Etaamb.openjustice.be
Meertalige weergave van Arrest van --
← Terug naar "Uittreksel uit arrest nr. 105/2019 van 27 juni 2019 Rolnummer 6965 In zake : de prejudiciële vraag betreffende artikel 3 van de wet van 20 juli 1971 tot instelling van gewaarborgde gezinsbijslag, gesteld door het Arbeidshof te Antwerpen, afde Het Grondwettelijk Hof, samengesteld uit de voorzitters A. Alen en F. Daoût, en de rechters L. L(...)"
Uittreksel uit arrest nr. 105/2019 van 27 juni 2019 Rolnummer 6965 In zake : de prejudiciële vraag betreffende artikel 3 van de wet van 20 juli 1971 tot instelling van gewaarborgde gezinsbijslag, gesteld door het Arbeidshof te Antwerpen, afde Het Grondwettelijk Hof, samengesteld uit de voorzitters A. Alen en F. Daoût, en de rechters L. L(...) Extrait de l'arrêt n° 105/2019 du 27 juin 2019 Numéro du rôle : 6965 En cause : la question préjudicielle relative à l'article 3 de la loi du 20 juillet 1971 instituant des prestations familiales garanties, posée par la Cour du travail d'Anve La Cour constitutionnelle, composée des présidents A. Alen et F. Daoût, et des juges L. Lavrysen(...)
GRONDWETTELIJK HOF COUR CONSTITUTIONNELLE
Uittreksel uit arrest nr. 105/2019 van 27 juni 2019 Extrait de l'arrêt n° 105/2019 du 27 juin 2019
Rolnummer 6965 Numéro du rôle : 6965
In zake : de prejudiciële vraag betreffende artikel 3 van de wet van En cause : la question préjudicielle relative à l'article 3 de la loi
20 juli 1971 tot instelling van gewaarborgde gezinsbijslag, gesteld du 20 juillet 1971 instituant des prestations familiales garanties,
door het Arbeidshof te Antwerpen, afdeling Antwerpen. posée par la Cour du travail d'Anvers, division Anvers.
Het Grondwettelijk Hof, La Cour constitutionnelle,
samengesteld uit de voorzitters A. Alen en F. Daoût, en de rechters L. composée des présidents A. Alen et F. Daoût, et des juges L. Lavrysen,
Lavrysen, J.-P. Snappe, J.-P. Moerman, E. Derycke en P. Nihoul, J.-P. Snappe, J.-P. Moerman, E. Derycke et P. Nihoul, assistée du
bijgestaan door de griffier F. Meersschaut, onder voorzitterschap van voorzitter A. Alen, greffier F. Meersschaut, présidée par le président A. Alen,
wijst na beraad het volgende arrest : après en avoir délibéré, rend l'arrêt suivant :
I. Onderwerp van de prejudiciële vraag en rechtspleging I. Objet de la question préjudicielle et procédure
Bij arrest van 13 juni 2018 in zake R.L. tegen FAMIFED, Federaal Par arrêt du 13 juin 2018 en cause de R.L. contre FAMIFED, Agence
Agentschap voor de Kinderbijslag, waarvan de expeditie ter griffie van fédérale pour les allocations familiales, dont l'expédition est
het Hof is ingekomen op 28 juni 2018, heeft het Arbeidshof te parvenue au greffe de la Cour le 28 juin 2018, la Cour du travail
Antwerpen, afdeling Antwerpen, de volgende prejudiciële vraag gesteld d'Anvers, division Anvers, a posé la question préjudicielle suivante :
: « Schendt artikel 3 van de wet van 20 juli 1971 tot instelling van een « L'article 3 de la loi du 20 juillet 1971 instituant des prestations
gewaarborgde gezinsbijslag de artikelen 10 en 11 van de Grondwet, in familiales garanties viole-t-il les articles 10 et 11 de la
samenhang met artikel 1 van het aanvullend protocol bij het verdrag Constitution, combinés avec l'article 1 du Premier Protocole
tot bescherming van de rechten van de mens en de fundamentele additionnel à la Convention de sauvegarde des droits de l'homme et des
vrijheden, doordat deze wetsbepaling niet voorziet in een bepaling die libertés fondamentales, en ce que cette disposition législative ne
aan de Koning de bevoegdheid geeft om aanrekeningsregels voor roerende prévoit pas une disposition conférant au Roi le pouvoir de fixer des
kapitalen die in het bezit zijn van de aanvrager te bepalen of niet règles de prise en compte des capitaux mobiliers qui sont en
voorziet in een regeling voor de aanrekening van roerende kapitalen, possession du demandeur ou ne prévoit pas une réglementation pour la
terwijl in de wet van 26 mei 2002 betreffende het recht op prise en compte des capitaux mobiliers, alors que la loi du 26 mai
maatschappelijke integratie en in de wet van 22 maart 2001 tot 2002 concernant le droit à l'intégration sociale et la loi du 22 mars
instelling van een inkomensgarantie voor ouderen wel aan de Koning de 2001 instituant la garantie de revenus aux personnes âgées, quant à
bevoegdheid wordt gegeven om een regeling uit te werken betreffende de elles, confèrent au Roi le pouvoir d'élaborer une réglementation
relative à la prise en compte des capitaux mobiliers, ce qui a pour
aanrekening van roerende kapitalen, waardoor de aanvragers van de effet que les demandeurs des prestations familiales garanties sont
gewaarborgde gezinsbijslag zonder redelijke verantwoording slechter moins bien traités, sans justification raisonnable, que les demandeurs
behandeld worden dan de aanvragers van een leefloon of van een du revenu d'intégration ou d'une allocation de revenus garantis pour
inkomensgarantieuitkering voor ouderen nu onduidelijk is hoe er les personnes âgées puisque la manière dont il est tenu compte des
rekening wordt gehouden met de roerende kapitalen en terwijl de capitaux mobiliers n'est pas claire et alors que les demandeurs de
aanvragers van gewaarborgde gezinsbijslag onderling niet gelijk prestations familiales garanties ne sont pas traités de manière égale
behandeld worden gelet op het ontbreken van een wettelijke regeling entre eux, eu égard à l'absence d'une réglementation légale, ce qui a
waardoor het gevaar bestaat van een willekeurige behandeling van de pour effet qu'il existe un risque de traitement arbitraire des
verschillende aanvragers ? ». différents demandeurs ? ».
(...) (...)
III. In rechte III. En droit
(...) (...)
B.1. De wet van 20 juli 1971 tot instelling van gewaarborgde B.1. La loi du 20 juillet 1971 instituant des prestations familiales
gezinsbijslag voorziet in een residuair stelsel van de kinderbijslag, garanties prévoit un régime résiduel de prestations familiales, de
zodat de kinderen die geen begunstigde zijn in het stelsel van de sorte que les enfants qui ne bénéficient pas du régime des
werknemers of in het stelsel van de zelfstandigen ook het voordeel van travailleurs salariés ou du régime des travailleurs indépendants
de gezinsbijslag kunnen genieten. De gewaarborgde gezinsbijslag wordt peuvent également bénéficier des prestations familiales. Les
niet door bijdragen, maar door de overheid gefinancierd. prestations familiales garanties sont financées non pas par des
B.2. De prejudiciële vraag heeft betrekking op een verschil in cotisations, mais par l'autorité publique.
behandeling van aanvragers van de gewaarborgde gezinsbijslag, enerzijds, en aanvragers van een leefloon of van een inkomensgarantie voor ouderen, anderzijds. De wetgever houdt bij de toekenning van elk van die uitkeringen rekening met de bestaansmiddelen waarover de aanvrager beschikt. Om de bestaansmiddelen te bepalen, zou het stelsel van de gewaarborgde gezinsbijslag niet voorzien in een regeling voor de aanrekening van roerende kapitalen, terwijl de twee andere stelsels daar wel in voorzien. De berekening van de bestaansmiddelen zou daardoor voor de aanvragers van gewaarborgde gezinsbijslag nadelig en willekeurig B.2. La question préjudicielle porte sur une différence de traitement entre, d'une part, les demandeurs des prestations familiales garanties et, d'autre part, les demandeurs d'un revenu d'intégration sociale ou d'une garantie de revenus aux personnes âgées. Le législateur tient compte, en ce qui concerne l'octroi de chacune de ces allocations, des ressources dont le demandeur dispose. Pour déterminer les ressources, le régime des prestations familiales garanties ne réglerait pas la prise en compte des capitaux mobiliers, alors que les deux autres régimes le feraient. Le calcul des ressources pourrait dès lors être défavorable et arbitraire à l'égard des demandeurs de prestations familiales garanties, alors que tel ne
kunnen zijn, terwijl dat niet het geval is voor de aanvragers van een serait pas le cas à l'égard des demandeurs d'un revenu d'intégration
leefloon of van een inkomensgarantie voor ouderen. sociale ou d'une garantie de revenus aux personnes âgées.
B.3. Artikel 3 van de wet van 20 juli 1971 tot instelling van B.3. L'article 3 de la loi du 20 juillet 1971 instituant des
gewaarborgde gezinsbijslag bepaalt : prestations familiales garanties dispose :
« De gezinsbijslag wordt toegekend na een onderzoek naar de « Les prestations familiales sont accordées après une enquête sur les
bestaansmiddelen. De gezinsbijslag wordt evenwel toegekend zonder ressources. Les prestations familiales sont toutefois accordées sans
onderzoek naar de bestaansmiddelen : enquête sur les ressources :
a) indien de persoon die het kind ten laste heeft recht op a) si la personne qui a la charge de l'enfant a droit à l'intégration
maatschappelijke integratie heeft krachtens de wet van 26 mei 2002 sociale en vertu de la loi du 26 mai 2002 concernant le droit à
betreffende het recht op maatschappelijke integratie; l'intégration sociale;
b) indien de persoon die het kind ten laste heeft een uitkering geniet b) si la personne qui a la charge de l'enfant bénéficie d'une
toegekend krachtens de wet van 1 april 1969 tot instelling van een gewaarborgd inkomen voor bejaarden en geen feitelijk gezin vormt met een andere persoon dan een bloed- of aanverwant tot en met de derde graad. Onverminderd de toepassing van het bepaalde in het vierde lid, wordt rekening gehouden met alle bestaansmiddelen van welke aard of herkomst ook, waarover de persoon die het kind ten laste heeft, zijn niet feitelijk of van tafel en bed gescheiden echtgenoot of de andere persoon dan een bloed- of aanverwant tot en met de derde graad met wie hij een feitelijk gezin vormt, beschikt. Voor de toepassing van dit besluit doet samenwoning met een andere persoon dan een bloed- of aanverwant tot en met de derde graad tot bewijs van het tegendeel het bestaan van een feitelijk gezin vermoeden. De Koning stelt het bedrag van de bestaansmiddelen vast boven hetwelk de gezinsbijslag niet verschuldigd is en bepaalt met welke inkomsten geen rekening wordt gehouden voor de raming van deze bestaansmiddelen. De Koning kan het bedrag van de bestaansmiddelen boven hetwelk de gezinsbijslag niet is verschuldigd, verhogen voor ieder kind, vanaf het tweede, dat uitsluitend of hoofdzakelijk ten laste is en dat rechtgevend is op kinderbijslag of dat daartoe de vereisten vervult, allocation accordée en vertu de la loi du 1er avril 1969 instituant un revenu garanti aux personnes âgées et qu'elle ne forme pas un ménage de fait avec une personne autre qu'un parent ou allié jusqu'au troisième degré inclusivement. Sans préjudice de l'application des dispositions du quatrième alinéa, toutes les ressources, quelle qu'en soit la nature ou l'origine, dont disposent la personne qui a la charge de l'enfant, son conjoint non séparé de fait ou de corps et de biens ou la personne, autre qu'un parent ou allié jusqu'au troisième degré inclusivement, avec laquelle elle forme un ménage de fait, sont prises en considération. Pour l'application du présent article, la cohabitation avec une personne autre qu'un parent ou allié jusqu'au troisième degré inclusivement fait présumer, jusqu'à preuve du contraire, l'existence d'un ménage de fait. Le Roi fixe le montant des ressources au-delà duquel les prestations familiales ne sont pas dues et détermine les revenus dont il n'est pas tenu compte pour l'évaluation de ces ressources. Le Roi peut augmenter le montant des ressources au-delà duquel les prestations familiales ne sont pas dues, pour chaque enfant, à partir du deuxième, qui est exclusivement ou principalement à charge et qui est bénéficiaire d'allocations familiales ou qui remplit les
bepaald krachtens artikel 2, vierde lid ». conditions déterminées en vertu de l'article 2, alinéa 4 ».
De gezinsbijslagen maken sedert 1 juli 2014 deel uit van de Depuis le 1er juillet 2014, les prestations familiales relèvent des
gemeenschapsbevoegdheden (artikel 5, § 1, IV, van de bijzondere wet compétences des communautés (article 5, § 1er, IV, de la loi spéciale
van 8 augustus 1980 tot hervorming der instellingen, zoals ingevoegd du 8 août 1980 de réformes institutionnelles, tel qu'il a été inséré
bij artikel 12 van de bijzondere wet van 6 januari 2014 met betrekking par l'article 12 de la loi spéciale du 6 janvier 2014 relative à la
tot de Zesde Staatshervorming). De wet van 20 juli 1971 is voor de Sixième Réforme de l'Etat). La loi du 20 juillet 1971 a été, en ce qui
toekenning van gezinsbijslagen in de Vlaamse Gemeenschap opgeheven met concerne l'octroi des prestations familiales garanties en Communauté
ingang van 1 januari 2019. Zij blijft evenwel van toepassing op flamande, abrogée avec effet au 1er janvier 2019. Elle reste toutefois
rechtgevende kinderen die vóór die datum geboren zijn (artikel 209 van applicable aux enfants bénéficiaires qui sont nés avant cette date
het decreet van 27 april 2018 tot regeling van de toelagen in het (article 209 du décret du 27 avril 2018 réglant les allocations dans
kader van het gezinsbeleid). le cadre de la politique familiale).
B.4. Artikel 16 van de wet van 26 mei 2002 betreffende het recht op B.4. L'article 16 de la loi du 26 mai 2002 concernant le droit à
maatschappelijke integratie bepaalt : l'intégration sociale dispose :
« § 1. Onverminderd de toepassing van het bepaalde in § 2, komen alle « § 1er. Sans préjudice de l'application de la disposition du § 2,
bestaansmiddelen in aanmerking van welke aard en oorsprong ook, toutes les ressources, quelle qu'en soit la nature ou l'origine, dont
waarover de aanvrager beschikt, met inbegrip van alle uitkeringen dispose le demandeur, sont prises en considération, y compris toutes
krachtens de Belgische of buitenlandse sociale wetgeving. Kunnen les prestations allouées en vertu de la législation sociale belge ou
eveneens in aanmerking worden genomen binnen de perken bepaald door de Koning, bij een besluit vastgesteld na overleg in de Ministerraad, de bestaansmiddelen van de personen met wie de aanvrager samenwoont. De Koning bepaalt, bij een besluit vastgesteld na overleg in de Ministerraad de modaliteiten van het onderzoek naar de bestaansmiddelen en stelt de regels vast van de berekening van die middelen. § 2. De Koning kan bij besluit vastgesteld na overleg in de Ministerraad de inkomsten aanduiden die, hetzij voor het geheel, hetzij gedeeltelijk, niet in aanmerking komen bij het berekenen van de bestaansmiddelen ». étrangère. Peuvent également être prises en considération, dans les limites fixées par le Roi par arrêté délibéré en Conseil des Ministres, les ressources des personnes avec lesquelles le demandeur cohabite. Le Roi détermine, par arrêté délibéré en Conseil des ministres, les modalités de l'enquête sur les ressources et fixe les règles de calcul de celles-ci. § 2. Le Roi peut déterminer par arrêté délibéré en Conseil des Ministres les ressources dont il ne sera pas tenu compte, soit en totalité, soit partiellement pour le calcul des ressources ».
B.5. Artikel 7, § 1, van de wet van 22 maart 2001 tot instelling van B.5. L'article 7, § 1er, de la loi du 22 mars 2001 instituant la
een inkomensgarantie voor ouderen bepaalt : garantie de revenus aux personnes âgées dispose :
« De inkomensgarantie kan enkel worden toegekend na onderzoek van de « La garantie de revenus ne peut être octroyée qu'après examen des
bestaansmiddelen en van de pensioenen. Alle bestaansmiddelen en ressources et des pensions. Toutes les ressources et pensions, de
pensioenen, van welke aard of oorsprong ook, waarover de betrokkene of quelque nature [ou origine] qu'elles soient, dont disposent
de echtgenoot of de wettelijk samenwonende waarmee hij dezelfde l'intéressé ou le conjoint ou cohabitant légal avec lequel il partage
hoofdverblijfplaats deelt, beschikken, komen in aanmerking voor de la même résidence principale, sont prises en considération pour le
berekening van de inkomensgarantie, behalve de door de Koning bepaalde calcul de la garantie de revenus, sauf les exceptions prévues par le
uitzonderingen. Roi.
[...] [...]
De Koning bepaalt met welke bestaansmiddelen bij het vaststellen van Le Roi détermine les ressources dont il n'est pas tenu compte lors de
de inkomensgarantie geen rekening wordt gehouden ». l'établissement de la garantie de revenus ».
Krachtens artikel 9 van dezelfde wet bepaalt de Koning bovendien « de En vertu de l'article 9 de la même loi, le Roi détermine en outre «
regels volgens welke het al dan niet belegd roerend kapitaal voor de les modalités suivant lesquelles le capital mobilier, placé ou non,
vaststelling van de bestaansmiddelen in rekening wordt gebracht ». est porté en compte pour la détermination des ressources ».
B.6. Artikel 23, tweede lid en derde lid, 6°, van de Grondwet verplicht de bevoegde wetgever om het recht op gezinsbijslagen te waarborgen en de voorwaarden voor de uitoefening van dat recht te bepalen. Die grondwetsbepaling verbiedt die wetgever echter niet machtigingen te verlenen aan de uitvoerende macht, voor zover die machtigingen betrekking hebben op de tenuitvoerlegging van maatregelen waarvan de wetgever het onderwerp heeft aangegeven. Die grondwetsbepaling verplicht de wetgever niet om alle essentiële elementen van het recht op gezinsbijslagen te regelen en verbiedt hem niet om de uitvoerende macht ertoe te machtigen die te regelen. B.7. Het volstaat te dezen te bepalen dat met de bestaansmiddelen B.6. L'article 23, alinéas 2 et 3, 6°, de la Constitution oblige le législateur compétent à garantir le droit aux prestations familiales et à déterminer les conditions d'exercice de ce droit. Cette disposition constitutionnelle n'interdit cependant pas à ce législateur d'accorder des délégations au pouvoir exécutif, pour autant qu'elles portent sur l'exécution de mesures dont le législateur a déterminé l'objet. Cette disposition constitutionnelle n'impose pas au législateur de régler tous les éléments essentiels du droit aux prestations familiales et ne lui interdit pas d'habiliter le pouvoir exécutif à régler ceux-ci. B.7. En l'espèce, il suffit d'établir qu'il y a lieu de tenir compte
rekening moet worden gehouden, gelet op het niet-contributieve des ressources, eu égard au caractère non contributif des prestations
karakter van de gewaarborgde gezinsbijslag. Het aanduiden van bepaalde familiales garanties. Le législateur peut charger le Roi de déterminer
inkomsten waarmee geen rekening moet worden gehouden bij de raming van certains revenus dont il ne doit pas être tenu compte lors de
de bestaansmiddelen, mag de wetgever aan de Koning opdragen. l'évaluation des ressources.
B.8. Zowel in het stelsel van de gewaarborgde gezinsbijslag (B.3), als B.8. Tant dans le régime des prestations familiales garanties (B.3)
in het stelsel van het recht op maatschappelijke integratie (B.4) en que dans le régime du droit à l'intégration sociale (B.4) et dans
het stelsel van de inkomensgarantie voor ouderen (B.5) draagt de celui de la garantie de revenus aux personnes âgées (B.5), le
wetgever de Koning op te bepalen met welke inkomsten geen rekening législateur charge le Roi de déterminer les revenus dont il n'est pas
wordt gehouden bij de raming of berekening van de bestaansmiddelen. tenu compte dans l'évaluation ou dans le calcul des ressources.
Het gegeven dat de wetgever in het stelsel van de inkomensgarantie La circonstance que, dans le régime de la garantie de revenus aux
voor ouderen de Koning daarenboven opdraagt de regels te bepalen personnes âgées, le législateur charge en outre le Roi de déterminer
volgens welke het al dan niet belegd roerend kapitaal voor de les modalités suivant lesquelles le capital mobilier, placé ou non,
vaststelling van de bestaansmiddelen in rekening wordt gebracht, est porté en compte pour la détermination des ressources, alors que le
terwijl een dergelijke uitdrukkelijke opdracht ontbreekt in het régime des prestations familiales garanties ne prévoit pas une telle
stelsel van de gewaarborgde gezinsbijslag, doet op zichzelf geen mission explicite, n'entraîne pas en soi une différence de traitement
verschil in behandeling of beperking van het eigendomsrecht ontstaan. ou une restriction du droit de propriété.
Wanneer onzekerheid zou bestaan over de wijze waarop bepaalde S'il devait exister un doute quant à la manière dont certaines
bestaansmiddelen in rekening worden gebracht voor de vaststelling van ressources sont portées en compte pour la détermination des
de bestaansmiddelen, vloeit die onduidelijkheid niet voort uit de in ressources, ce doute ne résulterait pas de la disposition en cause,
het geding zijnde bepaling, maar uit de tenuitvoerlegging daarvan. mais de sa mise en oeuvre.
B.9. Het Hof is niet bevoegd om de uitvoeringsbepalingen te B.9. La Cour n'est pas compétente pour connaître des modalités
beoordelen. Indien daaruit een verschil in behandeling voortvloeit, d'exécution. S'il en résulte une différence de traitement, le juge a
dient de verwijzende rechter dat zelf te toetsen aan de artikelen 10 quo doit lui-même examiner celle-ci au regard des articles 10 et 11 de
en 11 van de Grondwet, in samenhang gelezen met artikel 1 van het la Constitution, lus en combinaison avec l'article 1er du Premier
Eerste Aanvullend Protocol bij het Europees Verdrag voor de rechten Protocole additionnel à la Convention européenne des droits de
van de mens. l'homme.
B.10. De prejudiciële vraag dient ontkennend te worden beantwoord. B.10. La question préjudicielle appelle une réponse négative.
Om die redenen, Par ces motifs,
het Hof la Cour
zegt voor recht : dit pour droit :
Artikel 3 van de wet van 20 juli 1971 tot instelling van gewaarborgde L'article 3 de la loi du 20 juillet 1971 instituant des prestations
gezinsbijslag schendt niet de artikelen 10 en 11 van de Grondwet, in familiales garanties ne viole pas les articles 10 et 11 de la
samenhang gelezen met artikel 1 van het Eerste Aanvullend Protocol bij Constitution, lus en combinaison avec l'article 1er du Premier
het Europees Verdrag voor de rechten van de mens. Protocole additionnel à la Convention européenne des droits de
Aldus gewezen in het Nederlands en het Frans, overeenkomstig artikel l'homme. Ainsi rendu en langue néerlandaise et en langue française,
65 van de bijzondere wet van 6 januari 1989 op het Grondwettelijk Hof, conformément à l'article 65 de la loi spéciale du 6 janvier 1989 sur
op 27 juni 2019. la Cour constitutionnelle, le 27 juin 2019.
De griffier, Le greffier,
F. Meersschaut F. Meersschaut
De voorzitter, Le président,
A. Alen A. Alen
^