Etaamb.openjustice.be
Meertalige weergave van Arrest van --
← Terug naar "Uittreksel uit arrest nr. 23/2018 van 22 februari 2018 Rolnummer 6746 In zake : de prejudiciële vraag betreffende artikel 136 van het Wetboek van de inkomstenbelastingen 1992, in samenhang gelezen met artikel 257 ervan, zoals van toepassing i Het Grondwettelijk Hof, samengesteld uit voorzitter J. Spreutels, emeritus voorzitter E. De Groo(...)"
Uittreksel uit arrest nr. 23/2018 van 22 februari 2018 Rolnummer 6746 In zake : de prejudiciële vraag betreffende artikel 136 van het Wetboek van de inkomstenbelastingen 1992, in samenhang gelezen met artikel 257 ervan, zoals van toepassing i Het Grondwettelijk Hof, samengesteld uit voorzitter J. Spreutels, emeritus voorzitter E. De Groo(...) Extrait de l'arrêt n° 23/2018 du 22 février 2018 Numéro du rôle : 6746 En cause : la question préjudicielle relative à l'article 136 du Code des impôts sur les revenus 1992, combiné avec son article 257, tels qu'ils sont applicables dans la R La Cour constitutionnelle, composée du président J. Spreutels, du président émérite E. De Groot,(...)
GRONDWETTELIJK HOF COUR CONSTITUTIONNELLE
Uittreksel uit arrest nr. 23/2018 van 22 februari 2018 Extrait de l'arrêt n° 23/2018 du 22 février 2018
Rolnummer 6746 Numéro du rôle : 6746
In zake : de prejudiciële vraag betreffende artikel 136 van het En cause : la question préjudicielle relative à l'article 136 du Code
Wetboek van de inkomstenbelastingen 1992, in samenhang gelezen met des impôts sur les revenus 1992, combiné avec son article 257, tels
artikel 257 ervan, zoals van toepassing in het Brusselse qu'ils sont applicables dans la Région de Bruxelles-Capitale, posée
Hoofdstedelijke Gewest, gesteld door de Franstalige Rechtbank van par le Tribunal de première instance francophone de Bruxelles.
eerste aanleg te Brussel, La Cour constitutionnelle,
Het Grondwettelijk Hof,
samengesteld uit voorzitter J. Spreutels, emeritus voorzitter E. De composée du président J. Spreutels, du président émérite E. De Groot,
Groot, overeenkomstig artikel 60bis van de bijzondere wet van 6 conformément à l'article 60bis de la loi spéciale du 6 janvier 1989
januari 1989 op het Grondwettelijk Hof, en de rechters J.-P. Snappe, sur la Cour constitutionnelle, et des juges J.-P. Snappe, T.
T. Merckx-Van Goey, F. Daoût, T. Giet en R. Leysen, bijgestaan door de Merckx-Van Goey, F. Daoût, T. Giet et R. Leysen, assistée du greffier
griffier F. Meersschaut, onder voorzitterschap van voorzitter J. F. Meersschaut, présidée par le président J. Spreutels,
Spreutels, wijst na beraad het volgende arrest : après en avoir délibéré, rend l'arrêt suivant :
I. Onderwerp van de prejudiciële vraag en rechtspleging I. Objet de la question préjudicielle et procédure
Bij vonnis van 6 oktober 2017 in zake Vincent Bernard tegen de Par jugement du 6 octobre 2017 en cause de Vincent Bernard contre
Belgische Staat, waarvan de expeditie ter griffie van het Hof is l'Etat belge, dont l'expédition est parvenue au greffe de la Cour le
ingekomen op 19 oktober 2017, heeft de Franstalige Rechtbank van 19 octobre 2017, le Tribunal de première instance francophone de
eerste aanleg te Brussel de volgende prejudiciële vraag gesteld : Bruxelles a posé la question préjudicielle suivante :
« Schendt artikel 136 van het Wetboek van de inkomstenbelastingen « L'article 136 du Code des impôts sur les revenus 1992, lu en
1992, in samenhang gelezen met artikel 257 ervan, zoals zij in het combinaison avec son article 257, tels qu'ils sont applicables dans la
Brusselse Hoofdstedelijke Gewest van toepassing zijn, de artikelen 10 Région de Bruxelles-Capitale, viole-t-il les articles 10 et 11 de la
en 11 van de Grondwet in zoverre het de alleenstaande Constitution en ce qu'il ne permet à aucune condition au contribuable
belastingplichtige, die zijn kinderen op gelijkmatig gedeelde wijze
huisvest, onder geen enkele voorwaarde de mogelijkheid biedt om een isolé, hébergeant égalitairement ses enfants, de bénéficier d'une
gedeeltelijke vermindering van de onroerende voorheffing te genieten réduction partielle du précompte immobilier afférent à l'immeuble
in verband met het onroerend goed dat hij betrekt ? ». qu'il occupe ? ».
Op 7 november 2017 hebben de rechters-verslaggevers T. Giet en R. Le 7 novembre 2017, en application de l'article 72, alinéa 1er, de la
Leysen, met toepassing van artikel 72, eerste lid, van de bijzondere
wet van 6 januari 1989 op het Grondwettelijk Hof, het Hof ervan in loi spéciale du 6 janvier 1989 sur la Cour constitutionnelle, les
kennis gesteld dat zij ertoe zouden kunnen worden gebracht voor te juges-rapporteurs T. Giet et R. Leysen ont informé la Cour qu'ils
stellen het onderzoek van de zaak af te doen met een arrest gewezen op pourraient être amenés à proposer de mettre fin à l'examen de
voorafgaande rechtspleging. l'affaire par un arrêt rendu sur procédure préliminaire.
(...) (...)
III. In rechte III. En droit
(...) (...)
B.1. De verwijzende rechter stelt het Hof een vraag over de B.1. Le juge a quo interroge la Cour sur la compatibilité de l'article
bestaanbaarheid van artikel 136 van het Wetboek van de
inkomstenbelastingen 1992 (hierna : WIB 1992), in samenhang gelezen 136 du Code des impôts sur les revenus 1992 (ci-après : CIR 1992), lu
met artikel 257 van hetzelfde Wetboek, zoals zij in het Brusselse en combinaison avec l'article 257 du même Code, tels qu'ils sont
Hoofdstedelijke Gewest van toepassing zijn, met de artikelen 10 en 11 applicables en Région de Bruxelles-Capitale, avec les articles 10 et
van de Grondwet « in zoverre het de alleenstaande belastingplichtige, 11 de la Constitution « en ce qu'il ne permet à aucune condition au
die zijn kinderen op gelijkmatig gedeelde wijze huisvest, onder geen
enkele voorwaarde de mogelijkheid biedt om een gedeeltelijke contribuable isolé, hébergeant égalitairement ses enfants, de
vermindering van de onroerende voorheffing te genieten in verband met bénéficier d'une réduction partielle du précompte immobilier afférent
het onroerend goed dat hij betrekt ». à l'immeuble qu'il occupe ».
B.2. Bij zijn arrest nr. 63/2011 van 5 mei 2011 heeft het Hof voor B.2. Par son arrêt n° 63/2011 du 5 mai 2011, la Cour a dit pour droit
recht gezegd : :
« Artikel 136 van het Wetboek van de inkomstenbelastingen 1992, in « L'article 136 du Code des impôts sur les revenus 1992, lu en
samenhang gelezen met de artikelen 257 en 258 ervan zoals zij in het combinaison avec ses articles 257 et 258 tels qu'ils sont applicables
Waalse Gewest van toepassing zijn, schendt de artikelen 10 en 11 van en Région wallonne, viole les articles 10 et 11 de la Constitution en
de Grondwet in zoverre het de alleenstaande belastingplichtige, die
zijn kinderen op gelijkmatig gedeelde wijze huisvest, onder geen ce qu'il ne permet à aucune condition au contribuable isolé,
enkele voorwaarde de mogelijkheid biedt om een gedeeltelijke hébergeant égalitairement ses enfants, de bénéficier d'une réduction
vermindering van de onroerende voorheffing te genieten in verband met partielle du précompte immobilier afférent à l'immeuble qu'il occupe
het onroerend goed dat hij betrekt ». ».
In het kader van een beroep tot vernietiging dat met toepassing van Dans le cadre d'un recours en annulation introduit en application de
artikel 4, tweede lid, van de bijzondere wet van 6 januari 1989 op het l'article 4, alinéa 2, de la loi spéciale du 6 janvier 1989 sur la
Grondwettelijk Hof is ingesteld ingevolge het voormelde arrest nr. Cour constitutionnelle, à la suite de l'arrêt n° 63/2011 précité, la
63/2011, heeft het Hof bij zijn arrest nr. 153/2012 van 13 december Cour a annulé, par son arrêt n° 153/2012 du 13 décembre 2012, «
2012 « artikel 136 van het Wetboek van de inkomstenbelastingen 1992, l'article 136 du Code des impôts sur les revenus 1992, lu en
in samenhang gelezen met de artikelen 257 en 258 ervan zoals zij in combinaison avec ses articles 257 et 258 tels qu'ils sont applicables
het Waalse Gewest van toepassing zijn, [vernietigd] in zoverre het de
belastingplichtige die zijn kinderen op gelijkmatig gedeelde wijze en Région wallonne, en ce qu'il ne permet à aucune condition au
huisvest, onder geen enkele voorwaarde de mogelijkheid biedt om een contribuable hébergeant égalitairement ses enfants, de bénéficier
gedeeltelijke vermindering van de onroerende voorheffing te genieten d'une réduction partielle du précompte immobilier afférent à
in verband met het onroerend goed dat hij betrekt ». l'immeuble qu'il occupe ».
B.3. Artikel 136, 1°, van het WIB 1992 bepaalt : B.3. L'article 136, 1°, du CIR 1992 dispose :
« Als ten laste van de belastingplichtigen worden aangemerkt, mits zij « Sont considérés comme étant à charge des contribuables, à condition
deel uitmaken van hun gezin op 1 januari van het aanslagjaar en zij qu'ils fassent partie de leur ménage au 1er janvier de l'exercice
d'imposition et qu'ils n'aient pas bénéficié personnellement, pendant
persoonlijk in het belastbare tijdperk geen bestaansmiddelen hebben la période imposable, de ressources d'un montant net supérieur à 1.800
gehad die meer dan 1.800 EUR [basisbedrag] netto bedragen : EUR [montant de base] :
1° hun kinderen; ». 1° leurs enfants; ».
Artikel 257, 3°, van hetzelfde Wetboek, zoals van toepassing in het L'article 257, 3°, du même Code, tel qu'applicable en Région de
Brusselse Hoofdstedelijke Gewest, bepaalt : Bruxelles-Capitale, dispose :
« Op aanvraag van de belanghebbende wordt verleend : « Sur la demande de l'intéressé, il est accordé :
[...] [...]
3° een vermindering van onroerende voorheffing in verband met het 3° une réduction du précompte immobilier afférent à l'immeuble occupé
onroerend goed dat wordt betrokken door het hoofd van een gezin met par le chef d'une famille comptant au moins deux enfants en vie ou une
ten minste twee kinderen in leven of met een in de zin van artikel
135, eerste lid, gehandicapte persoon. personne handicapée au sens de l'article 135, alinéa 1er.
Die vermindering bedraagt 10 pct. voor ieder niet-gehandicapt kind ten Cette réduction est égale à 10 p.c. pour chaque enfant à charge non
laste en 20 pct. voor iedere gehandicapte persoon ten laste, met handicapé et à 20 p.c. pour chaque personne à charge handicapée, y
inbegrip van de echtgenoot. compris le conjoint.
Een kind dat gedurende de veldtochten 1914-1918 of 1940-1945 als Un enfant militaire, résistant, prisonnier politique ou victime civile
militair, weerstander, politiek gevangene of burgerlijk
oorlogsslachtoffer overleden of vermist is, wordt meegerekend alsof de la guerre, décédé ou disparu pendant les campagnes 1914-1918 ou
het in leven was ». 1940-1945, est compté comme s'il était encore en vie ».
B.4. Bij zijn voormelde arrest nr. 63/2011 heeft het Hof geoordeeld : B.4. Par son arrêt n° 63/2011 précité, la Cour a jugé :
« B.2.1. De verwijzende rechter stelt het Hof een vraag over de « B.2.1. Le juge a quo interroge la Cour sur la compatibilité de
bestaanbaarheid van artikel 136 van het WIB 1992 met de artikelen 10 l'article 136 du CIR 1992 avec les articles 10 et 11 de la
en 11 van de Grondwet in zoverre die bepaling, indien zij in die zin Constitution en ce que cette disposition, si elle est interprétée
wordt geïnterpreteerd dat zij het niet mogelijk maakt dat de kinderen van gescheiden ouders op fiscaal vlak tegelijkertijd ten laste worden genomen door hun beide ouders, een verschil in behandeling teweegbrengt tussen de ouders die hun kinderen ten laste hebben naargelang die laatsten al dan niet bij hen zijn gedomicilieerd. Uit de verwijzingsbeslissing blijkt dat het geschil voor de verwijzende rechter betrekking heeft op de weigering van de belastingadministratie om aan de eiser voor de verwijzende rechter de vermindering van de onroerende voorheffing voor kinderen ten laste toe te kennen aangezien de kinderen, die hij op gelijkmatig verdeelde wijze huisvest, bij zijn ex-echtgenote zijn gedomicilieerd. comme ne permettant pas que les enfants de parents séparés soient pris en charge simultanément, sur le plan fiscal, par leurs deux parents, établit une différence de traitement entre les parents qui ont la charge de leurs enfants selon que ces derniers sont ou non domiciliés chez eux. Il ressort de la décision de renvoi que le litige pendant devant le juge a quo concerne le refus de l'administration fiscale d'octroyer au demandeur devant le juge a quo la réduction du précompte immobilier pour enfant à charge au motif que les enfants, qu'il héberge égalitairement, sont toutefois domiciliés chez son ex-épouse.
B.2.2. Daaruit volgt dat het aangevoerde verschil in behandeling niet B.2.2. Il s'ensuit que la différence de traitement alléguée ne trouve
zijn oorsprong vindt in artikel 136 van het WIB 1992, maar in de pas sa source dans l'article 136 du CIR 1992, mais dans les articles
artikelen 257 en 258 van hetzelfde Wetboek, die betrekking hebben op 257 et 258 du même Code, lesquels visent la réduction du précompte
de vermindering van de onroerende voorheffing voor kinderen ten laste. immobilier pour enfant à charge. Cependant, la différence de
Het verschil in behandeling vloeit echter enkel uit die bepalingen traitement ne découle de ces dispositions que lues en combinaison avec
voort indien zij in samenhang worden gelezen met de in artikel 136 van la définition d' enfant à charge ' contenue à l'article 136 du CIR
het WIB 1992 vervatte definitie van ' kinderen ten laste ', wanneer
die definitie van toepassing is op de berekening van de onroerende 1992, lorsque cette définition s'applique au calcul du précompte
voorheffing. immobilier.
Hoewel het begrip ' gezin ', waarop een beroep wordt gedaan bij het Or, si le concept de ' ménage ', auquel il est fait appel dans la
bepalen van wat onder ' kinderen ten laste ' moet worden verstaan, in détermination de ce qu'il convient d'entendre par ' enfant à charge ',
beginsel een feitelijk begrip is (Cass., 12 maart 2010, F.09.0023.F), constitue, en principe, une notion de fait (Cass., 12 mars 2010,
kan, volgens de verwijzende rechter, met betrekking tot een F.09.0023.F), il n'en demeure pas moins, selon le juge a quo, qu'en
afwisselende huisvesting, het gebruik van het begrip ' woonplaats ' om matière d'hébergement alterné, le recours à la notion de domicile pour
vast te stellen ten laste van welke ouder het kind in aanmerking moet identifier à la charge de quel parent l'enfant doit être pris en
worden genomen, echter toch doorslaggevend zijn. Zulks is te dezen het compte peut être déterminant. Tel est le cas, en l'espèce, dès lors
geval, aangezien geen enkele overeenkomst tussen de partijen is qu'aucun accord des parties n'est intervenu quant à la prise en charge
gesloten over de fiscale tenlasteneming van de kinderen en er evenmin fiscale des enfants et qu'il n'existe pas davantage de décision
een relevante rechterlijke beslissing ter zake bestaat. judiciaire pertinente en la matière.
B.2.3. Het is in die interpretatie dat het Hof op de prejudiciële B.2.3. C'est dans cette interprétation que la Cour répond à la
vraag antwoordt. question préjudicielle.
B.3.1. In zijn verwijzingsbeslissing heeft de verwijzende rechter het B.3.1. Le juge a quo vise expressément, dans sa décision de renvoi,
uitdrukkelijk over artikel 132bis van het WIB 1992 dat gescheiden l'article 132bis du CIR 1992 qui permet aux parents séparés de
ouders de mogelijkheid biedt om de toeslag op belastingvrije sommen répartir entre eux le supplément de quotités exemptées d'impôt sur les
voor kinderen ten laste onder elkaar te verdelen. revenus pour enfant à charge.
Sedert de wijziging ervan bij artikel 279 van de wet van 27 december Depuis sa modification par l'article 279 de la loi du 27 décembre
2006 bepaalt dat artikel : 2006, cet article dispose :
' De toeslagen bedoeld in artikel 132, eerste lid, 1° tot 6°, worden ' Les suppléments visés à l'article 132, alinéa 1er, 1° à 6°, sont
verdeeld over twee belastingplichtigen die geen deel uitmaken van répartis entre les deux contribuables qui ne font pas partie du même
hetzelfde gezin maar samen het ouderlijk gezag uitoefenen over één of ménage mais qui exercent conjointement l'autorité parentale sur un ou
meer kinderen ten laste die recht geven op de bovenvermelde toeslagen plusieurs enfants à charge qui donnent droit aux suppléments visés
en waarvan de huisvesting gelijkmatig is verdeeld over de beide ci-avant et dont l'hébergement est réparti de manière égalitaire entre
belastingplichtigen : les deux contribuables :
- hetzij op grond van een geregistreerde of door een rechter - soit sur la base d'une convention enregistrée ou homologuée par un
gehomologeerde overeenkomst waarin uitdrukkelijk is vermeld dat de juge dans laquelle il est mentionné explicitement que l'hébergement de
huisvesting van die kinderen gelijkmatig is verdeeld over beide ces enfants est réparti de manière égalitaire entre les deux
belastingplichtigen en dat zij bereid zijn de toeslagen op de contribuables et qu'ils sont disposés à répartir les suppléments à la
belastingvrije som voor die kinderen te verdelen; quotité du revenu exemptée d'impôt pour ces enfants;
- hetzij op grond van een rechterlijke beslissing waarin uitdrukkelijk - soit sur la base d'une décision judiciaire où il est explicitement
is vermeld dat de huisvesting van die kinderen gelijkmatig is verdeeld mentionné que l'hébergement de ces enfants est réparti de manière
over beide belastingplichtigen. égalitaire entre les deux contribuables.
In dat geval worden de toeslagen bedoeld in artikel 132, eerste lid, Dans ce cas, les suppléments visés à l'article 132, alinéa 1er, 1° à
1° tot 5°, waarop die kinderen recht geven, en die worden vastgesteld 5°, auxquels ces enfants donnent droit, déterminés abstraction faite
ongeacht of er al dan niet andere kinderen zijn in het gezin waarvan de l'existence d'autres enfants dans le ménage dont ils font partie,
ze deel uitmaken, voor de helft toegekend aan elk van de sont attribués pour moitié à chacun des contribuables.
belastingplichtigen.
In het geval bedoeld in het eerste lid wordt de in artikel 132, eerste Dans le cas visé à l'alinéa 1er, le supplément visé à l'article 132,
lid, 6° bedoelde toeslag, voor de helft toegekend aan de alinéa 1er, 6°, est attribué pour moitié au contribuable qui ne déduit
belastingplichtige die geen aftrek vraagt van de uitgaven voor pas des dépenses engagées pour la garde d'enfants visée à l'article
kinderoppas bedoeld in artikel 104, 7°. 104, 7°.
Een afschrift van de rechterlijke beslissing of de overeenkomst bedoeld in het eerste lid, moet ter beschikking van de administratie worden gehouden zolang minstens één van de kinderen waarover het ouderlijk gezag gezamenlijk wordt uitgeoefend en waarvan de huisvesting gelijkmatig is verdeeld, recht geeft op de in dit artikel bedoelde toeslagen. Dit artikel is slechts van toepassing indien uiterlijk op 1 januari van het aanslagjaar de in het eerste lid bedoelde overeenkomst is geregistreerd of gehomologeerd of de in het eerste lid bedoelde rechterlijke beslissing is genomen. Dit artikel is niet van toepassing op de in de eerste lid bedoelde toeslagen met betrekking tot een kind waarvoor onderhoudsuitkeringen Une copie de la décision judiciaire ou de la convention visée à l'alinéa 1er, doit être tenue à la disposition de l'administration aussi longtemps qu'au moins un des enfants dont l'autorité parentale est exercée conjointement et dont l'hébergement est réparti de manière égalitaire, donne droit aux suppléments visés au présent article. Le présent article n'est applicable que si, au plus tard au 1er janvier de l'exercice d'imposition, la convention visée à l'alinéa 1er est enregistrée ou homologuée ou la décision judiciaire visée à l'alinéa 1er est rendue. Le présent article n'est pas applicable aux suppléments visés à l'alinéa 1er se rapportant à un enfant pour lequel des rentes
als bedoeld in artikel 104, 1°, worden afgetrokken door één van de alimentaires visées à l'article 104, 1°, sont déduites par un des
hierboven bedoelde belastingplichtigen '. contribuables susvisés '.
B.3.2. Krachtens artikel 3, eerste lid, 5°, van de bijzondere wet van B.3.2. En vertu de l'article 3, alinéa 1er, 5°, de la loi spéciale du
16 januari 1989 betreffende de financiering van de Gemeenschappen en 16 janvier 1989 relative au financement des communautés et des
de Gewesten is de onroerende voorheffing een gewestelijke belasting. régions, le précompte immobilier est un impôt régional.
Zoals het bij de bijzondere wet van 13 juli 2001 is vervangen, bepaalt Tel qu'il a été remplacé par la loi spéciale du 13 juillet 2001,
artikel 4, § 2, van dezelfde bijzondere wet : l'article 4, § 2, de la même loi spéciale dispose :
' De gewesten zijn bevoegd om de aanslagvoet, de heffingsgrondslag en ' Les régions sont compétentes pour modifier le taux d'imposition, la
de vrijstellingen van de in artikel 3, eerste lid, 5°, bedoelde base d'imposition et les exonérations de l'impôt visé à l'article 3,
belasting te wijzigen. Het federaal kadastraal inkomen kunnen ze alinéa 1er, 5°. Elles ne peuvent toutefois modifier le revenu
echter niet wijzigen. Het gezamenlijk beheer van de gegevens van de cadastral fédéral. La gestion conjointe des données de la
patrimoniale documentatie gebeurt bij wege van een documentation patrimoniale s'effectue par la voie d'un accord de
samenwerkingsakkoord zoals bedoeld in artikel 92bis, § 3 van de coopération au sens de l'article 92bis, § 3, de la loi spéciale du 8
bijzondere wet van 8 augustus 1980 tot hervorming der instellingen '. août 1980 de réformes institutionnelles '.
B.3.3. De bevoegdheid van vrijstelling die aan de gewesten ten aanzien van de onroerende voorheffing is toegekend, is in artikel 4, § 2, van de bijzondere financieringswet in algemene bewoordingen omschreven. Hierbij wordt geen voorbehoud gemaakt naar gelang van de technieken van vrijstelling die worden aangewend, voor zover de eenvormige wijze van vaststelling van de kadastrale inkomens niet in het geding wordt gebracht. Om niet zonder inhoud te zijn, moet die bevoegdheid ook het bepalen van de gevallen waarin vrijstellingen toepasselijk zijn, omvatten. Daaruit volgt dat het aan de gewestelijke wetgever staat de voorwaarden vast te stellen waaronder een vermindering van de onroerende voorheffing kan worden toegekend. Het behoort bijgevolg tot zijn bevoegdheid te bepalen of er aanleiding bestaat om de vermindering van de onroerende voorheffing voor kinderen ten laste te verdelen tussen de gescheiden ouders die hun kinderen op gelijkmatig verdeelde wijze huisvesten. B.3.3. L'article 4, § 2, de la loi spéciale de financement définit en des termes généraux la compétence d'exonération attribuée aux régions à l'égard du précompte immobilier. Cette attribution de compétence ne contient aucune réserve en fonction des techniques d'exonération utilisées, pour autant que ne soit pas mis en cause le mode de fixation uniforme des revenus cadastraux. Pour que cette compétence ait un sens, elle doit aussi inclure le pouvoir de déterminer dans quelles circonstances les exonérations sont applicables. Il s'ensuit qu'il appartient au législateur régional de fixer les conditions auxquelles une réduction du précompte immobilier peut être accordée. Il relève dès lors de sa compétence de déterminer s'il y a lieu de répartir la réduction du précompte immobilier pour enfant à charge entre les parents séparés qui hébergent égalitairement leurs enfants.
B.3.4. Bijgevolg kan enkel de omstandigheid dat de federale wetgever, B.3.4. Dès lors, la circonstance que le législateur fédéral a prévu, à
in artikel 132bis van het WIB 1992, heeft voorzien in een mechanisme l'article 132bis du CIR 1992, un mécanisme de répartition de la
van verdeling van de belastingvrije som tussen de gescheiden ouders quotité exemptée d'impôt sur les revenus entre les parents séparés qui
die samen het ouderlijk gezag uitoefenen en hun kinderen op exercent conjointement l'autorité parentale et hébergent
égalitairement leurs enfants, est impuissante à démontrer, à elle
gelijkmatig verdeelde wijze huisvesten, het bestaan van een verschil seule, l'existence d'une différence de traitement incompatible avec
in behandeling dat onbestaanbaar is met de artikelen 10 en 11 van de les articles 10 et 11 de la Constitution.
Grondwet, niet aantonen.
Het betreft immers een verschil in behandeling dat zijn oorsprong En effet, il s'agit d'une différence de traitement qui trouve sa
vindt in de toepassing van normen van verschillende wetgevers bij de source dans l'application de normes de législateurs différents dans
uitoefening van hun eigen bevoegdheden. Een zodanig verschil kan op l'exercice de leurs compétences propres. Une telle différence ne
zich niet worden geacht strijdig te zijn met het beginsel van saurait en soi être considérée comme contraire au principe d'égalité
gelijkheid en niet-discriminatie. Onverminderd de mogelijke toepassing et de non-discrimination. Sans préjudice de l'application éventuelle
van het evenredigheidsbeginsel bij de bevoegdheidsuitoefening, heeft du principe de proportionnalité dans l'exercice des compétences,
de autonomie die bij artikel 4, § 2, van de bijzondere wet van 16 l'autonomie que l'article 4, § 2, de la loi spéciale du 16 janvier
januari 1989 aan de gewesten is toegekend, geen betekenis indien in 1989 a conférée aux régions n'a pas de sens si une différence de
analoge aangelegenheden een verschil in behandeling tussen adressaten traitement entre les destinataires, d'une part, de règles fédérales
van, enerzijds, federale regels en, anderzijds, gewestelijke regels et, d'autre part, de règles régionales dans des matières analogues est
als zodanig strijdig wordt geacht met het beginsel van gelijkheid en jugée contraire en tant que telle au principe d'égalité et de
niet-discriminatie. non-discrimination.
B.4.1. De in het geding zijnde bepaling vindt haar oorsprong in B.4.1. La disposition en cause trouve son origine dans l'article 41, §
artikel 41, § 4, van de wet van 20 november 1962 ' houdende hervorming 4, de la loi du 20 novembre 1962 ' portant réforme des impôts sur les
van de inkomstenbelastingen ', dat bepaalde : revenus ', lequel disposait :
' Op aanvraag van de belanghebbende wordt verleend : ' Sur la demande de l'intéressé, il est accordé :
[...] [...]
3° een vermindering, gelijk aan 10 % per kind ten laste, van de 3° une réduction, égale à 10 % par enfant à charge, du précompte
onroerende voorheffing in verband met het onroerend goed dat wordt immobilier afférent à l'immeuble occupé par le chef d'une famille
betrokken door het hoofd van een gezin met ten minste twee kinderen in leven [...] '. comptant au moins deux enfants en vie [...] '.
Tijdens de parlementaire voorbereiding van die wet werd verduidelijkt Au cours des travaux préparatoires de cette loi, il fut précisé que '
dat ' de last [...] veel zwaarder [wordt] vanaf het tweede kind ' dès la présence d'un deuxième enfant, les charges deviennent beaucoup
(Parl. St., Kamer, 1961-1962, nr. 264/42, p. 180). plus importantes ' (Doc. parl., Chambre, 1961-1962, n° 264/42, p.
B.4.2. Het belastingvoordeel dat artikel 257, 3°, biedt, heeft tot 180). B.4.2. L'avantage fiscal que constitue l'article 257, 3°, a pour but
doel de belastingplichtigen te helpen die de financiële last van hun d'aider les contribuables qui supportent la charge financière de leurs
kinderen dragen. Bijgevolg verantwoordt het loutere gegeven dat die enfants. Dès lors, la simple circonstance que ces derniers ne feraient
laatsten geen deel zouden uitmaken van het gezin van een alleenstaande pas partie du ménage d'un contribuable isolé - tel, en l'espèce, le
belastingplichtige - zoals, te dezen, de uit de echt gescheiden vader - omdat zij niet bij hem zouden zijn gedomicilieerd, niet dat dat voordeel die belastingplichtige onder geen enkele voorwaarde gedeeltelijk ten goede kan komen, wanneer beide ouders op gelijke wijze instaan voor de last van de kinderen, waarbij beiden hun kinderen werkelijk en op gelijkmatig verdeelde wijze huisvesten. B.5. De prejudiciële vraag dient bevestigend te worden beantwoord ». B.5. Om dezelfde redenen als die welke in het voormelde arrest nr. 63/2011 zijn vermeld, dient de prejudiciële vraag bevestigend te worden beantwoord. Om die redenen, het Hof père divorcé - au motif qu'ils ne seraient pas domiciliés chez lui, ne justifie pas que cet avantage ne puisse, à aucune condition, profiter partiellement à ce contribuable, lorsque la charge des enfants est supportée d'une manière égale par chaque parent, chacun d'eux hébergeant réellement et de manière égalitaire leurs enfants. B.5. La question préjudicielle appelle une réponse affirmative ». B.5. Par identité de motifs avec ceux contenus dans l'arrêt n° 63/2011 précité, la question préjudicielle appelle une réponse affirmative. Par ces motifs, la Cour
zegt voor recht : dit pour droit :
Artikel 136 van het Wetboek van de inkomstenbelastingen 1992, in L'article 136 du Code des impôts sur les revenus 1992, lu en
samenhang gelezen met artikel 257 van hetzelfde Wetboek, zoals zij in combinaison avec l'article 257 du même Code, tels qu'ils sont
het Brusselse Hoofdstedelijke Gewest van toepassing zijn, schendt de applicables en Région de Bruxelles-Capitale, viole les articles 10 et
artikelen 10 en 11 van de Grondwet in zoverre het de alleenstaande 11 de la Constitution en ce qu'il ne permet à aucune condition au
belastingplichtige, die zijn kinderen op gelijkmatig gedeelde wijze
huisvest, onder geen enkele voorwaarde de mogelijkheid biedt om een contribuable isolé, hébergeant égalitairement ses enfants, de
gedeeltelijke vermindering van de onroerende voorheffing te genieten bénéficier d'une réduction partielle du précompte immobilier afférent
in verband met het onroerend goed dat hij betrekt. à l'immeuble qu'il occupe.
Aldus gewezen in het Frans en het Nederlands, overeenkomstig artikel Ainsi rendu en langue française et en langue néerlandaise,
65 van de bijzondere wet van 6 januari 1989 op het Grondwettelijk Hof, conformément à l'article 65 de la loi spéciale du 6 janvier 1989 sur
op 22 februari 2018. la Cour constitutionnelle, le 22 février 2018.
De griffier, Le greffier,
F. Meersschaut F. Meersschaut
De voorzitter, Le président,
J. Spreutels J. Spreutels
^