← Terug naar "Uittreksel uit arrest nr. 168/2019 van 7 november 2019 Rolnummer 6991 In zake : de
prejudiciële vraag betreffende artikel 1385undecies van het Gerechtelijk Wetboek, gesteld door het Hof
van Cassatie. Het Grondwettelijk Hof, samengesteld wijst na beraad
het volgende arrest : I. Onderwerp van de prejudiciële vraag en rechtspleging"
| Uittreksel uit arrest nr. 168/2019 van 7 november 2019 Rolnummer 6991 In zake : de prejudiciële vraag betreffende artikel 1385undecies van het Gerechtelijk Wetboek, gesteld door het Hof van Cassatie. Het Grondwettelijk Hof, samengesteld wijst na beraad het volgende arrest : I. Onderwerp van de prejudiciële vraag en rechtspleging | Extrait de l'arrêt n° 168/2019 du 7 novembre 2019 Numéro du rôle : 6991 En cause : la question préjudicielle relative à l'article 1385undecies du Code judiciaire, posée par la Cour de cassation. La Cour constitutionnelle, composée des p après en avoir délibéré, rend l'arrêt suivant : I. Objet de la question préjudicielle et procéd(...) |
|---|---|
| GRONDWETTELIJK HOF | COUR CONSTITUTIONNELLE |
| Uittreksel uit arrest nr. 168/2019 van 7 november 2019 | Extrait de l'arrêt n° 168/2019 du 7 novembre 2019 |
| Rolnummer 6991 | Numéro du rôle : 6991 |
| In zake : de prejudiciële vraag betreffende artikel 1385undecies van | En cause : la question préjudicielle relative à l'article 1385undecies |
| het Gerechtelijk Wetboek, gesteld door het Hof van Cassatie. | du Code judiciaire, posée par la Cour de cassation. |
| Het Grondwettelijk Hof, | La Cour constitutionnelle, |
| samengesteld uit de voorzitters A. Alen en F. Daoût, en de rechters | composée des présidents A. Alen et F. Daoût, et des juges J.-P. |
| J.-P. Moerman, T. Merckx-Van Goey, T. Giet, R. Leysen en M. Pâques, | Moerman, T. Merckx-Van Goey, T. Giet, R. Leysen et M. Pâques, assistée |
| bijgestaan door de griffier P.-Y. Dutilleux, onder voorzitterschap van voorzitter A. Alen, | du greffier P.-Y. Dutilleux, présidée par le président A. Alen, |
| wijst na beraad het volgende arrest : | après en avoir délibéré, rend l'arrêt suivant : |
| I. Onderwerp van de prejudiciële vraag en rechtspleging | I. Objet de la question préjudicielle et procédure |
| Bij arrest van 28 juni 2018, waarvan de expeditie ter griffie van het | Par arrêt du 28 juin 2018, dont l'expédition est parvenue au greffe de |
| Hof is ingekomen op 24 juli 2018, heeft het Hof van Cassatie de | la Cour le 24 juillet 2018, la Cour de cassation a posé la question |
| volgende prejudiciële vraag gesteld : | préjudicielle suivante : |
| « Schendt artikel 1385undecies Gerechtelijk Wetboek de artikelen 10 en | « L'article 1385undecies du Code judiciaire viole-t-il les articles 10 |
| 11 Grondwet, doordat het voorziet in een vervaltermijn van drie | et 11 de la Constitution, en ce qu'il prévoit un délai de déchéance de |
| maanden vanaf de kennisgeving van de beslissing met betrekking tot het | trois mois à partir de la notification de la décision relative au |
| administratief verhaal die niet vatbaar is voor verlenging wegens | recours administratif qui n'est pas susceptible de prolongation pour |
| afstand in toepassing van artikel 55 Gerechtelijk Wetboek, terwijl de | cause de distance en application de l'article 55 du Code judiciaire, |
| alors que les délais d'opposition et d'appel de droit commun sont, | |
| gemeenrechtelijke verzets- en beroepstermijn wel vatbaar zijn voor | quant à eux, susceptibles de prolongation pour cause de distance, en |
| verlenging wegens afstand, in toepassing van de artikelen 1048 en 1051 | application des articles 1048 et 1051, combinés avec l'article 55 du |
| juncto artikel 55 Gerechtelijk Wetboek ? ». | Code judiciaire ? ». |
| (...) | (...) |
| III. In rechte | III. En droit |
| (...) | (...) |
| B.1. De verwijzende rechter wenst van het Hof te vernemen of artikel | |
| 1385undecies van het Gerechtelijk Wetboek bestaanbaar is met de | B.1. La juridiction a quo demande à la Cour si l'article 1385undecies |
| artikelen 10 en 11 van de Grondwet, in zoverre het voorziet in een | du Code judiciaire est compatible avec les articles 10 et 11 de la |
| vervaltermijn van drie maanden vanaf de kennisgeving van de beslissing | Constitution, en ce qu'il prévoit un délai de déchéance de trois mois |
| à partir de la notification de la décision relative au recours | |
| met betrekking tot het administratief beroep die niet vatbaar is voor | administratif qui n'est pas susceptible de prolongation pour cause de |
| verlenging wegens afstand overeenkomstig artikel 55 van het | distance, conformément à l'article 55 du Code judiciaire, alors que le |
| Gerechtelijk Wetboek, terwijl de gemeenrechtelijke termijn van hoger | délai d'appel ou d'opposition de droit commun d'un mois est |
| beroep of verzet van een maand wel vatbaar is voor verlenging wegens | susceptible de prolongation pour cause de distance, conformément aux |
| afstand overeenkomstig de artikelen 1048 en 1051 juncto artikel 55 van | articles 1048 et 1051, combinés avec l'article 55 du Code judiciaire. |
| het Gerechtelijk Wetboek. | |
| B.2.1. Artikel 1385undecies van het Gerechtelijk Wetboek bepaalt : | B.2.1. L'article 1385undecies du Code judiciaire dispose : |
| « Tegen de belastingadministratie wordt de vordering inzake de | « Contre l'Administration fiscale, et dans les contestations visées à |
| geschillen bedoeld in artikel 569, eerste lid, 32°, slechts toegelaten indien de eiser voorafgaandelijk het door of krachtens de wet georganiseerde administratief beroep heeft ingesteld. De vordering wordt ingesteld ten vroegste zes maanden vanaf de datum van ontvangst van het administratief beroep zo over dit beroep geen uitspraak is gedaan en, op straffe van verval, uiterlijk binnen een termijn van drie maanden vanaf de kennisgeving van de beslissing met betrekking tot het administratief verhaal. De in het tweede lid bedoelde termijn van zes maanden wordt met drie maanden verlengd wanneer de betwiste aanslag van ambtswege door de administratie is gevestigd. De in het tweede lid bedoelde termijn van zes maanden, desgevallend verlengd als bepaald in het derde lid, wordt met vier maanden verlengd wanneer een door belastingplichtige ingediende aanvraag tot bemiddeling binnen de in het tweede en derde lid vermelde termijnen ontvankelijk werd verklaard door de fiscale bemiddelingsdienst bedoeld | l'article 569, alinéa 1er, 32°, l'action n'est admise que si le demandeur a introduit préalablement le recours administratif organisé par ou en vertu de la loi. L'action est introduite au plus tôt six mois après la date de réception du recours administratif au cas où ce recours n'a pas fait l'objet d'une décision et, à peine de déchéance, au plus tard dans un délai de trois mois à partir de la notification de la décision relative au recours administratif. Le délai de six mois visé à l'alinéa 2 est prolongé de trois mois lorsque l'imposition contestée a été établie d'office par l'administration. Le délai de six mois visé à l'alinéa 2, éventuellement prolongé comme prévu à l'alinéa 3, est prolongé de quatre mois, lorsqu'une demande de conciliation introduite par le contribuable est déclarée recevable dans les délais mentionnés aux alinéas 2 et 3 par le service de |
| in artikel 116 van de wet van 25 april 2007 houdende diverse | conciliation fiscale visé à l'article 116 de la loi du 25 avril 2007 |
| bepalingen (IV). | portant des dispositions diverses (IV). |
| In geval van toepassing van artikel 375, § 1/1, van het Wetboek van de | En cas d'application de l'article 375, § 1er/1, du Code des impôts sur |
| inkomstenbelastingen 1992 wordt in afwijking van het tweede lid de | les revenus 92, l'action est introduite, par dérogation à l'alinéa 2, |
| vordering ingesteld ten vroegste een maand vanaf de datum van | au plus tôt un mois après la date de réception de la demande de |
| ontvangst van het verzoek tot rechtzetting indien hierover geen | rectification si cette demande n'a pas fait l'objet d'une décision et, |
| uitspraak is gedaan en, op straffe van verval, uiterlijk binnen een | à peine de déchéance, au plus tard dans un délai d'un mois à partir de |
| termijn van een maand vanaf de kennisgeving van de beslissing over dat | la notification de la décision relative à cette demande, sans que ce |
| verzoek zonder dat deze termijn minder bedraagt dan drie maanden vanaf | délai soit inférieur à trois mois à compter de la notification de la |
| de kennisgeving van de beslissing bedoeld in artikel 375, § 1 van het | décision visée à l'article 375, § 1er, du Code des impôts sur les |
| Wetboek van de inkomstenbelastingen 1992 ». | revenus 92 ». |
| B.2.2. Overeenkomstig de voormelde bepaling wordt de vordering inzake | B.2.2. Conformément à la disposition précitée, contre l'administration |
| de geschillen betreffende de toepassing van de belastingwet tegen de | fiscale, dans les contestations relatives à l'application de la loi |
| belastingadministratie slechts toegelaten indien de eiser | d'impôt, l'action n'est admise que si le demandeur a introduit |
| voorafgaandelijk het door of krachtens de wet georganiseerde | préalablement le recours administratif organisé par ou en vertu de la |
| administratieve beroep heeft ingesteld. De vordering dient te worden | loi. L'action doit être introduite au plus tôt six mois après la date |
| ingesteld ten vroegste zes maanden vanaf de datum van ontvangst van | de réception du recours administratif au cas où ce recours n'a pas |
| het administratief beroep zo over dat beroep geen uitspraak is gedaan | |
| en, op straffe van verval, uiterlijk binnen een termijn van drie | fait l'objet d'une décision et, à peine de déchéance, au plus tard |
| maanden vanaf de kennisgeving van de beslissing met betrekking tot het | dans un délai de trois mois à partir de la notification de la décision |
| administratief beroep. | relative au recours administratif. |
| B.3.1. Artikel 55 van het Gerechtelijk Wetboek bepaalt : | B.3.1. L'article 55 du Code judiciaire dispose : |
| « Wanneer de wet bepaalt dat ten aanzien van de partij die in België | « Lorsque la loi prévoit qu'à l'égard de la partie qui n'a ni |
| noch woonplaats, noch verblijfplaats, noch gekozen woonplaats heeft, | |
| de termijnen die haar verleend werden dienen verlengd te worden, dan | domicile, ni résidence, ni domicile élu en Belgique, il y a lieu |
| bedraagt die verlenging : | d'augmenter les délais qui lui sont impartis, cette augmentation est : |
| 1° vijftien dagen, wanneer de partij in een aangrenzend land of in het | 1° de quinze jours, lorsque la partie réside dans un pays limitrophe |
| Verenigd Koninkrijk van Groot-Brittannië verblijft; | ou dans le Royaume-Uni de Grande-Bretagne; |
| 2° dertig dagen, wanneer zij in een ander land van Europa verblijft; | 2° de trente jours, lorsqu'elle réside dans un autre pays d'Europe; |
| 3° tachtig dagen, wanneer zij in een ander werelddeel verblijft ». | 3° de quatre-vingts jours, lorsqu'elle réside dans une autre partie du monde ». |
| B.3.2. Het doel van die bepaling is dat, hoe groter de afstand is van | B.3.2. L'objet de cette disposition tient en ce que plus la distance |
| de verblijfplaats van de betrokken partij ten opzichte van België, hoe | entre la résidence de la partie concernée et la Belgique est élevée, |
| meer de termijn wordt verlengd om de uitoefening van het recht van | plus le délai est augmenté pour préserver l'exercice des droits de |
| verdediging te vrijwaren (Cass., 30 maart 2007, C.05.0073.N). | défense (Cass., 30 mars 2007, C.05.0073.N). |
| B.3.3. Comme le constate la juridiction a quo, il découle de l'article | |
| B.3.3. Zoals de verwijzende rechter vaststelt, vloeit uit artikel 55 | 55 du Code judiciaire que le délai n'est augmenté en faveur d'une |
| van het Gerechtelijk Wetboek voort dat de termijn enkel wordt verlengd | partie qui n'a ni domicile, ni résidence, ni domicile élu en Belgique |
| in het voordeel van een partij die in België noch woonplaats, noch | |
| verblijfplaats, noch gekozen woonplaats heeft, indien in de | |
| termijnverlenging uitdrukkelijk in de wet is voorzien. | que si la loi prévoit expressément la prolongation de ce délai. |
| B.3.4. Artikel 1385undecies van het Gerechtelijk Wetboek voorziet niet | B.3.4. L'article 1385undecies du Code judiciaire ne prévoit pas que le |
| erin dat de vervaltermijn van drie maanden voor het instellen van een | |
| vordering inzake de geschillen betreffende de toepassing van de | délai de déchéance de trois mois pour introduire une action dans des |
| belastingwet dient te worden verlengd voor de partij die geen woon- of | contestations relatives à l'application de la loi d'impôt doit être |
| verblijfplaats of geen gekozen woonplaats in België heeft | |
| overeenkomstig artikel 55 van het Gerechtelijk Wetboek. | augmenté conformément à l'article 55 du Code judiciaire pour la partie |
| qui n'a ni domicile, ni résidence, ni domicile élu en Belgique. | |
| B.3.5. Daarentegen voorzien de artikelen 1048 en 1051 van het | B.3.5. Les articles 1048 et 1051 du Code judiciaire, par contre, |
| Gerechtelijk Wetboek wel erin dat de termijn van één maand om tegen | |
| een vonnis verzet of hoger beroep aan te tekenen, dient te worden | prévoient que le délai d'un mois pour former opposition ou appel |
| verlengd overeenkomstig artikel 55 van het Gerechtelijk Wetboek. | contre un jugement, doit être augmenté conformément à l'article 55 du |
| B.3.6. Artikel 1048 van het Gerechtelijk Wetboek bepaalt : | Code judiciaire. B.3.6. L'article 1048 du Code judiciaire dispose : |
| « Onder voorbehoud van termijnen die worden bepaald in supranationale | « Sous réserve des délais prévus dans des dispositions impératives |
| en internationale bepalingen, is de termijn om verzet aan te tekenen | supranationales et internationales, le délai d'opposition est d'un |
| één maand te rekenen vanaf de betekening van het vonnis of de | mois, à partir de la signification du jugement ou de la notification |
| kennisgeving ervan overeenkomstig artikel 792, tweede en derde lid. | de celui-ci faite conformément à l'article 792, alinéa 2 et 3. |
| Heeft de niet verschenen partij geen woon- of verblijfplaats of geen | Lorsque le défaillant n'a en Belgique ni domicile, ni résidence, ni |
| gekozen woonplaats in België, dan wordt de termijn van verzet verlengd | domicile élu, le délai d'opposition est augmenté conformément à |
| overeenkomstig artikel 55 ». | l'article 55 ». |
| B.3.7. Artikel 1051 van het Gerechtelijk Wetboek bepaalt : | B.3.7. L'article 1051 du Code judiciaire dispose : |
| « Onder voorbehoud van termijnen die worden voorzien in supranationale | « Sous réserve des délais prévus dans des dispositions impératives |
| en internationale bepalingen, is de termijn om hoger beroep aan te | supranationales et internationales, le délai pour interjeter appel est |
| tekenen één maand, te rekenen vanaf de betekening van het vonnis of de | d'un mois à partir de la signification du jugement ou de la |
| kennisgeving ervan overeenkomstig artikel 792, tweede en derde lid. Deze termijn loopt eveneens vanaf de dag van die betekening ten aanzien van de partij die het vonnis heeft doen betekenen. Evenwel, wanneer het hoger beroep slechts tegen bepaalde partijen is gericht, beschikken die partijen over een nieuwe termijn van dezelfde duur om hoger beroep aan te tekenen tegen de andere partijen. Die nieuwe termijn begint te lopen vanaf de dag van de betekening of, naargelang het geval, de kennisgeving van de eerste akte van hoger beroep. Heeft een van de partijen aan wie of op wier verzoek het vonnis is betekend, geen woon- of verblijfplaats of geen gekozen woonplaats in België, dan wordt de termijn van hoger beroep verlengd overeenkomstig | notification de celui-ci faite conformément à l'article 792, alinéa 2 et 3. Ce délai court également du jour de cette signification, à l'égard de la partie qui a fait signifier le jugement. Toutefois, lorsque l'appel n'est dirigé que contre certaines parties, celles-ci disposent d'un nouveau délai de même durée pour interjeter appel contre les autres parties. Ce nouveau délai court du jour de la signification ou, selon le cas, de la notification du premier acte d'appel. Lorsqu'une des parties à qui le jugement est signifié ou à la requête de laquelle il a été signifié n'a en Belgique ni domicile, ni résidence, ni domicile élu, le délai d'appel est augmenté conformément |
| artikel 55. | à l'article 55. |
| Het zelfde geldt wanneer één van de partijen aan wie het vonnis ter | Il en va de même lorsqu'une des parties à qui le jugement est notifié |
| kennis is gebracht overeenkomstig artikel 792, tweede en derde lid, in | conformément à l'article 792, alinéas 2 et 3, n'a en Belgique, ni |
| België geen woon- of verblijfplaats of geen gekozen woonplaats heeft | domicile, ni résidence, ni domicile élu ». |
| ». B.4.1. De gemeenrechtelijke verzets- en beroepstermijnen bepaald in de | B.4.1. Les délais d'opposition et d'appel de droit commun prévus aux |
| artikelen 1048 en 1051 van het Gerechtelijk Wetboek hebben betrekking | articles 1048 et 1051 du Code judiciaire portent sur la mise en oeuvre |
| op de aanwending van rechtsmiddelen tegen rechterlijke beslissingen. | de voies de recours contre des décisions de justice. Le délai prévu |
| De in artikel 1385undecies van het Gerechtelijk Wetboek bedoelde | par l'article 1385undecies du Code judiciaire, en revanche, porte sur |
| termijn daarentegen heeft betrekking op het instellen van een | |
| rechtsvordering die gericht is tegen een administratieve beslissing in | l'introduction d'une action dirigée contre une décision administrative |
| een belastinggeschil. Bovendien verschilt de termijn van drie maanden | dans un litige fiscal. En outre, le délai de trois mois prévu pour |
| voor het instellen van de fiscale rechtsvordering wezenlijk van de | l'introduction de l'action fiscale diffère fondamentalement des délais |
| voormelde verzets- en beroepstermijnen, die slechts één maand | d'opposition et d'appel précités, qui ne sont que d'un mois. |
| bedragen. B.4.2. Het verschil in behandeling tussen bepaalde categorieën van | B.4.2. La différence de traitement entre certaines catégories de |
| personen dat voortvloeit uit de toepassing van verschillende | personnes qui découle de l'application de règles procédurales |
| procedureregels in verschillende omstandigheden houdt op zich geen | différentes dans des circonstances différentes n'est pas |
| discriminatie in. Van discriminatie zou slechts sprake zijn indien het | discriminatoire en soi. Il ne pourrait être question de discrimination |
| verschil in behandeling dat voortvloeit uit de toepassing van die | que si la différence de traitement qui découle de l'application de ces |
| procedureregels een onevenredige beperking van de rechten van de | règles de procédure entraînait une limitation disproportionnée des |
| daarbij betrokken personen met zich zou meebrengen. | droits des personnes concernées. |
| B.5.1. Artikel 1385undecies van het Gerechtelijk Wetboek schrijft in | B.5.1. L'article 1385undecies du Code judiciaire détermine en des |
| duidelijke bewoordingen voor binnen welke termijnen de eisende partij | termes clairs les délais dans lesquels la partie demanderesse est |
| gehouden is een vordering inzake de geschillen betreffende de | tenue d'introduire une action dans des contestations relatives à |
| toepassing van de belastingwet in te stellen. Van de partij, die deze vordering slechts kan instellen indien ze voorafgaandelijk het door of krachtens de wet georganiseerde administratieve beroep heeft uitgeoefend, mag redelijkerwijze worden verwacht dat zij blijk geeft van een nauwe betrokkenheid bij het verloop van dat beroep en dat zij derhalve alle dienstige maatregelen tot vrijwaring van haar rechten neemt. De belasting van de niet-ingezetenen steunt op de Belgische oorsprong van hun inkomsten of de plaats van hun goederen in België. Aldus mag worden aangenomen dat de betrokken belastingplichtige ook voldoende vertrouwd is met de Belgische fiscale geschillenregeling. B.5.2. De door de wetgever voorgeschreven termijn van drie maanden om | l'application de la loi d'impôt. L'on peut raisonnablement attendre de la partie qui ne peut introduire cette action que, si elle a exercé préalablement le recours administratif organisé par ou en vertu de la loi, elle montre qu'elle est étroitement impliquée dans le déroulement de ce recours et qu'elle prenne dès lors toutes les mesures utiles à la sauvegarde de ses droits. L'impôt des non-résidents est fondé sur l'origine belge de leurs revenus ou sur l'endroit où se situent leurs biens en Belgique. Ainsi, il peut être admis que le contribuable concerné connaît aussi suffisamment la réglementation relative au contentieux fiscal belge. B.5.2. Le délai de trois mois prévu par le législateur pour |
| een vordering in te stellen die ingaat vanaf de kennisgeving van de | l'introduction d'une action, qui débute à partir de la notification de |
| beslissing met betrekking tot het administratief beroep, kan niet | la décision relative au recours administratif, ne peut pas être |
| worden beschouwd als een termijn waardoor de partij die in België noch | considéré comme un délai qui contraint la partie n'ayant ni domicile, |
| woonplaats, noch verblijfplaats, noch gekozen woonplaats heeft, ertoe | ni résidence, ni domicile élu en Belgique à organiser sa défense dans |
| is gehouden haar verdediging te organiseren in omstandigheden die | des conditions qui doivent être considérées comme déraisonnablement |
| onredelijk moeilijk moeten worden geacht. | difficiles. |
| B.6. Uit het voorgaande volgt dat de rechten van de partij die een | B.6. Il découle de ce qui précède que les droits de la partie qui |
| souhaite introduire une action dans des contestations relatives à | |
| vordering inzake de geschillen betreffende de toepassing van de | l'application de la loi d'impôt et qui ne peut bénéficier de la |
| belastingwet wenst in te stellen en niet de termijnverlenging wegens | prolongation de délai pour cause de distance conformément à l'article |
| afstand overeenkomstig artikel 55 van het Gerechtelijk Wetboek kan | 55 du Code judiciaire ne sont pas limités de manière disproportionnée. |
| genieten, niet op onevenredige wijze worden beperkt. | |
| B.7. De prejudiciële vraag dient bijgevolg ontkennend te worden beantwoord. | B.7. La question préjudicielle appelle dès lors une réponse négative. |
| Om die redenen, | Par ces motifs, |
| het Hof | la Cour |
| zegt voor recht : | dit pour droit : |
| Artikel 1385undecies van het Gerechtelijk Wetboek schendt de artikelen | L'article 1385undecies du Code judiciaire ne viole pas les articles 10 |
| 10 en 11 van de Grondwet niet. | et 11 de la Constitution. |
| Aldus gewezen in het Nederlands en het Frans, overeenkomstig artikel | Ainsi rendu en langue néerlandaise et en langue française, |
| 65 van de bijzondere wet van 6 januari 1989 op het Grondwettelijk Hof, | conformément à l'article 65 de la loi spéciale du 6 janvier 1989 sur |
| op 7 november 2019. | la Cour constitutionnelle, le 7 novembre 2019. |
| De griffier, | Le greffier, |
| P.-Y. Dutilleux | P.-Y. Dutilleux |
| De voorzitter, | Le président, |
| A. Alen | A. Alen |