria bepaald | « § 3. Le présent paragraphe précise un certain nombre de critères |
supplémentaires auxquels il doit être satisfait de manière cumulative | |
waaraan cumulatief dient te zijn voldaan opdat een perceel in | pour qu'une parcelle puisse entrer en ligne de compte en vue d'une |
aanmerking kan komen voor planschadevergoeding. Deze voorwaarden | indemnité de réparation des dommages résultant de la planification |
worden gesteld omdat de planschadevergoeding enkel wordt verleend voor | spatiale. Ces conditions sont fixées parce que l'indemnité de dommages |
résultant de la planification spatiale n'est accordée que pour des | |
percelen die het karakter van bouwgrond hebben. | parcelles ayant le caractère de terrain à bâtir. |
Onder punt 2 wordt de voorwaarde gesteld dat het perceel | Le point 2 pose la condition que la parcelle soit constructible, du |
stedenbouwkundig en technisch voor bebouwing in aanmerking moet komen. | point de vue urbanistique et technique. Il est évidemment possible de |
Het is natuurlijk mogelijk op elke grond te bouwen, maar daarom | bâtir sur tous les terrains, mais ceux-ci n'acquièrent pas pour autant |
verkrijgt de grond nog niet het karakter van bouwgrond. In de | le statut de terrain à bâtir. La jurisprudence et la doctrine |
heersende rechtspraak en rechtsleer is reeds op bevredigende wijze | dominantes confèrent d'ores et déjà à ce critère un contenu |
invulling gegeven aan dit criterium. Gronden die van nature niet | satisfaisant. Sont exclus les terrains qui, par nature, ne conviennent |
geschikt zijn om erop te bouwen, tenzij door er op kunstmatige wijze | pas à la construction, à moins d'en changer le caractère de manière |
het karakter ervan te veranderen om de grond bouwrijp te maken, worden | artificielle afin de rendre le terrain constructible. |
uitgesloten. Onder punt 3 wordt uitdrukkelijk de voorwaarde gesteld dat het perceel moet gelegen zijn binnen een bebouwbare zone zoals bepaald in een plan van aanleg of ruimtelijk uitvoeringsplan. Percelen die in een plan van aanleg of uitvoeringsplan reeds gereserveerd werden voor andere doeleinden dan bebouwing, bijvoorbeeld groene ruimten, worden uitgesloten. De voorwaarden vermeld onder punt 2, met name de vereiste van ligging aan een voldoende uitgeruste weg, is niet van toepassing op het bekomen van een planschadevergoeding voor bestaande landbouwbedrijven en hun exploitantenwoning, gezien deze gebouwen wegens hun aard niet altijd voldoen aan die voorwaarde. Alleen de eerste vijftig meter vanaf de rooilijn komt in aanmerking voor een planschadevergoeding (punt 4). Deze beperking vloeit enerzijds reeds voort uit de vereiste van ligging aan een voldoende | Le point 3 exige explicitement que la parcelle soit située dans une zone constructible, fixée dans un plan d'aménagement ou dans un plan d'exécution spatial. Sont exclues les parcelles qui ont déjà été réservées, dans un plan d'aménagement ou un plan d'exécution spatial, à d'autres fins que la construction, par exemple les espaces verts. La condition mentionnée au point 2, à savoir que la parcelle soit adjacente à une voie suffisamment équipée, ne s'applique pas à l'obtention d'une indemnité de réparation de dommages résultant de la planification spatiale pour les entreprises agricoles existantes et leur siège d'exploitation, étant donné que, par nature, ces bâtiments ne remplissent pas toujours cette condition. Seuls les cinquante premiers mètres à partir de l'alignement entrent en ligne de compte pour une indemnité de réparation des dommages résultant de la planification spatiale (point 4). Cette limitation découle d'une part déjà de l'exigence de situation le long d'une voie |
uitgeruste weg, en is overgenomen uit de analyse van de heersende | suffisamment équipée et est tirée de l'analyse de la jurisprudence |
rechtspraak die hieruit de 50 meter-regel ontwikkelde. De diepte van | dominante qui en a déduit la règle des 50 mètres. La profondeur de 50 |
50 meter vanaf de rooilijn is de algemeen gangbare bouwdiepte. De | mètres à partir de l'alignement est la profondeur de construction |
habituelle. Les terrains de fond qui sont situés au-delà de la | |
achterliggende gronden die zich verder dan de eerste strook van 50 | première bande de 50 mètres n'entrent pas en ligne de compte pour une |
meter situeren komen niet voor planschadevergoeding in aanmerking (zie | indemnité de réparation des dommages résultant de la planification |
onder meer Hof van Cassatie, nr. 7028, 30 november 1990) » (Parl. St., | spatiale (voyez, entre autres, Cour de cassation, n° 7028, 30 novembre |
Vlaams Parlement, 1998-1999, nr. 1332/1, p. 46). | 1990) » (Doc. parl., Parlement flamand, 1998-1999, n° 1332/1, p. 46). |
B.1.5. Bij zijn arrest nr. 140/2016 van 10 november 2016 heeft het Hof | B.1.5. Par son arrêt n° 140/2016 du 10 novembre 2016, la Cour s'est |
zich uitgesproken over de bestaanbaarheid van de artikelen 2.6.1, § 3, | prononcée sur la compatibilité des articles 2.6.1, § 3, 4°, et 2.6.2, |
4°, en 2.6.2, § 2, eerste lid, van de VCRO met de artikelen 10, 11 en | § 2, alinéa 1er, du Code flamand de l'aménagement du territoire avec |
16 van de Grondwet, al dan niet in samenhang gelezen met artikel 1 van | les articles 10, 11 et 16 de la Constitution, lus en combinaison ou |
het Eerste Aanvullend Protocol bij het Europees Verdrag voor de | non avec l'article 1er du Premier Protocole additionnel à la |
rechten van de mens. | Convention européenne des droits de l'homme. |
Het Hof oordeelde in dat arrest : | Par cet arrêt, la Cour a jugé : |
« B.16. En prévoyant que l'indemnisation des dommages résultant de la | |
« B.16. Door te bepalen dat de planschadevergoeding 80 pct. van de | planification spatiale s'élève à 80 % de la moins-value et est limitée |
waardevermindering bedraagt en beperkt wordt tot de eerste vijftig | aux cinquante premiers mètres à partir de l'alignement, le législateur |
décrétal n'a, en principe, pas pris une mesure qui serait | |
meter vanaf de rooilijn, heeft de decreetgever in beginsel geen | manifestement disproportionnée au but qu'il poursuit ou qui puisse |
maatregel genomen die kennelijk onevenredig is met het door hem | être considérée comme une atteinte illicite au droit de propriété, en |
beoogde doel of die kan worden beschouwd als een krachtens artikel 1 | vertu de l'article 1 du Premier Protocole additionnel à la Convention |
van het Eerste Aanvullend Protocol bij het Europees Verdrag voor de | européenne des droits de l'homme. |
rechten van de mens ongeoorloofde inbreuk op het eigendomsrecht. | En effet, la double limitation du montant de l'indemnisation des |
Immers, de dubbele beperking van de hoegrootheid van de | dommages résultant de la planification spatiale est liée à la |
planschadevergoeding hangt samen met de voorwaarde dat een | condition qu'une telle indemnisation soit uniquement accordée au |
planschadevergoeding enkel toekomt aan de eigenaar van een bouwgrond, | propriétaire d'un terrain à bâtir, qui doit en outre avoir subi un |
die bovendien een zekere, actuele en objectief vaststelbare schade | dommage certain, actuel et objectivement déterminable et qui n'est |
moet hebben geleden en die slechts deels wordt vergoed, als | indemnisé que partiellement, à titre de compensation pour la |
tegemoetkoming voor de principiële niet-vergoedbaarheid van | non-indemnisation de principe des servitudes d'utilité publique. |
erfdienstbaarheden tot algemeen nut. | C'est au législateur décrétal qu'il appartient de déterminer les cas |
Het komt de decreetgever toe de gevallen te bepalen waarin een | dans lesquels une limitation du droit de propriété donne lieu à une |
beperking van het eigendomsrecht tot een vergoeding aanleiding geeft en hij beschikt te dezen over een ruime beoordelingsvrijheid. In de regel, en inzonderheid in woongebieden, wordt aldus geen onevenredige last opgelegd aan de eigenaars van bouwgronden, nu veelal niet dieper dan vijftig meter vanaf de rooilijn kan worden gebouwd. Anders is het evenwel voor de gronden gelegen in andere gebieden dan woongebieden zoals in industriegebieden, gebieden voor ambachtelijke bedrijven, gebieden voor kleine en middelgrote ondernemingen en andere gebieden die bestemd zijn om gebouwen met een grotere bouwdiepte te | indemnisation et il dispose en l'espèce d'un large pouvoir d'appréciation. En règle générale, et particulièrement en zone d'habitat, aucune charge disproportionnée n'est donc imposée aux propriétaires de terrains à bâtir, puisque l'on ne peut, d'ordinaire, construire sur une profondeur supérieure à cinquante mètres à partir de l'alignement. Il en va autrement toutefois pour les terrains situés dans des zones autres que les zones d'habitat telles que les zones industrielles, les zones artisanales, les zones pour petites et moyennes entreprises et d'autres zones qui sont destinées à accueillir des bâtiments d'une profondeur de construction plus importante. Dans un tel cas, la |
ontvangen. Een beperking van de planschadevergoeding tot de eerste | limitation de l'indemnisation des dommages résultant de la |
vijftig meter vanaf de rooilijn is in een zodanig geval niet in | planification spatiale aux cinquante premiers mètres à partir de |
redelijkheid verantwoord ». | l'alignement n'est pas raisonnablement justifiée ». |
Het Hof besloot : | La Cour conclut : |
« - Artikel 2.6.1, § 3, 4°, van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening | « - L'article 2.6.1, § 3, 4°, du Code flamand de l'aménagement du |
schendt de artikelen 10, 11 en 16 van de Grondwet, in samenhang | territoire viole les articles 10, 11 et 16 de la Constitution, |
gelezen met artikel 1 van het Eerste Aanvullend Protocol bij het | combinés avec l'article 1 du Premier Protocole additionnel à la |
Europees Verdrag voor de rechten van de mens, doch uitsluitend voor | Convention européenne des droits de l'homme, mais uniquement en ce qui |
wat betreft gronden gelegen in andere gebieden dan woongebieden zoals | concerne des terrains situés dans des zones autres que des zones |
in industriegebieden, gebieden voor ambachtelijke bedrijven, gebieden | d'habitat, telles que des zones industrielles, des zones artisanales, |
voor kleine en middelgrote ondernemingen en andere gebieden die op de | des zones pour petites et moyennes entreprises et d'autres zones qui, |
dag voorafgaand aan de inwerkingtreding van het definitieve plan | la veille de l'entrée en vigueur du plan définitif imposant une |
waarbij een bouwverbod wordt opgelegd, bestemd waren om gebouwen te | interdiction de bâtir, étaient destinées à accueillir des bâtiments |
ontvangen met een bouwdiepte van meer dan 50 meter vanaf de rooilijn. | d'une profondeur de construction supérieure à 50 mètres à partir de l'alignement. |
- Artikel 2.6.2, § 2, van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening | - L'article 2.6.2, § 2, du Code flamand de l'aménagement du territoire |
schendt niet de artikelen 10, 11 en 16 van de Grondwet, al dan niet in | ne viole pas les articles 10, 11 et 16 de la Constitution, combinés ou |
samenhang gelezen met artikel 1 van het Eerste Aanvullend Protocol bij | non avec l'article 1 du Premier Protocole additionnel à la Convention |
het Europees Verdrag voor de rechten van de mens ». | européenne des droits de l'homme ». |
B.1.6. In navolging van dat arrest heeft de decreetgever, bij artikel | B.1.6. A la suite de cet arrêt, le législateur décrétal a, par |
48 van het decreet van 8 december 2017, artikel 2.6.1, § 3, 4°, van de | l'article 48 du décret du 8 décembre 2017, remplacé l'article 2.6.1, § |
VCRO als volgt vervangen : | 3, 4°, du Code flamand de l'aménagement du territoire comme suit : |
« in gebieden die ressorteren onder de gebiedsbestemming ' woongebied | « dans les zones qui relèvent de l'affectation de zone ' zone |
', vermeld in artikel 5 van het koninklijk besluit van 28 december | d'habitat ', visée à l'article 5 de l'arrêté royal du 28 décembre 1972 |
1972 betreffende de inrichting en de toepassing van de | relatif à la présentation et à la mise en oeuvre des projets de plans |
ontwerp-gewestplannen en de gewestplannen, of die ressorteren onder de | et des plans de secteur, ou qui relèvent de la catégorie d'affectation |
categorie van gebiedsaanduiding ' wonen ', vermeld in artikel 2.2.6, § | de zone ' habitation ', visée à l'article 2.2.6, § 2, alinéa 2, 1°, |
2, tweede lid, 1°, komt enkel de eerste 50 meter vanaf de rooilijn in | seuls les 50 premiers mètres à partir de l'alignement sont pris en |
aanmerking voor planschade ». | compte pour les dommages résultant de la planification spatiale ». |
Artikel 5 van het koninklijk besluit van 28 december 1972 « | L'article 5 de l'arrêté royal du 28 décembre 1972 « relatif à la |
betreffende de inrichting en de toepassing van de | présentation et à la mise en oeuvre des projets de plans et des plans |
ontwerp-gewestplannen en gewestplannen », waarnaar in die bepaling | de secteur », auquel cette disposition se réfère, dispose : |
wordt verwezen, luidt : « 1. De woongebieden : 1.0. De woongebieden zijn bestemd voor wonen, alsmede voor handel, dienstverlening, ambacht en kleinbedrijf voor zover deze taken van bedrijf om redenen van goede ruimtelijke ordening niet in een daartoe aangewezen gebied moeten worden afgezonderd, voor groene ruimten, voor sociaal-culturele inrichtingen, voor openbare nutsvoorzieningen, voor toeristische voorzieningen, voor agrarische bedrijven. Deze bedrijven, voorzieningen en inrichtingen mogen echter maar worden toegestaan voor zover ze verenigbaar zijn met de onmiddellijke omgeving. 1.1. De woonuitbreidingsgebieden zijn uitsluitend bestemd voor groepswoningbouw zolang de bevoegde overheid over de ordening van het gebied niet heeft beslist, en zolang, volgens het geval, ofwel die overheid geen besluit tot vastlegging van de uitgaven voor de voorzieningen heeft genomen, ofwel omtrent deze voorzieningen geen met waarborgen omklede verbintenis is aangegaan door de promotor ». | « 1. Les zones d'habitat : 1.0. Les zones d'habitat sont les zones destinées à la résidence ainsi qu'aux activités de commerce, de service, l'artisanat et de petite industrie, pour autant qu'elles ne doivent pas être isolées dans une zone prévue à cet effet pour des raisons de bon aménagement aux espaces verts, aux établissements socioculturels, aux équipements de service public, aux équipements touristiques, aux exploitations agricoles. Ces installations, établissements équipements ne peuvent toutefois être autorisés que pour autant qu'ils soient compatibles avec le voisinage immédiat. 1.1. Les zones d'extension de l'habitat sont réservées exclusivement à la construction groupée d'habitations tant que l'autorité compétente ne s'est pas prononcée sur l'aménagement de la zone et que, selon le cas, soit ladite autorité n'a pas pris de décision d'engagement des dépenses relatives aux équipements, soit que ces derniers n'ont pas fait l'objet d'un engagement accompagné de garantie de la part du promoteur ». |
Het eveneens in die bepaling vermelde artikel 2.2.6, § 2, tweede lid, | L'article 2.2.6, § 2, alinéa 2, 1°, également mentionné dans cette |
1°, van de VCRO bepaalt : | disposition, du Code flamand de l'aménagement du territoire dispose : |
« Een stedenbouwkundig voorschrift in een ruimtelijk uitvoeringsplan | « Une prescription urbanistique d'un plan d'exécution spatial relève à |
ressorteert op elk moment onder een categorie of een subcategorie van | tout moment d'une catégorie ou d'une sous-catégorie d'affectation de |
gebiedsaanduiding. | zone. |
De gebiedsaanduiding bestaat uit de volgende categorieën : | L'affectation de zone comporte les catégories suivantes : |
1° wonen. Deze categorie bestaat ten minste uit de volgende | 1° habitat. Cette catégorie comporte au moins les sous-catégories |
subcategorieën van gebiedsaanduiding : | d'affectation de zone suivantes : |
a) woongebied : in hoofdzaak bestemd voor wonen en aan wonen verwante | a) zone d'habitat : principalement destinée à l'habitat et aux |
activiteiten en voorzieningen; | activités et infrastructures connexes de l'habitat; |
b) gebied voor wonen en voor landbouw : in hoofdzaak bestemd voor | b) zone d'habitat et agricole : principalement destinée à l'habitat, à |
wonen, landbouw, openbare groene ruimten en openbare verharde ruimten | l'agriculture, aux espaces verts publics et aux espaces publics |
en aan wonen verwante activiteiten ». | empierrés ainsi qu'aux activités connexes de l'habitat ». |
Le législateur décrétal a souligné qu'il s'agit, « par le biais de la | |
De decreetgever benadrukte dat het « door de verwijzing naar art. 5 | référence à l'article 5 de l'arrêté royal de 1972, des zones d'habitat |
van het KB van 1972 gaat [...] om woongebieden in de ruime zin, d.w.z. | au sens large, c'est-à-dire que les zones d'habitat ' ordinaires ', |
dat ' gewone ' woongebieden maar bijv. ook landelijk woongebied, | mais par exemple également la zone d'habitat rurale, les parcs |
woonparken e.d. er onder vallen, én ook de woonuitbreidingsgebieden | résidentiels etc., sont comprises, de même que les zones d'extension |
(in de mate dat voor dergelijk gebied een planschadevergoeding zou | de l'habitat (pour autant qu'une indemnisation des dommages résultant |
kunnen worden verkregen) » (Parl. St., Vlaams Parlement, 2016-2017, | de la planification spatiale puisse être obtenue pour une telle zone) |
nr. 1149/1, p. 81). | » (Doc. parl, Parlement flamand, 2016-2017, n° 1149/1, p. 81). |
Ten gronde | Quant au fond |
B.2. De verwijzende rechter wenst van het Hof te vernemen of artikel | B.2. Le juge a quo demande à la Cour si l'article 2.6.1, § 3, 4°, du |
2.6.1, § 3, 4°, van de VCRO, zoals het werd vervangen bij artikel 48 | Code flamand de l'aménagement du territoire, tel qu'il a été remplacé |
van het decreet van 8 december 2017, de artikelen 10, 11 en 16 van de | par l'article 48 du décret du 8 décembre 2017, viole les articles 10, |
Grondwet, in samenhang gelezen met artikel 1 van het Eerste Aanvullend | 11 et 16 de la Constitution, lus en combinaison avec l'article 1er du |
Protocol bij het Europees Verdrag voor de rechten van de mens, | Premier Protocole additionnel à la Convention européenne des droits de |
schendt, in zoverre die bepaling van toepassing is op « gronden | l'homme, en ce que cette disposition est applicable aux « terrains |
gelegen in woonuitbreidingsgebied, die op de dag voorafgaand aan de | situés dans une zone d'extension d'habitat qui, la veille de l'entrée |
inwerking van het definitieve plan waarbij een bouwverbod wordt | en vigueur du plan définitif imposant une interdiction de construire, |
opgelegd, bestemd waren om gebouwen te ontvangen met een bouwdiepte | étaient destinés à accueillir des bâtiments d'une profondeur de |
van meer dan 50 meter vanaf de rooilijn ». | construction supérieure à 50 mètres à partir de l'alignement ». |
B.3.1. Het beginsel van gelijkheid en niet-discriminatie sluit niet | B.3.1. Le principe d'égalité et de non-discrimination n'exclut pas |
uit dat een verschil in behandeling tussen categorieën van personen | qu'une différence de traitement soit établie entre des catégories de |
wordt ingesteld, voor zover dat verschil op een objectief criterium | personnes, pour autant qu'elle repose sur un critère objectif et |
berust en het redelijk verantwoord is. | qu'elle soit raisonnablement justifiée. |
Het bestaan van een dergelijke verantwoording moet worden beoordeeld | L'existence d'une telle justification doit s'apprécier en tenant |
rekening houdend met het doel en de gevolgen van de betwiste maatregel | compte du but et des effets de la mesure critiquée ainsi que de la |
en met de aard van de ter zake geldende beginselen; het beginsel van | nature des principes en cause; le principe d'égalité et de |
gelijkheid en niet-discriminatie is geschonden wanneer vaststaat dat | non-discrimination est violé lorsqu'il est établi qu'il n'existe pas |
er geen redelijk verband van evenredigheid bestaat tussen de | de rapport raisonnable de proportionnalité entre les moyens employés |
aangewende middelen en het beoogde doel. | et le but visé. |
B.3.2. Artikel 16 van de Grondwet bepaalt : | B.3.2. L'article 16 de la Constitution dispose : |
« Niemand kan van zijn eigendom worden ontzet dan ten algemenen nutte, | « Nul ne peut être privé de sa propriété que pour cause d'utilité |
in de gevallen en op de wijze bij de wet bepaald en tegen billijke en | publique, dans les cas et de la manière établis par la loi, et |
voorafgaande schadeloosstelling ». | moyennant une juste et préalable indemnité ». |
Artikel 1 van het Eerste Aanvullend Protocol bij het Europees Verdrag | L'article 1er du Premier Protocole additionnel à la Convention |
voor de rechten van de mens bepaalt : « Alle natuurlijke of rechtspersonen hebben recht op het ongestoord genot van hun eigendom. Niemand zal van zijn eigendom worden beroofd behalve in het algemeen belang en met inachtneming van de voorwaarden neergelegd in de wet en in de algemene beginselen van het internationaal recht. De voorgaande bepalingen zullen echter op geen enkele wijze het recht aantasten dat een Staat heeft om die wetten toe te passen welke hij noodzakelijk oordeelt om toezicht uit te oefenen op het gebruik van eigendom in overeenstemming met het algemeen belang of om de betaling van belastingen of andere heffingen en boeten te verzekeren ». | européenne des droits de l'homme dispose : « Toute personne physique ou morale a droit au respect de ses biens. Nul ne peut être privé de sa propriété que pour cause d'utilité publique et dans les conditions prévues par la loi et les principes généraux du droit international. Les dispositions précédentes ne portent pas atteinte au droit que possèdent les Etats de mettre en vigueur les lois qu'ils jugent nécessaires pour réglementer l'usage des biens conformément à l'intérêt général ou pour assurer le paiement des impôts ou d'autres contributions ou des amendes ». |
B.3.3. Aangezien die internationaalrechtelijke bepaling een | B.3.3. Cette disposition de droit international ayant une portée |
draagwijdte heeft die analoog is met die van artikel 16 van de | analogue à celle de l'article 16 de la Constitution, les garanties |
Grondwet, vormen de erin vervatte waarborgen een onlosmakelijk geheel | |
met diegene die zijn opgenomen in die grondwetsbepaling, zodat het | qu'elle contient forment un ensemble indissociable avec celles qui |
Hof, bij zijn toetsing van de in het geding zijnde bepaling, rekening | sont inscrites dans cette disposition constitutionnelle, de sorte que |
houdt met de eerstgenoemde. | la Cour en tient compte lors de son contrôle de la disposition en |
B.3.4. Artikel 1 van het voormelde Protocol biedt niet alleen | cause. B.3.4. L'article 1er du Protocole précité offre une protection non |
bescherming tegen een onteigening of een eigendomsberoving (eerste | seulement contre une expropriation ou une privation de propriété |
alinea, tweede zin), maar ook tegen elke verstoring van het genot van | (premier alinéa, seconde phrase) mais également contre toute ingérence |
de eigendom (eerste alinea, eerste zin) en elke regeling van het | dans le droit au respect des biens (premier alinéa, première phrase) |
gebruik van de eigendom (tweede alinea). | et contre toute réglementation de l'usage des biens (second alinéa). |
De beperking van het eigendomsrecht als gevolg van een ruimtelijk | La limitation du droit de propriété découlant d'un plan d'exécution |
uitvoeringsplan (hierna : RUP) regelt « het gebruik van eigendom in | spatial règle « l'usage des biens conformément à l'intérêt général », |
overeenstemming met het algemeen belang » in de zin van de tweede | au sens du second alinéa de l'article 1er du Premier Protocole |
alinea van artikel 1 van het Eerste Aanvullend Protocol en valt dus | additionnel, et relève donc du champ d'application de cette |
onder het toepassingsgebied van die verdragsbepaling, in samenhang gelezen met artikel 16 van de Grondwet. | disposition conventionnelle, lue en combinaison avec l'article 16 de la Constitution. |
B.3.5. Elke inmenging in het eigendomsrecht moet een billijk evenwicht | B.3.5. Toute ingérence dans le droit de propriété doit réaliser un |
vertonen tussen de vereisten van het algemeen belang en die van de bescherming van het recht op het ongestoord genot van de eigendom. Er moet een redelijk verband van evenredigheid bestaan tussen de aangewende middelen en het nagestreefde doel. B.4.1. Het enkele feit dat de overheid in het algemeen belang beperkingen oplegt aan het eigendomsrecht, heeft niet tot gevolg dat zij tot schadeloosstelling is gehouden. Uit de vestiging van een door of krachtens een wettelijke bepaling opgelegde erfdienstbaarheid tot algemeen nut of van een beperking van het eigendomsrecht in het algemeen belang vloeit in beginsel voor de eigenaar van het bezwaarde onroerend goed geen recht op vergoeding | juste équilibre entre les impératifs de l'intérêt général et ceux de la protection du droit au respect des biens. Il faut qu'existe un rapport raisonnable de proportionnalité entre les moyens employés et le but poursuivi. B.4.1. Le seul fait que l'autorité impose des restrictions au droit de propriété dans l'intérêt général n'a pas pour conséquence qu'elle soit tenue à indemnisation. L'établissement, par ou en vertu d'une disposition législative, d'une servitude d'utilité publique ou d'une restriction au droit de propriété dans l'intérêt général, ne confère, en principe, pas un droit à indemnisation au propriétaire de l'immeuble grevé (Cass., 16 |
voort (Cass., 16 maart 1990, Arr. Cass., 1989-1990, nr. 427; EHRM, 25 | mars 1990, Pas., 1990, I, n° 427; CEDH, 25 juin 2015, Couturon c. |
juni 2015, Couturon t. Frankrijk, § § 34 tot 43). | France, § § 34 à 43). |
Evenzo, « wanneer een maatregel inzake de regeling van het gebruik van | De même, « lorsqu'une mesure de réglementation de l'usage des biens |
de goederen in het geding is, is de niet-vergoeding een van de | est en cause, l'absence d'indemnisation est l'un des facteurs à |
factoren waarmee rekening moet worden gehouden om te bepalen of een | prendre en compte pour établir si un juste équilibre a été respecté, |
billijk evenwicht in acht is genomen, maar zij zou op zich geen | mais elle ne saurait, à elle seule, être constitutive d'une violation |
schending van artikel 1 van het Eerste Protocol kunnen inhouden » | de l'article 1 du Protocole n° 1 » (voir notamment CEDH, grande |
(zie, met name, EHRM, grote kamer, 29 maart 2010, Depalle t. | chambre, 29 mars 2010, Depalle c. France, § 91; 26 avril 2011, Antunes |
Frankrijk, § 91; 26 april 2011, Antunes Rodrigues t. Portugal, § 32). | Rodrigues c. Portugal, § 32). |
In geval van een overdreven verstoring van het ongestoord genot van | En cas d'atteinte excessive au droit au respect des biens, cette |
het eigendomsrecht kan die last evenwel niet zonder een redelijke | charge ne peut toutefois être imposée à un propriétaire sans une |
vergoeding van de waardevermindering van het perceel, aan een eigenaar | indemnisation raisonnable de la perte de valeur de la parcelle (CEDH, |
worden opgelegd (EHRM, 19 juli 2011, Varfis t. Griekenland). | 19 juillet 2011, Varfis c. Grèce). |
B.4.2. Het bepalen van de gevallen waarin een beperking van het | B.4.2. C'est au législateur compétent qu'il appartient de déterminer |
eigendomsrecht tot een vergoeding aanleiding kan geven en de | les cas dans lesquels une limitation du droit de propriété peut donner |
voorwaarden waaronder die vergoeding kan worden toegekend, is een | lieu à une indemnité et les conditions auxquelles cette indemnité peut |
keuze die aan de bevoegde wetgever toekomt, onder voorbehoud van de | être octroyée, sous réserve du contrôle exercé par la Cour quant au |
toetsing door het Hof ten aanzien van de redelijkheid en de evenredigheid van de genomen maatregel. | caractère raisonnable et proportionné de la mesure prise. |
B.5. De decreetgever heeft ervoor gekozen om een regeling in te | B.5. Le législateur décrétal a choisi d'instaurer un régime |
stellen inzake vergoeding van de waardeverminderingen die verband | d'indemnisation des moins-values liées à une interdiction de bâtir ou |
houden met een bouw- of verkavelingsverbod dat voortvloeit uit een | de lotir résultant d'un plan d'exécution spatial lorsque cette |
RUP, wanneer dat verbod ertoe leidt dat een perceel niet meer in | interdiction a pour conséquence qu'une parcelle ne peut plus faire |
aanmerking komt voor een vergunning om te bouwen of te verkavelen, | l'objet d'un permis de bâtir ou de lotir, alors qu'elle le pouvait |
terwijl het de dag voorafgaand aan de inwerkingtreding van dat plan | encore la veille de l'entrée en vigueur de ce plan (article 2.6.1, § § |
wel in aanmerking kwam voor een vergunning om te bouwen of te | |
verkavelen (artikel 2.6.1, § § 1 en 2, van de VCRO). | 1er et 2, du Code flamand de l'aménagement du territoire). |
B.6. Hoewel niet kan worden betwist dat de decreetgever binnen het | B.6. S'il est indiscutable que le législateur décrétal peut, dans le |
kader van een ruime beoordelingsmarge de bevoegdheid heeft om te bepalen onder welke voorwaarden iemand recht heeft op een planschadevergoeding, dient te worden onderzocht of die voorwaarden geen onevenredige gevolgen hebben voor de betrokken eigenaars. B.7.1. Zoals het Hof bij zijn arrest nr. 140/2016 heeft geoordeeld, heeft de decreetgever, door te bepalen dat de planschadevergoeding wordt beperkt tot de eerste vijftig meter vanaf de rooilijn, in beginsel geen maatregel genomen die kennelijk onevenredig is met het door hem beoogde doel of die kan worden beschouwd als een krachtens artikel 1 van het Eerste Aanvullend Protocol bij het Europees Verdrag voor de rechten van de mens ongeoorloofde inbreuk op het eigendomsrecht. Immers, de beperking van de hoegrootheid van de planschadevergoeding hangt samen met de voorwaarde dat een planschadevergoeding enkel toekomt aan de eigenaar van een bouwgrond, die bovendien een zekere, actuele en objectief vaststelbare schade moet hebben geleden en die slechts deels wordt vergoed. Aldus werd tijdens de totstandkoming van de planschadevergoeding benadrukt dat « winstderving uitdrukkelijk van | cadre de son large pouvoir d'appréciation, fixer les conditions à remplir pour bénéficier d'une indemnisation des dommages résultant de la planification spatiale, il convient d'examiner si ces conditions n'ont pas des conséquences disproportionnées pour les propriétaires concernés. B.7.1. Comme la Cour l'a jugé par son arrêt n° 140/2016, le législateur décrétal, en prévoyant que l'indemnisation des dommages résultant de la planification spatiale est limitée aux cinquante premiers mètres à partir de l'alignement, n'a, en principe, pas pris une mesure qui serait manifestement disproportionnée au but qu'il poursuit ou qui puisse être considérée comme une atteinte illicite au droit de propriété, en vertu de l'article 1er du Premier Protocole additionnel à la Convention européenne des droits de l'homme. En effet, la limitation du montant de l'indemnisation des dommages résultant de la planification spatiale est liée à la condition qu'une telle indemnisation soit uniquement accordée au propriétaire d'un terrain à bâtir, qui doit en outre avoir subi un dommage certain, actuel et objectivement déterminable et qui n'est indemnisé que partiellement. Au cours de l'élaboration de l'indemnisation des dommages résultant de la planification spatiale, il a été souligné que « le législateur [...] a formellement exclu de l'indemnisation le |
vergoeding [is] uitgesloten » (Parl. St., Senaat, 1968-1969, nr. 559, | manque à gagner » (Doc. parl., Sénat, 1968-1969, n° 559, p. 24), étant |
p. 24) aangezien de regeling niet beoogt bij te dragen tot « het | donné que la réglementation ne vise pas à contribuer à « réaliser des |
verzilveren van meerwaarden, die ofwel van toevallige ofwel van | plus-values de nature occasionnelle ou spéculative » (Doc. parl., |
speculatieve aard zijn » (Parl. St., Kamer, 1977-1978, nr. 113/1, p. | Chambre, 1977-1978, n° 113/1, p. 55). |
55). Het komt de decreetgever toe de gevallen te bepalen waarin een | C'est au législateur décrétal qu'il appartient de déterminer les cas |
beperking van het eigendomsrecht tot een vergoeding aanleiding geeft | dans lesquels une limitation du droit de propriété donne lieu à une |
en hij beschikt te dezen over een ruime beoordelingsvrijheid. Het Hof | indemnisation et il dispose en l'espèce d'un large pouvoir |
dient evenwel te beoordelen of de decreetgever zijn | d'appréciation. La Cour doit cependant examiner si le législateur |
beoordelingsbevoegdheid niet te buiten is gegaan door een onevenredige | décrétal n'a pas excédé son pouvoir d'appréciation en imposant une |
last op te leggen aan de eigenaars van bouwgronden in | charge excessive aux propriétaires de terrains à bâtir situés dans une |
woonuitbreidingsgebieden. | zone d'extension de l'habitat. |
B.7.2. Woonuitbreidingsgebieden zijn reservezones van het woongebied, | B.7.2. Les zones d'extension de l'habitat sont des zones de réserve de |
waarin het accent op het wonen ligt alsmede op de functies die behoren | la zone d'habitat, où l'accent est mis sur l'habitat ainsi que sur les |
tot de normale uitrusting van het woongebied (omzendbrief van 8 juli | fonctions qui relèvent de l'équipement normal de la zone d'habitat |
1997 « betreffende de inrichting en de toepassing van de | (circulaire du 8 juillet 1997 « portant création et application des |
ontwerp-gewestplanen en gewestplannen », pp. 8-9). Zij dienen als | projets de plans de secteur et des plans de secteur », pp. 8-9). En |
uitzonderingsgebied gevrijwaard te blijven zolang er nog voldoende | tant que zones exceptionnelles, elles doivent être préservées tant |
ruimte is voor woningbouw in de eigenlijke woongebieden. Het komt | qu'il reste suffisamment d'espace pour la construction d'habitations |
daarbij in eerste instantie aan de overheid toe om in het kader van | dans les véritables zones d'habitat. Il appartient en premier lieu aux |
haar ruimtelijk beleid het woonuitbreidingsgebied te ordenen. Zolang | autorités d'aménager la zone d'extension de l'habitat dans le cadre de |
de bevoegde overheid niet heeft beslist tot het ordenen van het gebied | sa politique de l'aménagement du territoire. Tant que l'autorité |
dat bestemd is als woonuitbreidingsgebied, geldt dat het gebied | compétente n'a pas décidé d'aménager la zone affectée comme zone |
uitsluitend bestemd is voor groepswoningbouw (Raad voor | d'extension de l'habitat, la zone a pour affectation exclusive la |
construction groupée d'habitations (Conseil pour les contestations des | |
Vergunningsbetwistingen, nr. A/1718/0255 van 21 november 2017, p. 15). | autorisations, n° A/1718/0255 du 21 novembre 2017, p. 15). |
Vermits in woonuitbreidingsgebieden het accent op het wonen ligt, | Etant donné que, dans les zones d'extension de l'habitat, l'accent est |
vermocht de decreetgever te oordelen dat de gronden gelegen in die | mis sur l'habitat, le législateur décrétal a pu considérer que les |
gebieden - zoals de gronden gelegen in de effectieve woongebieden - niet het voorwerp dienen uit te maken van een vergoeding voorbij vijftig meter vanaf de rooilijn. Het feit dat woonuitbreidingsgebieden uitsluitend bestemd zijn voor groepswoningbouw zolang de bevoegde overheid niet over de ordening van het gebied heeft beslist, leidt ter zake niet tot een ander besluit. De in het geding zijnde beperking van de planschadevergoeding legt dan ook geen onevenredige last op aan de eigenaars van bouwgronden in woonuitbreidingsgebieden. B.7.3. De in het geding zijnde bepaling doet geen afbreuk aan de | terrains situés dans ces zones - comme les terrains situés dans les véritables zones d'habitat - ne devaient pas faire l'objet d'une indemnisation au-delà de cinquante mètres à partir de l'alignement. Le fait que les zones d'extension de l'habitat sont exclusivement affectées à la construction groupée d'habitations tant que l'autorité compétente n'a pas réglé l'aménagement de la zone, n'aboutit pas à une autre conclusion en l'espèce. La limitation en cause de l'indemnisation des dommages résultant de la planification spatiale n'impose dès lors pas de charge excessive aux propriétaires de terrains à bâtir situés dans des zones d'extension de l'habitat. B.7.3. La disposition en cause ne porte pas atteinte aux articles 10, |
artikelen 10, 11 en 16 van de Grondwet, in samenhang gelezen met | 11 et 16 de la Constitution, lus en combinaison avec l'article 1er du |
artikel 1 van het Eerste Aanvullend Protocol bij het Europees Verdrag | Premier Protocole additionnel à la Convention européenne des droits de |
voor de rechten van de mens. | l'homme. |
Om die redenen, | Par ces motifs, |
het Hof | la Cour |
zegt voor recht : | dit pour droit : |
Artikel 2.6.1, § 3, 4°, van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening | L'article 2.6.1, § 3, 4°, du Code flamand de l'aménagement du |
schendt niet de artikelen 10, 11 en 16 van de Grondwet, in samenhang | territoire ne viole pas les articles 10, 11 et 16 de la Constitution, |
gelezen met artikel 1 van het Eerste Aanvullend Protocol bij het | lus en combinaison avec l'article 1er du Premier Protocole additionnel |
Europees Verdrag voor de rechten van de mens. | à la Convention européenne des droits de l'homme. |
Aldus gewezen in het Nederlands en het Frans, overeenkomstig artikel | Ainsi rendu en langue néerlandaise et en langue française, |
65 van de bijzondere wet van 6 januari 1989 op het Grondwettelijk Hof, | conformément à l'article 65 de la loi spéciale du 6 janvier 1989 sur |
op 17 februari 2022. | la Cour constitutionnelle, le 17 février 2022. |
De griffier, De voorzitter, | Le greffier, Le président, |
F. Meersschaut L. Lavrysen | F. Meersschaut L. Lavrysen |