← Terug naar "Uittreksel uit arrest nr. 30/2019 van 28 februari 2019 Rolnummers 6824, 6825, 6826, 6827, 6828
en 6829 In zake : de prejudiciële vragen over artikel 14, § 1ter en § 3, van de
wet van 29 juni 1964 betreffende de opschorting, het uits Het Grondwettelijk Hof, samengesteld uit de voorzitters
A. Alen en F. Daoût, en de rechters T. M(...)"
Uittreksel uit arrest nr. 30/2019 van 28 februari 2019 Rolnummers 6824, 6825, 6826, 6827, 6828 en 6829 In zake : de prejudiciële vragen over artikel 14, § 1ter en § 3, van de wet van 29 juni 1964 betreffende de opschorting, het uits Het Grondwettelijk Hof, samengesteld uit de voorzitters A. Alen en F. Daoût, en de rechters T. M(...) | Extrait de l'arrêt n° 30/2019 du 28 février 2019 Extrait de l'arrêt n° 30/2019 du 28 février 2019 Numéro du rôle : 6824, 6825, 6826, 6827, 6828 et 6829 En cause : les questions préjudicielles relatives à l'article 14, § 1 er La Cour constitutionnelle, composée des présidents A. Alen et F. Daoût, et des juges T. Merckx-V(...) |
---|---|
GRONDWETTELIJK HOF | COUR CONSTITUTIONNELLE |
Extrait de l'arrêt n° 30/2019 du 28 février 2019 | |
Uittreksel uit arrest nr. 30/2019 van 28 februari 2019 | Extrait de l'arrêt n° 30/2019 du 28 février 2019 |
Rolnummers 6824, 6825, 6826, 6827, 6828 en 6829 | Numéro du rôle : 6824, 6825, 6826, 6827, 6828 et 6829 |
In zake : de prejudiciële vragen over artikel 14, § 1ter en § 3, van | En cause : les questions préjudicielles relatives à l'article 14, § 1erter |
de wet van 29 juni 1964 betreffende de opschorting, het uitstel en de | et § 3, de la loi du 29 juin 1964 concernant la suspension, le sursis |
probatie, gesteld door de Politierechtbank West-Vlaanderen, afdeling | et la probation, posées par le Tribunal de police de Flandre |
Veurne. | occidentale, division Furnes. |
Het Grondwettelijk Hof, | La Cour constitutionnelle, |
samengesteld uit de voorzitters A. Alen en F. Daoût, en de rechters T. | composée des présidents A. Alen et F. Daoût, et des juges T. |
Merckx-Van Goey, P. Nihoul, T. Giet, J. Moerman en M. Pâques, | Merckx-Van Goey, P. Nihoul, T. Giet, J. Moerman et M. Pâques, assistée |
bijgestaan door de griffier F. Meersschaut, onder voorzitterschap van voorzitter A. Alen, | du greffier F. Meersschaut, présidée par le président A. Alen, |
wijst na beraad het volgende arrest : | après en avoir délibéré, rend l'arrêt suivant : |
I. Onderwerp van de prejudiciële vragen en rechtspleging | I. Objet des questions préjudicielles et procédure |
a. Bij vonnissen van 15 januari 2018 in zake het openbaar ministerie | a. Par jugements du 15 janvier 2018 en cause du ministère public |
tegen D.D. en anderen, waarvan de expedities ter griffie van het Hof | contre D.D. et autres, dont les expéditions sont parvenues au greffe |
zijn ingekomen op 22 januari 2018, heeft de Politierechtbank | de la Cour le 22 janvier 2018, le Tribunal de police de Flandre |
West-Vlaanderen, afdeling Veurne, de volgende prejudiciële vragen | occidentale, division Furnes, a posé les questions préjudicielles |
gesteld : | suivantes : |
« 1) Schendt het artikel 14 § 1ter van de Wet van 29 juni 1964 | « 1. L'article 14, § 1erter, de la loi du 29 juin 1964 concernant la |
betreffende de opschorting, het uitstel en de probatie, de artikelen | suspension, le sursis et la probation viole-t-il les articles 10 et 11 |
10 en 11 van de Grondwet, in die zin dat in dit artikel 14 § 1ter | de la Constitution, en ce qu'il prévoit que le sursis simple et le |
bepaald wordt dat het gewoon uitstel en het probatie-uitstel kunnen | sursis probatoire peuvent être révoqués si la personne qui fait |
herroepen worden indien diegene voor wie de maatregel is genomen | l'objet de cette mesure du chef (1) d'une infraction à la loi du 16 |
wegens (1) een overtreding van de wet van 16 maart 1968 betreffende de | mars 1968 relative à la police de la circulation routière ou à ses |
politie over het wegverkeer of van haar uitvoeringsbesluiten of (2) | arrêtés d'exécution ou (2) en même temps du chef d'une infraction à la |
tegelijkertijd wegens een overtreding van de wet van 16 maart 1968 | loi du 16 mars 1968 relative à la police de la circulation routière ou |
betreffende de politie over het wegverkeer of van haar | |
uitvoeringsbesluiten en wegens een overtreding van de artikelen 419 of | à ses arrêtés d'exécution et du chef d'une infraction aux articles 419 |
420 van het Strafwetboek, gedurende de proeftijd een nieuw misdrijf | ou 420 du Code pénal, a, pendant le délai d'épreuve, commis une |
nouvelle infraction ayant entraîné une condamnation en vertu de la loi | |
heeft gepleegd dat veroordeling krachtens de wet van 16 maart 1968 | du 16 mars 1968 relative à la police de la circulation routière, et ce |
betreffende de politie over het wegverkeer tot gevolg heeft gehad, en | sans la moindre distinction quant à la nature de l'infraction ou à la |
dit zonder enig onderscheid wat betreft de aard van het misdrijf of de | |
zwaarte van de veroordeling, terwijl in het geval dat de maatregel | gravité de la condamnation, alors que, si la mesure a été prise du |
genomen is wegens andere misdrijven dan deze vermeld in artikel 14 § | chef d'autres infractions que celles mentionnées à l'article 14, § 1erter, |
1ter van de Wet van 29 juni 1964, het uitstel overeenkomstig artikel | de la loi du 29 juin 1964, le sursis octroyé conformément à l'article |
14 § 1bis van deze Wet pas kan herroepen worden indien gedurende de | 14, § 1erbis, de cette loi ne peut être révoqué que si, pendant le |
proeftijd een nieuw misdrijf gepleegd is dat veroordeling tot een | délai d'épreuve, il a été commis une nouvelle infraction ayant |
effectieve hoofdgevangenisstraf van ten minste één maand en ten | entraîné une condamnation à un emprisonnement principal effectif d'un |
hoogste zes maanden of tot een gelijkwaardige straf die in aanmerking | mois au moins et de six mois au plus, ou à une peine équivalente prise |
genomen wordt overeenkomstig artikel 99bis van het Strafwetboek, ten | en compte conformément à l'article 99bis du Code pénal ? |
gevolge heeft gehad ? | |
2) Schendt het artikel 14 § 3 van de Wet van 29 juni 1964 betreffende | 2. L'article 14, § 3, de la loi du 29 juin 1964 concernant la |
de opschorting, het uitstel en de probatie, de artikelen 10 en 11 van | suspension, le sursis et la probation viole-t-il les articles 10 et 11 |
de Grondwet, in die zin dat in dit artikel 14 § 3 bepaald wordt dat de | de la Constitution, en ce qu'il prévoit que l'action en révocation du |
vordering tot herroeping van het uitstel wegens niet-naleving van de | sursis pour inobservation des conditions imposées doit être intentée |
opgelegde voorwaarden moet worden ingesteld uiterlijk binnen een jaar | au plus tard dans l'année qui suit l'expiration du délai visé à |
na het verstrijken van de termijn bepaald in artikel 8 van deze wet, | l'article 8 de cette loi, alors qu'en cas de révocation du sursis |
terwijl in het geval van herroeping van het gewoon uitstel of het | simple ou du sursis probatoire du chef d'une nouvelle infraction |
probatie-uitstel wegens het plegen van een nieuw misdrijf gedurende de | |
proeftijd overeenkomstig artikel 14 § 1ter van deze wet, deze | commise pendant le délai d'épreuve conformément à l'article 14, § 1erter, |
(verval-)termijn van 1 jaar bepaald in artikel 14 § 3 van deze wet | de cette loi, ce délai (de déchéance) d'un an prévu à l'article 14, § |
niet geldt ? ». | 3, de cette loi n'est pas applicable ? ». |
b. Bij vonnis van 15 januari 2018 in zake het openbaar ministerie | b. Par jugement du 15 janvier 2018 en cause du ministère public contre |
tegen D.M., waarvan de expeditie ter griffie van het Hof is ingekomen | |
op 22 januari 2018, heeft de Politierechtbank West-Vlaanderen, | D.M., dont l'expédition est parvenue au greffe de la Cour le 22 |
janvier 2018, le Tribunal de police de Flandre occidentale, division | |
afdeling Veurne, de eerste sub a. vermelde prejudiciële vraag gesteld. | Furnes, a posé la première question préjudicielle mentionnée sub a. |
Die zaken, ingeschreven onder de nummers 6824, 6825, 6826, 6827, 6828 | Ces affaires, inscrites sous les numéros 6824, 6825, 6826, 6827, 6828 |
en 6829 van de rol van het Hof, werden samengevoegd. | et 6829 du rôle de la Cour, ont été jointes. |
(...) | (...) |
III. In rechte | III. En droit |
(...) Ten aanzien van de in het geding zijnde bepaling en haar context | Quant à la disposition en cause et à son contexte |
B.1. De prejudiciële vragen hebben betrekking op artikel 14, § 1ter en | B.1. Les questions préjudicielles portent sur l'article 14, § 1erter |
§ 3, van de wet van 29 juni 1964 betreffende de opschorting, het | et § 3, de la loi du 29 juin 1964 concernant la suspension, le sursis |
uitstel en de probatie (hierna : de wet van 29 juni 1964). | et la probation (ci-après : la loi du 29 juin 1964). |
De zaken voor de verwijzende rechter houden verband met veroordelingen | Les affaires soumises au juge a quo concernent des condamnations à des |
tot straffen met uitstel en de herroeping ervan in verkeerszaken. | peines assorties d'un sursis et la révocation de ce sursis en matière |
B.2. Met het uitstel van de tenuitvoerlegging van strafrechtelijke | de circulation routière. |
veroordelingen, geheel of gedeeltelijk, laat de wetgever de rechter | B.2. Par le sursis, total ou partiel, à l'exécution de condamnations |
toe om de straf die hij wil opleggen, te differentiëren, rekening | pénales, le législateur permet au juge de différencier la peine qu'il |
houdend met de persoonlijkheid van de dader en zijn verleden, de aard | veut infliger, compte tenu de la personnalité de l'auteur de |
van de feiten, de kans dat de dader zou hervallen en de mogelijk | l'infraction et du passé de ce dernier, de la nature des faits, des |
desocialiserende gevolgen van een tenuitvoerlegging. Het uitstel laat | risques de récidive de l'auteur et des éventuels effets désocialisants |
inzonderheid verhopen dat de dader niet zal recidiveren omdat hij | d'une exécution de la peine. Le sursis permet en particulier d'espérer |
anders het risico loopt dat het uitstel zou worden herroepen. | que l'auteur ne récidivera pas parce que, dans le cas contraire, il |
court le risque que le sursis soit révoqué. | |
B.3.1. Een veroordeling met uitstel impliceert dat de straf gedurende | B.3.1. Une condamnation assortie d'un sursis suppose que la peine ne |
een door de rechter bepaalde termijn niet ten uitvoer kan worden | peut pas être exécutée durant une période déterminée par le juge |
gelegd (artikel 8 van de wet van 29 juni 1964). De verjaring van de | (article 8 de la loi du 29 juin 1964). Eu égard à cet obstacle légal, |
opgelegde straf is, gelet op dit wettelijk beletsel, tijdens de | la prescription de la peine infligée est suspendue durant le délai |
proeftijd geschorst. | d'épreuve. |
Indien de proeftijd van de veroordeelde gunstig is verlopen, is na | Si le délai d'épreuve du condamné s'est déroulé favorablement, le |
afloop ervan het recht om de uitgesproken straffen ten uitvoer te | droit de faire exécuter les peines prononcées expire définitivement à |
leggen definitief vervallen en wordt de veroordeelde geacht de straf | l'issue de ce délai et le condamné est réputé avoir purgé la peine. En |
te hebben ondergaan. Indien de proeftijd daarentegen ongunstig is | revanche, si le délai d'épreuve ne s'est pas déroulé favorablement (en |
cas d'inobservation des conditions probatoires ou d'une condamnation | |
verlopen (de niet-naleving van de probatievoorwaarden of een | du chef d'une nouvelle infraction), la peine assortie d'un sursis peut |
veroordeling voor het plegen van een nieuw misdrijf), kan met | encore être exécutée, moyennant la révocation du sursis, par le juge, |
herroeping door de rechter op vordering van het openbaar ministerie | sur réquisition du ministère public (article 14, § 1erbis à § 2, de la |
(artikel 14, § 1bis tot § 2, van de wet van 29 juni 1964) de | loi du 29 juin 1964). |
uitgestelde straf alsnog worden ten uitvoer gelegd. | |
B.3.2. Artikel 14, § 1bis, van de wet van 29 juni 1964 bepaalt : | B.3.2. L'article 14, § 1erbis, de la loi du 29 juin 1964 dispose : |
« Het uitstel kan worden herroepen indien gedurende de proeftijd een | « Le sursis peut être révoqué si une nouvelle infraction commise |
nieuw misdrijf gepleegd is dat veroordeling tot een effectieve | pendant le délai d'épreuve a entraîné une condamnation à un |
hoofdgevangenisstraf van ten minste één maand en ten hoogste zes | emprisonnement principal effectif d'un mois au moins et de six mois au |
maanden of tot een gelijkwaardige straf die in aanmerking genomen | plus, ou à une peine équivalente prise en compte conformément à |
wordt overeenkomstig artikel 99bis van het Strafwetboek, ten gevolge heeft gehad. | l'article 99bis du Code pénal. |
In dat geval is de procedure bepaald in § 2, tweede en derde lid, van | Dans ce cas, la procédure prévue au § 2, alinéas 2 et 3, est |
toepassing ». | d'application ». |
B.3.3. Artikel 14, § 1ter, van de wet van 29 juni 1964 bepaalt : | B.3.3. L'article 14, § 1erter, de la loi du 29 juin 1964 dispose : |
« Het gewoon uitstel en het probatieuitstel kunnen ook worden | « Le sursis simple et le sursis probatoire peuvent aussi être révoqués |
herroepen indien diegene voor wie de maatregel is genomen wegens een | si la personne qui fait l'objet de cette mesure du chef d'une |
overtreding van de wet van 16 maart 1968 betreffende de politie over | infraction à la loi du 16 mars 1968 relative à la police de la |
het wegverkeer of van haar uitvoeringsbesluiten, gedurende de | circulation routière ou à ses arrêtés d'exécution a commis une |
proeftijd een nieuw misdrijf heeft gepleegd dat veroordeling krachtens | nouvelle infraction pendant le délai d'épreuve et ayant entraîné à une |
de wet van 16 maart 1968 betreffende de politie over het wegverkeer | condamnation en vertu de la loi du 16 mars 1968 relative à la police |
tot gevolg heeft gehad. | de la circulation routière. |
Het eerste lid geldt eveneens indien de maatregel tegelijkertijd is | L'alinéa 1er vaut également si la mesure est prise en même temps pour |
genomen wegens een overtreding van de wet van 16 maart 1968 | une infraction à la loi du 16 mars 1968 relative à la police de la |
betreffende de politie over het wegverkeer of van haar | circulation routière ou à ses arrêtés d'exécution et pour une |
uitvoeringsbesluiten en wegens een overtreding van de artikelen 419 of 420 van het Strafwetboek. | infraction aux articles 419 ou 420 du Code pénal. |
Ook in dat geval is de procedure bepaald in § 2, tweede en derde lid, | Dans ce cas aussi, la procédure prévue au § 2, alinéas 2 et 3, est |
van toepassing ». | d'application ». |
Die bijzondere grond tot herroeping van het uitstel in verkeerszaken | Cette cause particulière de révocation du sursis en matière de |
is onderworpen aan twee voorwaarden. De eerste houdt in dat aan een | circulation routière est soumise à deux conditions. La première |
veroordeelde wegens verkeersinbreuken een uitstel werd toegekend. De | suppose qu'une personne condamnée pour des infractions de roulage |
s'est vu accorder un sursis. La seconde suppose que le condamné | |
tweede houdt in dat de voormelde veroordeelde tijdens zijn proeftijd | précité a commis durant son délai d'épreuve une nouvelle infraction |
qui a donné lieu à une condamnation fondée sur la loi relative à la | |
een nieuw misdrijf heeft gepleegd, dat op basis van de wet van 16 | police de la circulation routière, coordonnée par l'arrêté royal du 16 mars 1968. |
maart 1968 betreffende de politie over het wegverkeer, tot een | L'objectif du législateur était de mettre en place des règles de |
veroordeling heeft geleid. De wetgever beoogde een specifieke herroepingsregeling voor | révocation spécifiques en matière de circulation routière, afin de |
verkeerszaken in te stellen om het aantal verkeersdoden terug te | réduire le nombre de tués sur les routes (Doc. parl., Chambre, |
dringen (Parl. St., Kamer, 2012-2013, DOC 53-2880/001, p. 3). Deze | 2012-2013, DOC 53-2880/001, p. 3). Ces règles de révocation |
bijzondere en ruime herroepingsregeling is nader toegelicht als volgt : | particulières et étendues font l'objet des développements suivants : |
« Men is er zich van bewust dat hierdoor voor verkeerszaken een ruime | « On est conscient que de cette manière, une large possibilité de |
mogelijkheid tot herroeping wordt gecreëerd. Het openbaar ministerie | révocation est créée pour les affaires en matière de circulation. Le |
zal echter als eerste instantie oordelen of het passend is om te | Ministère public décidera toutefois en première instance s'il y a lieu |
dagvaarden met het oog op de herroeping. In positief geval kan de | d'assigner en vue de la révocation. Dans l'affirmative, le juge peut |
rechter oordelen over de opportuniteit van een eventuele herroeping, | statuer sur l'opportunité d'une révocation éventuelle, compte tenu des |
rekening houdend met de omstandigheden van het dossier. | circonstances du dossier. |
De herroeping is momenteel slechts mogelijk in geval van een nieuwe | En effet, la révocation n'est actuellement possible qu'en cas de |
veroordeling tot een criminele straf of een hoofdgevangenisstraf van | nouvelle condamnation à une peine criminelle ou une peine |
ten minste één maand. De gevallen waarin gevangenisstraffen zijn | d'emprisonnement principal d'au moins un mois. Or, les cas de peines |
voorzien in de wegverkeerswet zijn echter zeldzaam waardoor de | d'emprisonnement prévus dans la loi relative à la police de la |
herroeping van het uitstel of de opschorting bijgevolg een eerder | réglementation routière sont rares et rendent par conséquent la |
theoretische kwestie is » (Parl. St., Kamer, 2012-2013, DOC | révocation de la suspension du prononcé fort théorique » (Doc. parl., |
53-2880/001, p. 14). | Chambre, 2012-2013, DOC 53-2880/001, p. 14). |
B.3.4. Artikel 14, § 2, van de wet van 29 juni 1964 bepaalt : | B.3.4. L'article 14, § 2, de la loi du 29 juin 1964 dispose : |
« Het probatieuitstel kan worden herroepen indien degene voor wie die | « Le sursis probatoire peut être révoqué si la personne qui fait |
maatregel is genomen, de opgelegde voorwaarden niet naleeft. | l'objet de cette mesure n'observe pas les conditions imposées. |
In dat geval dagvaardt het openbaar ministerie, op verslag van de | Dans ce cas, le ministère public, sur rapport de la commission tendant |
commissie dat strekt tot herroeping, de betrokkene, teneinde het | à la révocation, cite l'intéressé aux fins de révocation du sursis |
uitstel te doen herroepen, voor de rechtbank van eerste aanleg van | devant le tribunal de première instance de sa résidence ou, dans le |
zijn verblijfplaats of, in het geval bepaald in § 1ter, voor de | cas prévu au § 1erter, devant le tribunal de police du lieu de |
politierechtbank van de plaats van het misdrijf binnen dezelfde | l'infraction, dans les mêmes délai, conditions et formes qu'en matière |
termijn, onder dezelfde voorwaarden en in dezelfde vormen als in | correctionnelle. Il en est ainsi même s'il s'agit de la révocation |
correctionele zaken. Dit geldt zelfs bij herroeping van een uitstel | d'un sursis prononcé par la Cour d'assises. Si la juridiction de |
dat door het Hof van assisen is uitgesproken. Herroept het | jugement ne révoque pas le sursis, elle peut assortir de nouvelles |
vonnisgerecht het uitstel niet, dan kan het nieuwe voorwaarden | conditions le sursis probatoire ordonné lors de la première |
verbinden aan het probatie-uitstel, gelast bij de eerste veroordeling. | condamnation. Ces décisions sont susceptibles des voies de recours prévues au Code |
Tegen deze beslissingen kan worden opgekomen met alle rechtsmiddelen | |
waarin het Wetboek van strafvordering voorziet ». | d'instruction criminelle ». |
B.3.5. Artikel 14, § 3, van de wet van 29 juni 1964 bepaalt : | B.3.5. L'article 14, § 3, de la loi du 29 juin 1964 dispose : |
« De vordering tot herroeping wegens niet-naleving van de opgelegde | « L'action en révocation pour inobservation des conditions imposées |
voorwaarden moet worden ingesteld uiterlijk binnen een jaar na het | doit être intentée au plus tard dans l'année qui suit l'expiration du |
verstrijken van de termijn bepaald in artikel 8. Zij verjaart een vol | délai visé à l'article 8. Elle est prescrite après une année révolue à |
jaar na de dag waarop zij bij het bevoegde gerecht is aangebracht ». | compter du jour où la juridiction compétente en a été saisie ». |
Die bepaling onderwerpt de vordering tot herroeping van het | Cette disposition soumet à deux délais successifs l'action en |
probatieuitstel wegens de niet-naleving van de opgelegde voorwaarden | révocation du sursis probatoire pour inobservation des conditions |
aan twee opeenvolgende termijnen. De eerste termijn is de | |
vervaltermijn waarover het openbaar ministerie beschikt om de | imposées. Le premier est le délai de prescription dont dispose le |
vordering in te stellen, de tweede is opgelegd aan het gerecht dat | ministère public pour intenter l'action et le second est imposé à la |
over die vordering uitspraak moet doen. | juridiction qui doit statuer sur cette action. |
B.3.6. Teneinde de vordering tot herroeping niet te beletten, zijn | B.3.6. Afin qu'il ne soit pas fait obstacle à l'action en révocation, |
inzake de verjaring van de straf bijzondere regels bepaald. Na afloop | des règles particulières ont été fixées en ce qui concerne la |
van de proeftijd blijft de verjaring van de straf geschorst gedurende | prescription de la peine. A l'issue du délai d'épreuve, la |
de tijd die nodig is om de herroeping wegens niet-naleving van de | prescription de la peine reste suspendue pendant la durée nécessaire |
opgelegde voorwaarden tot stand te brengen (artikel 18, § 2, van de | pour révoquer le sursis en cas d'inobservation des conditions imposées |
wet van 29 juni 1964). | (article 18, § 2, de la loi du 29 juin 1964). |
De tijd waarin die herroeping mogelijk is, werd kort gehouden door het | Le législateur a fait en sorte que la durée pendant laquelle cette |
instellen van de vordering tot herroeping met toepassing van artikel | révocation est possible soit brève, en soumettant l'introduction de |
l'action en révocation en application de l'article 14, § 2, de la loi | |
14, § 2, van de wet van 29 juni 1964 te onderwerpen aan een | du 29 juin 1964 à un délai de prescription d'un an à compter de |
vervaltermijn van één jaar na het verstrijken van de proeftijd (artikel 14, § 3, van de wet van 29 juni 1964). | l'expiration du délai d'épreuve (article 14, § 3, de la loi du 29 juin 1964). |
Geen enkele specifieke bepaling regelt daarentegen de verjaring van de | En revanche, aucune disposition spécifique ne règle la prescription de |
straf met uitstel wanneer dat laatste kan worden herroepen wegens een | la peine assortie d'un sursis lorsque ce sursis peut être révoqué en |
nieuwe veroordeling voor een verkeersmisdrijf dat tijdens de proeftijd | raison d'une nouvelle condamnation pour une infraction de roulage |
is gepleegd. Met name in het licht van hetgeen is uiteengezet in B.3.1 | commise durant le délai d'épreuve. Il y a lieu de considérer, |
dient te worden aangenomen dat de herroeping na de door de rechter | notamment à la lumière de ce qui est exposé en B.3.1, que la |
vastgestelde proefperiode wegens een nieuw misdrijf dat tijdens die | révocation postérieure à la période d'épreuve fixée par le juge pour |
periode is gepleegd, ertoe heeft geleid de verjaringstermijn van de | une nouvelle infraction commise au cours de cette période a pour effet |
straf die oorspronkelijk gepaard ging met het herroepen uitstel, te | de faire débuter à l'issue du délai d'épreuve le délai de prescription |
doen aanvangen op het einde van de proeftijd. | de la peine qui était initialement assortie du sursis révoqué. |
Voor het instellen van de vordering tot herroeping op grond van een | Aucun délai particulier n'a par ailleurs été prévu en ce qui concerne |
veroordeling voor een nieuw verkeersmisdrijf werd overigens geen | l'introduction de l'action en révocation fondée sur une condamnation |
bijzondere termijn bepaald. | pour une nouvelle infraction de roulage. |
Ten aanzien van de eerste prejudiciële vraag | Quant à la première question préjudicielle |
B.4. De eerste prejudiciële vraag heeft betrekking op de | B.4. La première question préjudicielle porte sur la compatibilité de |
bestaanbaarheid van artikel 14, § 1ter, van de wet van 29 juni 1964 | l'article 14, § 1erter, de la loi du 29 juin 1964 avec les articles 10 |
met de artikelen 10 en 11 van de Grondwet, doordat het de mogelijkheid | et 11 de la Constitution, en ce qu'en matière de circulation routière, |
tot herroeping van een verleend uitstel in verkeerszaken niet | il ne subordonne pas la possibilité de révoquer l'octroi d'un sursis à |
afhankelijk stelt van een ondergrens inzake de straf bij een | une limite inférieure en ce qui concerne la peine infligée lors d'une |
veroordeling voor een nieuw tijdens de proeftijd gepleegd | condamnation du chef d'une nouvelle infraction de roulage commise |
verkeersmisdrijf terwijl de facultatieve herroeping van een verleend | durant le délai d'épreuve, alors que, dans le cas d'une condamnation |
uitstel wegens een veroordeling voor het plegen van een nieuw misdrijf | du chef d'une nouvelle infraction commise durant le délai d'épreuve |
tijdens de proeftijd in andere dan verkeerszaken wel afhankelijk is | dans des matières autres que la circulation routière, la révocation |
facultative d'un sursis octroyé est effectivement subordonnée à une | |
van zulke ondergrens (artikel 14, § 1bis, van de wet van 29 juni | telle limite (article 14, § 1erbis, de la loi du 29 juin 1964). |
1964). B.5. Het repressieve beleid waaronder de vaststelling van de ernst van | B.5. La politique répressive, qui comprend l'appréciation de la |
een tekortkoming en de zwaarwichtigheid waarmee zij kan worden | gravité d'un manquement et la sévérité avec laquelle il peut être |
bestraft, de mogelijkheden tot individualisering van de straf en de | puni, les possibilités d'individualisation de la peine et les effets |
daaraan verbonden gevolgen en vorderingen, behoort tot de | et actions qui y sont associés, relève du pouvoir d'appréciation du |
beoordelingsbevoegdheid van de wetgever. Die vermag zich ook streng op | législateur. Celui-ci peut aussi se montrer sévère dans des matières |
te stellen in aangelegenheden waarin de inbreuken de grondrechten van | où les infractions peuvent porter gravement atteinte aux droits |
de burgers en de belangen van de gemeenschap ernstig kunnen aantasten. | fondamentaux des individus et aux intérêts de la collectivité. |
B.6. De wetgever vermocht er vanuit te gaan dat verkeersmisdrijven, | B.6. Le législateur pouvait partir du principe que, quelle que soit la |
ongeacht de zwaarte van de opgelegde straf, steeds een ernstig gevaar | sévérité de la peine infligée, les infractions de roulage représentent |
voor de algemene verkeersveiligheid met zich meebrengen en dat | toujours un grave danger pour la sécurité routière en général et qu'il |
straffeloosheid in verkeerszaken dient te worden tegengegaan. De | y a lieu de lutter contre l'impunité dans ce domaine. Compte tenu de |
wetgever vermocht, rekening houdend met hetgeen in B.5 is vermeld, | ce qui a été dit en B.5, le législateur pouvait dès lors estimer qu'un |
derhalve te oordelen dat een bijzondere, ruime herroepingsregeling in | |
verkeerszaken kon worden ingesteld waarbij, wat de grondslag voor de | régime de révocation particulier et étendu en matière de circulation |
herroeping betreft, geen ondergrens inzake de opgelegde straf voor het | routière pouvait être instauré sans que soit fixée, en ce qui concerne |
nieuw gepleegde verkeersmisdrijf werd bepaald. | l'élément à la base de la révocation, une limite inférieure quant à la |
Bovendien heeft de in het geding zijnde bepaling geen herroeping van | peine infligée pour la nouvelle infraction de roulage commise. |
het uitstel van rechtswege tot gevolg doordat het openbaar ministerie | En outre, la disposition en cause n'entraîne pas la révocation du |
oordeelt over de opportuniteit van het instellen van een vordering tot | sursis de plein droit, dès lors que le ministère public décide de |
herroeping en de rechter finaal oordeelt over het al dan niet | l'opportunité d'intenter une action en révocation et que le juge |
herroepen van het verleende uitstel op basis van alle elementen van | décide en définitive, sur la base de tous les éléments du dossier, de |
het dossier. | révoquer ou non le sursis octroyé. |
Artikel 14, § 1ter, van de wet van 29 juni 1964 is derhalve niet | En conséquence, l'article 14, § 1erter, de la loi du 29 juin 1964 |
kennelijk onredelijk. | n'est pas manifestement déraisonnable. |
B.7. De eerste prejudiciële vraag dient ontkennend te worden beantwoord. | B.7. La première question préjudicielle appelle une réponse négative. |
Ten aanzien van de tweede prejudiciële vraag | Quant à la seconde question préjudicielle |
B.8. De tweede prejudiciële vraag heeft betrekking op de | B.8. La seconde question préjudicielle porte sur la compatibilité de |
bestaanbaarheid van artikel 14, § 3, van de wet van 29 juni 1964 met | l'article 14, § 3, de la loi du 29 juin 1964 avec les articles 10 et |
de artikelen 10 en 11 van de Grondwet, in zoverre de termijn van één | 11 de la Constitution, en ce que le délai d'un an qu'il prévoit pour |
jaar waarin het voorziet voor het instellen, door het openbaar | l'introduction par le ministère public de l'action en révocation du |
ministerie, van de vordering tot herroeping van het uitstel alleen van | sursis n'est applicable qu'à l'action en révocation du sursis |
toepassing is op de vordering tot herroeping van het probatieuitstel | probatoire pour cause d'inobservation des conditions imposées (article |
wegens het niet-naleven van de opgelegde voorwaarden (artikel 14, § 2, | 14, § 2 de la loi du 29 juin 1964) et non à l'action en révocation du |
van de wet van 29 juni 1964) en niet op de vordering tot herroeping van het uitstel wegens een nieuwe veroordeling voor een verkeersmisdrijf dat is gepleegd tijdens de proeftijd (artikel 14, § 1ter, van dezelfde wet). B.9. De persoon die is veroordeeld tot een straf met probatieuitstel en die niet voldoet aan de voorwaarden die hem zijn opgelegd tijdens de proeftijd, kan enkel worden gedagvaard teneinde het uitstel te herroepen uiterlijk binnen één jaar na het einde van de proeftijd. De persoon die is veroordeeld tot een straf met probatieuitstel en die is veroordeeld voor een nieuw misdrijf dat is gepleegd tijdens de proeftijd, kan daarentegen worden gedagvaard teneinde het uitstel te | sursis pour cause de nouvelle condamnation pour infraction de roulage commise durant le délai d'épreuve (article 14, § 1erter, de la même loi). B.9. La personne qui a été condamnée à une peine assortie d'un sursis probatoire et qui ne satisfait pas aux conditions qui lui ont été imposées durant le délai d'épreuve ne peut être citée aux fins de révocation du sursis qu'au plus tard dans l'année qui suit la fin du délai d'épreuve. La personne qui a été condamnée à une peine assortie d'un sursis probatoire et qui est condamnée pour une nouvelle infraction commise durant le délai d'épreuve peut en revanche être |
herroepen zolang de uitvoering van de straf die aanvankelijk gepaard | citée aux fins de révocation du sursis tant que l'exécution de la |
ging met het uitstel, niet is verjaard. Zoals in B.3.6 is vermeld, | peine initialement assortie du sursis n'est pas prescrite. Comme il a |
dient, bij ontstentenis van bijzondere bepalingen, ervan te worden | été dit en B.3.6, en l'absence de dispositions particulières, il faut |
uitgegaan dat de verjaring van die straf begint te lopen op het einde | considérer que la prescription de cette peine prend cours au terme du |
van de proeftijd, zodat de mogelijkheid waarover het openbaar | délai d'épreuve, de sorte que la possibilité qu'a le ministère public |
ministerie beschikt om de herroeping van het uitstel wegens een nieuw | de demander la révocation du sursis pour cause de nouvelle infraction |
misdrijf gepleegd tijdens de proeftijd te vorderen, evenmin in de tijd | commise au cours du délai d'épreuve n'est pas non plus illimitée dans |
onbeperkt is. | le temps. |
B.10. Dat verschil in verjaringstermijn berust op een objectief | B.10. Cette différence en ce qui concerne le délai de prescription |
criterium, namelijk de reden waarom het openbaar ministerie de | repose sur un critère objectif, à savoir le motif pour lequel le |
betrokkene dagvaardt teneinde het uitstel te herroepen. Het behoort | ministère public cite l'intéressé en révocation du sursis. Il relève |
tot de beoordelingsbevoegdheid van de wetgever om de verschillende verjaringstermijnen vast te stellen. Van discriminatie zou slechts sprake kunnen zijn indien het verschil in behandeling dat voortvloeit uit de toepassing van die verschillende verjaringstermijnen, gepaard zou gaan met een onevenredige beperking van de rechten van de daarbij betrokken partijen. Te dezen vermocht de wetgever te oordelen dat de vordering tot herroeping van het probatieuitstel wegens de niet-naleving van de voorwaarden met betrekking tot het uitstel, diende gepaard te gaan met een korte verjaringstermijn. Gelet op de ruime beoordelingsmarge waarover hij ter zake beschikt, houdt de omstandigheid dat hij niet in dezelfde termijn heeft voorzien voor het instellen van de vordering tot herroeping van het uitstel wegens een nieuwe veroordeling tot bestraffing van een binnen de proeftijd gepleegd misdrijf, op zich geen discriminatie in. De termijn waarbinnen het openbaar ministerie | du pouvoir d'appréciation du législateur de fixer les différents délais de prescription. Il ne pourrait y avoir de discrimination que si la différence de traitement résultant de l'application de ces différents délais de prescription allait de pair avec une limitation disproportionnée des droits des parties concernées. En l'espèce, le législateur a pu estimer que l'action en révocation du sursis probatoire pour non-respect des conditions relatives au sursis devait aller de pair avec un bref délai de prescription. Compte tenu du large pouvoir d'appréciation dont le législateur dispose en la matière, la circonstance qu'il n'a pas prévu le même délai pour l'introduction de l'action en révocation du sursis en raison d'une nouvelle condamnation pour une infraction commise durant le délai d'épreuve n'est pas, en soi, constitutive d'une discrimination. Le délai durant lequel le ministère public peut, dans cette hypothèse, |
in die hypothese de vordering tot herroeping kan instellen, die | introduire l'action en révocation, qui coïncide avec le délai de |
overeenstemt met de verjaringstermijn van de uitvoering van de | prescription de l'exécution de la peine initiale, ne saurait en effet |
oorspronkelijke straf, kan immers niet onredelijk worden geacht, | être jugé déraisonnable, d'autant que le législateur a voulu prévoir |
temeer omdat de wetgever heeft willen voorzien in een sterker | un effet plus dissuasif à l'égard de nouvelles infractions de roulage. |
ontradend effect ten aanzien van nieuwe verkeersmisdrijven. | |
B.11. De tweede prejudiciële vraag dient ontkennend te worden beantwoord. | B.11. La seconde question préjudicielle appelle une réponse négative. |
Om die redenen, | Par ces motifs, |
het Hof | la Cour |
zegt voor recht : | dit pour droit : |
Artikel 14, § 1ter en § 3, van de wet van 29 juni 1964 betreffende de | L'article 14, § 1erter et § 3, de la loi du 29 juin 1964 concernant la |
opschorting, het uitstel en de probatie schendt de artikelen 10 en 11 | suspension, le sursis et la probation ne viole pas les articles 10 et |
van de Grondwet niet. | 11 de la Constitution. |
Aldus gewezen in het Nederlands en het Frans, overeenkomstig artikel | Ainsi rendu en langue néerlandaise et en langue française, |
65 van de bijzondere wet van 6 januari 1989 op het Grondwettelijk Hof, | conformément à l'article 65 de la loi spéciale du 6 janvier 1989 sur |
op 28 februari 2019. | la Cour constitutionnelle, le 28 février 2019. |
De griffier, | Le greffier, |
F. Meersschaut | F. Meersschaut |
De voorzitter, | Le président, |
A. Alen | A. Alen |