← Terug naar "Uittreksel uit arrest nr. 14/2019 van 31 januari 2019 Rolnummer 6774 In zake : de
prejudiciële vraag betreffende artikel 6.2.1 van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening, gesteld door
het Hof van Beroep te Brussel. Het Grondwettelijk Hof, I. Onderwerp van de prejudiciële vraag en rechtspleging"
Uittreksel uit arrest nr. 14/2019 van 31 januari 2019 Rolnummer 6774 In zake : de prejudiciële vraag betreffende artikel 6.2.1 van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening, gesteld door het Hof van Beroep te Brussel. Het Grondwettelijk Hof, I. Onderwerp van de prejudiciële vraag en rechtspleging | Extrait de l'arrêt n° 14/2019 du 31 janvier 2019 Numéro du rôle : 6774 En cause : la question préjudicielle relative à l'article 6.2.1 du Code flamand de l'aménagement du territoire, posée par la Cour d'appel de Bruxelles. La Cour constitu composée des présidents A. Alen et F. Daoût, et des juges T. Merckx-Van Goey, P. Nihoul, T. Giet, J(...) |
---|---|
GRONDWETTELIJK HOF | COUR CONSTITUTIONNELLE |
Uittreksel uit arrest nr. 14/2019 van 31 januari 2019 | Extrait de l'arrêt n° 14/2019 du 31 janvier 2019 |
Rolnummer 6774 | Numéro du rôle : 6774 |
In zake : de prejudiciële vraag betreffende artikel 6.2.1 van de | En cause : la question préjudicielle relative à l'article 6.2.1 du |
Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening, gesteld door het Hof van Beroep te | Code flamand de l'aménagement du territoire, posée par la Cour d'appel |
Brussel. | de Bruxelles. |
Het Grondwettelijk Hof, | La Cour constitutionnelle, |
samengesteld uit de voorzitters A. Alen en F. Daoût, en de rechters T. | composée des présidents A. Alen et F. Daoût, et des juges T. |
Merckx-Van Goey, P. Nihoul, T. Giet, J. Moerman en M. Pâques, | Merckx-Van Goey, P. Nihoul, T. Giet, J. Moerman et M. Pâques, assistée |
bijgestaan door de griffier P.-Y. Dutilleux, onder voorzitterschap van voorzitter A. Alen, | du greffier P.-Y. Dutilleux, présidée par le président A. Alen, |
wijst na beraad het volgende arrest : | après en avoir délibéré, rend l'arrêt suivant : |
I. Onderwerp van de prejudiciële vraag en rechtspleging | I. Objet de la question préjudicielle et procédure |
Bij arrest van 25 oktober 2017 in zake de nv « Conimmo » en de bvba « | Par arrêt du 25 octobre 2017 en cause de la SA « Conimmo » et de la |
Dyls Construct » tegen Michaël Van Loock en anderen, en in zake | SPRL « Dyls Construct » contre Michaël Van Loock et autres, et en |
Michaël Van Loock en anderen tegen de gemeente Zaventem en de | cause de Michäel Van Loock et autres contre la commune de Zaventem et |
vereniging van mede-eigenaars van het gebouw te Sint-Stevens-Woluwe, | l'association des copropriétaires de l'immeuble sis à |
Frans Smoldersstraat 8 a-b / Leuvensesteenweg 299, waarvan de | Woluwe-Saint-Etienne, Frans Smoldersstraat 8 a-b / Leuvensesteenweg |
expeditie ter griffie van het Hof is ingekomen op 15 november 2017, | 299, dont l'expédition est parvenue au greffe de la Cour le 15 |
heeft het Hof van Beroep te Brussel de volgende prejudiciële vraag | novembre 2017, la Cour d'appel de Bruxelles a posé la question |
gesteld : | préjudicielle suivante : |
« Schendt artikel 6.2.1 Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening, in zoverre | « L'article 6.2.1 du Code flamand de l'aménagement du territoire, en |
het bepaalt of in die zin geïnterpreteerd wordt dat de private | ce qu'il dispose ou en ce qu'il est interprété en ce sens que la |
herstelvordering - in tegenstelling tot de publieke herstelvordering - | demande de réparation privée - contrairement à la demande de |
niet moet worden overgeschreven op het hypotheekkantoor en al dan niet | réparation publique - ne doit pas être transcrite au bureau des |
in samenhang gelezen met artikel 3 van de Hypotheekwet, de artikelen | hypothèques et en combinaison ou non avec l'article 3 de la loi |
10 en 11 van de Grondwet? ». | hypothécaire, viole-t-il les articles 10 et 11 de la Constitution ? ». |
(...) | (...) |
III. In rechte | III. En droit |
(...) | (...) |
B.1. De prejudiciële vraag heeft betrekking op artikel 6.2.1 van de | B.1. La question préjudicielle porte sur l'article 6.2.1 du Code |
Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening (hierna : de VCRO), vóór de | flamand de l'aménagement du territoire, avant sa modification par le |
wijziging ervan bij het decreet van het Vlaamse Gewest van 25 april | décret de la Région flamande du 25 avril 2014 « concernant le maintien |
du permis d'environnement ». | |
2014 betreffende de handhaving van de omgevingsvergunning. | L'article 6.2.1, alinéa 1er, du Code flamand de l'aménagement du |
Artikel 6.2.1, eerste lid, van de VCRO, bepaalde vóór die wijziging : | territoire disposait avant cette modification : |
« De dagvaarding voor de correctionele rechtbank op grond van artikel | « La citation devant le Tribunal correctionnel en vertu de l'article |
6.1.1, of het exploot tot inleiding van het geding, vermeld in de | 6.1.1 ou l'exploit d'introduction de la cause visée aux articles |
artikelen 6.1.41 tot en met 6.1.43, is pas ontvankelijk na | 6.1.41 à 6.1.43 inclus n'est recevable qu'après transcription au |
overschrijving in het hypotheekkantoor van het gebied waar de goederen | bureau des hypothèques dans le ressort duquel les biens sont situés. |
gelegen zijn. Indien een ontvankelijk verzoek tot minnelijke schikking | |
aan de stedenbouwkundige inspecteur wordt gericht, kan een | Si une demande recevable de règlement à l'amiable est adressée à |
overschrijving eerst worden gerealiseerd na het verstrijken van de | l'inspecteur urbaniste, une transcription ne peut être réalisée |
termijn, vermeld in artikel 6.1.52, § 1, tweede lid, of, indien binnen | qu'après l'expiration du délai mentionné dans l'article 6.1.52, § 1er, |
deuxième alinéa ou, si une demande de tentative de médiation a été | |
deze termijn om een bemiddelingspoging bij de Hoge Raad is verzocht, | introduite auprès du Conseil supérieur au cours de ce délai, après la |
na het beëindigen van deze bemiddelingspoging ». | clôture de cette tentative de médiation ». |
B.2. De VCRO is in 2009 tot stand gekomen als een coördinatie van de | B.2. Le Code flamand de l'aménagement du territoire a été adopté en |
2009 dans le but de coordonner les dispositions du décret du 18 mai | |
bepalingen van het decreet van 18 mei 1999 houdende de organisatie van | 1999 portant organisation de l'aménagement du territoire (ci-après : |
de ruimtelijke ordening (hierna : het DRO) en van artikel 90bis van | le décret du 18 mai 1999) et de l'article 90bis du décret forestier du |
het bosdecreet van 13 juni 1990 (artikel 1 van het besluit van de | 13 juin 1990 (article 1er de l'arrêté du Gouvernement flamand du 15 |
Vlaamse Regering van 15 mei 2009 houdende coördinatie van de | mai 2009 portant coordination de la législation décrétale relative à |
decreetgeving op de ruimtelijke ordening). | l'aménagement du territoire). |
De in het geding zijnde bepaling vloeit voort uit artikel 160, eerste | La disposition en cause résulte de l'article 160, alinéa 1er, du |
lid, van het DRO, dat, enerzijds, wat de publiciteitsvereiste betreft, | décret du 18 mai 1999 qui, d'une part, en ce qui concerne la condition |
zelf voortvloeit uit artikel 72 van het decreet betreffende de | de publicité, découle lui-même de l'article 72 du décret relatif à |
ruimtelijke ordening gecoördineerd op 22 oktober 1996 (hierna : het | l'aménagement du territoire, coordonné le 22 octobre 1996 (ci-après : |
Coördinatiedecreet) en dat, anderzijds, wat de sanctie betreft, voor | le décret de coordination) et qui, d'autre part, en ce qui concerne la |
sanction, prévoit pour la première fois expressément l'irrecevabilité | |
het eerst uitdrukkelijk voorziet in de in de rechtspraak ontwikkelde | de la demande, développée dans la jurisprudence, en cas |
onontvankelijkheid van de vordering in het geval van de niet-naleving | d'inobservation d'une condition de publicité lors de l'introduction de |
van een publiciteitsvereiste bij het instellen van bepaalde | certaines demandes de réparation. La sanction précitée est plus |
herstelvorderingen. De voormelde sanctie wordt meer bepaald gekoppeld | précisément liée à l'inobservation de la transcription obligatoire au |
aan het miskennen van de verplichte overschrijving van de akte die de | bureau des hypothèques de l'acte introductif d'instance de ces |
rechtsingang van die vorderingen beoogt, in het hypotheekkantoor. Het | demandes. Il ne s'agit toutefois que d'une exception d'irrecevabilité |
betreft evenwel slechts een louter dilatoire exceptie van | |
onontvankelijkheid zodat een niet-overschrijving van die akte nog in | purement dilatoire, de sorte que la non-transcription de cet acte peut |
de loop van de procedure kan worden rechtgezet (Parl. St., Vlaams | encore être corrigée dans le courant de la procédure (Doc. parl., |
Parlement, 1998-1999, nr. 1332/1, p. 74). Artikel 72 van het | Parlement flamand, 1998-1999, n° 1332/1, p. 74). L'article 72 du |
Coördinatiedecreet neemt in grote mate artikel 69 van de wet van 29 | décret de coordination reproduit dans une large mesure l'article 69 de |
maart 1962 « houdende organisatie van de ruimtelijke ordening en van | la loi du 29 mars 1962 organique de l'aménagement du territoire et de |
de stedebouw » (hierna : de Stedenbouwwet) over. | l'urbanisme (ci-après : la loi organique de l'urbanisme). |
Uit de parlementaire voorbereiding van de Stedenbouwwet blijkt dat de | Il ressort des travaux préparatoires de la loi organique de |
publiciteitsvereiste ertoe strekt derden te informeren over het | l'urbanisme que la condition de publicité a pour objectif d'informer |
potentieel onwettige karakter van een verkaveling, een bouwwerk of | les tiers du caractère potentiellement illicite d'un lotissement ou |
verbouwing (Parl. St., Senaat, 1958-1959, nr. 124, p. 83). | des travaux de construction ou de transformation » (Doc. parl., Sénat, 1958-1959, n° 124, p. 83). |
B.3. Uit de uiteenzetting van de feiten en de motivering vervat in het | B.3. Il ressort de l'exposé des faits et de la motivation contenus |
verwijzingsarrest blijkt dat de verwijzende rechter in werkelijkheid | dans la décision de renvoi que la juridiction a quo demande en réalité |
vraagt of artikel 6.2.1 van de VCRO, zoals van toepassing in de voor | si l'article 6.2.1 du Code flamand de l'aménagement du territoire, tel |
de verwijzende rechter hangende zaak, bestaanbaar is met de artikelen | qu'il est applicable dans l'affaire pendante devant la juridiction a |
10 en 11 van de Grondwet in zoverre het een verschil in behandeling | quo, est compatible avec les articles 10 et 11 de la Constitution, en |
instelt onder de personen die met een herstelvordering worden | ce qu'il instaure une différence de traitement entre les personnes qui |
geconfronteerd in geval van niet-overschrijving van de akte van | sont confrontées à une demande de réparation en cas de |
rechtsingang in het hypotheekkantoor. | non-transcription de l'acte introductif d'instance au bureau des |
Artikel 6.2.1 van de VCRO bepaalt dat de akte van rechtsingang met | hypothèques. L'article 6.2.1 du Code flamand de l'aménagement du territoire prévoit |
betrekking tot een herstelvordering op straffe van onontvankelijkheid | que l'acte introductif d'instance relatif à une demande de réparation |
doit, à peine d'irrecevabilité, être transcrit au bureau des | |
ervan dient te worden overgeschreven in het hypotheekkantoor. De in | hypothèques. Du fait que cet article renvoie aux articles 6.1.41 à |
het geding zijnde sanctieregeling is door de verwijzing naar de | 6.1.43 du Code flamand de l'aménagement du territoire, le régime de |
artikelen 6.1.41 tot 6.1.43 van de VCRO enkel van toepassing op de | sanction en cause n'est applicable qu'aux demandes de réparation dites |
zogenaamde « publieke » herstelvorderingen. | « publiques ». |
De herstelvorderingen die hun grondslag vinden in de artikelen 6.1.41 | Les demandes de réparation qui trouvent leur fondement dans les |
tot 6.1.43 van de VCRO betreffen de zogenaamde « publieke » | articles 6.1.41 à 6.1.43 du Code flamand de l'aménagement du |
herstelvorderingen en strekken tot de naleving van de | territoire sont dites « publiques » et tendent au respect des |
stedenbouwkundige voorschriften en het herstel van de goede | prescriptions urbanistiques et à la restauration du bon aménagement du |
ruimtelijke ordening. | territoire. |
De zogenaamde « private » herstelvordering vloeit niet voort uit de | La demande de réparation dite « privée » ne découle pas des |
dispositions du Code flamand de l'aménagement du territoire, mais se | |
bepalingen van de VCRO, maar steunt op artikel 1382 van het Burgerlijk | fonde sur l'article 1382 du Code civil qui prévoit que celui par la |
Wetboek, volgens hetwelk diegene die door een onrechtmatige daad | faute duquel un dommage est causé à autrui est tenu de le réparer. Il |
schade heeft berokkend aan een ander verplicht is die te vergoeden. | s'agit d'une action purement civile introduite par des tiers qui |
Zij is een louter burgerlijke rechtsvordering van derden, die beweren | soutiennent avoir subi un préjudice du fait de la construction |
benadeeld te zijn door de onwettige constructie. De in het geding | illégale. Le régime de sanction en cause n'est pas applicable à la |
zijnde sanctieregeling is niet van toepassing op de private | demande de réparation privée. |
herstelvordering. | |
B.4. Het vaststellen van handhavingsmaatregelen, met inbegrip van de | B.4. La détermination de mesures d'exécution, y compris des conditions |
voorwaarden en de modaliteiten inzake de uitoefening van de | et des modalités relatives à l'exercice de l'action publique, qui est |
rechtsvordering, die specifiek gericht is op de naleving van de | spécifiquement axée sur le respect des prescriptions urbanistiques et |
stedenbouwkundige voorschriften en het herstel van de goede | |
ruimtelijke ordening, is een aangelegenheid die aan de gewesten is | sur la restauration du bon aménagement du territoire, est une matière |
toegewezen (artikel 6, § 1, I, 1°, van de bijzondere wet van 8 | qui est attribuée aux régions (article 6, § 1er, I, 1°, de la loi |
augustus 1980 tot hervorming der instellingen). | spéciale du 8 août 1980 de réformes institutionnelles). |
B.5. Het doen ophouden, herstellen of voorkomen van onwettigheden zijn | B.5. Le fait de faire cesser, de réparer ou de prévenir des actes |
vormen van herstel in natura in het kader van de vordering op grond | illégaux sont des formes de réparation en nature dans le cadre de la |
van artikel 1382 van het Burgerlijk Wetboek. Die herstelmaatregelen | demande introduite sur la base de l'article 1382 du Code civil. Ces |
worden geacht tot de bevoegdheden van de rechtbanken in het kader van | mesures de réparation sont réputées relever des attributions des |
de buitencontractuele aansprakelijkheidsvordering te behoren. | tribunaux dans le cadre de l'action en responsabilité |
Het herstel in natura dat voortvloeit uit de buitencontractuele | extracontractuelle. |
aansprakelijkheidsregeling, de uitoefeningsvoorwaarden en de | La réparation en nature qui découle du régime de responsabilité |
modaliteiten van de daarmee verband houdende vordering behoren | extracontractuelle, les conditions d'exercice et les modalités de la |
derhalve tot de residuaire bevoegdheid van de federale overheid. | demande y afférentes relèvent dès lors de la compétence résiduelle de |
B.6. Het in het geding zijnde verschil in behandeling, dat volgt uit | l'autorité fédérale. B.6. La différence de traitement en cause, qui provient de ce que |
het feit dat de akte van rechtsingang van een « private » herstelvordering niet moet worden overgeschreven in het hypotheekkantoor, vloeit voort uit het feit dat die laatste situatie niet onder de bevoegdheid van de gewesten, maar onder die van de federale wetgever valt. Een verschil in behandeling dat zijn oorsprong vindt in de onderscheiden bevoegdheden van de gewesten en de federale overheid kan op zich niet worden geacht strijdig te zijn met het beginsel van gelijkheid en niet-discriminatie. Het betreft immers het loutere gevolg van de autonomie die door of krachtens de Grondwet aan de respectieve overheden is toegekend. | l'acte introductif d'instance d'une demande de réparation « privée » ne doit pas être transcrit au bureau des hypothèques, découle de ce que cette situation ne ressortit pas à la compétence des régions mais à celle du législateur fédéral. Une différence de traitement qui trouve son origine dans les compétences distinctes des régions et de l'autorité fédérale ne peut pas être considérée en soi comme contraire au principe d'égalité et de non-discrimination. En effet, cette situation est la simple conséquence de l'autonomie attribuée aux autorités respectives par ou en vertu de la Constitution. |
B.7. De prejudiciële vraag dient ontkennend te worden beantwoord. | B.7. La question préjudicielle appelle une réponse négative. |
Om die redenen, | Par ces motifs, |
het Hof | la Cour |
zegt voor recht : | dit pour droit : |
Artikel 6.2.1 van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening, vóór de | L'article 6.2.1 du Code flamand de l'aménagement du territoire, avant |
wijziging ervan bij het decreet van het Vlaamse Gewest van 25 april | sa modification par le décret de la Région flamande du 25 avril 2014 « |
2014 betreffende de handhaving van de omgevingsvergunning, schendt de | concernant le maintien du permis d'environnement », ne viole pas les |
artikelen 10 en 11 van de Grondwet niet. | articles 10 et 11 de la Constitution. |
Aldus gewezen in het Nederlands en het Frans, overeenkomstig artikel | Ainsi rendu en langue néerlandaise et en langue française, |
65 van de bijzondere wet van 6 januari 1989 op het Grondwettelijk Hof, | conformément à l'article 65 de la loi spéciale du 6 janvier 1989 sur |
op 31 januari 2019. | la Cour constitutionnelle, le 31 janvier 2019. |
De griffier, De voorzitter, | Le greffier, Le président, |
P.-Y. Dutilleux A. Alen | P.-Y. Dutilleux A. Alen |